Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | nr. 39, item 15 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2014-2015 | nr. 39, item 15 |
Aan de orde is het VSO Ctgb-besluit ten aanzien van het grondontsmettingsmiddel metam-natrium (27858, nr. 274).
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Voorzitter. We hebben het over metam-natrium. U hebt geluk dat u niet neonicotinoïde hebt moeten zeggen; dat is ook een landbouwgif. Metam-natrium is een heel gevaarlijk goedje. Deze Kamer vindt dat burgers beter beschermd moeten worden. De staatssecretaris heeft gelukkig een aantal maatregelen genomen, ook omdat incidenten hebben uitgewezen dat mensen zonder dat te weten werden blootgesteld aan de gifstoffen op de akkers vlak naast hun huis. Die mensen zijn daar ernstig ziek van geworden. Er is één element dat op dit moment onvoldoende is meegenomen. De staatssecretaris heeft bufferzones ingesteld tussen de akker en de gevoelige bestemmingen: woningen en scholen. Dat geldt dus niet voor fietspaden en recreatieroutes, waar je zou kunnen fietsen, je kinderen laat spelen of picknickt. De Partij voor de Dieren vindt dat je mensen niet, zonder dat ze dat zelf weten, zou moeten blootstellen aan mogelijk giftige gassen. Daarom dien ik de volgende motie in.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het gebruik van metam-natrium ernstige gezondheidsrisico's met zich mee kan brengen, getuige de ernstige incidenten waarbij omwonenden en passanten van landbouwpercelen zonder hun medeweten zijn blootgesteld aan giftige gassen;
constaterende dat de regering weliswaar maatregelen heeft genomen om omwonenden beter te beschermen, maar dat het voor passanten en spelende kinderen nog steeds niet duidelijk is op welke locaties deze gevaarlijke stof is gebruikt;
van mening dat burgers het recht hebben om te weten waar gevaarlijke stoffen zijn gebruikt, zodat zij weten op welke plekken zij beter niet kunnen verblijven;
verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat de percelen waar metam-natrium wordt toegepast duidelijk gemarkeerd worden met waarschuwingsborden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Tot slot, de inzet van de Partij voor de Dieren blijft dat metam-natrium helemaal wordt uitgefaseerd in de Nederlandse landbouw. De Kamer staat daarachter. De staatssecretaris zet stappen die we zeker waarderen, maar het einddoel moet wel zijn dat deze gevaarlijke stof niet meer wordt toegepast. We blijven graag op de hoogte. We zien in België alweer een beweging om het middel weer toe te staan, terwijl het daar van de markt was. We weten dat de staatssecretaris betrokken is bij de procedure. Dat is goed en we worden graag op de hoogte gehouden van de voortgang.
De heer Leenders (PvdA):
Voorzitter. De Partij voor de Dieren en de Partij van de Arbeid zijn het vandaag zeer met elkaar eens, volgens mij. Ik weet dat niet helemaal zeker; ik moet de motie nog even goed bestuderen. Wij hadden ook liever een totaalverbod op het gebruik van metam-natrium gezien. Dat blijkt moeilijk en dan doen we het maar met de aanscherping. Daar zijn we eigenlijk ook wel blij mee. Er ontbreekt wat ons betreft toch nog wat. Dat is een belangrijk aspect aan die gebruiksvoorwaarden: de informatieverschaffing aan de direct omwonenden. Dan kunnen zij zich voorbereiden op een moment waarvan zij weten dat er metam-natrium zal worden gebruikt. Ik dien de motie toch in. Dan kijken we straks even welke de beste is.
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat metam-natrium een gevaar voor de gezondheid van omwonenden kan vormen;
overwegende dat omwonenden maatregelen moeten kunnen treffen indien metam-natrium in hun directe omgeving wordt gebruikt;
overwegende dat een goede informatieverschaffing hiervoor cruciaal is;
verzoekt de regering, in overleg met de sector te treden om te komen tot een betere vorm van informatieverschaffing naar omwonenden over toepassing van metam-natrium, waarmee zij de kans krijgen maatregelen te nemen tegen eventuele negatieve effecten op hun gezondheid, en daarover de Kamer te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De heer Leenders (PvdA):
De staatssecretaris heeft aangegeven dat zij samen met de sector aan het zoeken is naar alternatieven voor grondontsmetting. Dat vind ik hartstikke goed. We gaan er vanuit dat ze dat zeer voortvarend zal doen, zodat het gebruik van metam-natrium binnenkort tot het verleden zal behoren.
De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.
Staatssecretaris Dijksma:
Voorzitter. Voordat ik mijn reactie op de twee ingediende moties zal geven, wil ik eerst een korte, algemene opmerking maken. Het Ctgb heeft metam-natrium opnieuw beoordeeld op basis van het aspect "risico's voor de gezondheid van omwonenden". Dat is in nauwe samenwerking gebeurd met de Belgische toelatingsautoriteit. Er zijn daarvoor aan het Ctgb nieuwe gegevens overlegd. Na een aanvankelijk moratorium heeft dat er uiteindelijk toe geleid dat het veilig gebruik van metam-natrium mogelijk is, als er aan aanvullende, heel strenge voorwaarden wordt voldaan.
Mevrouw Ouwehand vroeg of ik de Kamer op de hoogte houd van ontwikkelingen in het dossier. Dat zeg ik toe, want dat lijkt mij niet meer dan logisch. Vanuit de Kamer wordt gezegd dat er burgers zijn die zich zorgen maken over het middel, over de wijze waarop het gebruikt wordt en wat dat eventueel voor henzelf betekent. Dat begrijp ik. Het is goed om in de betreffende gebieden te communiceren over dit soort middelen, ook al worden die altijd onder veilige omstandigheden gebruikt. Dat laatste is immers het gevolg van de aanvullende voorwaarden van het Ctgb.
Dan wil ik het hebben over de motie-Ouwehand/Schouw op stuk nr. 290 en de motie-Leenders op stuk nr. 291. Ik heb liever dat we de manier van waarschuwen met de sector bespreken en dat we via hen bekijken op welke wijze er met mensen in de omgeving of actiegroepen overleg kan zijn, dan dat we percelen gaan markeren met waarschuwingsborden. Dat adviseer ik de Kamer en de motie-Ouwehand/Schouw wil ik om deze reden ontraden. Dat staat overigens nog los van de kosten die die motie met zich meebrengt, want waarschuwingsborden zijn niet gratis. Ik kan ook niet verordonneren dat zij toegepast moeten worden, want dat is een lokale zaak. De motie-Leenders wil ik aan het oordeel van de Kamer overlaten.
Mevrouw Ouwehand (PvdD):
Ik wil bij de staatssecretaris in herinnering brengen wat de Ombudsman destijds heeft gezegd over Q-koorts. Die epidemie was verschrikkelijk. Een van de belangrijkste verwijten aan het adres van de overheid was dat mensen die daar fietsten of recreëerden, er niet van op de hoogte waren dat zij daar mogelijk gezondheidsrisico's liepen. Het lijkt mij niet heel veel werk om, als je een akker met metam-natrium hebt bewerkt, even een bord in de grond te slaan met "Let op, hier is metam-natrium gebruikt, blijf niet te lang rondhangen". Dat lijkt mij geen onredelijke eis aan de sector. Daarnaast lijkt het me voor de staatssecretaris prettiger als zij er alles aan heeft gedaan om ervoor te zorgen dat mensen niet zonder het te weten in de buurt van een perceel zijn geweest waar die gassen uit kunnen ontsnappen.
Staatssecretaris Dijksma:
Juist daarom heb ik destijds aanvankelijk dat moratorium aangekondigd en gevraagd om een herbeoordeling van het middel in Nederland en om de betekenis daarvan voor de condities waaronder je het mag gebruiken. Die zijn uitermate strikt. Dat zal als consequentie hebben dat in een groot deel van ons land het middel niet meer gebruikt kan worden. Ik vind het belangrijk dat de Kamer dat weet. Voor een heel belangrijk deel kan dit middel nu niet meer toegepast worden, omdat veel van de percelen op een afstand van minder dan 150 meter van bewoonde huizen liggen. Ik ben het met mevrouw Ouwehand eens dat communicatie echt van belang is. Dat zie ik ook. Ik zou alleen een andere route willen kiezen dan die mevrouw Ouwehand voorstelt. De suggestie van de heer Leenders om dit samen met de sector te bespreken en te bekijken hoe we in die buurten omwonenden kunnen betrekken, vind ik goed, ook omdat ik met dezelfde sector bezig ben om grote inspanningen voor alternatieven te leveren. Ik wil de Kamer dus vragen om wat dat betreft ruimte te geven.
De heer Leenders (PvdA):
Dat kan dus betekenen dat de waarschuwingsborden een resultaat zijn van het overleg met de sector.
Staatssecretaris Dijksma:
Ik weet niet of dat via die borden gaat. Dat wil ik niet op voorhand als inzet kiezen. Ik vind het middel ook niet het interessantst. Het gaat erom dat je communicatie hebt en dat je dat met de mensen in de buurt goed oppakt. Die mensen hebben ook allemaal internetsites en dat soort dingen. Er zijn allerlei andere manieren om informatie over te hevelen. Ik wil mij niet op voorhand vastleggen of suggereren dat het een bepaald middel moet worden. Dat vind ik vanuit deze positie veel te ver gaan. Uw motie krijgt dus "oordeel Kamer", maar ik ga vervolgens niet via een U-bocht de motie van de leden Ouwehand en Schouw alsnog een positief advies meegeven, want die motie had ik nou juist ontraden.
De beraadslaging wordt gesloten.
De voorzitter:
De stemmingen zullen hedenavond plaatsvinden. Ik vrees dat er een klein gaatje in de agenda gaat vallen, want wij wachten even op de minister van VWS, die wij nodig hebben voor het volgende VAO-debat. Dat gaat over het voedselschandaal Foppen. Dat debat staat op de agenda voor 14.30 uur, maar we hopen dat de minister van VWS eerder arriveert, zodat we eerder met dat debat kunnen beginnen. Ik schors de vergadering dus voor onbepaalde tijd en ik roep de woordvoerders ertoe op om niet te ver van de plenaire zaal vandaan te gaan.
De vergadering wordt van 14.12 uur tot 14.31 uur geschorst.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20142015-39-15.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.