Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 31, item 42 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2018-2019 | nr. 31, item 42 |
Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over het MIRT,
te weten:
-de motie-Van Aalst over opwaarderen van de N35 (35000-A, nr. 31);
-de motie-Van Aalst over een middengeleider op de N36 (35000-A, nr. 32);
-de motie-Van Aalst/Wilders over 2x3-baans aanleggen van de A67 tussen Eindhoven en Venlo (35000-A, nr. 33);
-de motie-Van Aalst over nooit verlagen van de maximumsnelheid bij uitstel van wegonderhoud (35000-A, nr. 34);
-de motie-Van Aalst over verbreden van de A2 Eindhoven-Weert naar ten minste 2x3 rijstroken (35000-A, nr. 35);
-de motie-Van Aalst over aanleg van de A4-Zuid als prioriteit aanmerken (35000-A, nr. 36);
-de motie-Van Aalst over uitschakelen van de tunneldosering bij de Leidsche Rijntunnel (35000-A, nr. 37);
-de motie-Van Aalst over de knelpunten op de A15 bij Ridderkerk-Gorinchem en Gorinchem-Valburg (35000-A, nr. 38);
-de motie-Remco Dijkstra c.s. over een voortvarende aanpak van de A67 tot Geldrop (35000-A, nr. 39);
-de motie-Amhaouch over de spoorse maatregelen in de regio Venlo (35000-A, nr. 40);
-de motie-Amhaouch/Schonis over de kansen en kosten voor een snelle spoorverbinding tussen Amsterdam en Berlijn (35000-A, nr. 41);
-de motie-Amhaouch c.s. over een intercitystop bij Barneveld-Noord (35000-A, nr. 42);
-de motie-Amhaouch/Stoffer over intercityverbindingen met Harderwijk (35000-A, nr. 43);
-de motie-Von Martels c.s. over de financiële consequenties van de aanpak van de N35 (35000-A, nr. 44);
-de motie-Kröger c.s. over een plan B voor de A27 bij Amelisweerd (35000-A, nr. 45);
-de motie-Kröger over een ambitieus pakket van fietsinfraprojecten (35000-A, nr. 46);
-de motie-Kröger over niet vooraf uitsluiten van opties bij het ontwikkelen van pilots rond gedrag en beprijzing (35000-A, nr. 47);
-de motie-Kröger over een WLO-scenario voor 2˚C en 1,5˚C temperatuurstijging (35000-A, nr. 48);
-de motie-Moorlag over aansluiting op het Europese hsl-netwerk in oostelijke en noordoostelijke richting (35000-A, nr. 49);
-de motie-Moorlag over intensiveren van investeringen in de infrastructuur in perifere regio's (35000-A, nr. 51);
-de motie-Moorlag over een cofinancieringsbijdrage van de regio aan verbreding van de A67 (35000-A, nr. 52);
-de motie-Teunissen over een temperatuurstijging van 1,5˚C als sturende voorwaarde bij het Mobiliteitsfonds (35000-A, nr. 53);
-de motie-Teunissen over de WHO-normen voor luchtkwaliteit als sturende voorwaarde bij het Mobiliteitsfonds (35000-A, nr. 54);
-de motie-Teunissen/Kröger over afzien van de verbreding van de A27 bij Amelisweerd (35000-A, nr. 55);
-de motie-Teunissen over een moratorium op stikstofuitstotende MIRT-projecten bij natuurgebieden (35000-A, nr. 56);
-de motie-Schonis/Van der Graaf over betrekken van zonne-energie in de ontwikkeling van stationprojecten (35000-A, nr. 57);
-de motie-Schonis c.s. over de pilots voor alternatieve vormen van vervoer en betaling (35000-A, nr. 58);
-de motie-Schonis c.s. over stimuleren van slimme combinaties met duurzame energiesystemen (35000-A, nr. 59);
-de motie-Schonis over onderzoek hoe het WHO-rapport zich verhoudt tot de huidige wet- en regelgeving (35000-A, nr. 60);
-de motie-Laçin c.s. over de gevolgen van de uitspraak van het Europese Hof van Justitie (35000-A, nr. 61);
-de motie-Laçin over aanleg van dubbel zoab-fijn op de A8 bij Koog aan de Zaan (35000-A, nr. 62);
-de motie-Laçin over minder afhankelijkheid van Zwolle voor de bereikbaarheid van Noord-Nederland via spoor (35000-A, nr. 63);
-de motie-Laçin over vaart maken met de MIRT-verkenning Utrecht (35000-A, nr. 65);
-de motie-Van der Graaf c.s. over voorsorteren op een realisatiebesluit in 2019 over de sluis bij Kornwerderzand (35000-A, nr. 66);
-de motie-Van der Graaf/Ziengs over prioriteren van de ambitie van reistijdverkorting tussen Noord-Nederland en de Randstad (35000-A, nr. 67);
-de motie-Van der Graaf c.s. over in de proeftuinen zoeken naar mogelijkheden voor slimme en duurzame mobiliteitsoplossingen en een multimodale aanpak (35000-A, nr. 68).
