4 Vragenuur: Vragen Segers

Vragen van het lid Segers aan de minister van Veiligheid en Justitie over kwetsende, antisemitische spreekkoren bij de voetbalwedstrijd Utrecht-Ajax. 

De heer Segers (ChristenUnie):

Mevrouw de voorzitter. Antisemitisme is een veelkoppig monster. Dit weekend stak het zijn kop op bij de wedstrijd Utrecht-Ajax in de vorm van afschuwelijke antisemitische spreekkoren. De Kamer spreekt regelmatig over antisemitisme. De ChristenUnie-fractie heeft hier recentelijk nog een rondetafelgesprek over georganiseerd. Hoe weerzinwekkend is het dan als je hoort wat er bij een wedstrijd van dit weekend wordt geroepen? 

De woordvoerder van Ajax heeft gezegd dat hij in het stadion was en dat hij spreekkoren tijdens de wedstrijd heeft gehoord. Er ligt een prachtig protocol bij de KNVB dat zegt dat je een wedstrijd in zo'n geval kunt stilleggen. Waarom is dat niet gebeurd? Als ze hoorbaar zijn, waarom is daar dan niet onmiddellijk actie op ondernomen? De aanklager van de KNVB kan ook onmiddellijk een vooronderzoek starten. Waarom is dat niet direct gebeurd? 

Inmiddels heeft Utrecht wel actie ondernomen. Ze hebben een verklaring uitgegeven waarin ze excuses aanbieden en zeggen dat ze met politie en OM zullen overleggen. Dat is mooi. Dat is goed nieuws, maar wat is de status daar precies van en is het afdoende? Is de minister bereid om te overleggen met de KNVB om ervoor te zorgen dat het protocol dat er ligt, niet alleen een stuk papier is maar dat dat echt wordt nageleefd, en dat er bij dit verschrikkelijke kwaad, deze kwetsende spreekkoren lik-op-stukbeleid plaatsvindt? 

Minister Van der Steur:

Voorzitter. Laat ik allereerst de heer Segers danken voor het feit dat hij mij in de gelegenheid stelt om mijn maidenspeech in uw Kamer te mogen houden. Het is alleen jammer dat het zo'n onsmakelijk onderwerp is waarvoor ik hier mag verschijnen. 

Als minister van Veiligheid en Justitie begin ik ermee te benadrukken dat de scheldende spreekkoren, zoals we die dit weekend bij FC Utrecht-Ajax hebben gehoord, absoluut niet door de beugel kunnen. Ik veroordeel dan ook elke vorm van antisemitisme, racisme en homofobie en alle spreekkoren die daar aandacht aan besteden. Ik vind dan ook dat degenen die zich hieraan schuldig hebben gemaakt, stevig moeten worden aangepakt. Inmiddels heb ik ook begrepen dat het Openbaar Ministerie een onderzoek heeft ingesteld en dat er een melding van dit spreekkoor is gemaakt. Die melding zal bij het onderzoek van het Openbaar Ministerie worden betrokken. 

Wel is het een feit dat de aanpak van dit soort spreekkoren primair een lokale zaak is; dat zei de heer Segers ook. In dat kader heb ik van de gemeente Utrecht begrepen dat er vandaag een bijeenkomst plaatsvindt van de zogenaamde lokale partners met de club, om te bespreken hoe ze dit voorval willen gaan aanpakken. Ik denk dat de heer Segers weet dat het landelijk beleid is dat antisemitische, homofobe, racistische en anderszins discriminerende spreekkoren aangepakt behoren te worden. 

De heer Segers wees er ook op dat er een protocol is. Ook ik vraag mij af waarom dat protocol niet meteen in werking is gesteld om de wedstrijd stil te leggen. Dat was mogelijk geweest. Die beslissing had ook door de scheidsrechter zelf kunnen worden genomen. Het lijkt dat degenen die op dat moment de leiding hadden over de wedstrijd in de zogenaamde commandokamer, niet tijdig van het spreekkoor op de hoogte zijn geweest. Dat lijkt de reden te zijn dat men geen actie heeft ondernomen. 

Dat wil niet zeggen dat er niet allerlei vormen van actie ondernomen kunnen worden. Er is een onderzoek gestart om te bekijken of de veroorzakers ervan een stadionverbod kunnen krijgen, zowel van de club als van de KNVB. Ook kan het Openbaar Ministerie besluiten om tot vervolging over te gaan. Ik ga er in ieder geval van uit dat de lokale partners alle mogelijke acties zullen ondernemen. Zo nodig zal ik mij er met de KNVB over verstaan, om het laatste punt van de heer Segers te beantwoorden, dat er in het vervolg op dit punt adequaat, lik op stuk en snel kan worden ingegrepen binnen de verantwoordelijkheid van de club en de KNVB zelf. 

De heer Segers (ChristenUnie):

De minister zegt: zo nodig zal ik overleggen met de KNVB. Dat is toch echt heel mager. Waarom gaat hij niet gewoon overleggen met de KNVB? Er is in 2011 een kort geding tegen ADO geweest; dat had ook betrekking op die verschrikkelijke antisemitische spreekkoren. Toen is bevestigd dat de club de eerstverantwoordelijke is die handelend moet optreden. Dat is niet gebeurd, terwijl een woordvoerder van Ajax zegt dat hij het gehoord heeft. Het is dus hoorbaar geweest in het stadion. Wil de minister met de KNVB overleggen, zodat de clubs en de scheidsrechters direct handelend optreden als er spreekkoren zijn? Wil hij toch echt in overleg met de KNVB, zodat dat protocol geen stuk papier blijft maar wordt nageleefd? 

Minister Van der Steur:

De intentie van mijn opmerking was om de KNVB nog eens te wijzen op dat protocol. Ik ga er ook van uit dat men, als men het had gehoord op de juiste plek, actie had ondernomen. Want nogmaals, ik ben het geheel met de heer Segers eens dat dit soort teksten in onze samenleving, zeker bij een voetbalwedstrijd, niet thuishoren. 

De heer Segers (ChristenUnie):

Ik heb nog een laatste vraag. Dit is niet van vandaag of gisteren; dit gebeurt vaker. Het zijn afschuwelijke spreekkoren. Het is huiveringwekkend als je die teksten hoort en afgedrukt ziet. Ze zijn zeer kwetsend en ook bedreigend voor de joodse gemeenschap. Hoe kunnen we er nu voor zorgen dat degenen die hiervoor verantwoordelijk zijn, opgepakt en bestraft worden, desnoods met een stadionverbod? Als de nieuwe voetbalwet wordt aangenomen, kan dat voor een veel langere termijn dan tot voor kort. Hoe zorgen we ervoor dat degenen die zich hieraan bezondigen, ook echt worden bestraft? 

Minister Van der Steur:

Het antwoord op die vraag van de heer Segers is het eenvoudigst. We moeten alle maatregelen aflopen die we genomen hebben. Ik ben het met de heer Segers eens dat dat dan ook wel moet gebeuren. De KNVB kan via de clubs actie ondernemen en het tuchtrecht hanteren, de clubs kunnen zelf actie ondernemen, de scheidsrechter kan actie ondernemen en het Openbaar Ministerie kan actie ondernemen. Dat laatste is in ieder geval aan de gang en over de rest wordt op dit moment overleg gepleegd. Mijn insteek is — daar heb ik alle vertrouwen in — dat ook op dit punt, zij het zoals de heer Segers zei in dit geval laat, alles in het werk wordt gesteld om de verantwoordelijken tot de orde te roepen en hun die verantwoordelijkheid ook te laten dragen. 

De heer Segers (ChristenUnie):

De allerlaatste vraag is of de minister bereid is om ons, wanneer hij het overleg met de KNVB heeft gevoerd, te vertellen hoe het protocol voortaan wordt nageleefd, dat we echt alles op alles zetten om deze verschrikkelijke spreekkoren te voorkomen en dat er onmiddellijk handelend wordt opgetreden als zij plaatsvinden. Is de minister bereid om ons daarover te informeren? 

Minister Van der Steur:

Ik kan daar kort over zijn: daartoe ben ik bereid. Ik zal in dezelfde brief ook meteen aandacht schenken aan de vraag waarom tijdens de wedstrijd geen adequate maatregelen zijn genomen. 

De voorzitter:

Die brief krijgen wij hopelijk vrij snel. 

Minister Van der Steur:

Ja. 

De heer Van der Staaij (SGP):

Het is terecht dat hier vandaag gesproken wordt over deze afschuwelijke en weerzinwekkende antisemitische koren die gehoord werden tijdens die wedstrijd. Mijn vraag aan de minister betreft de strafrechtelijke aanpak. Het is immers ongelooflijk belangrijk dat er niet alleen wordt opgetreden, maar dat er tijdig en snel wordt opgetreden. Wil de minister bevorderen dat, als er vervolgingsmogelijkheden zijn, die zo snel mogelijk worden benut? 

Minister Van der Steur:

De heer Van der Staaij weet als geen ander dat het voor mij als minister niet passend is om mij rechtstreeks te bemoeien met een individueel onderzoek van het Openbaar Ministerie, maar ik wijs op het simpele feit dat het Openbaar Ministerie nu al, zelfs zonder een aangifte, deze aankondiging heeft gedaan. Het Openbaar Ministerie verzoekt overigens wel om aangiften en zou ook graag willen dat getuigen zich melden. Laat ik hier dus maar even herhalen, ook ten behoeve van het Openbaar Ministerie, dat men op zoek is naar getuigen en dat men ook graag wil dat er aangifte wordt gedaan van dit mogelijk strafbare feit. Maar het is niet aan mij om ervoor te zorgen dat het Openbaar Ministerie alles doet wat het moet doen. Ik ga er altijd van uit dat het Openbaar Ministerie precies datgene doet wat het moet doen, namelijk het instellen van een onderzoek en waar nodig en waar mogelijk tot opsporing en vervolging overgaan. 

De heer Marcouch (PvdA):

Laat duidelijk zijn dat dit soort haatzaaiende criminelen de samenleving ontwricht en de waardigheid van mensen aantast. Ik hoorde de minister zeggen dat het Openbaar Ministerie een onderzoek instelt. Daar ben ik blij mee, want dat bleek niet uit de berichtgeving tot nu toe. De minister stelde ook dat dit een lokale aangelegenheid is. Discriminatie en dit soort haatzaaiende teksten zijn toch een speerpunt van het Openbaar Ministerie? Ik mis elke keer dat het Openbaar Ministerie uit zichzelf, dus voordat er überhaupt iets in de krant staat of voordat er Kamervragen zijn aangemeld, een offensief inzet om dit soort haatzaaiende criminelen op te sporen, op te pakken en op te sluiten. Dat is immers zoals wij behoren te reageren. 

Minister Van der Steur:

Ik dank de heer Marcouch voor zijn vraag. Ik stel voorop dat mijn inschatting is dat, als spreekkoren tijdens een voetbalwedstrijd ertoe leiden dat er onmiddellijk actie wordt ondernomen ten aanzien van de voetbalwedstrijd zelf, dat natuurlijk de eerste stap is om ervoor te zorgen dat dit niet meer voorkomt. Over het algemeen ga je immers naar een voetbalwedstrijd om in een zekere vorm, zij het in dit geval dan in deze onsmakelijke vorm, daarvan te genieten. Dat zou de eerste stap moeten zijn. Dan is het Openbaar Ministerie op termijn misschien helemaal niet meer nodig. Als het Openbaar Ministerie wel nodig is, zal het alles doen wat het moet doen. Dat is in dit geval ook gebeurd, want het Openbaar Ministerie heeft kort voordat ik hier verscheen, zelfstandig bevestigd dat het onderzoek zal doen. Het heeft om die reden ook uitgenodigd tot het doen van aangifte en heeft gevraagd of getuigen zich kunnen melden. 

De voorzitter:

Dank u wel voor uw antwoorden en voor uw komst naar de Kamer. 

We zijn een beetje vlot. We wachten dus heel even op de minister van Onderwijs, die is uitgenodigd voor de volgende vraag. O, ze komt nu binnen. We kunnen doorgaan. 

Naar boven