Aan de orde is het debat naar aanleiding van een schriftelijk overleg op 16 december 2004 over Maastricht-Aachen Airport.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

We hebben inderdaad een interessante schriftelijke gedachtewisseling met het kabinet gehad over de voorliggende aanwijzing voor Maastricht-Aachen Airport. Die aanwijzing is gebaseerd op een planologische kernbeslissing, die een paar jaar geleden door de Kamer is aanvaard. Mijn fractie was daar toen tegen, maar het is wel het kader waarbinnen wij praten. Beredenerend vanuit het kader van de PKB heeft mijn fractie grote bezwaren tegen de manier waarop de regering dit heeft uitgewerkt en heeft neergelegd in de aanwijzing. Mijn fractie wil hierover drie moties indienen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat uit onderzoek blijkt dat vluchten tussen zes en zeven uur 's ochtends sterk bijdragen aan de slaapverstoring van omwonenden;

verzoekt de regering, de nieuwe aanwijzing Maastricht-Aachen Airport zodanig te wijzigen dat er geen vluchten worden toegestaan tussen zes en zeven uur 's ochtends,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Duyvendak, Van Velzen en Verdaas. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 22(25089).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de PKB Maastricht-Aachen Airport/Lelystad de indicatieve geluidsruimte is vastgesteld en dat deze als voldoende is beoordeeld voor een sluitende exploitatie van Maastricht-Aachen Airport;

constaterende dat volgens de nieuwe aanwijzing de geluidsoverlast desondanks ten zuiden van het luchthaventerrein binnen de 35 Ke-geluidszone groter is dan is toegestaan in de PKB, en daardoor de geluidsoverlast ter plaatse verdubbelt;

constaterende dat de nieuwe aanwijzing hierdoor op dit punt strijdig is met de PKB;

overwegende dat onvoldoende duidelijk is gemaakt, waarom het terugbrengen van de 35 Ke-geluidszone tot een maximale overschrijding van de indicatieve 35 Ke-geluidszone uit de PKB zou leiden tot een onrendabele exploitatie;

verzoekt de regering, de overschrijding van de 35 Ke-zone ten zuiden van Maastricht-Aachen Airport terug te brengen tot de maximale overschrijding van de indicatieve PKB-zone,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Duyvendak, Van Velzen en Verdaas. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 23(25089).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de gevolgen van de nieuwe aanwijzing Maastricht-Aachen Airport op de lokale luchtkwaliteit in 2010 niet bepaald zijn, en dat hier nog nadere studie naar wordt uitgevoerd;

constaterende dat meerdere bezwaren tegen verkeersprojecten door de Raad van State gegrond zijn toegewezen, vanwege tegenstrijdigheid met de regelgeving voor de luchtkwaliteit;

verzoekt de regering, de nieuwe aanwijzing Maastricht-Aachen Airport te voorzien van een berekening van de gevolgen voor de lokale luchtkwaliteit in 2010 en deze alsnog integraal aan de Kamer voor te leggen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Duyvendak, Van Velzen en Verdaas. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 24(25089).

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Wij hebben een hele serie incidentele regelgeving gehad ten aanzien van de regionale en de kleine luchtvaart. De Kamer is allang een integrale visie hierop beloofd. Tot slot dien ik de volgende motie hierover in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat het vigerende wettelijk kader voor regionale en kleine luchtvaart dateert uit 1986;

constaterende dat een nieuw wettelijk kader meerdere malen is toegezegd maar tot nu toe ontbreekt;

voorts constaterende dat de afgelopen twee jaar onder andere de PKB Maastricht-Lelystad, een gewijzigde aanwijzing Rotterdam Airport en Maastricht-Aachen Airport en het verdrag rond het particulier gebruik van luchthaven Niederrhein zijn vastgesteld, zonder dat er een samenhangend wettelijk kader was;

verzoekt de regering, binnen drie maanden een nieuw wettelijk kader voor regionale en kleine luchtvaart aan de Kamer te zenden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Duyvendak. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 25(25089).

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Minister Peijs:

Voorzitter. Ik wijs de heer Duyvendak erop dat op dit ogenblik Rotterdam Airport vanaf 06.00 uur open is en dat ook Maastricht Aachen Airport nu al van 06.00 tot 07.00 uur open is. Dat is nodig met het oog op de aansluitingen op Schiphol. Deze schakelfunctie is essentieel voor een regionaal vliegveld. Het wegvallen van die functie is een ernstige aanslag op, zo niet de nekslag voor de exploitatie van deze luchthavens. Ik verzoek de heer Duyvendak dan ook om zich daarbij neer te leggen.

