Lijst van ingekomen stukken, met de door de voorzitter ter zake gedane voorstellen:

1. de volgende brieven:

twee, van de minister van Defensie, te weten:

  • een, over een multinationale UN Standby Forces High Readiness Brigade (Shirbrig) (24400-X, nr. 117);

  • een, over de uitbreiding van de genieconstructie- en mijnenruimcapaciteit (24400-X, nr. 119);

twee, van de staatssecretaris van Defensie, te weten:

  • een, over luchtverdedigingscapaciteit (24400-X, nr. 116);

  • een, over mijnen en mijnenvervangende middelen (24400-X, nr. 118);

een, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, ten geleide van het onderzoek inzake de herziening van het Reken- en Meetvoorschrift Railverkeerslawaai (24400-XI, nr. 76);

twee, van de minister van Verkeer en Waterstaat, te weten:

  • een, ten geleide van de eerste voortgangsrapportage van het project Betuweroute conform de procedureregeling "Controle Grote Projecten" (22589, nr. 109);

  • een, over de ontwikkelingen rond uitvoering PKB Schiphol en omgeving (23552, 24786, nr. 57);

een, van de ministers van Verkeer en Waterstaat en van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, ten geleide van deel 3 van de Planologische Kernbeslissing Hogesnelheidslijn-Zuid (22026, nr. 16);

een, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, ten geleide van een reactie op het amendement-Dankers (24554, nr. 14) op de Invoeringswet Arbeidsvoorzieningswet (24554, nr. 15).

Deze brieven zijn al gedrukt en rondgedeeld;

2. de volgende brieven:

een, van de minister van Binnenlandse Zaken, ten geleide van een circulaire inzake Wijziging openstelling van burgemeestersvacatures bij voorstellen tot herindeling;

een, van de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, ten geleide van het rapport commissie Evaluatie NWO;

twee, van de minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer, te weten:

  • een, ten geleide van het verslag Fonds Luchtvaartverontreiniging over 1995 en de Nieuwe brochure Fonds Luchtvaartverontreiniging;

  • een, ten geleide van het Ontwerpbesluit detailhandel en ambachtsbedrijven milieubeheer;

twee, van de minister van Economische Zaken, te weten:

  • een, ten geleide van de agenda van de Eureka ministersconferentie op 28 juni 1996;

  • een, ten geleide van een reactie op het verzoek om de evaluatie van het IMK te plaatsen in het bredere kader van de voorlichtings- en adviesstructuur;

twee, van de minister van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, te weten:

  • een, ten geleide van het rapport van de tweede EU-missie van veterinair deskundigen;

  • een, inzake de evaluatie Samenwerkingsregeling Boseigenaren;

twee, van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, te weten:

  • een, ten geleide van het rapport Schuldhulpverlening;

  • een, inzake de evaluatie Positionering en werkwijze Bedrijfsadviseurs Minderheden;

twee, van de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, te weten:

  • een, ten geleide van Informatie samenstelling leden voorlopige RVZ en RMO;

  • een, over herstructurering van de bloedvoorziening;

een, van de staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, ten geleide van informatiemateriaal inzake het NIZW-programma "Multiculturele aspecten van zorg en welzijn".

De voorzitter stelt voor, deze brieven door te zenden aan de betrokken commissies ter afdoening en niet te drukken;

3. de volgende adressen:

een, van E.R. van Egmond te Delft, met betrekking tot aftrek van advocaatskosten;

een, van A. Braker te Kampen, met betrekking tot kwijtschelding van inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen en omzetbelasting;

een, van ing. R.A.J. van der Ploeg te Papendrecht, met betrekking tot belastingvrijstelling stakingswinst;

een, van mevrouw M. Tuinenburg te Dordrecht, met betrekking tot kwijtschelding van aanslagen inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen;

een, van mevrouw W.J. Meinders-Schaap te Gorinchem, met betrekking tot kwijtschelding van aanslagen loonheffing/premie volksverzekeringen over 1992 t/m 1994;

een, van S.L.A. Kwak te Hellevoetsluis, met betrekking tot premie volksverzekeringen;

een, van S. Schiphuis te Meerle, met betrekking tot een ziekenfondsverzekering;

een, van B. Soeknandan te Voorburg, met betrekking tot kwijtschelding van een renteloze lening;

een, van C. en H.A. Bool te Vlijmen, met betrekking tot kwijtschelding van een belastingschuld;

een, van H.L.H. Roumen te Helmond, met betrekking tot verjaring op het recht van verrekening van een belastingschuld;

een, van S.H. Monfils te Landgraaf, met betrekking tot onbehoorlijke afhandeling van een ingediende klacht;

een, van M.A. Barning te Rijswijk, met betrekking tot kwijtschelding van belastingaanslagen;

een, van mevrouw H.C. van Rijen-de Bruijn te Veenendaal, met betrekking tot kwijtschelding van een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 1994;

een, van W. Ravenhorst te Kloosterhaar, met betrekking tot een aanslag motorrijtuigenbelasting;

een, van H.P.H. Santema te Steenwijk, met betrekking tot een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen;

een, van mevrouw M.A.D. van de Ven-Overgaag te Gemert, met betrekking tot toepassing van de hardheidsclausule inzake een aanslag inkomstenbelasting/premie volksverzekeringen 1993;

een, van N. de Ronden te Weesp, met betrekking tot zelfstandigenaftrek.

Deze adressen zijn in handen gesteld door de commissie voor de Verzoekschriften;

4. een brief van de Algemene Rekenkamer, ten geleide van het rapport bij de financiële verantwoording 1994 van het Fonds economische structuurversterking.

Deze brief ligt op de griffie ter inzage. Kopie is gezonden aan de betrokken commissie.

Naar boven