5 Vragenuur

Vragen van het lid Van Toorenburg aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over het bericht dat er veel mis is met het vaststellen van de WOZ-waarde.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Voorzitter. Afgelopen zaterdag zei de presentator van het NOS Journaal: huiseigenaren, het kan zijn dat u dit jaar te veel aan gemeentelijke belastingen betaalt. Ongetwijfeld schoven heel veel huiseigenaren naar het puntje van hun stoel. Uitgelegd werd dat heel veel gemeenten, veel meer dan in voorgaande jaren, fouten maken bij het vaststellen van de WOZ-waarde. 70 gemeenten zouden hun werk zo slecht hebben gedaan, dat zij onder verscherpt toezicht zijn gesteld.

Dit zijn geen fijne berichten. Mensen hebben al steeds minder te besteden, en dan is het heel pijnlijk als zij het gevoel hebben dat hun het vel over de oren wordt getrokken. Kloppen de berichten? Is het inderdaad zo dat de Waarderingskamer inmiddels 70 gemeenten begeleidt en scherper controleert, omdat die gemeenten er een potje van maken? Hoe legt de minister die stijging eigenlijk uit? Hoe komt het dat zo veel gemeenten het niet op orde hebben?

De Waarderingskamer wekte de indruk dat gemeenten zo hard moeten bezuinigen dat ze eigenlijk geen personeel meer kunnen inzetten om die beoordelingen te maken. Mensen kunnen het eenvoudigweg niet meer aan. Herkent de minister dit beeld? Klopt het ook dat heel veel gemeenten hun taken uitbesteden aan bureaus die mogelijk heel slecht werk leveren? Daarbij viel het ook op dat tegenwoordig talloze bureaus gratis hun diensten willen aanbieden. Feitelijk ontstaat er momenteel een hele markt die duidelijk een symptoom is van een niet-functionerend systeem ten aanzien van de waardebepaling van de WOZ. Graag een reactie hierop van de minister.

De voorzitter:

Het woord is aan de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Minister, u hebt twee minuten voor uw antwoord.

Minister Plasterk:

Voorzitter. Het is belangrijk dat mensen hun huis voor de WOZ correct getaxeerd krijgen. Ik ben het dus volledig eens met mevrouw Van Toorenburg dat dit cruciaal is. Laat ik vooropstellen dat het aantal mensen dat bezwaar maakt tegen de WOZ-taxatie 3,5% is. Daarvan wordt ongeveer de helft terecht bevonden. Op basis daarvan kunnen we concluderen dat 1,8% van de WOZ-taxaties niet juist en dus te hoog is, maar dat een groot deel daarvan wel juist is.

Niettemin zegt de Waarderingskamer, die toezicht houdt op het proces van de WOZ-taxaties, dat het aantal gemeenten waar het proces kan worden verbeterd, twee keer zo groot is als het jaar daarvoor. Het zijn nu 70 gemeenten en vorig jaar waren het er 35. Het klopt dus dat er een verdubbeling heeft plaatsgevonden. Wat zijn de oorzaken daarvan? Ik heb gehoord dat het wordt toegeschreven aan het feit dat gemeenten te weinig geld zouden hebben. Op zichzelf zou dat niet moeten, omdat gemeenten voor de WOZ-taxatie een apart uitvoeringsbudget krijgen waar ze dat in principe uit zouden moeten betalen. Niettemin vind ik de verdubbeling van het aantal gemeenten waar het niet goed zou gaan, voorzichtig geformuleerd, "opvallend". Ik zeg toe, met de VNG in gesprek te gaan om te inventariseren wat daaraan ten grondslag ligt. Ik zal de Kamer daarover vervolgens informeren.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik dank de minister voor deze toezegging. We moeten namelijk met elkaar bekijken hoe het systeem beter kan worden. Het is goed dat de minister dit oppakt. We hebben begrepen dat gemeenten steeds meer bezwaarschriften te behandelen krijgen. Het gaat weliswaar niet om een heel groot aantal, maar het zijn er toch steeds meer. We hebben begrepen dat de Waarderingskamer heeft gezegd dat men ze versneld moet afhandelen. Is dat in het belang van burgers? We hebben ook berichten gekregen dat het daarna nog veel ingewikkelder wordt en dat er geen goede taxaties volgen.

We hebben gehoord dat in veel gemeenten de huizenprijzen aan het dalen zijn. Wanneer mensen dat als grond aangeven voor de verlaging van de WOZ-waarde, krijgen ze te horen dat dit geen reden is. Dat vinden we toch een beetje bijzonder. Kan de minister daarnaar kijken?

We begrijpen dat je geen bezwaar mag maken tegen heffingen of belastingen die zijn gebaseerd op de WOZ-waarde. Is dat wel eerlijk als deze veel te hoog is? Wat het CDA betreft moeten we die vraag stellen. We zien graag dat de minister ook daarnaar kijkt.

Minister Plasterk:

Ik zal informeren bij de VNG of er meer bezwaarschriften komen en ik zal daarover rapporteren. Dan is er de klacht van mensen dat de prijs van hun huis verder gedaald is dan de WOZ-waarde. De WOZ-taxatie heeft natuurlijk betrekking op de waarde van het huis per 1 januari 2012. Aangezien er inmiddels weer een prijzendaling heeft plaatsgevonden, kan daar inderdaad een zekere afstand tussen bestaan.

Een belangrijk punt is dat mensen bezwaar kunnen maken tegen de beschikking van de WOZ-taxatie. Dat moeten ze binnen een bepaald aantal weken doen. Als ze daar reden toe hebben, lijkt het me ook verstandig dat ze dat doen. Als de WOZ-taxatie eenmaal vaststaat, kun je vervolgens altijd nog bezwaar maken tegen belastingen die op die taxatie gebaseerd zijn, maar die zullen dan niet meer geraakt worden door het niet kloppen van de taxatie. Je moet dus echt bezwaar maken tegen de WOZ-taxatie zelf. Als daar reden voor is, is het ook verstandig om dat te doen, aangezien een en ander terugkomt in het eigenwoningforfait en in de ozb.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik denk dat het goed is dat de minister hiermee aan de slag gaat. Hij heeft toegezegd dat hij dat doet. We wachten graag de antwoorden per brief af, dan kunnen we er daarna op een fatsoenlijke manier over debatteren.

De heer Schouw (D66):

De minister maakt het onderwerp een beetje klein, maar volgens mij zijn er voor deze kwestie 70 gemeenten onder het toezicht van de Waarderingskamer geplaatst. Dat is toch ruim 15%. De minister heeft toegezegd dat hij nog eens zal praten met de VNG. Ik wil graag de toezegging van de minister hebben dat er een analyse wordt gemaakt van de 15% gemeenten waar het fout gaat. Ik wil de toezegging hebben dat hij met gerichte acties naar deze Kamer komt, zodat er volgend jaar, 2014, nul gemeenten in de fout gaan.

Minister Plasterk:

Ik heb zojuist in mijn antwoord op de vraag van mevrouw Van Toorenburg al toegezegd dat ik dit met de VNG zal bespreken en de Kamer hierover zal rapporteren. Een doelstelling van nul gemeenten waar het niet goed gaat, lijkt me niet helemaal realistisch. De zorgwekkende reden voor de vraag van mevrouw Van Toorenburg is dat het aantal verdubbeld is van 35 naar 70. Dat vind ik inderdaad aanmerkelijk en daarom zeg ik toe dat er aandacht aan zal besteden.

De voorzitter:

Dank voor uw komst naar de Kamer.

Naar boven