Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over pre-implantatie genetische diagnostiek, te weten:

- de motie-Van der Vlies over heroverwegen van de brief over embryoselectie (29323, nr. 47);

- de motie-Van der Vlies over een stimuleringsprogramma voor embryobesparende alternatieven (29323, nr. 48).

(Zie vergadering van 2 juli 2008.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.

Mevrouw Wiegman-van Meppelen Scheppink (ChristenUnie):

Voorzitter. Mijn fractie stemt in met het kabinetsstandpunt over de pre-implantatie genetische diagnostiek, niet omdat het ons politiek-ethische ideaal is, maar wel omdat het een verbetering is ten opzichte van de huidige wettelijke ruimte die er is om PGD toe te passen. Het ontwikkelen van alternatieven op het gebied van behandeling en genezing van erfelijke aandoeningen en het onderzoek naar embryosparende alternatieven verdienen een impuls. Dat vraagt niet om een ongedekte motie, maar om de beschikbaarheid van financiële middelen. Daar zal mijn fractie bij de begrotingsbehandeling op terugkomen. Beide moties van de SGP-fractie zullen wij daarom niet steunen.

In stemming komt de motie-Van der Vlies (29323, nr. 47).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Van der Vlies (29323, nr. 48).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven