2 Vragenuur: Vragen Karabulut

Aan de orde is het mondelinge vragenuur, overeenkomstig artikel 136 van het Reglement van Orde. 

Vragen van het lid Karabulut aan de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking, bij afwezigheid van de minister van Buitenlandse Zaken, over het bericht dat Turkije Koerdische oppositieleiders heeft opgepakt. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Turkije glijdt onder leiding van president Erdogan steeds verder af naar een dictatuur van "één man, één persoon". De Turkse president grijpt de mislukte couppoging van afgelopen zomer aan om af te rekenen met alles en iedereen die zijn alleenheerschappij in de weg staat. Vorige week zijn de hoofdredacteur en acht andere journalisten van de onafhankelijke en tevens een van oudste kranten in Turkije, Cumhuriyet — "Republiek" — opgepakt op beschuldiging van terrorisme en steun aan Gülen. Can Dündar, de journalist die bekendmaakte dat Turkse inlichtingendiensten mogelijk wapens leveren aan IS en andere jihadistische groepen, leeft gescheiden van zijn vrouw in ballingschap in Duitsland. Als klap op de vuurpijl zijn vorige week donderdagnacht meer dan negen parlementariërs van HDP, de derde grootste oppositiepartij in het Turkse parlement, in verschillende steden met veel machtsvertoon van hun bed gelicht en in het gevang gestopt, onder wie covoorzitters Selahattin Demirtaş en Figen Yüksekdağ. Dit gebeurde wederom onder de noemer van het bestrijden van terrorisme. 

De opstelling van ons kabinet inzake Turkije is tot nu toe zwak, erg zwak, terwijl alles juist wederom op een politieke arrestatie wijst. Veroordeelt de minister, in afwezigheid van elk geloofwaardig bewijs van enige betrokkenheid bij terrorisme, deze arrestaties? Wil de minister zich gaan inzetten voor vrijlating van deze en andere volksvertegenwoordigers? Is de minister bereid om de Turkse ambassadeur op het matje te roepen? Alles wat Turkije op dit moment doet, is strijdig met mensenrechten, vrijheid van meningsuiting en onafhankelijke rechtsspraak. Wil het kabinet niet alleen blaffen maar nu eindelijk ook eens bijten? Kan het kabinet per direct de toetredingsonderhandelingen met Turkije opschorten? 

Minister Ploumen:

Voorzitter. Ik dank mevrouw Karabulut voor de vragen. De regering deelt uiteraard de zorgen die mevrouw Karabulut heeft uitgesproken over de recente ontwikkelingen. Om die reden heeft mijn collega Koenders aangedrongen op een verklaring, niet per se alleen van Nederland maar, veel effectiever, van de 28 lidstaten van de Europese Unie. Hij heeft er niet alleen op aangedrongen dat die verklaring er zou komen, maar ook dat die scherp zou zijn. Deze verklaring is er nu ook. 

Ik noem een paar punten uit die verklaring, omdat ze raken aan de punten die mevrouw Karabulut aangeeft. De verklaring benoemt dat extreem zorgwekkende ontwikkelingen de rechtsstaat, het respect voor de mensenrechten en de fundamentele vrijheden verzwakken. De verklaring benoemt ook dat deze ontwikkelingen de parlementaire democratie in Turkije compromitteren, terwijl ze spanningen in het zuidoosten van Turkije versterken en de Turkse maatschappij verder polariseren. De meest recente ontwikkelingen gaan zeer ver. Het was al zorgelijk dat de immuniteit van parlementariërs werd opgeheven vanwege aan terrorisme gerelateerde verdenkingen, waardoor inderdaad vooral HDP getroffen is, maar dit nieuws is natuurlijk ronduit slecht. De verklaring hierover is vanochtend uitgebracht. 

Verder is het goed om te weten dat Nederland al eerder heeft aangedrongen op samenwerking tussen de Raad van Europa en Turkije. Er loopt nu een dialoog tussen de Raad van Europa en Turkije. De Turkse minister van Buitenlandse Zaken is in Straatsburg geweest om met de Raad van Europa te spreken. Het gaat vooral over de Commissie van Venetië. Die is er vooral om toe te zien op de vrijheid van meningsuiting van parlementariërs, een essentieel onderdeel van de democratie. De Commissie van Venetië heeft ook een kritische opinie daarover geleverd. 

In antwoord op de vraag van mevrouw Karabulut zeg ik dat Nederland misschien wel een stap verder is gegaan dan zij zich voorstelde door te pleiten voor die EU-verklaring. Die verklaring is er nu ook gekomen. 

Mevrouw Karabulut (SP):

Het blijft niet bij wat ik net heb genoemd. Er zijn inmiddels berichten gekomen van marteling van gevangen die zijn gearresteerd naar aanleiding van de mislukte coup. Er zijn tienduizenden mensen opgepakt. Er zijn meer dan 27.000 gedetineerden. Tientallen journalisten zitten in het gevang en 180 mediaorganisaties zijn gesloten, waaronder zelfs kinderzenders die de Smurfen uitzonden. Over zo'n regime hebben we het. De strijd tegen terrorisme wordt als een rookgordijn opgetrokken voor grove mensenrechtenschendingen. Hiermee worden alle regels in een democratie en de waarden waar dit kabinet en de EU voor zeggen op te komen, met voeten getreden. 

Ik ben heel blij dat de zorgen worden gedeeld en dat ze in een brief worden beschreven, maar vervolgens is de minister van Buitenlandse Zaken van Turkije ook heel erg duidelijk. Hij zegt: de EU heeft niet het recht om Turkije de les te lezen over de superioriteit van de rechtsstaat en de democratie. Bam! Wat zegt het kabinet dan? Op dit moment is het kabinet net als de EU nog steeds een blaffende hond. Turkije gaat gewoon verder. Het kabinet wil onder deze omstandigheden geen stappen zetten, het wil de Turkse ambassadeur niet op het matje roepen en het wil nog steeds doorgaan met toetredingsonderhandelingen, maar wanneer is de grens voor het kabinet wel bereikt? Wat moet er gebeuren voordat het kabinet vindt dat de rode lijn is overschreden? Als het kabinet en de EU nog een schijntje waardigheid willen behouden inzake het verdedigen van democratie en mensenrechten, zodat die Turkse minister ons inderdaad niet meer kan uitkafferen, dan moeten ze echt actie ondernemen. Anders zou ik niet weten waar dit hele spel eindigt. Hiermee wordt onze democratie ook ondermijnd. 

Minister Ploumen:

Nogmaals: wij zijn van mening dat het veel effectiever is om met 28 lidstaten te reageren op de buitengewoon zorgelijke ontwikkelingen in Turkije dan dat als land alleen te doen; laat daarover geen enkel misverstand bestaan. Daarom hebben we daar ook op ingezet. Het is denk ik goed om mevrouw Karabulut mee te geven dat deze week de reguliere voortgangsrapportage over de stand van zaken in kandidaatlidstaten verschijnt. Dat is een jaarlijks rapport van de EU. De Nederlandse regering zal een appreciatie van dat rapport naar de Kamer sturen. Dat is een goed moment om het gesprek voort te zetten. Maar nogmaals: de scherpe verklaring van de 28 lidstaten is zeer op zijn plaats en is ook niet zomaar terzijde te schuiven. 

Mevrouw Karabulut (SP):

De minister, premier Rutte en de rest van dit kabinet weten net zo goed als ik dat dit kabinet en de EU zich op dit moment laten gijzelen door Turkije. Wanneer zal de minister de stap zetten om de toetredingsonderhandelingen op te schorten? Alles wat nu gebeurt, is immers in strijd met onze waarden. 

Minister Ploumen:

Ik heb net al aangegeven dat deze week de jaarlijkse reguliere voortgangsrapportage verschijnt. We zullen zien wat daarin staat. De regering zal daarop reageren. Dat is het moment om nader in te gaan op de vraag van mevrouw Karabulut. 

De heer Knops (CDA):

De situatie in Turkije is buitengewoon ernstig. Stel je eens voor wat het voor impact heeft als het vak van de SP hier wordt gearresteerd vanwege het feit dat men een andere opvatting heeft dan het kabinet. En dan gaat het om een land dat lid wil worden van de EU en dat bondgenoot van de NAVO is. Een van de mensen die zijn opgepakt, is een collega van ons in de Parlementaire Assemblée van de NAVO. Daarmee komt het ook heel dichtbij. Mijn vraag aan de minister is de volgende. Al die verklaringen, al die zorgen die de minister van Buitenlandse Zaken eerder heeft geuit, wat doen die ertoe, wat voor indruk maken die op Turkije als dat niet wordt gevolgd door daden? 

Minister Ploumen:

Het is helder dat een verklaring van 28 lidstaten, in feite de buren van Turkije, wel degelijk impact heeft. Turkije is een land dat zich engageert, dat een rol wil spelen in de internationale politiek. Het is duidelijk dat de scherpe verklaring, zoals die nu door de EU is neergelegd, ongetwijfeld impact zal hebben op de Turken. Het gesprek met Turkije over deze zorgwekkende ontwikkelingen moet uiteraard worden voortgezet. Het klopt dat het alleen uitbrengen van een verklaring doorgaans niet genoeg is. Daar volgen natuurlijk gesprekken op. 

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Ik heb de verklaring ook gezien. De Hoge Vertegenwoordiger spreekt over de extreem zorgwekkende situatie in Turkije. De minister spreekt van slecht nieuws als het gaat om de arrestatie van de HDP-parlementsleden. Zo hebben wij meer statements gehoord. Woensdag komt de voortgangsrapportage naar de Kamer. Welke criteria stellen de EU en deze regering als meetlat om de toetredingsgesprekken te stoppen? Er is in deze Kamer een motie aangenomen, waarin staat: nu al stoppen als het gaat om de toetredingsgelden. Maar welke criteria worden er gesteld? 

Minister Ploumen:

Misschien ten overvloede: het kabinet voert de motie-Segers uit, maar ik loop niet vooruit op onze appreciatie. Het rapport verschijnt deze week. Het lijkt mij aangelegen om het gesprek op basis van de feiten, zoals die in het rapport staan, verder te voeren. 

Mevrouw Maij (PvdA):

De vrijheid van meningsuiting is het fundament van de democratie. Dat geldt voor journalisten. Dat geldt voor politici. Zoals mevrouw Karabulut als stelde: de afgelopen weken zijn er in Turkije verkeerde stappen wat dit betreft gezet. Er zijn journalisten opgepakt. Er is een krant gesloten en er zijn ook politici opgepakt, gekozen politici, collega's van ons in het Turkse parlement. De rechtsstaat wordt daarmee geschonden door de Turkse regering, door de regering van Erdogan. Wanneer nadert het moment dat wij zeggen: met deze Turkse regering willen wij de toetredingsonderhandelingen niet meer laten doorgaan? Wanneer nadert het moment dat wij zeggen: met deze Turkse regering vinden wij dat die moeten worden opgeschort? 

Minister Ploumen:

Ik verval in herhaling. Het moment om die vraag in alle scherpte te stellen, is het moment waarop wij de Kamer de appreciatie van de voortgangsrapportage sturen. Daarin wordt ongetwijfeld een actuele stand van zaken opgenomen. Naar aanleiding van die appreciatie is de minister van Buitenlandse Zaken zeer bereid om deze vraag nader te beantwoorden. Het rapport komt morgen. Ik ga ervan uit dat wij heel snel een brief naar de Kamer sturen. 

De voorzitter:

Dank. 

Naar boven