4 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van het lid Ouwehand stel ik voor, haar motie op stuk 32605, nr. 79 opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, genoemde termijn van twee maanden voor deze motie opnieuw gaat lopen.

Aangezien voor de volgende ter stilzwijgende goedkeuring overgelegde stukken de termijnen zijn verstreken, stel ik voor, de stukken voor kennisgeving aan te nemen: 32408 en 32342.

Aangezien voor de volgende stukken de termijn is verstreken, stel ik voor, deze stukken voor kennisgeving aan te nemen: 24493-R1557-42; 24493-R1557-41; 23908-(R1519)-93; 23908-(R1519)-92 en 31322-86.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Afgelopen maandag deed Het Financieele Dagblad bericht van het niet functioneren van het systeem waarvan de minister van Veiligheid en Justitie, Opstelten, steeds heeft gezegd dat daarmee faillissementsfraudeurs in de kraag zouden kunnen worden gevat. Ik heb stellig de indruk dat de minister van Veiligheid en Justitie de Kamer hiervan een valse voorstelling van zaken heeft gegeven. Ik wil hem dan ook graag met spoed hierover spreken. Ik stel voor, daartoe een interpellatiedebat te houden.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen vraagt om een interpellatiedebat.

Mevrouw Helder (PVV):

Ik ben het eens met wat mevrouw Gesthuizen net zei. De minister moet daar zeker uitleg over geven. Ik wil haar wel in overweging geven er een dertigledendebat van te maken.

De heer Van Oosten (VVD):

De VVD-fractie geeft evenmin steun aan een interpellatiedebat, wel aan een andere vorm van debat. Wij willen ook graag voorafgaand een reactie van de minister ontvangen, zodat wij een beetje weten wat hij vindt van de artikelen waar mevrouw Gesthuizen aan refereert.

De heer Schouw (D66):

Het is belangrijk dat de minister opheldering geeft door middel van een brief. Vervolgens gaat de voorkeur van onze fractie uit naar een gewoon debat.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, u hebt geen steun voor een interpellatie.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Dat hoor ik, voorzitter. Ik weet niet of ik mevrouw Helder goed heb begrepen. Ik meen dat zij steun wenst te verlenen aan een dertigledendebat. Ik wil die uitgestoken hand pakken. Ik wil ook heel kort reageren op de leden die een brief willen. Ik heb daar uiteraard geen bezwaar tegen, maar dit is al zo vaak besproken.

De voorzitter:

U hebt geen bezwaar tegen een brief.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik heb geen bezwaar tegen een brief, maar ik wil sowieso een debat.

De voorzitter:

Ik heb gehoord dat u ook steun hebt voor een gewoon debat.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Is daar een meerderheid voor? O ja, de VVD-fractie steunt dat ook. Voor de spoed maakt het niet zo veel uit wanneer het op de agenda komt.

De voorzitter:

Nee, niet met de agenda van de Kamer momenteel.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Dan zou ik daar ook mee kunnen leven, want dan hebben wij ruimere spreektijden.

De voorzitter:

Ik zal het plaatsen op de lijst van debatten. U hebt daarbij vier minuten spreektijd. Ik zal dit deel van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet, zodat er ook een brief over dit onderwerp naar de Kamer kan komen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Akkoord. Hartelijk dank. Ik had nog een tweede verzoek.

De voorzitter:

U hebt een tweede verzoek. Gaat uw gang.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Een aantal weken geleden heb ik hier een ander debat aangevraagd naar aanleiding van de situatie die is ontstaan rond uitgeprocedeerde asielzoekers die zich verzameld hebben in een tweetal tentenkampen: eentje in Den Haag, hier op het Malieveld, en eentje in Osdorp. De Kamer heeft toen besloten dat daar een dertigledendebat over zou worden gehouden. Inmiddels heeft de burgemeester van Amsterdam laten weten dat de situatie onder deze omstandigheden onhoudbaar is. Ik vrees dat hij mogelijk binnen afzienbare termijn tot ontruiming zal overgaan. De situatie wordt ook steeds schrijnender met het slechtere weer. Ik wil aan de collega’s steun vragen om u, voorzitter, te verzoeken het debat met grote spoed op de agenda te plaatsen.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Grote steun voor dit voorstel. Ik hoop dat dit met voorrang op de agenda gezet kan worden, want deze mensen dreigen zo de winter in te gaan. Het wordt alleen maar erger daar.

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

Geen steun voor dit verzoek. Als het mevrouw Gesthuizen om een snel debat gaat, zijn wij beter af met een spoed-AO. Dan is het veel eerder aan de beurt. Dat zou mijn voorstel zijn.

De heer Schouw (D66):

Wij hebben een nieuw kabinet met nieuw beleid, ook op dit punt. Ik verwacht een warmer beleid. Ik wil dus zo snel mogelijk een debat hierover.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Ook van onze fractie van harte steun voor dit verzoek.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Dat geldt ook voor GroenLinks. Wij steunen het verzoek.

De heer Fritsma (PVV):

Geen steun. Als men meewerkt aan terugkeer, heeft men opvang. Een spoeddebat zou beloning betekenen van chantage.

De voorzitter:

Het spoeddebat kennen we gelukkig niet meer, dus dan kunnen we ook niet aan chantage toegeven.

De heer Van Hijum (CDA):

De CDA-fractie steunt het verzoek niet. We hebben een duidelijke brief gekregen over deze kwestie. Een snel algemeen overleg zou echter heel wel kunnen.

Mevrouw Arib (PvdA):

Volgens mij is afgesproken om een dertigledendebat te houden. Dat was de afspraak uit de vorige procedure. Wat ons betreft is er geen probleem om dit verzoek te steunen.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, ik ga bekijken wat ik voor u kan doen. Ik snap waarom u vindt dat het spoed heeft, maar we hebben een heel volle agenda. Ik zal dus bekijken wat ik voor u kan betekenen, maar meer kan ik u op dit moment echt niet beloven.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Dan krijgt u van mij de belofte dat wij in de commissie zullen bekijken of we ook daarin een meerderheid kunnen vinden om een spoedig AO te plannen. Ik hoop alleen dat de staatssecretaris zich realiseert dat hij, nu we ook hier hebben gezegd dat het grote spoed heeft, snel naar de Kamer zal moeten komen.

De voorzitter:

Als wij hem uitnodigen dan komt hij gewoon naar de Kamer, neem ik aan.

Het woord is aan mevrouw Van Tongeren.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil graag voor de begrotingsbehandeling van I en M een brief ontvangen van de minister over samenstelling van de belangrijkste adviesraad voor het ministerie, de Raad voor de leefomgeving en infrastructuur, en met name over de voorzitter van die raad, de heer Meijdam. De heer Meijdam heeft namelijk een aantal andere functies laten vallen wegens vermeende belangenverstrengeling. Ik vraag de minister bovendien om in die brief op te nemen waarom er geen deskundige op het gebied van gevaarlijke stoffen meer over is, ondanks toezeggingen van de minister dat die wel in dit belangrijkste adviesorgaan zou zitten. Ik krijg dus graag een brief met het oog op het komende debat.

De heer Van Gerven (SP):

In aanvulling daarop merk ik op dat ik vijf dagen geleden al vragen heb gesteld over de positie van de heer Meijdam. Ik heb de vraag opgeworpen of zijn positie wel houdbaar is, ook vanwege het onderzoek naar de ov-chipkaart, waarin hij een rol speelt als publiek adviseur. Die vragen zou ik graag meegenomen willen hebben, uiteraard zo snel mogelijk aangezien de positie van de heer Meijdam in het geding is.

Mevrouw Visser (VVD):

Steun voor het verzoek om een brief.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit gedeelte van het stenogram door te geleiden naar het kabinet. Ik neem aan dat u refereerde aan de begrotingsbehandeling, dus dat zullen we erin opnemen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Berndsen.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Voorzitter. Ik stond hier vorige week ook. De minister van Veiligheid en Justitie heeft beloofd dat hij de evaluatie van de invoering van de wietpas in oktober naar de commissie zou sturen. Wij hebben die evaluatie tot op de dag van vandaag niet ontvangen. Ik wil hier best iedere week komen rappelleren, net zolang tot we de evaluatie krijgen, maar ik hoop dat er binnenkort een dertigledendebat wordt geagendeerd en daar hebben we die informatie echt bij nodig. Ik rappelleer dus nogmaals.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van de stenogram doorgeleiden naar het ministerie van V en J. Ik zal de minister er zelf op wijzen dat ik dat heb gedaan, en hem ook wijzen op de spoed ervan.

De heer Van Oosten (VVD):

Vanzelfsprekend steun voor het rappel, maar ik wil ook in herinnering roepen het verzoek van collega Van der Steur in de regeling van vorige week. Hij heeft de minister verzocht om in zijn reactie passages uit het regeerakkoord mee te nemen over de wietpas.

De voorzitter:

Dat komt ook in het stenogram. Ik wijs u er wel op dat het doen van aanvullende verzoeken een vertragend effect kan hebben. Daar zit een gevaar in.

Het woord is aan de heer Van Ojik.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voorzitter. Op 14 juni heeft mijn collega El Fassed mede namens de SP-fractie gevraagd om een reactie van het kabinet op een rapport van IKV Pax Christi over de betrokkenheid van Nederlandse bedrijven bij de productie van clusterbommen. Ik rappelleer op dat verzoek.

De voorzitter:

Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Monasch.

De heer Monasch (PvdA):

Voorzitter. Nederland werd deze week opeens geconfronteerd met het feit dat de NHG striktere regels ging toepassen bij het afsluiten van hypotheken voor bestaande gevallen. Ga je verhuizen, val je ineens in een ander regime. Dat is niet conform de afspraken die het vorige kabinet heeft gemaakt, noch conform het huidige regeerakkoord. Morgen is de nieuwe minister voor Wonen aanwezig bij de bespreking van het Belastingplan. Aan hem zijn hierover ook vragen gesteld. Het is van groot belang dat de antwoorden op die vragen morgen onderdeel zijn van het debat. Vandaar het verzoek om die antwoorden vandaag naar de Kamer te sturen.

De heer Van Vliet (PVV):

De nota’s van wijziging op dit punt zouden gisteren voor 12.00 uur binnenkomen. Die heb ik ‘s avonds ontvangen. Ik steun het verzoek van de heer Monasch, maar wat mij betreft moet die brief er zo snel mogelijk komen. In het verzoek staat “voor 18.00 uur”, maar wat mij betreft moeten die antwoorden er binnen een uur zijn.

De voorzitter:

Ik zal dit deel van het stenogram met spoed doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Pechtold.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Ik heb twee verzoeken. Het eerste gaat over het Planbureau voor de Leefomgeving. Het is de derde dag op rij dat ik over de doorrekening begin die we aan het PBL hebben gevraagd. Mijn fractie krijgt signalen dat die doorrekening klaar is en op het ministerie ligt. Omdat er geen regeling meer gehouden wordt vóór de regeringsverklaring wil ik graag het verzoek doen om per ommegaande die doorrekening van het kabinet te krijgen. In ieder geval wil ik die voor morgen 12.00 uur hebben – ik realiseer me dat er morgen geen regeling is – want dan kunnen we ons goed voorbereiden. Hetzelfde geldt overigens voor de brief over de zakelijke en financiële belangen van bewindslieden.

De voorzitter:

Dit deel van het stenogram zal ik ook met spoed doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Pechtold (D66):

Dan kom ik op mijn tweede verzoek. De voorzitter van Zorgverzekeraars Nederland heeft aangegeven dat de voorgenomen kabinetsplannen over de zorgpremie in strijd zouden zijn met Europese regelgeving omdat 85% van de inkomsten van zorgverzekeraars in de toekomst uit belastingen zal worden betaald. Dat zou gelden als staatssteun. Ik wil hierop graag een schriftelijke reactie van het kabinet voor dinsdag. Daarbij zou ik de volgende vragen graag beantwoord krijgen. Valt dit naar de mening van het kabinet inderdaad onder die Europese regels? Is er tijdens de onderhandelingen of de formatie contact geweest met Brussel over dit punt? Of heeft een van de departementen contact opgenomen met Brussel? Heeft het kabinet inmiddels, naar aanleiding van de berichtgeving van vanmorgen, contact gehad met Brussel? In mijn verzoek heb ik ook nog een tweede punt …

De voorzitter:

Zullen we dat even splitsen? Dit eerste punt was een apart verzoek. Dat deel van het stenogram zal ik doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Pechtold (D66):

Het tweede deel van mijn verzoek gaat over het voorlichtingsverzoek aan de Raad van State. Dat kan natuurlijk nooit voor dinsdag. Toch zou ik dat dinsdag wel willen bespreken bij de behandeling van het regeerakkoord. Het zou, omdat het nog geen wetgeving is, maar voorgenomen wetgeving, wel snel aan de orde kunnen komen om te toetsen of het überhaupt zin heeft, maar dat hoeft wat mij betreft niet nu.

De voorzitter:

Volgende week lijkt me inderdaad het juiste moment om dat te bespreken. Dank u wel voor uw coöperatie.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik wil om twee brieven vragen met het oog op twee debatten. Het eerste verzoek gaat over de sluiting van het verzorgingshuis Zuilenstein in Nieuwegein als gevolg van de maatregelen uit het Kunduzakkoord en het regeerakkoord. Ik zou in een brief graag antwoord krijgen van de staatssecretaris op de vraag naar de prognose hoeveel verzorgingshuizen in 2013 en 2014 op de fles gaan.

Het andere verzoek gaat over het bericht over het verlies van tienduizenden banen in de zorg. Dat betreft met name de huishoudelijke zorg. Ik wil daar graag een brief met informatie over ontvangen van de staatssecretaris.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram met beide verzoeken doorgeleiden naar het kabinet. Daarmee zijn we aan het einde gekomen van de regeling van werkzaamheden.

Sluiting 13.43 uur.

Naar boven