31 Bekostiging wijkverpleging 2016/Inkoop thuiszorg

Aan de orde is het VAO Bekostiging wijkverpleging 2016/Inkoop thuiszorg (AO d.d. 01/07). 

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik dien de volgende moties in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de staatssecretaris voornemens is de inkoop van wijkverpleging bij representatie per 2016 te laten vervallen; 

constaterende dat het laten vervallen van representatie grote onzekerheid voor zorgaanbieders, wijkverpleegkundigen en cliënten met zich meebrengt en tot grote bureaucratie kan leiden; 

van mening dat het verstandig is om in 2016 als overgangsjaar stabiliteit in de inkoop te creëren; 

verzoekt de regering, het representatiemodel voor de inkoop van wijkverpleging te behouden, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Leijten en Bruins Slot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 628 (29689). 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat Achmea een aanbesteding is gestart in Utrecht, Zwolle en Hardenberg voor een pilot in de wijkverpleging waarin per wijk uiteindelijk één zorgaanbieder de wijkverpleging mag bieden; 

constaterende dat in de vereisten staat dat een zorgaanbieder alle leveringsvormen moet bieden om de aanbesteding te kunnen winnen en dat dit voor kleine aanbieders of zzp'ers een onmogelijke eis is; 

van mening dat door deze pilot vele patiënten hun vaste wijkverpleegkundige kunnen verliezen, of moeten overstappen naar een andere zorgverzekeraar; 

van mening dat in deze pilot de inkoopmacht volledig doorslaat en niet inzichtelijk gemaakt kan worden of er voor een aanbieder gekozen wordt om de kwaliteit of om de prijs; 

constaterende dat als de pilot mislukt de hele situatie in de wijken overhoop is gehaald en moeilijk weer in de oude situatie is te herstellen, simpelweg omdat niet gecontracteerde aanbieders zullen verdwijnen; 

verzoekt de regering, met een beroep op de continuïteit van de zorgverlening, per direct de aanbesteding van de Achmea-pilot stop te zetten, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 629 (29689). 

Mevrouw Leijten (SP):

Dan dien ik nog een motie in over een punt waarover wij niet voldoende helderheid gekregen hebben tijdens het debat. Het kan zijn dat de motie overbodig is, maar in dat geval trek ik haar met alle liefde weer in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat voor een indicatie wijkverpleging een zorgplan nodig is en dat zorgverzekeraars aangeven dat daar procentueel van kan worden afgeweken als de zorgbehoefte (tijdelijk) verandert; 

constaterende dat het kan gebeuren dat de zorgbehoefte zo onvoorspelbaar is dat een "stabiel" zorgplan onmogelijk op te stellen is; 

verzoekt de regering, het mogelijk te maken dat een flexibel zorgplan kan worden afgesproken, zodat voorkomen wordt dat iemand of geen indicatie kan krijgen of dat er permanente herindicatie moet plaatsvinden, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 630 (29689). 

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik dien de volgende motie in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de wijkverpleging per 1 januari 2015 is overgeheveld naar de zorgverzekeringswet en daar op dit moment wordt bekostigd op basis van veertien productgroepen met verschillende tarieven en variabele doorlooptijden welke door aanbieders veelvuldig opgeknipt worden in de uitvoering; 

constaterende dat dit een enorme bureaucratie tot gevolg heeft dat zorggeld en zorgtijd opslokt; 

constaterende dat de bezuiniging van 400 miljoen euro in 2015 (10% van het budget) daardoor niet wordt bereikt door anders te werken maar door het schrappen van zorg; 

verzoekt de regering, de NZa opdracht te geven de wijkverpleging en wijkziekenverzorging per 1 januari 2016 te bekostigen middels één product voor één tarief met één standaard doorlooptijd, (dat tevens als controlemechanisme dient), met andere woorden, met één vast budget per patiënt waardoor de administratieve last bijna geheel wegvalt en de bezuinigingen wel behaald kunnen worden door anders te werken en patiënten niet hun zorg hoeven kwijt te raken, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Agema. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 631 (29689). 

De motie was wel wat onverstaanbaar, mevrouw Agema. 

Mevrouw Agema (PVV):

Het moest snel, voorzitter. Ik heb maar twee minuten spreektijd. 

De voorzitter:

Het moet snel, maar op deze manier kunt u net zo goed het telefoonboek voorlezen. 

Mevrouw Agema (PVV):

Ik dacht: ik ga een cursus volgen bij Dion Graus! 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat de uitwerking van het halveren van het budget voor de huishoudelijke hulp helemaal niet zo is dat deze alleen maar inkomensafhankelijk wordt zoals het regeerakkoord beweerde, maar dat tienduizenden met een gemiddelde leeftijd van boven de 82 jaar zonder hulp komen te zitten; 

constaterende dat gedupeerden in 10% van de gemeenten 3.000 bezwaarschriften indienden tegen het schrappen van hun huishoudelijke hulp en veelal in het gelijk werden gesteld en dat extrapoleren een landelijk beeld geeft van vermoedelijk zo'n 30.000 bezwaarschriften; 

van mening dat dit een extreem groot verzet is tegen de megabezuiniging van 465 miljoen van het kabinet en dat deze megabezuiniging van tafel moet omdat deze vooralsnog gewoon ingeboekt blijft en daardoor maximaal neerslaat bij hoogbejaarden die niet mondig zijn en geen bezwaarschrift indienden; 

verzoekt de regering, de bezuiniging op de huishoudelijke hulp terug te draaien, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Agema. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 632 (29689). 

Mevrouw Agema (PVV):

Ik heb nog 20 seconden over, voorzitter! 

De voorzitter:

Ja, u had nog een paar moties kunnen verzinnen. 

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Voorzitter. Ik dien één motie in. 

Motie

De Kamer, 

gehoord de beraadslaging, 

constaterende dat in 2016 een nieuw, gemengd representatiemodel wordt gehanteerd; 

van mening dat in een complexe situatie het van belang is om een aantal ijkpunten vast te houden; 

verzoekt de regering, de Kamer vóór 1 oktober 2015 te berichten op welke wijze bij de overgangssituatie in 2016 wordt bevorderd dat: 

  • -met zorgverzekeraars wordt afgesproken in welke gevallen zij elkaar in de inkoop zullen volgen; 

  • -kleine aanbieders daadwerkelijk bij de inkoop betrokken zijn ten behoeve van een pluriform aanbod; 

  • -de administratieve lastendruk daalt; 

zorginnovatie en kwaliteit een impuls krijgen door niet te veel verschillende en aanvullende eisen te stellen, 

en gaat over tot de orde van de dag. 

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Wolbert. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund. 

Zij krijgt nr. 633 (29689). 

We pauzeren een ogenblik zodat de staatssecretaris even naar de moties kan kijken. 

Ik wijs erop dat we aansluitend op dit VAO het VAO Telecommunicatie gaan doen. De minister zit al enige tijd klaar. Ik zou het waarderen als de woordvoerders in dit VAO hiernaartoe kunnen komen: mevrouw Gesthuizen, mevrouw Agnes Mulder, mevrouw Oosenbrug, de heer De Liefde en de heer Klein. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Staatssecretaris Van Rijn:

Voorzitter. In de motie-Leijten/Bruins Slot op stuk nr. 628 wordt de regering verzocht, het representatiemodel voor de zorginkoop te behouden. Daarover hebben we uitgebreid gedebatteerd. Ik heb het volgende betoogd. Ook al zou dat kunnen, wat nog maar de vraag is, omdat de Mededingingswet geldt en afspraken tussen verzekeraars niet in alle gevallen gemaakt kunnen worden, moet je je afvragen of je dat zou moeten willen. Er ontstaat dan namelijk één blok verzekeraars waarmee het lastiger onderhandelen is, ook voor zorgverleners. Om die reden ontraad ik de motie. 

In de motie-Leijten op stuk nr. 629 wordt de regering verzocht, met een beroep op de continuïteit van zorgverlening de aanbesteding van de Achmea-pilot stop te zetten. Ik ontraad die motie met de kanttekening dat ook de Nederlandse Zorgautoriteit, gelet op de zorgplicht van de verzekeraar, er scherp op zal moeten letten dat de kwaliteit en de toegankelijkheid van zorg bij de pilot gewaarborgd zijn. 

In de motie-Leijten op stuk nr. 630 wordt verzocht het mogelijk te maken om een flexibel zorgplan af te spreken, zodat voorkomen wordt of dat iemand geen indicatie kan krijgen of dat permanente herindicatie moet plaatsvinden. Ik heb in het debat gezegd dat dit inderdaad niet onmogelijk zou moeten zijn. Om die reden heb ik toegezegd dat ik zal nagaan waar dat het geval is en dat ik erop terug zal komen. Ik verzoek de indienster om de motie in te trekken, omdat ik zal uitzoeken waar dit voorkomt. Een flexibel zorgplan zou inderdaad niet onmogelijk moeten zijn. 

Mevrouw Leijten (SP):

Het was natuurlijk een soort trucje om antwoord te krijgen op die vraag, die ik gisteren twee keer heb gesteld in het debat. De antwoorden bleven toen echter uit. Ik vind het een prima toezegging dat de staatssecretaris ernaar zal kijken omdat dit niet de bedoeling is. Dan is het goed. Dan kan ik de motie intrekken. Dan ga ik ervan uit dat wij er na de zomer bericht over ontvangen. 

De voorzitter:

Aangezien de motie-Leijten/Bruins Slot (29689, nr. 628) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit. 

Staatssecretaris Van Rijn:

De motie op stuk nr. 631 heb ik even gelezen, want ik kon mevrouw Agema niet helemaal verstaan, bij het voorlezen, aan het begin. 

De voorzitter:

U was de enige, hoor. 

Staatssecretaris Van Rijn:

Dat is ook de reden waarom ik het even zei, voorzitter. 

Er wordt verzocht om per 1 januari alles te bekostigen met één tarief voor één product. 2016 zal het overgangsjaar zijn. Dan wordt het mogelijk om één prijs per patiënt te bekostigen. In de nieuwe situatie zal het aantal categorieën zo beperkt mogelijk zijn. Ik heb in het debat aangegeven dat het niet één tarief voor één product kan zijn, omdat er nogal verschil is in zorgzwaarte en in de patiëntenmix die een zorgaanbieder heeft, tussen palliatieve zorg en wondzorg. Om die reden wil ik de motie ontraden. 

In de motie-Agema op stuk nr. 632 wordt de regering verzocht om de bezuiniging op de huishoudelijke hulp terug te draaien. Ik geloof niet dat deze van adequate dekking is voorzien. Om die reden wil ik deze ook ontraden. 

De motie-Wolbert op stuk nr. 633 is een beetje het spiegelbeeld van de motie op stuk nr. 628. Daarin wordt gezegd: als we naar een gemengd representatiemodel gaan in 2016, moet wel zijn voldaan aan een aantal voorwaarden om ervoor te zorgen dat er niet te veel administratieve lasten ontstaan, dat kleine aanbieders hun functie kunnen vervullen en dat zorginnovatie en kwaliteit een impuls kunnen krijgen. In het debat heb ik gezegd dat ik de Kamer daarover direct na het reces en in de aanloop naar het nog af te spreken AO over de wijkverpleging apart zal rapporteren. Ik acht deze motie dan ook ondersteuning van het beleid en ik laat het oordeel aan de Kamer. 

De beraadslaging wordt gesloten. 

De voorzitter:

Tot zover dit VAO. Later vandaag gaan wij daarover stemmen. Hartelijk dank aan de staatssecretaris. Fijn dat u er was. Ik schors voor een paar minuten voor het VAO Telecommunicatie, waarvoor de minister van Economische Zaken reeds aanwezig is. 

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst. 

Naar boven