Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de MobiliteitsAanpak, te weten:

- de motie-Koopmans/Cramer over onderzoek naar een hogesnelheidslijn tussen Utrecht, Arnhem en Oberhausen (31305, nr. 106);

- de motie-Koopmans/Roefs over afstemmen van verkeer- en vervoersinvesteringen op ruimtelijke ontwikkelingen (31305, nr. 107);

- de motie-Roefs/Cramer over opnemen van de mobiliteitsladder in het MIRT-spelregelkader (31305, nr. 108);

- de motie-Roemer over meer doelgroepstroken voor collectief vervoer (31305, nr. 109);

- de motie-Roemer over kansen die het samengaan van metrovervoer en lightrail kunnen bieden (31305, nr. 110);

- de motie-Aptroot over wegaanpassingen die op korte termijn gerealiseerd kunnen worden (31305, nr. 111);

- de motie-Cramer/Roefs over het convenant mobiliteitsmanagement (31305, nr. 112);

- de motie-Cramer c.s. over een landelijke regeling voor vervangend vervoer tijdens verstoringen (31305, nr. 113);

- de motie-Cramer/Koopmans over een onderzoek naar verdere energiebesparing voor het complete spoorsysteem (31305, nr. 114);

- de motie-Madlener over het gebruik van de filetop 50 als leidraad voor de fileaanpak (31305, nr. 115);

- de motie-Madlener over een wegenontsluitingsplan voor de Tweede Maasvlakte (31305, nr. 116);

- de motie-Vendrik c.s. over een tramlijn in Maastricht en Nijmegen en tussen Zwolle en Kampen (31305, nr. 117).

(Zie notaoverleg van 16 februari 2009.)

De voorzitter:

De motie-Koopman/Roefs (31305, nr. 107) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering in de motie Koopmans/Samsom (31700 XII, nr. 21) wordt opgeroepen om de MIRT-periode te verlengen naar 2028;

overwegende dat investeringen in verkeer en vervoer de economische structuur van Nederland versterken en dat deze versterking noodzakelijk is om Nederland een betere concurrentiepositie te verschaffen ten opzichte van andere landen;

overwegende dat deze investeringen in samenhang met de andere investeringen in het ruimtelijke domein worden gedaan om een optimale synergie in dit domein na te streven;

verzoekt de regering, verkeer- en vervoerinvesteringen voor de diverse modaliteiten integraal aan te pakken en af te stemmen op onder andere ruimtelijke ontwikkelingen, zodat optimale keuzes worden gemaakt waarbij de regio's goed worden betrokken;

verzoekt de regering tevens, aan te geven hoe het criterium "robuustheid van het wegen- en spoornet" wordt gedefinieerd en vastgelegd;

verzoekt de regering, daarmee de MobiliteitsAanpak als aanvulling op de Nota Mobiliteit te verankeren in het beleid;

verzoekt de regering, hierover uiterlijk op 1 juli 2009 nader te berichten,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 118 (31305).

De motie-Roefs/Cramer (31305, nr. 108) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat voor bedrijventerreinen de SER-ladder als afwegingskader wordt gebruikt;

overwegende dat voor mobiliteitsbeleid met de mobiliteitsladder een dergelijk afwegingskader beschikbaar is voor de prioritering van investeringen en maatregelen voor een economisch en duurzaam resultaat;

overwegende dat deze mobiliteitsladder ook is toegepast bij de regionale netwerkanalyses maar niet is opgenomen in de mobiliteitsaanpak;

verzoekt de regering, de mobiliteitsladder, ook bekend als de zevensprong van Verdaas, te verankeren in de Tracéwet,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 119 (31305).

De motie-Roemer (31305, nr. 110) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er nu een sterke scheiding is tussen metrovervoer en lightrail terwijl een combinatie hiervan goede kansen biedt om gebieden rondom grote steden rechtstreeks te verbinden met de grote stad;

verzoekt de regering, te onderzoeken welke kansen het samengaan van metrovervoer met lightrail kan bieden en de uitwerking hiervan op te nemen in de voorstellen voor het regionaal openbaar vervoer medio 2010,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 120 (31305).

De motie-Cramer c.s. (31305, nr. 113) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er verschillende regelingen zijn voor vervangend vervoer bij verstoringen bij gedecentraliseerde spoordiensten;

overwegende dat reizen in het ov onderdeel is van de mobiliteitsketen waar voor één reis gebruikgemaakt kan worden van zowel het hoofdrailnet als gedecentraliseerde spoordiensten;

overwegende dat voor de reiziger duidelijk moet zijn wat hij kan verwachten bij verstoringen, ongeacht de vervoerder of vervoerders wiens diensten worden gebruikt;

verzoekt de regering, in overleg met de decentrale overheden, ProRail, NS en decentrale vervoerders te komen tot een landelijke regeling voor vervangend vervoer en verbetering van de informatievoorziening richting de reiziger tijdens verstoringen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 121 (31305).

De motie-Madlener (31305, nr.116) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Madlener en Koopmans. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 122 (31305).

Ik stel vast dat wij nu over de gewijzigde moties kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Koopmans/Cramer (31305, nr. 106).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de ChristenUnie, de SGP en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Koopmans/Roefs (31305, nr. 118).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, D66, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Roefs/Cramer (31305, nr. 119).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de ChristenUnie, de SGP en het CDA voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Roemer (31305, nr. 109).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Roemer (31305, nr. 120).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Aptroot (31305, nr. 111).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Cramer/Roefs (31305, nr. 112).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de ChristenUnie, de SGP en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Cramer c.s. (31305, nr. 121).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de VVD tegen deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Cramer/Koopmans (31305, nr. 114).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PVV tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Madlener (31305, nr. 115).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, de VVD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Madlener/Koopmans (31305, nr. 122).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Vendrik c.s. (31305, nr. 117).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PVV tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

Naar boven