Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het zorgverzekeringspakket, te weten:

- de motie-Schippers over een passende oplossing voor de gesignaleerde problemen inzake tandartsbezoek van kinderen en jongvolwassenen (29689, nr. 136);

- de motie-Van Gerven over het opnemen in het basispakket van de gehele noodzakelijke tandzorg voor volwassenen (29689, nr. 137);

- de motie-Van Gerven over het opnemen van de periodieke preventieve tandcontrole voor volwassenen in het basispakket (29689, nr. 138);

- de motie-Van Gerven over het uitzonderen van de periodieke preventieve tandcontrole voor het verplicht eigen risico (29689, nr. 139);

- de motie-Van Gerven over het uitzonderen van de tandzorg voor jongeren tot en met 21 jaar voor het eigen risico (29689, nr. 140);

- de motie-Van der Veen c.s. over het verruimen van de leeftijdsgrens voor tandheelkundige zorg voor jeugdigen van 18 naar 21 jaar (29689, nr. 141).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Van der Veen c.s. (29689, nr. 141) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het voorstel van het kabinet voor de opname van de jaarlijkse periodieke tandheelkundige controle in het basispakket wordt ingegeven door de wens om het bezoek van jeugdigen aan de tandarts via hun ouders te stimuleren;

constaterende dat schade aan tanden en kiezen bij jeugdigen immers gedurende hun hele verdere leven gevolgen kan hebben voor de kwaliteit van hun gebit;

constaterende dat het derhalve wenselijk is om de periodieke controle voor jeugdigen tot en met 21 jaar aan de tandarts te faciliteren;

constaterende dat hiertoe de leeftijdsgrens van 18 naar 21 jaar dient te worden verruimd indien het kabinet dit financieel haalbaar acht;

verzoekt de regering, conform het voorstel van de Nederlandse Maatschappij tot Bevordering der Tandheelkunde om de leeftijdsgrens voor de tandheelkundige zorg voor jeugdigen van 18 naar 21 jaar te verruimen, waarbij deze zorg dient te worden uitgesloten van het eigen risico, op voorwaarde dat een en ander te realiseren is binnen de daarvoor bestemde financiële ruimte,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Van der Veen, Omtzigt en Cramer. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 146 (29689).

In stemming komt de motie-Schippers (29689, nr. 136).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de VVD, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (29689, nr. 137).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (29689, nr. 138).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (29689, nr. 139).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van Gerven (29689, nr. 140).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdD en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Veen c.s. (29689, nr. 146).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven