94 Mededelingen

De voorzitter:

Ik dacht: we zijn zo vroeg klaar ... Ik weet dat u ontzettend veel haast hebt, mijnheer Zijlstra, maar het is een goede traditie om voordat ik de hamer laat vallen en het reces begint, kort terug te blikken op de maanden die achter ons liggen. Omdat ik dacht dat het misschien wel 7.00 uur in de ochtend zou worden, heb ik maar een korte speech gemaakt. Mijn conclusie hangt eigenlijk ook samen met dat nachtwerk dat het vandaag niet helemaal geworden is, maar het is toch wel bijna 1.00 uur. 

Het Nederlands parlement kenmerkt zich door een ongelofelijke ijver en drive. Wij hebben alleen al deze week vijf plenaire debatten gevoerd en 36 VAO's gedaan; er zijn deze week 239 moties ingediend en er is gestemd over 160 amendementen. En dan heb ik het dus alleen over deze week. 

Als we terugkomen van het reces, wacht ons een lijst met 55 dertigledendebatten en 50 meerderheidsdebatten. U allen, wij allemaal, zoeken maximaal naar ruimte om onze standpunten in te brengen. We maken daarbij gebruik van alle instrumenten die we als parlement hebben en dat tekent de enorme betrokkenheid van de Kamer bij alles wat er gebeurt in de wereld. U zou zich soms echter ook kunnen afvragen of minder niet net zo goed is. 

Wat erbovenop komt komend jaar, bovenop al het werk dat u zichzelf opdraagt, zijn twee grote projecten waarmee wij allemaal te maken krijgen. Vanaf oktober — sommigen realiseerden zich vandaag dat het de eerste dag van het herfstreces is — vieren we het 200-jarige bestaan van de Tweede en de Eerste Kamer der Staten-Generaal. Vanaf 1 januari 2016 bekleedt Nederland het EU-voorzitterschap. Dat betekent dat wij te maken hebben met de parlementaire dimensie daarvan. Het zijn gebeurtenissen waarmee we ons parlement in binnen- en buitenland in de schijnwerpers zetten en waarmee we de buitenwereld actief naar binnen halen. Als voorzitter ben ik trots op wat we hier kunnen laten zien. 

Dit is een bruggetje naar iets waar ik ook trots op ben: de inzet en loyaliteit van de mensen die hier werken. Namens ons allemaal wil ik alle medewerkers bedanken die er, vaak op de achtergrond, voor zorgen dat wij ons werk kunnen doen. Het gaat om allerlei mensen: van de griffiers, die hier om mij heen zitten, tot de beveiligers, die straks "wel thuis!" zeggen als u naar huis gaat; van de schoonmakers, die ons bureau schoonmaken, tot de informatiespecialisten, die op iedere vraag een antwoord weten of zoeken. 

Collega's, ik hoop dat u de komende weken kunt ontsnappen aan de hectiek van het Kamerwerk. Natuurlijk volgt iedereen de ontwikkelingen in eigen land en in de rest van de wereld, waarschijnlijk vooral die in Griekenland. Ik hoop echter dat u tijdens het reces ook de tijd vindt om dat ene rapport te lezen dat er nog lag, of voor dat werkbezoek dat al zo lang op uw lijstje stond. Ik wens u daarnaast een mooie en zonnige zomer toe, en zie u in september graag in goede gezondheid en met een volle batterij terug. Zoals ik immers al heb gezegd: er wacht ons een volle agenda én er staan mooie dingen te gebeuren. Vanwaar — voorwaar — een jaar om naar uit te zien! Ik wens u allen een fijn reces. 

(Geroffel op de bankjes) 

Naar boven