6 Afscheid van het lid Buma (CDA)

Aan de orde is het afscheid van het lid Buma (CDA).

De voorzitter:

Aan de orde zijn de Algemene Politieke Beschouwingen, zie ik. Het hele kabinet is uitgerukt! Jullie blijven ook bij de stemmingen zitten, heb ik begrepen.

(Hilariteit)

De voorzitter:

Aan de orde is het afscheid van de heer Buma van het CDA. De heer Buma heeft een afscheidsbrief geschreven, die ik nu ga voorlezen.

"Mevrouw de Voorzitter, beste Khadija,

Sybrand heeft de groep verlaten. Dit bericht gaat al een week lang rond in allerlei appgroepen in en om het Binnenhof. Het is erg definitief, zo'n whatsappafscheid. Geen idee wat er daarna over mij wordt gezegd.

Een kwarteeuw werkte ik op het Binnenhof. Op 1 maart 1994 werd ik beleidsmedewerker bij het CDA, met een fractie van 54 zetels, een parlement op zich. Maar ik werd snel ontgroend. Drie maanden na mijn komst verloor de partij twintig zetels bij de Tweede Kamerverkiezingen. In mei 2002 werd ik Kamerlid na turbulente verkiezingen en een historische winst voor het CDA. In 2010 werd ik fractievoorzitter en in 2012 lijsttrekker van het CDA. Weer waren er snel verkiezingen. Er was weer verlies, maar in 2017 volgde weer de winst.

Mensen zeggen vaak dat je ijdel moet zijn in de politiek. Dat is niet waar. Politiek kan niet zonder zelfrelativering. De winst van vandaag is het verlies van morgen. Wie vandaag wordt weggehoond, kan morgen op het schild worden gehesen. Wij zitten in deze Kamer met een verschillende kijk op de samenleving. Onze diepste drijfveren zijn allemaal anders, maar we willen uiteindelijk toch allemaal het beste voor ons land. Dat is wat ons bindt.

De samenleving verandert. De politiek staat onder druk. We voelen dat allemaal, iedere dag. Dat maakt het parlementaire werk niet altijd gemakkelijker. De Kamer verandert onvermijdelijk ook, soms ten goede, maar niet altijd. Goed is dat onze onderzoeksfunctie de afgelopen jaren is versterkt. We hebben baanbrekende enquêtes en onderzoeken gehouden. Binnenkort start de eerste mini-enquête. Dat is een mijlpaal. Een andere verbetering is dat het onderscheid oppositie-coalitie veel kleiner is geworden. Dat komt vooral door de smalle, vaak wisselende meerderheden. Goed is ook dat bij het kiezen van onze Voorzitter partijkleur of coalitiedwang geen rol meer speelt. Dat geldt voor steeds meer functies.

Helaas wordt het niet alleen maar beter. Het debat is gepolariseerder dan ooit. Kamerleden liggen niet alleen in het debat, maar ook op sociale media openlijk onder vuur van collega's. En dan zijn er de hyperinflatie aan spoeddebatten, de steeds politiekere stemverklaringen, het eindeloze hoofdelijk stemmen en de motielawine, die zo enorm is dat bijna niemand op dinsdagmiddag nog weet waar hij voor of tegen heeft gestemd. Ik vrees dat dit alles het vertrouwen niet terugbrengt. Een respectvol en eerlijk debat binnen de spelregels kan dat wel. Men zegt wel dat het parlement de taal van de straat moet spreken, maar ik vrees dat de straat zich eerder zo nu en dan schaamt voor de taal van het parlement. Na vandaag ben ik zelf een van de 17 miljoen Nederlanders die door jullie worden vertegenwoordigd. Doe dat een beetje netjes, alstublieft.

Ik kijk ernaar uit om mij voor de inwoners van de gemeente Leeuwarden in te gaan zetten. Ik blijf werken voor de publieke zaak. Ik kan niet anders. Ik ga aan de slag in de provincie waar ik vandaan kom. Minder politiek, meer bestuurlijk. Aan mijn overstap naar Leeuwarden zit ook een persoonlijke kant. In 1931 werd mijn grootvader Sybrand Marinus van Haersma Buma burgemeester van Stavoren, de op één na kleinste van de Friese elf steden. In 1938 werd hij benoemd in de grotere gemeente Wymbritseradeel. Zijn carrière werd vroegtijdig gebroken door zijn ontslag door de Duitse bezetter. In 1942 kwam hij om het leven in een Duits concentratiekamp. Altijd als ik de afgelopen jaren via Binnenhof 1a naar buiten liep, keek ik even of de bladzijde van de Erelijst van Gevallenen niet toevallig op zijn naam lag opengeslagen. De enkele keer dat dat zo was, bracht ik even een stille groet — daar werd ík weer stil van.

Mijn vader was burgemeester van Workum, waar ik werd geboren, en van Sneek, de op één na grootste van de elf steden. Op 26 augustus hoop ik geïnstalleerd te worden als burgemeester van Leeuwarden. In de burgemeesterskamer die ik zal betrekken, zat van 1813 tot 1818 mijn betover-over-overgrootvader Bernardus Buma. Naar Leeuwarden gaan voelt als thuiskomen.

Ik vertrek. Tijd om dag te zeggen. Ik dank u, Voorzitter, en de collega's voor de collegialiteit. Die heb ik door alle verschillen heen altijd ervaren. Mijn fractiegenoten en medewerkers zal ik als vrienden missen.

Ik zeg dank aan de medewerkers van de Kamer, met sommigen van wie ik 25 jaar samenwerkte.

Dank aan de journalisten, die altijd zo kritiekloos over mij schreven ...

(Hilariteit)

De voorzitter:

... en aan de cartoonisten, die mijn neus mythische proporties gaven.

(Hilariteit)

De voorzitter:

Ik dank de dienders die dag in, dag uit binnen over onze veiligheid waken en de marechaussees die dat buiten doen.

Sybrand heeft de groep dan nu toch echt verlaten. Het ga u allen goed.

Sybrand Buma."

(Applaus en geroffel op de bankjes)

De voorzitter:

Geachte heer Van Haersma Buma, beste Sybrand,

Op 5 september 2002 ging het in deze Kamer over een wetsvoorstel rond het gebruik van DNA als bijzondere opsporingsmethode. Het was jouw vuurdoop als Kamerlid. In je maidenspeech verheugde je je over het feit dat dit wetsvoorstel ooit weer ter sprake zou komen, namelijk bij je afscheid. Want zo'n eerste debat memoreren, dat was traditie in het afscheidswoord voor elk vertrekkend Kamerlid. Althans, zo was je verteld. En of jouw afscheid nou over vier, acht, twaalf of zestien jaar zou zijn, we zouden erop terugkomen.

Ik moet je een beetje teleurstellen. Ik ga niet uitgebreid op de inhoud van het wetsvoorstel in. Ik noem het alleen omdat je het dus tóén al wist: "One day I'll fly away", zoals Karin Bloemen je onlangs toezong bij de viering van 100 jaar algemeen kiesrecht. Die vlucht weg uit Den Haag zal voor jou en voor de Kamer enorm wennen zijn. Het Binnenhof was 25 jaar lang, bijna de helft van je leven, je tweede huis. Je hield het als Kamerlid dus nog langer vol dan die maximale schatting uit je maidenspeech. Maar nu is het einde dan toch in zicht.

Beste Sybrand, we weten dat je een grote passie hebt voor de politiek. Je bent een dossiervreter en een behendig debater. Je vertrouwt je politieke inzichten ook graag toe aan het papier. Maar je bent ook een sportman. We weten dat je houdt van roeien, van fietsen en nog meer van schaatsen. In al die sporten ben je een man van de lange afstanden, een stayer. Zo was je ook in de politiek. Je bouwde je carrière langzaam op en profiteerde van je ervaring door steeds sterker en krachtiger in de race te komen, van station naar station, net zoals bij de Elfstedentocht, die je in de jaren tachtig schaatste. Van medewerker werd je Kamerlid, van Kamerlid werd je fractievoorzitter en van oppositieleider werd je regeringspartner.

Bij het CDA sta je bekend als de man die rust bracht en de eenheid bewaarde in een roerige tijd, en die de partij terugbracht in het centrum van de macht, rechts van het midden en met nadruk op normen en waarden. Ook in de Kamer was je scherp op zuivere politieke omgangsvormen. Bij de laatste Algemene Politieke Beschouwingen, waar veel en ruw op de man werd gespeeld, liet je je ongenoegen daarover publiekelijk blijken. "Er luisteren immers ook kinderen", zei je.

