3 Vragenuur

Vragen van het lid Helder aan de staatssecretaris van Infrastructuur en Milieu over het bericht "Samir A. beschikte over smartphone".

Mevrouw Helder (PVV):

Voorzitter. Samir Azzouz is in zijn cel betrapt met een smartphone, waardoor hij rustig zijn gang kon gaan op internet. We hebben de door hem geüploade foto's in de media kunnen zien. Terwijl belastingbetalend Nederland zich een slag in de rondte werkt, geniet een crimineel van een luxeleventje in de cel en hij laat dat met zijn fotootjes maar even fijntjes zien. Daarom heb ik een aantal vragen aan de staatssecretaris.

Ten eerste: hoe is het in vredesnaam mogelijk dat Samir Azzouz, met zijn voorgeschiedenis – hij is veroordeeld voor het voorbereiden van een terroristische aanslag in Nederland – enige tijd ongemerkt een smartphone in zijn cel kon hebben, terwijl dat uitdrukkelijk verboden is?

Ten tweede: waarom heeft het verboden bezit geen gevolgen voor zijn vervroegde invrijheidstelling, die inmiddels vervangen is? Zelfs voor de vervroegde invrijheidsstelling gold dat deze achterwege kon blijven als hij zich tijdens detentie ernstig misdragen had.

Ten derde: gaat de staatssecretaris de controle op bezit van dit soort verboden artikelen flink opschroeven? Zo nee, waarom niet? Zo ja, hoe gaat hij dat doen?

De laatste vraag in deze termijn: waarom worden veroordeelde criminelen nog altijd afgebeeld met een balkje voor de ogen en wordt de achternaam niet volledig vermeld? Waarom gebeurt dat bij de slachtoffers wel? Zij worden volledig in beeld gebracht en hun hele voor- en achternaam komt in de media. Dat was zaterdag goed te zien. Er stond Samir A., met een balkje, maar wel Richard Nieuwenhuizen.

Staatssecretaris Teeven:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Helder voor de vragen die zij heeft gesteld over dit onderwerp. Een luxeleventje in de cel heeft de gedetineerde niet. Gedetineerde komt in september vrij. Dan gaat zijn voorwaardelijke invrijheidstelling in. Deze gedetineerde was eerst gedetineerd op de afzonderingsafdeling voor beheersgevaarlijke gedetineerden. In het zicht van de vrijlating in september was hij overgeplaatst naar een reguliere afdeling. Overigens is de gedetineerde op dit moment weer terug op een beheersgevaarlijke afdeling. In het kader van de straf voor het hebben die smartphone is hij weer teruggeplaatst, omdat ook ik het zeer onwenselijk vind dat mensen de beschikking hebben over een smartphone.

Hoe is het mogelijk dat dit niet is opgemerkt? Het is wel opgemerkt. Er is een aantal spitacties geweest in de gevangenis, want er was op een gegeven moment informatie dat er een gsm was. Die gsm is ook aangetroffen. Het is dus wel opgemerkt, maar voor mensen op een afzonderingsafdeling is het inderdaad veel moeilijker, zo niet onmogelijk, om dit soort apparaten te hebben. Op een reguliere afdeling komt dit af en toe voor. Dat is buitengewoon onwenselijk en we moeten dat ook buitengewoon tegengaan, maar het komt wel voor. Misschien is het een oplossing dat mensen met zijn tweeën in een cel zitten. Dan houdt de een misschien de ander ook in de gaten, maar daar gaan we donderdag over spreken. Daar zal ik nu dus niet op vooruitlopen.

Waarom zijn er geen gevolgen voor de voorwaardelijke invrijheidsstelling? Het is precies zoals mevrouw Helder zei: dan moet het gaat om ernstige misdaden, ernstige misdraging of misdrijven die zijn gepleegd tijdens de detentie. Daar is in dit geval geen sprake van. Volgens de geldende regels leidt dit geval tot een strafoverplaatsing. Die heeft in deze zaak inderdaad plaatsgevonden. Uiteraard wordt ook onderzocht hoe deze smartphone de inrichting binnen kon komen; dat lijkt mij helder. De controle was en is al opgeschroefd. Het balkje is niet aanwezig omdat er een mediacode is.

Mevrouw Helder (PVV):

Dit waren totaal onbevredigende antwoorden, want de PVV-fractie vindt dat er wel degelijk sprake is van een ernstige misdraging. Ik koppel daaraan vast dat de betrokkene in oktober vorig jaar in zijn cel wederom is aangehouden op verdenking van het wederom beramen van een terroristische aanslag. Deze Samir Azzouz leert er helemaal niets van. Ik blijf er dus bij dat er wel degelijk sprake is van een luxe leventje in de cel.

Ik zou de staatssecretaris in de tweede termijn nog eens willen vragen om dit soort apparaten uit te bannen. Het is 2013 en dat moet echt kunnen. Wij zijn ook nog altijd van mening dat er geen sprake mag zijn van vervroegde dan wel voorwaardelijke invrijheidsstelling.

Over de mediacode heeft de staatssecretaris al eerder in een algemeen overleg gezegd dat hij daar wel degelijk iets aan zou gaan doen. Ik geef hem dus nog een keer de kans om er echt voor te zorgen dat slachtoffers als slachtoffers behandeld worden en niet met naam en toenaam in de krant komen, maar de veroordeelde criminelen wel. Ik werp hem maar weer zijn eigen slogan voor de voeten: meer straf en minder begrip voor criminelen.

Ik krijg in de tweede termijn hopelijk toch nog antwoord op die drie vragen.

Staatssecretaris Teeven:

Mevrouw Helder stelde een zeer feitelijke vraag: ban dit soort apparaten uit. Dit geeft eens temeer aan dat je buitengewoon voorzichtig moet zijn met het verlagen van het veiligheidsniveau in gevangenissen, ook in reguliere afdelingen. Je moet dus niet te snel meegaan in het verlagen van het veiligheidsniveau in gevangenissen, zoals ik sommige Kamerleden de afgelopen week in de media heb horen bepleiten. Daar moet je zeer mee uitkijken, want dit is een van de onderdelen daarvan. Dat dit soort apparatuur niet binnenkomt, heeft alles te maken met de veiligheid in gevangenissen. Daar wordt ook op gecontroleerd, ook ten aanzien van het bezoek, maar je moet ook het personeel controleren. Dat is altijd een risico, want er kan door omstandigheden altijd iets gebeuren. Er lopen op dit moment twee onderzoeken naar de integriteit in de gevangenis, in De Schie. Dat onderzoek zal ik moeten afwachten en dan zal ik op basis daarvan maatregelen nemen.

Mevrouw Helder maakte een opmerking over het met naam en toenaam noemen van slachtoffers. Sommige slachtoffers hebben daar helemaal geen bezwaar tegen. Sterker nog: die willen met naam en toenaam in de media. Andere slachtoffers maken er wel bezwaar tegen. Er worden op dit moment afspraken met de media gemaakt, zodat de slachtoffers van ernstige misdrijven niet met naam en toenaam worden vermeld. Slachtoffers of nabestaanden moeten daar echter natuurlijk ook zelf een punt van maken.

Mevrouw Helder (PVV):

De staatssecretaris refereerde aan partijen die hebben voorgesteld of gaan voorstellen om het veiligheidsniveau in gevangenissen te verlagen. Laat heel duidelijk zijn dat de PVV beslist niet een van die partijen is. Wij gaan voor versobering van gevangenissen. Wij zijn wel degelijk voor twee gevangenen in één cel, maar wij zijn er niet voor dat zij dan telefoontjes kunnen gaan delen. Die dingen moeten gewoon uitgebannen worden. We zullen de staatssecretaris op dat punt nauwlettend controleren.

Staatssecretaris Teeven:

Ik stel vast dat de fractie van de PVV en ik hetzelfde denken over het versoberen van gevangenissen en over "twee in één cel". Dat is winst in dit debat.

De voorzitter:

Ik dank de staatssecretaris voor zijn komst naar de Kamer.

Naar boven