35 Stemmingen moties jaarverslag ministerie van Economische Zaken

Aan de orde zijn de stemmingen over aangehouden moties, ingediend bij de behandeling van het wetsvoorstel het jaarverslag van het ministerie van Economische Zaken over het jaar 2012,

te weten:

- de motie-Ouwehand/Thieme over een verbod op diertransporten op zeer warme dagen (33605-XIII, nr. 16);

- de motie-Ouwehand/Thieme over beschutting in weilanden (33605-XIII, nr. 17);

- de motie-Ouwehand/Thieme over extra controles op temperatuur en luchtkwaliteit in stallen (33605-XIII, nr. 18).

(Zie vergadering van 26 juni 2013.)

De voorzitter:

De motie-Ouwehand/Thieme (33605-XIII, nr. 16) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er in de zomermaanden diertransporten in tropische temperaturen kunnen plaatsvinden;

constaterende dat de Europese Verordening (EG nr. 1/2005) bepaalt dat de temperatuur in de wagen maximaal 30˚C mag zijn, maar dat uit onderzoek blijkt dat de temperatuur in de wagens op warme dagen vaak veel hoger is;

constaterende dat uit onderzoek is gebleken dat dieren bij een binnentemperatuur van 25˚C hittestress oplopen, waardoor veel dieren benauwd en uitgeput raken;

verzoekt de regering, een uitrijverbod voor diertransporten in te stellen wanneer een buitentemperatuur 30˚C is bereikt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 20, was nr. 16 (33605-XIII).

De voorzitter:

De motie-Ouwehand/Thieme (33605-XIII, nr. 17) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in veel weilanden met dieren geen beschutting is tegen extreme weersomstandigheden zoals brandende zon of zware regenval;

constaterende dat het nog steeds niet wettelijk geregeld is dat dieren onder extreme weersomstandigheden een schuilplaats of schaduwplek hebben;

constaterende dat in de brochure "Schuilstallen in het buitengebied", mede mogelijk gemaakt door het toenmalige Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, oplossingen worden aangedragen voor het plaatsen van beschutting die voldoet aan landschappelijke randvoorwaarden;

overwegende dat er knelpunten zijn bij het aanleggen van beschutting voor dieren in weilanden vanwege onder andere strenge regels op het gebied van landschappelijke inpassing;

verzoekt de regering, in overleg te treden met de VNG hoe beschutting kan worden gestimuleerd, en knelpunten kunnen worden weggenomen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 21, was nr. 17 (33605-XIII).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

De heer Graus (PVV):

Voorzitter. In de motie op stuk nr. 16 (33605) wordt min of meer gevraagd dat Piet Paulusma dadelijk gaat bepalen of er nog dieren mogen worden getransporteerd, terwijl hij er met zijn voorspellingen altijd naast zit. Vandaar dat wij tegen zullen stemmen, want je kunt natuurlijk niet op weersvoorspellingen afgaan om te bepalen of je dieren mag transporteren. Ik wil graag de pony uit de wei kunnen halen. Die kun je daar vandaag de dag 's nachts niet meer laten staan, want dan gebeuren er allerlei nare dingen. Dat bleek gisteren weer, dus ik wil zelfs op warme dagen mijn pony uit de wei kunnen halen.

We zullen ook tegen motie op stuk nr. 17 (33605) stemmen. Er worden in de Kamer heel vaak moties ingediend over punten waar eigenlijk al een toezegging op is gedaan, of waarover een ander lid al een aangenomen motie heeft liggen. Ik vind dat niet kies. Het kan, maar ik vind dat niet kies. Ik heb dat ook bilateraal laten weten aan de Partij voor de Dieren, maar daar is niets mee gedaan.

De voorzitter:

Ik moet u wel verzoeken om anderen niet uit te lokken tijdens een stemverklaring.

De heer Graus (PVV):

Dat zal ik niet doen, op de laatste dag. Ik heb al een toezegging van de regering over beschutting tegen warmte. Ik heb er zelfs voor gepleit dat er een Nationale Boomplantdag moet komen bij boeren in de wei, op basis van vrijwilligheid. Dat ligt er al allemaal. Bovendien ligt er een aangenomen motie-Graus over beschutting, ook in natuurgebieden, tegen koude. Dus vandaar dat wij tegen de moties op de stukken nrs. 16 en 17 (33605) zullen stemmen.

De voorzitter:

Dank u wel, mijnheer Graus.

Dan gaan wij nu verder met stemmen.

In stemming komt de nader gewijzigde motie-Ouwehand/Thieme (33605-XIII, nr. 20, was nr. 16).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de PvdD en de SP voor deze nader gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Ouwehand/Thieme (33605-XIII, nr. 21, was nr. 17).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Ouwehand/Thieme (33605-XIII, nr. 18).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PVV, 50PLUS, GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Voorzitter. De Kamer heeft zojuist een motie aangenomen waarin de regering wordt verzocht om deze zomer extra te controleren in stallen. Dieren kunnen namelijk sterven als de ventilatie uitvalt. Ik zou heel graag van het kabinet weten hoe het de motie gaat uitvoeren.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Naar boven