Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 18 juni 2003 over tabaksverkoop in psychiatrische inrichtingen, rookvrije werkplekken en beperking van verkoop en gebruik van tabaksproducten.

Mevrouw Timmer (PvdA):

Voorzitter. Ik zal niet het hele algemeen overleg overdoen. Ik wil kort toelichten waarom ik mede namens de fractie van GroenLinks een motie ga indienen. Tijdens het algemeen overleg over de aanscherping van de Tabakswet ontstond enige verwarring over een aantal definities, waaronder die van al dan niet gesubsidieerde sportkantines en sportcafés. Ik dien omwille van meer helderheid de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat bescherming van de niet-roker en eenduidigheid en handhaafbaarheid van de Tabakswet uitgangspunten van beleid moeten zijn;

overwegende dat verschil in beleid ten aanzien van een rookverbod tussen gesubsidieerde en niet gesubsidieerde sportkantines niet voldoet aan deze uitgangspunten;

verzoekt de regering, uiterlijk 1 september 2003 een voorstel aan de Kamer te zenden waarin deze uitgangspunten worden gewaarborgd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Timmer en Tonkens. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 138(28600 XVI).

De heer Buijs (CDA):

Voorzitter. Mag ik duidelijkheid van mevrouw Timmer over waar zij op aanstuurt? Wil zij nu dat gesubsidieerde en niet gesubsidieerde instellingen beide als het ware onderhevig zullen zijn aan hetgeen de minister heeft toegezegd, dus dat hierover met diverse groeperingen overleg plaatsvindt? Of zegt zij bij voorbaat dat roken verboden is, ongeacht of de kantine gesubsidieerd of niet gesubsidieerd is?

Mevrouw Timmer (PvdA):

In het algemeen overleg heb ik al gezegd dat ik vind dat een rookverbod in alle sportkantines helder is en tegemoet komt aan de duidelijkheid en handhaafbaarheid van de Tabakswet. Ik vraag nu Timmeraan de minister om voor 1 september 2003 met een oplossing te komen. Als die oplossing een rookverbod betreft, vind ik dat prima. Ik verzoek de minister in ieder geval om met een voorstel te komen. Als hij overeenkomt dat er toch een gescheiden ruimte of iets dergelijks komt, zullen wij dat beoordelen. Op dit moment is de wet in ieder geval niet helder en ook niet handhaafbaar.

De heer Buijs (CDA):

Ik deel deze mening. Ik had echter het idee dat u zelf met een oplossing zou komen. Dat blijkt dus niet het geval te zijn.

Mevrouw Timmer (PvdA):

Ik heb in het algemeen overleg aangegeven dat de Partij van de Arbeid vindt dat een rookverbod in sportkantines het meest duidelijk is en dat roken en sport niet bij elkaar passen. Er ontstaat echter verwarring.

Minister Hoogervorst:

Voorzitter. Ik kan de overwegingen van de motie volledig onderschrijven. Het verschil moet uiteindelijk verdwijnen. Ik zou de motie in die zin kunnen lezen dat zij in feite mijn beleid ondersteunt om samen met NOC-NSF te komen tot rookvrije sportkantines. Ik maak daarbij het voorbehoud dat we beginnen met zelfregulering om deze hele wereld met ons mee te krijgen. Mocht dit uiteindelijk niet voldoende resultaat opleveren, dan kan ik altijd nog met regelgeving komen op grond van de Tabakswet. Ik ben met de sportwereld in gesprek en ik zal voor 1 september met een regeling komen.

Mevrouw Timmer (PvdA):

Voorzitter. Met deze toezegging van de minister is voldaan aan de wens die de motie uitspreekt.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Timmer (28600-XVI, nr. 138) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

De beraadslaging wordt gesloten.

Naar boven