Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het Drinkwaterbesluit, te weten:

- de motie-Jansen c.s. over de kosten van buitenlandse projecten (30895, nr. 58);

- de motie-Koppejan c.s. over het specificeren van kostendragers van de te leveren watersoorten en diensten (30895, nr. 60);

- de motie-Lucas-Smeerdijk c.s. over duidelijkheid over de rol en taakverdeling van de VROM-inspectie en de NMa (30895, nr. 61).

(Zie vergadering van heden.)

De voorzitter:

De motie-Lucas-Smeerdijk c.s. (30895, nr. 61) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de Kamer bij de behandeling van de Drinkwaterwet op 2 juni 2008 via de motie-Boelhouwer/Koppejan heeft uitgesproken dat transparantie ten aanzien van de tarieven van drinkwaterbedrijven essentieel is;

overwegende dat een goed financieel toezicht op de drinkwaterbedrijven noodzakelijk is om die transparantie te bewerkstelligen;

constaterende dat de NMa nu geen formele rol heeft in dit toezicht, maar dat wel gebruikgemaakt kan worden van de expertise van de NMa;

constaterende dat de Kamer van mening is dat ten aanzien van het financiële toezicht op drinkwaterbedrijven een formele rol van de NMa voor de hand ligt, omdat de NMa niet alleen toezicht houdt op het algemene verbod op misbruik van machtspositie in de Mededingingswet, maar ook toezicht houdt op sectorspecifieke wetgeving ter voorkoming van misbruik van monopoliepositie, zoals de Gas-, Warmte- en Elektriciteitswet;

overwegende dat het financiële toezicht op de uitvoering van de Drinkwaterwet effectiever en efficiënter wordt, doordat de NMa anders dan de VROM-inspectie veel kennis en ervaring heeft met de regulering van monopolies;

verzoekt de regering, in het Drinkwaterbesluit vast te leggen dat naast de controle op kwaliteit door de VROM-inspectie zelf, onder coördinatie van de VROM-inspectie het financieel toezicht op de drinkwaterbedrijven wordt uitgevoerd door de NMa, waarbij minimalisering van de administratieve lasten voor de drinkwaterbedrijven als randvoorwaarde gesteld wordt,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 62 (30895).

Ik stel vast dat wij hierover nu kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Jansen c.s. (30895, nr. 58).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, de VVD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Koppejan c.s. (30895, nr. 60).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Lucas-Smeerdijk c.s. (30895, nr. 62).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven