15 Stemmingen

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over politieonderzoek naar kindermishandeling,

te weten:

  • - de motie-Arib over de Forensische Polikliniek Kindermishandeling (31015, nr. 57);

  • - de motie-Arib c.s. over aanbevelingen van de commissie-Gunning (31015, nr. 59);

  • - de motie-Kooiman c.s. over verlagen van de drempel voor forensisch onderzoek (31015, nr. 60);

  • - de motie-Kooiman c.s. over aanvragen van specialistisch forensisch onderzoek (31015, nr. 61);

  • - de motie-Dibi c.s. over capaciteit van forensisch-pediatrisch onderzoek (31015, nr. 62).

(Zie vergadering van 18 mei 2011.)

De voorzitter:

De motie-Arib (31015, nr. 57) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat kindermishandeling nog te vaak niet wordt onderkend en dat kinderen onnodig overlijden omdat kindermishandeling niet of te laat wordt gesignaleerd;

overwegende dat de Forensische Polikliniek Kindermishandeling in Utrecht bij vermoeden van mishandeling vaak uitsluitsel kan geven en daarmee verdere mishandeling kan worden voorkomen;

verzoekt de regering, de Kamer te berichten hoeveel zaken de polikliniek in de afgelopen tijd heeft behandeld, op welke wijze deze zijn gefinancierd en daarbij tevens een voorstel voor structurele financiering te zenden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening van deze gewijzigde motie voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 63 (31015).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

Op verzoek van mevrouw Arib stel ik voor, haar motie (31015, nr. 59) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de gewijzigde motie-Arib (31015, nr. 63).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Kooiman c.s. (31015, nr. 60).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Voorzitter. Wij waren even in de war met deze stemmingen, maar wij willen geacht worden tegengestemd te hebben.

De voorzitter:

Maar zij blijft aangenomen!

Mevrouw Kooiman (SP):

Ze staan er zelf onder!

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Voorzitter. Een fractievoorzitter maakt nooit fouten, maar de uitzondering bevestigt de regel.

De voorzitter:

Dus u blijft eronder staan? Het kan namelijk ook een fout zijn dat u eronder staat.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Ja, wij blijven eronder staan.

De voorzitter:

De motie is dus aangenomen.

In stemming komt de motie-Kooiman c.s. (31015, nr. 61).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de fractie van de VVD ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dibi c.s. (31015, nr. 62).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66 en de SGP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Mevrouw Kooiman (SP):

Voorzitter. Het was heel spannend, maar nu mijn moties op de stuk nrs. 60 en 61 zijn aangenomen, wil ik graag een brief van het kabinet over de wijze waarop deze moties worden uitgevoerd.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Naar boven