Aan de orde zijn de stemmingen over drie moties, ingediend tijdens het debat over het grotestedenbeleid, te weten:

- de motie-De Boer c.s. over het leefbaarheidsbudget (21062, nr. 91);

- de motie-De Boer c.s. over leefbaarheidsdoelstellingen (21062, nr. 92);

- de motie-Rietkerk c.s. over een meerjarig beleids- en beoordelingskader (21062, nr. 93).

(Zie vergadering van 28 juni 2000.)

De voorzitter:

De motie-De Boer c.s. is in die zin gewijzigd, dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat ontschotting van rijksmiddelen tot een van de beoogde belangrijke instrumenten van het grotestedenbeleid behoort;

overwegende, dat een van de toetsingscriteria voor het lokale grotestedenbeleid is, de integrale inzet van beleid en financiële middelen opdat financiële budgetten breder en dus doelmatiger ingezet worden;

overwegende, dat in de zogenaamde sociale pijler van het Rijk nog geen ontschotting van rijksmiddelen heeft plaatsgevonden;

overwegende, dat de besturen van de grote steden de verkokering van rijksbeleid een hinderpaal vinden in het realiseren van hun leefbaarheidsdoelstellingen in de achterstandswijken;

overwegende, dat het kabinet heeft toegezegd met voorstellen voor een experimenteerwet "Jeugd in de stad" aan het eind van dit jaar in de Kamer te komen;

verzoekt de regering vooruitlopend en als voorwerk op dit voorstel met drie gemeenten een onderzoek te starten naar de mogelijkheid van decentralisatie van overige rijkssubsidies uit de welzijns-, onderwijs- en zorgsector, die de realisatie van een lokaal integraal jeugdbeleid vereenvoudigen en verstevigen;

adviseert daarbij te kiezen voor één van de grootste G21-gemeenten, één grote gemeente met een belangrijke functie in een regio en één gemeente uit de zogenaamde G5-nieuw,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 95 (21062).

De heer Rietkerk trekt de motie-Rietkerk c.s. (21062, nr. 93) in.

In stemming komt de motie-De Boer c.s. (21062. nr. 91).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Boer c.s. (21062, nr. 95).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van het CDA en de SP tegen deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige leden ervoor, zodat zij is aangenomen.

Naar boven