Bij het vormen van het laatste meerderheidskabinet was je een dragende kracht, een van de architecten van een complex bouwwerk. Zeker bij de grote debatten liet je je steeds meer zien als een politicus die de grote, christendemocratische waarden wil inzetten om de problemen van deze tijd op te lossen, voorbij de waan van de dag. Je bent een langebaanschaatser, hoeder van goede omgangsvormen, betrouwbaar en met verantwoordelijkheidsgevoel.

Maar je bent ook een ontregelaar. Zelf heb je je altijd geërgerd aan de hoeveelheid moties en hoofdelijke stemmingen. Dat schreef je ook in je brief. Maar ik kan me een debat uit 2009 herinneren over het kinderpardon, toen ook een beladen onderwerp. Hans Spekman en Ed Anker dienden een amendement in, dat in stemming werd gebracht. Tijdens de stemming keek je even om je heen, liep je naar de interruptiemicrofoon en vroeg je om een hoofdelijke stemming. Want op dat moment had je in de gaten dat een delegatie vanuit de Kamer naar een klimaatconferentie in Kopenhagen was. Het amendement werd met één stem verschil verworpen. Was de delegatie thuisgebleven, of was er fractiegewijs gestemd, dan zou het amendement zijn aangenomen.

Dit is niet alleen een voorbeeld van hoe jij weet te ontregelen; het laat ook zien dat jij de regels beheerst en feilloos aanvoelt wanneer en hoe je die kunt inzetten. En waar je in het begin van je fractievoorzitterschap nog weleens voor stug werd versleten, revancheerde je je met je humor. Toen Max van Weezel en Thijs Broer van Vrij Nederland je eens confronteerden met het feit dat de minister-president je als "pruilende kleuter" had neergezet, antwoordde je: "Was het maar waar. Had hij dat maar gezegd. Hij noemde me een pruilende peuter." Toen je werd gevraagd wie de winnaar was in een van de laatste verkiezingsdebatten, antwoordde je: "Dat was ik zelf".

En dat voor een man die de ontelbare regels over hoe het hoort met de paplepel kreeg ingegoten. Je vertelde zelf een aantal keren in verschillende interviews hoe je als telg uit een bestuurdersfamilie een keer verstrikt raakte in die regels. Nadat je als kind tijdens een uitje naar Amsterdam de hele familie volgens de etiquette had laten voorgaan in een lift, bleef je als enige buiten staan terwijl de lift vertrok. Je deed zoals het hoorde, maar vergat jezelf.

Maar je vertelde ook over de andere kant van de bagage die je van huis uit meekreeg, over de mooie kant van al die normen en waarden: je verplaatsen in een ander, respect tonen, trots zijn op tradities die je identiteit bepalen en verantwoordelijkheid nemen. Uit je hele familiegeschiedenis — het is een familie vol bestuurders — blijkt dat trots en verantwoordelijkheidsgevoel je echt in de genen zitten. Dat is het DNA dat ik hier bij je afscheid graag memoreer.

Beste Sybrand, "One day I'll fly away"; die dag is nu gekomen. Maar voordat je definitief wegvliegt naar Friesland, wil ik je nog twee dingen meegeven, letterlijk. Het eerste is iets wat normaal gesproken is voorbehouden aan Kamerambtenaren en fractiemedewerkers die zich 25 jaar lang hebben ingezet voor de Tweede Kamer, maar vandaag geef ik het jou: een zilveren koetsje. Want lange tijd was je fractiemedewerker. Je kent de Kamer van binnenuit en hebt zowel achter als voor de schermen heel veel voor de Kamer betekend. Dat is ook de reden waarom ik je nóg iets mag overhandigen. Het heeft Zijne Majesteit de Koning behaagd om jou te benoemen tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau. Mag ik je verzoeken naar voren te komen, zodat ik de versierselen kan opspelden die horen bij deze benoeming en natuurlijk om jou het koetsje te overhandigen?

(De heer Van Haersma Buma krijgt de versierselen behorend bij de benoeming tot ridder in de Orde van Oranje-Nassau opgespeld en krijgt het zilveren koetsje uitgereikt.)

(Staande ovatie)

De voorzitter:

Heel veel dank voor alles wat je voor de landelijke politiek hebt betekend. Ik schors de vergadering voor de felicitaties en het afscheid.

De vergadering wordt van 15.18 uur tot 15.31 uur geschorst.

Naar boven