Vervolgens vraagt de heer Duyvendak bij motie om een nieuw wettelijk kader dat binnen drie maanden aan de Kamer gezonden moet worden. Wij zijn tot buitengewoon veel in staat, maar in drie maanden lukt dat niet. Ik kan wel toezeggen dat dit kader in het najaar van 2005 de Kamer zal bereiken.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Met alle respect, maar als dit nu de eerste keer zou zijn dat hiernaar gevraagd werd, zou ik met deze toezegging kunnen leven. Staatssecretaris Schultz heeft gezegd dat dit kader in februari van dit jaar zou verschijnen. Het is er echter nog steeds niet. Wij wachten nu al bijna een jaar en dan lijkt mij een termijn van drie maanden niet te veel gevraagd. Er is inmiddels een praktijk van regelgeving ontstaan zonder wettelijk kader.

Minister Peijs:

Ik kan niet anders dan herhalen dat wij dit niet binnen drie maanden kunnen realiseren. In het najaar van 2005 zullen wij de Kamer een voorstel ter zake voorleggen.

Staatssecretaris Van Geel:

Voorzitter. De heer Duyvendak heeft gelijk dat er ten zuiden van het vliegveld sprake is van een overschrijding van iets meer dan 3 Ke. Dat is op zich natuurlijk van betekenis. Als gevolg van onder andere de routewijziging is er sprake van "compensatie" ten zuidwesten van het vliegveld. Ook kan worden gesproken van een aanzienlijke geluidsreductie in de 20Ke-contour. Dat betreft zo'n 1500 woningen in Maastricht. Er is geen sprake van uitbreiding van de capaciteit van de luchthaven. Het is de vraag of het redelijk is om die capaciteit met 16% te verminderen tegen de achtergrond van de overschrijding van een indicatieve lijn in de PKB. Ik denk dat het gehele pakket als redelijk kan worden omschreven. Daarom ook vind ik de motie onaanvaardbaar.

De tweede motie heeft betrekking op de luchtkwaliteit. Zeer recent hebben wij TNO aanvullend onderzoek laten doen naar de situatie in 2010. Daaruit blijkt dat alleen op de A2 de norm voor NO2 wordt overschreden en dus niet in woonlocaties. In die zin is er geen relatie met het vliegveld. Verder blijft ook het jaargemiddelde voor PM10 ruim onder de norm. Wij voldoen dus aan de eisen en ik voorzie dan ook geen problemen bij de verdere afhandeling van de procedure.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Dit zijn indicatieve cijfers, maar pas eind december zal het definitieve rapport over de luchtkwaliteit verschijnen. Ik vind dat de Kamer dat rapport moet kennen voordat zij haar oordeel geeft.

Staatssecretaris Van Geel:

Ik verwacht niet dat tussen de nu voorliggende rapportages – die ik overigens niet tot in detail ken – en de eindrapportage dusdanig grote verschillen zitten dat ik tot een ander oordeel moet komen. Ik zie dan ook geen enkele reden om op basis van deze gegevens de besluitvorming op te schorten.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Dit vind ik wat te gemakkelijk. Wij weten dat luchtkwaliteit een zeer kritieke factor is in de besluitvorming over infra-projecten. De Raad van State kijkt daar ook scherp naar en ik meen dat de Kamer in staat moet worden gesteld dat ook te doen.

Staatssecretaris Van Geel:

De Kamer krijgt nog voor Kerst de samenvatting van het rapport.

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Ik ben blij met deze toezegging, maar hoe oordeelt u over het tweede deel van mijn motie?

Staatssecretaris Van Geel:

Ik weet – en ik zeg dit in alle vriendelijkheid – dat er een uitsteltactiek wordt gevolgd in relatie tot de tijdsdruk waarvan er hier sprake is. Wij hebben de normen voor luchtkwaliteit hierbij zorgvuldig betrokken. Zoals ik in mijn brief over de interpretatie van het Besluit luchtkwaliteit heb aangegeven, verwachten wij geen problemen. Wij denken dan ook dat wij op de ingeslagen weg door kunnen gaan.

De heer Koopmans (CDA):

Het aanwijzingsbesluit heeft grote gevolgen voor de woningbouw in de gemeente Meerssen. Ik vraag u daarom om met de provincie een bestuursakkoord te sluiten, waarin een oplossing wordt geboden voor de problemen van de gemeente Meerssen.

Staatssecretaris Van Geel:

Wij hebben hierover in goed overleg met de provincie en de betrokken gemeenten afspraken gemaakt. Als ik uw vraag zo mag interpreteren dat u mij vraagt om met deze partijen in overleg te treden over eventuele resterende problemen, zeg ik u dat graag toe. Overigens is het mijn indruk dat dit zeker geen grote problemen zullen zijn.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor om aan het einde van de vergadering over de ingediende moties te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven