Aan de orde zijn de stemmingen over twee moties, ingediend tijdens het debat over het grotestedenbeleid, te weten:

- de motie-Van Heemst c.s. over de sociale infrastructuur (21062, nr. 78);

- de motie-Van der Hoeven/Rietkerk over ISV-gelden (21062, nr. 79).

(Zie vergadering van 30 juni 1999.)

De voorzitter:

De motie-Van der Hoeven/Rietkerk (21062, nr. 79) is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat het ISV een bundeling betreft van budgetten en subsidies ten behoeve van het aanpakken van knelpunten of achterstanden in de fysieke sfeer, zoals sociale woningbouw, stadsvernieuwing en bodemverontreiniging;

voorts overwegende, dat voor het aanwijzen van rechtstreekse en niet-rechtstreekse ISV-gemeenten objectieve en op fysieke knelpunten en achterstanden gerichte criteria een belangrijke rol dienen te spelen;

verzoekt de regering niet uit te sluiten dat op basis van inhoudelijke criteria het aantal rechtstreekse gemeenten alsnog wordt uitgebreid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Van der Hoeven en Rietkerk. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 80 (21062).

De gewijzigde motie is rondgedeeld. Ik neem aan, dat wij daar nu over kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Van Heemst c.s. (21062, nr. 78).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, de VVD en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van der Hoeven/Rietkerk (21062, nr. 80).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, het CDA, het GPV, de RPF en de SGP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven