24 Stemmingen gebruik Friese taal

Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Regels met betrekking tot het gebruik van de Friese taal in het bestuurlijk verkeer en in het rechtsverkeer (Wet gebruik Friese taal) ( 33335 ),

en over:

  • - de motie-Segers/De Rouwe over de wettelijke taak van Friesland voor het in stand houden van een basisinfrastructuur (33335, nr. 11);

  • - de motie-De Rouwe/Jacobi over de erkenning van het Nedersaksisch (33335, nr. 12).

(Zie vergadering van 29 mei 2013.)

De voorzitter:

De motie-Segers/De Rouwe (33335, nr. 11) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het Rijk verantwoordelijk is voor het ontwikkelen van onderwijs-, cultuur- en mediabeleid in algemene zin en de provincie Fryslân het beleid bepaalt met betrekking tot het Fries en zorg draagt voor de uitvoering ervan;

overwegende dat het in stand houden van een basisinfrastructuur voor de Friese taal en cultuur daarom een wettelijke taak van de provincie Fryslân zou moeten zijn;

verzoekt de regering, bij de eerstvolgende herziening van het verdeelmodel Provinciefonds deze extra taak hier een aparte grondslag in te geven,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 16, was nr. 11 (33335).

Op verzoek van de heer Segers stel ik voor, zijn gewijzigde motie (33335, nr. 16, was nr. 11) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-De Rouwe/Jacobi (33335, nr. 12) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er in Noord- en Oost-Nederland een breed gedragen wens bestaat om het Nedersaksisch als streektaal te behouden en dat de provincies Fryslân, Groningen, Drenthe, Overijssel en Gelderland daarom pleiten voor het erkennen van het Nedersaksisch onder deel III van het Europees Handvest voor regionale en minderheidstalen;

overwegende dat onderzoek van de Rijksuniversiteit Groningen aantoont dat erkenning van het Nedersaksisch onder deel III mogelijk is zonder extra financiële en administratieve lasten;

verzoekt de regering om in overleg te treden met de Nedersaksische overheden, wetenschap en de Streektaalorganisaties in het Nedersaksisch Taalgebied (Sont) om de onderbouwing/argumentatie van het eerder genomen besluit om niet tot erkenning van het Nedersaksisch onder deel III van het Europees Handvest voor regionale en minderheidstalen over te gaan, nader te analyseren en de Tweede Kamer voor eind 2013 informeren over het resultaat van deze nadere analyse,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 17, was nr. 12 (33335).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

In stemming komt het amendement-Jacobi c.s. (stuk nr. 10) tot het invoegen van artikel 2a.

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de VVD, 50PLUS, D66, GroenLinks, de PvdA, de PvdD en de SP voor dit amendement hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat het is aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel, zoals op onderdelen gewijzigd door de aanneming van het gewijzigde amendement-Jacobi c.s. (stuk nr. 10)

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Mevrouw Thieme (PvdD):

De Partij voor de Dieren wordt geacht, bij de stemming over stuk nr. 21501-20, nr. 794 voor de motie-Madlener/Wilders te hebben gestemd.

De voorzitter:

Waarvan akte.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Rouwe/Jacobi (33335, nr. 17, was nr. 12).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PvdA en de PvdD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven