21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 387 BRIEF VAN DE MINISTER VAN INFRASTRUCTUUR EN MILIEU

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag. 6 september 2012

Het TEN-T programma heeft als doel bij te dragen aan de realisatie van één geïntegreerd en efficiënt netwerk voor het vervoer over land en water en door de lucht binnen de Europese Unie. Met deze brief informeer ik u over het resultaat van subsidieaanvragen die in aanmerking kwamen voor Europese cofinanciering uit het Trans-Europese Vervoersnetwerk (TEN-T) programma.

Begin 2012 heeft de Europese Commissie een oproep gepubliceerd die de EU lidstaten uitnodigde om subsidieaanvragen in te dienen. Het budget voor deze oproep bedroeg 200 miljoen euro. Hierop heeft Nederland veertien aanvragen ingediend. Na een grondige beoordeling is de Europese Commissie met een voorstel gekomen. Op 12 juli 2012 zijn de lidstaten akkoord gegaan met het voorstel van de Europese Commissie. Het Europees Parlement heeft het besluit getoetst («right of scrutiny») en is akkoord.

Van de Nederlandse aanvragen zijn er uiteindelijk tien gehonoreerd, waarmee in totaal 20 miljoen euro is gemoeid. Dit bedrag komt ten goede aan projecten uit het nationale programma voor de realisatie van transport infrastructuur (MIRT) die een Europese dimensie hebben. Het gaat hierbij om de volgende projecten.

  • Wegvervoer. Voor de rijksweg A2 bij Maastricht krijgt Nederland 5 miljoen euro voor maatregelen voor de tunnelveiligheid en de aanleg van enkele afslagen. Ter bevordering van het gebruik van waterstof in het verkeer komt er 3,5 miljoen euro beschikbaar voor studies naar het gebruik van waterstof in het wegverkeer en de bouw van enkele waterstoftankstations. Nederland ontvangt 1,2 miljoen euro hiervan.

  • Spoorvervoer. Nederland ontvangt 5 miljoen euro voor de aanleg van een spoorterminal en binnenvaartkranen op een containerterminal op Maasvlakte 2. Om een rechtstreekse aansluiting van Den Bosch op de Betuweroute te realiseren is er verder 3,75 miljoen euro beschikbaar voor de studie naar een spoorboog bij Meteren. Daarnaast kan Nederland ruim drie ton tegemoet zien voor de realisatie van de spoorgoederencorridor Rotterdam–Warschau voor studieactiviteiten.

  • Vervoer over water. Nederland en Vlaanderen krijgen voor een planstudie naar de aanleg van de nieuwe zeesluis bij Terneuzen ieder bijna 2 miljoen euro. Daarnaast wordt er voor de Prinses Beatrixsluizen bij Nieuwegein ruim 3 miljoen euro uitgetrokken voor een planstudie naar de aanleg van een 3e kolk, een studie naar een verbreding van het Lekkanaal en activiteiten gericht op de publiek-private samenwerking rond de 3e kolk.

  • Luchtvervoer. Voor deelname van Schiphol aan een Eurocontrol-project dat tot doel heeft de efficiency van luchthavens te vergroten ontvangt Nederland bijna 400 000 euro.

Niet alleen ben ik er verheugd over dat EU-breed de bijdrage van (deels) Nederlandse projecten aan de realisatie van het TEN-T netwerk wordt erkend, maar ook over de kwaliteit van de aanvragen die het relatief grote Nederlandse aandeel in de toekenningen mogelijk heeft gemaakt.

Eind 2012 komt de Europese Commissie met de laatste TEN-T subsidieoproepen voor de Europese begrotingsperiode 2007–2013. Hierin zullen naar verwachting de toepassing van ERTMS en de ontwikkeling van zeesnelwegen een belangrijk deel uitmaken. Ik zal mij opnieuw inzetten voor een goede benutting van deze Europese middelen in Nederland.

Het ligt zeer in de rede dat het TEN-T programma in de nieuwe begrotingsperiode (2014–2020) zal worden voortgezet.

De minister van Infrastructuur en Milieu, M. H. Schultz van Haegen-Maas Geesteranus

Naar boven