(Zie notaoverleg van 29 november 2018.)
De voorzitter:
Op verzoek van de heer Amhaouch stel ik voor zijn motie (35000-A, nr. 43) aan te houden. Op verzoek van mevrouw Kröger stel ik voor haar moties (35000-A, nrs. 46 en 48) aan te houden. Op verzoek van de heer Laçin stel ik voor zijn moties (35000-A, nrs. 62 en 65) aan te houden.
Daartoe wordt besloten.
De voorzitter:
De motie-Van Aalst (35000-A, nr. 34) is in die zin gewijzigd dat zij thans is ondertekend door de leden Van Aalst en Remco Dijkstra. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat het klaverblad Hoevelaken binnenkort wordt aangepakt waardoor er extra verkeersproblemen op de A1 zullen ontstaan;
overwegende dat via een noodperron bij Barneveld-Noord automobilisten op de A1 verder de trein zouden kunnen nemen;
verzoekt de regering om met de Food Valley-regio een (tijdelijke) intercity stop bij Barneveld-Noord te onderzoeken alsmede eventuele aanvullende maatregelen;
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Noord-Nederland voor bereikbaarheid over het spoor afhankelijk is van Zwolle;
constaterende dat een verstoring bij Zwolle tot gevolg heeft dat veel treinreizigers vertraging oplopen;
overwegende dat hierdoor de trein voor veel inwoners van Noord-Nederland geen betrouwbaar alternatief is waardoor zij voor de auto kiezen;
verzoekt de regering om te onderzoeken welke mogelijkheden er zijn om station Zwolle robuuster te maken zodat verstoringen minder grote gevolgen hebben voor de bereikbaarheid van Noord-Nederland,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de IJsselmeerregio haar regionale bijdrage van 73,5 miljoen euro en ambities heeft onderbouwd bij de presentatie van het "Bidbook verbreding sluis Kornwerderzand";
constaterende dat de Kamer diverse moties heeft aangenomen over het realiseren van de nieuwe verbrede sluis bij Kornwerderzand;
overwegende dat het Rijk de rijksbijdrage van 30 miljoen euro wil reserveren tot medio 2019;
verzoekt de regering om voor te sorteren op een realisatiebesluit in 2019 en het voortouw te nemen, in samenwerking met de regio, de verschillende financieringsmogelijkheden in beeld te brengen voor de resterende middelen, en hierover de Kamer nog voor de Voorjaarsnota 2019 te informeren,
en gaat over tot de orde van de dag.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat het Infrastructuurfonds wordt omgevormd tot een Mobiliteitsfonds, waarbij de mobiliteit centraal staat in plaats van de modaliteit, aansluitend op de agenda voor slimme en duurzame mobiliteit;
constaterende dat in het regeerakkoord is afgesproken dat tot 2030 de verdeling van budgetten over de modaliteiten gelijk blijft;
overwegende dat er ook nu vanuit het belang van de reizigers, het klimaat en een schone leefomgeving al behoefte is om opgavegericht te werken, en op die manier in te zetten op de beste oplossingen voor de mobiliteit van mensen;
overwegende dat de regering heeft aangekondigd met proeftuinen te zullen starten om met regio's een nieuwe mobiliteitsgerichte werkwijze te verkennen;
van mening dat voor het oplossen van knelpunten uit de NMCA een slimme en multimodale aanpak nodig is, waarbij verschillende modaliteiten zoals openbaar vervoer, auto en fiets zo goed mogelijk op elkaar aansluiten en rekening wordt gehouden met ruimtelijke ontwikkeling;
verzoekt de regering de komende jaren in de proeftuinen te zoeken naar mogelijkheden om slimme en duurzame mobiliteitsoplossingen en een multimodale aanpak toe te passen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De motie-Van der Graaf/Ziengs (35000-A, nr. 67) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans luidt:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat Noord-Nederland stevige ambities heeft voor een kortere reistijd per trein tussen de Randstad en Leeuwarden, Assen en Groningen;
constaterende dat de NS al heeft aangekondigd een testrit te doen voor versnelling in ochtend- en avondspits;
overwegende dat een kortere reistijd een forse en positieve impuls geeft aan het vestigingsklimaat in Noordoost-Nederland en zorgt voor minder spanning op de woningmarkt, voor dynamiek op de arbeidsmarkt en voor een betere spreiding van toeristen over Nederland;
overwegende dat ook in het MIRT en het Toekomstbeeld OV 2040 wordt erkend dat de reistijd per ov tussen de landsdelen verkort dient te worden;
van mening dat de huidige intercityverbindingen er niet op achteruit mogen gaan;
verzoekt de regering de ambitie van reistijdverkorting tussen de landsdelen, en in het bijzonder tussen Noord-Nederland en de Randstad, te prioriteren in de uitwerking van het Toekomstbeeld OV en in kaart te brengen hoe minstens 30 minuten reistijdverkorting van en naar Noord-Nederland richting 2030 kan worden gehaald,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Zij krijgt nr. 73, was nr. 72 (35000-A).
Ik stel vast dat wij nu over deze gewijzigde moties kunnen stemmen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van DENK, de VVD, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks, DENK, 50PLUS, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van 50PLUS, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van DENK, 50PLUS, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van 50PLUS, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van DENK, 50PLUS, de SGP, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van DENK, de VVD, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PvdD ertegen, zodat zij is aangenomen.
De heer Von Martels.
De heer Von Martels (CDA):
Dank u wel, voorzitter. Nu deze motie met betrekking tot de N35 is aangenomen, zou ik graag een brief willen ontvangen van de minister over hoe zij deze motie denkt uit te kunnen voeren.
De voorzitter:
Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, de SGP en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK en 50PLUS voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, de SGP en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, DENK, 50PLUS, de PVV en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK en 50PLUS voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
Mevrouw Ploumen.
Mevrouw Ploumen (PvdA):
Wij worden geacht tegen de motie op stuk nr. 54 gestemd te hebben.
De voorzitter:
Deze opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks en de PvdD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en FvD voor deze motie hebben gestemd en de leden van de fractie van de PVV ertegen, zodat zij is aangenomen.
De heer Baudet.
De heer Baudet (FvD):
Bij de motie op stuk nr. 58 hadden wij graag geacht willen zijn geweest ...
De voorzitter:
Voor te hebben gestemd.
De heer Baudet (FvD):
... tegen te hebben gestemd, dus 57.
De voorzitter:
Tegen te hebben gestemd. Oké. Was het de motie op stuk nr. 57?
De heer Baudet (FvD):
57 tegen en 58 voor.
De voorzitter:
O, dus 57 tegen en 58 voor. Deze opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen. Het is een lange stemmingslijst, dus misschien nog even volhouden.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de VVD, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de SGP, het CDA en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS en D66 voor deze motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, de VVD, de SGP, het CDA en FvD voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.
Meneer Verhoeven?
De heer Verhoeven (D66):
Voorzitter. Wij hadden bij nummer 61 tegen willen stemmen.
De voorzitter:
Deze opmerking zal in de Handelingen worden opgenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat deze nader gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, de PvdD, DENK, 50PLUS, D66, de SGP, het CDA, de ChristenUnie en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
Mevrouw Van der Graaf?
Mevrouw Van der Graaf (ChristenUnie):
Mevrouw de voorzitter. Nu de motie over de sluis bij Kornwerderzand met algemene stemmen is aangenomen, zou ik de regering graag willen vragen om een brief met daarin een toelichting hoe zij deze motie gaat uitvoeren. Dank u wel.
De voorzitter:
Ik stel voor het stenogram van dit deel van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20182019-31-42.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.