7 Vragenuur

Vragen van het lid Van Oosten aan de minister van Veiligheid en Justitie over de stand van zaken van het verdrag "Rotterdam Rules".

De heer Van Oosten (VVD):

Voorzitter. Afgelopen week heb ik de Journée Schadee bezocht, een seminar dat is vernoemd naar professor Schadee. Schadee is een grote naam uit ons vervoersrecht. Kenners van het recht in dit huis zullen dat wel weten. Het seminar werd georganiseerd en bezocht door een zaal vol juridisch deskundigen en velen die actief zijn in de maritieme sector: reders, overslagbedrijven, verzekeraars. Gast van de dag was de minister van Veiligheid en Justitie. Hij gaf bij wijze van opening een inspirerende speech. Bij de aanwezigen bespeurde ik veel sympathie in zijn richting. Dat leek echter niet op te gaan voor één specifiek onderwerp, namelijk de "Rotterdam Rules".

De "Rotterdam Rules" is een door de Verenigde Naties opgesteld civielrechtelijk verdrag dat het zeevervoerscontract regelt. Het zou juridische risico's in de internationale handel over zee verminderen. Het werkt prijsverlagend, want hoe minder risico's hoe goedkoper. Het faciliteert handel en het komt onze export en handel ten behoeve van onze economie ten goede. Niet verwonderlijk is dan ook dat de Nederlandse regering zich in 2009 samen met de gemeente Rotterdam fors heeft ingespannen voor de totstandkoming van dit verdrag. In 2009 is dan ook een feestelijke ceremonie gehouden, waarbij vertegenwoordigers van 60 landen aanwezig waren. Aansluitend is ambtelijk hard gewerkt op het ministerie van Buitenlandse Zaken en het ministerie van Veiligheid en Justitie. Maar ergens – daar gaan mijn vragen over – is de trein stil komen te staan. Dat verbaast mij, omdat dit verdrag die handel kan bevorderen. Klopt de presumptie dat de Rotterdam Rules een positief effect kunnen hebben op de handels- en vervoerssector? Ook verneem ik graag hoe het kan dat na zo'n voortvarende start gaande het traject de voortgang in het slop is geraakt. Is de staatssecretaris niet langer overtuigd van de voordelen van dit verdrag, dat nota bene de naam draagt van de grootste havenstad van ons land? Als de staatssecretaris nog altijd enthousiast is, wanneer mag de Kamer dan specifieke implementatiewetgeving tegemoet zien?

Staatssecretaris Teeven:

Voorzitter. Ik wil de heer Van Oosten danken voor zijn specialistische, juridische vraagstelling op dit punt. Ik was uiteraard niet bij de inspirerende speech van de minister aanwezig, maar ik denk dat ik desondanks de vragen wel kan beantwoorden. De Rotterdam Rules zijn nog niet in werking, omdat op dit moment slechts twee landen hebben geratificeerd, te weten Spanje en Togo. Dat betekent niet dat we na het feest in 2009 niet overtuigd zijn van de meerwaarde, want Nederland en 23 andere landen hebben het verdrag al wel ondertekend. Wel belangrijk is dat een aantal andere grote zeevervoerlanden – de VS, China, Duitsland – het verdrag nog niet heeft ondertekend. Het verdrag treedt pas in werking als er twintig landen zijn die het hebben ondertekend. Wat betekent het als Nederland nu overgaat tot ratificatie? Het verdrag is niet onder in een la beland, er is voor gekozen om het niet te ratificeren. Als het gaat om contracten en het aandoen van de Rotterdamse havens zou het kunnen betekenen dat er andere contracten moeten worden gemaakt dan voor andere havens. Dat kan leiden tot rechtsonzekerheid op dit punt en op dit moment. Het kan ook leiden tot hoge juridische kosten. Hoewel de Nederlandse regering zeer veel meerwaarde hecht aan het verdrag, hecht ze niet aan ratificatie op dit moment. Dat zou namelijk eerder in het nadeel dan in het voordeel van Rotterdam zijn. Het zou betekenen dat zeevervoerders voor Rotterdam andere contracten zouden moeten sluiten dan voor alle andere havens. Dat lijkt niet de bedoeling.

De heer Van Oosten (VVD):

Dank voor de beantwoording. Maar dan constateer ik wel een impasse, want Nederland heeft, samen met de VS, altijd een voortrekkersrol ingenomen op dit punt. We hebben dit ook getekend. Het treedt pas in werking na ratificatie van twintig andere landen, zoals de staatssecretaris ook aangeeft. Als het dan een meerwaarde kan hebben – dat hoor ik de staatssecretaris zeggen – hoe laten we de situatie dan ontstaan dat het ook daadwerkelijk gaat gelden? Anders blijven we naar elkaar wijzen en heeft niemand er de voordelen van, terwijl we wel allemaal overtuigd zijn van die voordelen.

Staatssecretaris Teeven:

We zijn zeker overtuigd van de voordelen van de Rotterdam Rules. Mede namens de minister zeg ik toe dat Nederland met een aantal grote zeevervoerslanden die nog niet hebben geratificeerd in contact zal treden om te weten te komen wanneer we de ratificatie kunnen verwachten. Wij zullen ons daarvoor inspannen. Maar nu op dit moment ondertekenen terwijl een aantal andere grote zeevervoerlanden dat nog niet heeft gedaan, is ook uit economisch oogpunt niet verstandig.

De heer Van Oosten (VVD):

Dank voor de toegezegde inspanningen voor promotionele activiteiten voor dit verdrag in de richting van andere landen. Kan de staatssecretaris toezeggen dat hij de Kamer voor de zomer een brief stuurt waaruit blijkt welke acties hij op dit punt heeft ondernomen, zodat we wellicht in een wat kleiner gezelschap door kunnen praten over het bewerkstelligen van snelheid in de totstandkoming en inwerkingtreding van dit verdrag?

Staatssecretaris Teeven:

Kort voor de zomer of net daarna zal ik de Kamer een brief laten toekomen over onze inspanningen.

De voorzitter:

Ik dank de staatssecretaris voor zijn komst naar de Kamer.

Hiermee zijn wij tevens aan het einde gekomen van het mondelinge vragenuur.

Naar boven