8 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van de aanvragers stel ik voor om het dertigledendebat over "het beleid inzake christenvervolging in het buitenland naar aanleiding van de Wereldvervolgingsindex 2013 van Open Doors" en het dertigledendebat over "het voorstel van de directeur van Omroep MAX om de omroepbijdrage te defiscaliseren en vervolgens een vrijwillig kijk- en luistergeld te herintroduceren" van de agenda af te voeren.

Ik stel voor, de volgende stukken van de stand van werkzaamheden af te voeren: 32 847-45; 27 926-196; 33 330-62; 27 926-195; 33 330-61; 27 926-194; 27 926-193; 32 847-42; 29 453-292; 2013Z02193; 32 847-34; 27 926-190; 29 453-291; 29 453-290; 29 453-289; 29 453-285; 29 453-284; 29 453-282; 29 407-154; 29 407-150; 29 325-61; 33 280-XVI-3; 32 757-34; 32 604-1; 32 805-2; 32 336-7; 32 500-XVI-117; 32 393-25; 32 202-4; 31 899-14; 32 202-5; 31 016-20; 31 839-62; 31 016-21; 31 001-96; 31 015-64; 30 371-19; 30 234-73; 29 447-11; 29 538-137; 29 355-51; 29 355-49; 29 323-84; 29 355-52; 29 279-152; 29 248-236; 29 247-141; 29 214-65; 29 214-64; 27 529-108; 27 529-116; 22 894-269; 27 529-118; 2012Z22205; 27 529-114; 2012Z13547; 25 295-20; 22 894-275; 33 522-2; 32 011-22; 21501-31-304; 29 477-230; 32 793-66; 33 400-XVI-139; 33 400-XVI-133; 29 477-234; 32 620-80; 31 765-73; 2013Z03746; 33 564-1; 30 597-285; 31 839-268; 2013Z00561; 33 400-XIII-137; 26 991-342; 26 991-339; 26 991-340; 32 201-49; 32 201-46; 29 664-106; 21501-32-677; 29 675-146; 29 664-105; 29 675-145; 29 675-144; 29 684-103; 21501-32-697; 33 400-XIII-136; 28 625-159; 21501-32-698; 21501-32-696; 31 532-97; 26 419-53; 26 419-52; 27 858-143; 33 037-45; 30 950-47; 29 818-36; 2012Z00848; 29 818-35; 31 322-204; 31 322-203; 31 322-202; 31 322-201; 31 322-200; 31 322-198; 31 862-19; 32 824-8; 32 824-7; 31 143-90; 29 544-426; 31 524-163; 32 824-6; 31 268-59; 24 587-463; 24 587-478; 24 587-487; 24 587-481; 24 587-475; 31 753-57; 32 891-22; 29 628-348; 28 345-123; 30 573-115; 19 637-1611; 19 637-1607; 2013Z04460; 2013Z04120; 33 112-16; 32 175-48; 27 062-87; 29 344-107; 24 587-456; 27 062-86; 19 637-1596; 19 637-1605; 29 344-116; 29 344-117; 19 637-1612; 19 637-1628; 24 587-482; 19 637-1604; 29 628-347; 22 112-1554; 32 317-157; 22 112-1568; 2013Z02202; 32 317-164; 32 317-154; 22 112-1550; 22 112-1549; 32 761-46; 32 317-111; 32 317-156; 29 684-105; 22 112-1569; 22 112-1543; 2012Z21722; 21501-08-454; 21501-08-451; 21501-08-453; 22 112-1524; 31 793-76; 32 813-23; 33 037-46; 21501-33-409; 21501-33-410; 22 112-1576; 22 112-1574; 33 400-A-49; 28 165-147; 29 893-142; 22 026-383; 22 026-394; 33 546-3; 33 412-2; 33 136-2; 33 136-3; 30 523-70; 30 175-150; 30 175-151; 29 398-338; 29 398-332; 24 691-116; 22 112-1468; 24 691-115; 22 112-1466; 21501-08-429; 22 112-1429; 21501-08-433; 21501-08-436; 21501-08-430; 21501-08-435; 21501-08-432; 29 984-390; 29 984-389; 29 984-391; 29 893-141; 29 893-140; 29 984-377; 29 984-336; 29 893-139; 29 984-385; 23908-(R1519)-108; 2013Z03876; 33 400-V-115; 21501-02-1223; 21501-02-1224; 32 623-87; 29 521-204; 33 400-V-114; 32 605-121.

Aangezien voor de volgende stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 32 645-45; 31 753-53; 29 665-184.

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • - het VAO Amarantis, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 20 maart, met als eerste spreker de heer Jasper van Dijk van de SP;

  • - het VAO Langer doorvliegen F-16, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 20 maart, met als eerste spreker mevrouw Hachchi van D66;

  • - het VAO Afspraken woningmarkt, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 13 maart, met als eerste spreker de heer Paulus Jansen van de SP;

  • - het VAO Ontwikkelingen moskee-internaten, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 21 maart, met als eerste spreker de heer Azmani van de VVD;

  • - het VAO Voedsel en voedselprijzen, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 21 maart, met als eerste spreker mevrouw Ouwehand van de Partij voor de Dieren.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Ouwehand.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. Ik stond hier eerder met een herhaling van het verzoek aan de staatssecretaris van Economische Zaken om geen onomkeerbare stappen te zetten met betrekking tot de verkoop van natuurgebieden. We hebben een brief gekregen waarin de staatssecretaris laat weten dat die verkoop medio mei zal gaan starten. Gelet op het eerdere verzoek van de commissie lijkt het me goed om een debat te voeren voordat de verkoop van start gaat. Dan kunnen we eerst de visie vaststellen. Ik doe dus het verzoek om voor medio mei een debat te plannen over de verkoop van natuurgebieden.

De voorzitter:

U weet dat we medio mei niet kunnen garanderen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Precies, voorzitter.

De voorzitter:

Maar een debat kunt u vandaag wel aanvragen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Uiterlijk in april, zou ik dan zeggen.

De voorzitter:

Ja. Ook dat kan ik niet garanderen. Voor het eind van het jaar denk ik dat het wel gaat lukken. Dit is een verzoek voor steun voor een debat met de staatssecretaris van Economische Zaken.

Mevrouw Jacobi (PvdA):

Ik wil heel praktisch zijn. De brief is helder en we voeren in mei/juni al debatten over de ecologische hoofdstructuur en Natura 2000. Er moeten wel heel bijzondere redenen zijn om die te vervroegen. Ik ben dus op zich niet tegen een debat, maar ik vind het helemaal niet praktisch. Ik geef dus om die reden geen steun voor een debat.

De heer Van Gerven (SP):

De SP wil het debat wel steunen. We hebben wel algemeen overleggen over de ecologische hoofdstructuur, maar die zijn pas in juni, dus nadat er al onomkeerbare stappen zijn gezet. Een mogelijke oplossing is een spoed-AO. Dat wil ik als tweede optie openhouden, maar ik steun het verzoek om een debat.

De heer Litjens (VVD):

Voor de VVD biedt de brief die wij hebben ontvangen van de staatssecretaris over dit onderwerp geen enkele aanleiding om eerder een debat te voeren dan op 12 juni, wanneer wij in een algemeen overleg spreken over de ehs. Geen steun dus.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De brief van de staatssecretaris was helder. De ChristenUnie heeft geen behoefte aan een debat.

De heer Klaver (GroenLinks):

Steun voor het verzoek. Het lijkt me heel goed om hierover medio mei, in ieder geval voor juni, al met elkaar van gedachten te wisselen.

De heer Geurts (CDA):

Geen steun voor het verzoek. De brief van de staatssecretaris was heel helder.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

De commissie heeft eerder uitgesproken dat er geen onomkeerbare stappen mochten worden gezet. Daarom wel steun voor een debat, maar nog meer steun voor een spoed-AO. Dat is namelijk de enige manier om het debat echt snel te kunnen voeren.

De heer Graus (PVV):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Ik hoor geen steun voor een debat.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Nee, voorzitter, ik ook niet. Ik hoop dat de commissie haar eerder ingenomen standpunt in de procedurevergadering zal handhaven. Het is raar om in juni te overleggen over de natuurvisie als in mei al nieuwe dingen gebeuren, terwijl de commissie eerder heeft gezegd, geen onomkeerbare stappen te willen. Dank dus voor de gelegenheid die ik hier heb gekregen om een debat aan te vragen, maar we zullen het in de procedurevergadering omzetten in een verzoek om een spoed-AO. Ik kan me niet voorstellen dat de collega's me dat gaan weigeren.

De voorzitter:

Dat gaat u met elkaar bespreken in een procedurevergadering.

Het woord is aan de heer Dijkgraaf.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Voorzitter. Vanavond om 20.30 uur staat het debat over Cyprus op de agenda. We waren ervan uitgegaan dat er een akkoord zou zijn. Dat is er niet, en we verwachten niet dat dit er voor het debat nog komt. Ik verzoek u het debat uit te stellen tot het moment dat er een akkoord is. Dan kunnen we concreet met de regering overleggen.

De voorzitter:

U verzoekt om uitstel van het debat.

De heer Klaver (GroenLinks):

Steun voor het verzoek.

De heer Klein (50PLUS):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Ik zie een heleboel mannen in pakken. Wie doet zijn mond open?

De heer Harbers (VVD):

De mannen staan allemaal te twijfelen hoe ze het precies moeten duiden. Ik begrijp het verzoek, en ik vind het goed gemotiveerd. We weten namelijk totaal niet waarover we spreken. In dat opzicht steun ik het verzoek, maar ik wil een debat niet onmogelijk maken. Als er fracties zijn die wel allerlei vragen hebben, moeten we het debat laten doorgaan.

De voorzitter:

U roept de andere mannen in pakken dus op om zich ook uit te spreken, vooral die van de oppositie.

De heer Van Hijum (CDA):

Ik aarzel een beetje. Ik heb namelijk heel veel vragen over de huidige stand van zaken en de keuzes die tot nu toe gemaakt zijn. Het klopt dat er nog geen definitief akkoord is, maar het lijkt mij geen overbodige luxe om met de minister te spreken. Ik zit er echter op dezelfde constructieve manier in als mijn collega's. Als er brede behoefte is om het debat aan de hand van het definitieve akkoord te voeren, ben ik bereid om mijn vragen tot volgende week te bewaren.

De voorzitter:

Ik wijs u op de mogelijkheid van een tussentijdse schriftelijke vragenronde. Ik wil het debat niet blokkeren, maar ik geef het mee als optie.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik ben weliswaar geen man in pak, maar ik wilde ook al een vragenronde voorstellen. Toen deed u het echter al, de andere vrouw in de zaal. Ik heb geen bezwaar tegen het uitstellen van het debat, maar ik begrijp ook dat collega's vragen hebben. Het kabinet zou ons een brief over de stand van zaken kunnen sturen. Nog mooier is het als we zelf schriftelijk vragen kunnen stellen en daar snel een antwoord op krijgen.

De heer Merkies (SP):

Ik vind uitstel van het debat prima, maar hoe lang gaan we het dan uitstellen? Ik zou het graag inplannen voor volgende week, zodat we niet gaan afwachten of er nog iets komt. Het is mogelijk dat er volgende week nog geen akkoord ligt, maar op een gegeven moment moet je het debat toch voeren. Ik wil dus volgende week wel een debat.

De heer Harbers (VVD):

Volgens mij heeft de ECB de deadline op maandag gezet. Dat zou betekenen dat we vanaf dinsdag een debat kunnen inplannen.

De voorzitter:

Ik snap de overwegingen. Ik kan iedereen langsgaan, maar volgens mij hinkt iedereen op twee gedachten. De meesten willen het debat volgende week houden. Tussendoor houden we dan een schriftelijke vragenronde. Als er echter iemand behoefte heeft om nu te debatteren, wil niemand dat blokkeren.

De heer Tony van Dijck (PVV):

De PVV heeft er wel behoefte aan om vanavond te debatteren. De minister moet zich namelijk verantwoorden voor de historische blunder waardoor de spaarders van Europa zich onveilig voelen.

De heer Nijboer (PvdA):

Ik denk dat u de Kamer een wijs tussenvoorstel hebt gedaan met een schriftelijke vragenronde en een volledig debat op dinsdag, voorzitter. De PvdA-fractie steunt het voorstel, mits de aanvrager van het debat, de heer Van Hijum, hier goed mee kan leven. Hij heeft immers een meerderheid gekregen voor het debat. Dat wil ik niet blokkeren, maar ik laat het niet afhangen van de steun van de PVV.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik sluit me daar graag bij aan. Het is een goed voorstel dat we volgens mij moeten volgen. De reden om het debat vandaag te houden, was omdat er nu meer duidelijkheid zou zijn over hoe het er op Cyprus voor zou staan. Die duidelijkheid is er nog niet, dus de argumentatie om het debat nu te houden, is weggevallen. Ik hoor graag nog de mening van de heer Van Hijum.

De heer Van Hijum (CDA):

Ik ben het zeer eens met de heer Van Dijck dat er verantwoording moet worden afgelegd, maar de vraag of dat nu gebeurt of over een paar dagen, zal het verschil niet maken. Ik ben bereid om te luisteren naar de argumenten om uiteindelijk tot uitstel over te gaan. Misschien geeft dit de minister ook de gelegenheid om in de tussentijd hard te werken aan een oplossing voor dit probleem.

De voorzitter:

Ik hoor dat een heel ruime meerderheid het debat graag volgende week wil voeren, als er meer informatie is. Ik ga het inplannen en ga bekijken wat een handig moment is. Er is inmiddels al een voorlopig schema, maar dat zal herzien worden.

De heer Merkies (SP):

"Als er meer informatie is" is geen voorwaarde, neem ik aan. Het debat moet er volgende week in elk geval komen, liefst dinsdag.

De voorzitter:

Absoluut. Volgende week komt er een debat. Wij moeten alleen nog even bekijken welk moment het handigst is. Dat plannen wij in overleg.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik had verzocht of de minister van Buitenlandse Zaken er vanavond bij kan zijn. Ik was al op de hoogte van het feit dat hij een agendaprobleem had, maar dat is nu getackeld. Ik dien daarom opnieuw het verzoek in dat de minister van Buitenlandse Zaken, en daarmee ook de minister van Europese Zaken, volgende week bij het debat aanwezig zal zijn.

De voorzitter:

Prima. Ik zal dat verzoek overbrengen.

De heer Tony van Dijck (PVV):

Kan ik ervan uitgaan dat het debat wel uiterlijk dinsdag plaatsvindt en niet woensdag of donderdag? Het heeft een grote prioriteit en iedereen heeft het erover. Ik vind dat het eigenlijk vandaag had gemoeten, maar wij moeten het zeker niet op de lange baan schuiven.

De voorzitter:

Ik ga het niet op de lange baan schuiven. Ik proefde dat de Kamer het volgende week wilde en niet per se een voorkeur voor dinsdag had. Als de Kamer uitspreekt dat zij een voorkeur voor dinsdag heeft, ga ik het zo doen. Dat wil ik dan wel eerst even weten.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Volgens mij spreek ik namens alle collega's als ik zeg dat het dinsdag zou moeten plaatsvinden. Maandag is de deadline van de ECB. Dan hebben wij een grote crisis in Cyprus of is er een akkoord. Het is een van beide. Daarom moeten wij het debat daarna zo snel mogelijk voeren.

De voorzitter:

Wij gaan uit van dinsdag. Het schema krijgt de Kamer nog te zien. Dit betekent dat wij vanavond geen debat zullen voeren.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Bosma

Naar boven