Aan de orde is de behandeling van:

het verslag van een schriftelijk overleg over het ontwerpbesluit eenduidige loonaangifte (26448, nr. 420).

De beraadslaging wordt geopend.

De heer Blok (VVD):

Voorzitter. Ik wil de volgende motie indienen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat softwareontwikkelaars grote zorgen hebben uitgesproken over de kosten en uitvoerbaarheid van het ELOA-traject;

overwegende dat de ervaringen met grote automatiseringsprojecten van de overheid in het verleden hebben laten zien dat grote zorgvuldigheid noodzakelijk is;

verzoekt de regering, een nieuw overleg tussen UWV, Belastingdienst en softwarebedrijven te organiseren, de Kamer over de uitkomsten te informeren en tot die tijd geen onomkeerbare stappen te ondernemen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Blok, Omtzigt, Vermeij, Depla, Boelhouwer, Roefs en Ulenbelt.

Zij krijgt nr. 418(26448).

Staatssecretaris De Jager:

Voorzitter. De Kamer heeft inderdaad tot 1 januari gekregen voor het sluiten van het KB. Hoewel ik het procedureel één minuut voor twaalf vind om het zo laat mee te delen, heb ik net even contact gehad met SZW en de Belastingdienst. Men kan tot 15 januari wachten met het slaan van het KB. Wij kunnen proberen om in de week van 15 januari een overleg te organiseren en de Kamer daarover schriftelijk te informeren. Ik hoop dat dat de Kamer geen aanleiding geeft tot nader overleg. Dan is nog een paar dagen de tijd om vragen te stellen. 15 januari is het "go/no-go"-moment. Ik zeg hiermee deze procedure toe, waarmee ik tegemoet kom aan de motie. Op deze wijze kan ik de motie uitvoeren.

Het volgende zeg ik er wel bij, als signaal naar de Kamer. De Kamer vraagt mij om, een beetje negatief gezegd, met de kalkoen te onderhandelen over de kerstmaaltijd. Wij doen dit niet voor de softwareleveranciers, we doen dit voor het verlichten van de administratieve lasten van de werkgevers, en wel rond de 18 mln. structureel per jaar. Er is een eenmalige lastenverzwaring van de helft van die 18 mln., die op het conto van de softwareleveranciers komt. De heer Blok vraagt mij niet om met al die bedrijven te gaan onderhandelen die jaar in jaar uit 18 mln. lastenverlichting zien, maar net met dat ene kleine groepje van een paar bedrijven die die eenmalige structurele lastenverzwaring hebben. Het is lastig om daarover overeenstemming te bereiken, dus dat zal niet snel gaan. Ik begrijp uiteraard de wens om altijd te proberen in goede harmonie iets af te spreken, maar ik vind wel dat regering en Kamer voor het hele bedrijfsleven een afweging moeten maken. Die ruimte geef ik aan de Kamer, en om dat te betrekken in de "go/no-go"-beslissing.

De voorzitter:

Ik zie dat de heer Omtzigt wat wil vragen. Begrijpt hij het antwoord niet? Ik wel.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. De CDA-fractie ...

De voorzitter:

Nee, geeft u eerst eens antwoord op mijn vraag.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik deed net alsof ik dat niet begreep, zodat ik hier een vraag kan stellen. Ik begrijp het antwoord zeer goed, voorzitter.

De voorzitter:

Daar was ik al bang voor. Dan gaan we dus niet debatteren, want het is een kerstregime.

De heer Omtzigt (CDA):

Ik heb heel bewust geen motie ingediend, wat ik ook had kunnen doen, om tijd te krijgen.

De voorzitter:

Dat is de afspraak niet.

De heer Omtzigt (CDA):

Het zou mooi zijn als VNO-NCW erbij kwam.

De voorzitter:

Kijk eens aan! Een hartenkreet van de heer Omtzigt.

Staatssecretaris De Jager:

Die zal ik bij het overleg proberen te betrekken.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de staatssecretaris voor zijn antwoorden. Stemming over de motie vindt plaats bij de eindstemming.

De vergadering wordt van 15.45 uur tot 16.00 uur geschorst.

Naar boven