Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | nr. 57, item 18 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2015-2016 | nr. 57, item 18 |
Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het VAO Passend onderwijs,
te weten:
-de motie-Van Meenen c.s. over doorgaan met financieren van het doveninstituut in Haren (31497, nr. 185);
-de motie-Van Meenen/Siderius over scholen voor leerlingen met een ernstig meervoudige beperking die geen diplomagericht onderwijs aanbieden (31497, nr. 186);
-de motie-Siderius/Kooiman over de mismatch tussen onderwijs en behandelplekken voor jeugd-GGZ in de samenwerkingsverbanden (31497, nr. 187);
-de motie-Siderius/Bruins over een budget van €4.000 per ernstig meervoudig beperkte leerling (31497, nr. 189);
-de motie-Bruins over de toelaatbaarheidsverklaring voor kinderen die vroeger een "dubbele rugzak" ontvingen (31497, nr. 190);
-de motie-Bruins over de effecten van verevening en krimp (31497, nr. 191);
-de motie-Bruins over de knelpunten in de personeelsbezetting in het speciaal onderwijs (31497, nr. 192);
-de motie-Bruins over de aanwezigheid van een onderwijszorgconsulent bij de gesprekken over de inzet van een pgb (31497, nr. 193);
-de motie-Rog over financiële maatwerkoplossingen voor samenwerkingsverbanden (31497, nr. 194);
-de motie-Straus/Ypma over sanctiemogelijkheden voor schoolbesturen die hun zorgplicht niet nakomen (31497, nr. 195);
-de motie-Ypma/Straus over de zorgplicht van schoolbesturen bij leerplichtontheffing (31497, nr. 196);
-de motie-Ypma/Straus over succesvolle voorbeelden van het beleggen van doorzettingsmacht (31497, nr. 197);
-de motie-Ypma/Straus over het toetsen van dyslectische leerlingen (31497, nr. 198);
-de motie-Bisschop/Rog over een wettelijke verplichting inzake doorzettingsmacht (31497, nr. 199);
-de motie-Bisschop over adequate registratie van thuiszitters (31497, nr. 200).
(Zie vergadering van 17 februari 2016.)
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de invoering van passend onderwijs heeft geleid tot het afschaffen van de "dubbele rugzak" in het regulier (basis)onderwijs, onder meer voor kinderen met het Syndroom van Down en kinderen met een chronische ziekte;
overwegende dat kinderen die al jaren in het regulier onderwijs zitten, tijdens hun basisschoolperiode worden verwezen naar het speciaal onderwijs vanwege een tekort aan ondersteuningsmiddelen;
overwegende dat kinderen recht hebben op inclusief onderwijs met de benodigde ondersteuning, zoals bevestigd in artikel 24 van het "VN-Verdrag inzake de rechten van personen met een handicap";
verzoekt de regering, te zorgen voor inclusiviteit in het regulier onderwijs voor kinderen die vroeger een "dubbele rugzak" ontvingen;
verzoekt de regering tevens, in de volgende voortgangsrapportage op te nemen hoeveel kinderen door gebrek aan ondersteuningsmiddelen naar het speciaal onderwijs worden verwezen en welke knelpunten hierbij optreden,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de ECPO in haar rapport "Verevening als verdeelmodel bij de bekostiging van speciale onderwijszorg" stelt dat "bij de samenstelling van dit advies het probleem (speelde) dat op het terrein van de verevening van de kosten van speciale onderwijszorg experimenten waarbij verevening in de praktijk is getoetst ontbreken";
constaterende dat de empirische bevindingen waar wel gebruik van kon worden gemaakt bij de samenstelling van dit advies, voortkwamen uit een literatuuronderzoek, waarin bovendien middelen uit de zorgsector buiten beschouwing zijn gelaten;
constaterende dat volgens het literatuuronderzoek "het vereveningsmodel valt of staat met de aanname van evenredige spreiding van zorgbehoefte";
verzoekt de regering om nog dit jaar een onafhankelijk empirisch onderzoek te laten verrichten naar de meerjarige financiële effecten van verevening en krimp, inclusief de historische context en de regionale leerlingkenmerken, en daarbij rekening te houden met de integrale budgetten voor onderwijs, zorg en extra ondersteuningsmiddelen (zoals de achterstandsmiddelen in de G4),
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er nog steeds een gebrek aan kennis en informatie is bij leerkrachten en ouders over de verschillende regels en financieringsstromen voor onderwijsondersteuning en zorg vanuit verschillende stelsels (samenwerkingsverbanden, Jeugdwet, Wlz, Zvw, Wmo, Participatiewet);
overwegende dat voor veel ouders van kinderen in het speciaal onderwijs onduidelijkheid bestaat over hun rechten bij de inzet van hun persoonsgebonden budget (pgb) of zorg in natura (ZIN) op school, in het bijzonder bij een ernstig meervoudige beperking (EMB) of Intensieve Kindzorg;
verzoekt de regering, duidelijkheid te bieden aan ouders en onderwijspersoneel over de bekostiging uit zorgbudget en onderwijsbudget en de taakafbakening van verschillende wetten, zodat voor ouders duidelijkheid komt over de inzet van hun pgb/ZIN op school;
verzoekt de regering tevens, bij schoolbesturen en samenwerkingsverbanden aan te dringen op het standaard aanwezig zijn van een Onderwijs Zorg Consulent bij de gesprekken tussen school en ouders over de inzet van een pgb/ZIN,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
De voorzitter:
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat er op dit moment duizenden kinderen "thuiszitten", waarvan 5.000 kinderen met een ontheffing van de leerplicht, die daardoor niet meer in beeld zijn van het onderwijs;
constaterende dat er dus veel situaties zijn waarin schoolbesturen hun zorgplicht en het passend aanbod voor iedere leerling niet waarmaken of door de ontheffing uit de weg gaan;
verzoekt de regering om de gemeenten te vragen, alle ontheffingen van de leerplicht op basis van artikel 5 onder a kritisch te bezien en alle ouders van kinderen met een ontheffing van de leerplicht binnen drie maanden een gesprek aan te bieden waarin samen gekeken wordt wat het kind nodig heeft om weer onderwijs te krijgen, en ouders te wijzen op de wettelijke zorgplicht van schoolbesturen;
verzoekt de regering voorts, voorstellen te ontwikkelen waardoor leerplichtambtenaren bij een aanvraag voor een ontheffing van de leerplicht bezien of schoolbesturen niet te makkelijk onder hun zorgplicht uit komen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.
Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.
Ik geef de heer Rog gelegenheid tot het afleggen van een korte stemverklaring vooraf.
De heer Rog (CDA):
Voorzitter, ik spreek deze stemverklaring uit namens de fracties van CDA, SP, D66, ChristenUnie en SGP. Inhoudelijk kunnen wij ons vinden in het beschrevene in de motie op stuk nr. 198. Dyslexie is een belangrijk onderwerp geweest tijdens de beraadslagingen in het AO Passend onderwijs. De genoemde fracties hebben zich duidelijk uitgesproken voor behoud van hulpmiddelen voor dyslectische leerlingen. De staatssecretaris heeft op zijn beurt in het AO ruimhartige toezeggingen gedaan aan de eerder genoemde partijen en op datgene wat in deze motie wordt gevraagd. De motie is derhalve overbodig. Om als moeder aller commissies het goede voorbeeld te geven en om tegen te gaan dat het parlementaire instrument van de motie bot wordt, ...
(Hilariteit)
De heer Rog (CDA):
... heeft de vaste commissie voor Onderwijs zeer recent met de bewindspersonen afgesproken geen moties meer in te dienen die gepresenteerde beleidsvoornemens onderschrijven of toezeggingen herhalen. Daarvan is hier wel sprake. De bewindspersonen zouden dergelijke moties ook niet meer voorzien van een positieve appreciatie. Dat is wel gebeurd. De fracties van CDA, SP, D66, ChristenUnie en SGP stemmen tegen de motie op stuk nr.198, om deze afspraak nog eens te onderschrijven en omdat deze motie overbodig is.
(Hilariteit)
De voorzitter:
Dank u wel. Dan gaan we nu stemmen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de VVD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd, zodat zij is aangenomen.
De heer Van Meenen (D66):
Voorzitter. Als er vanavond één motie niet overbodig is, is het deze. Ik zou graag een brief ontvangen van het kabinet over de manier waarop deze motie uitgevoerd gaat worden en ik ontvang die brief in ieder geval graag voor de Voorjaarsnota.
De voorzitter:
Ik zal het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP, de ChristenUnie, het CDA, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP, de ChristenUnie en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk, de ChristenUnie, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk, de ChristenUnie, het CDA en de Groep Bontes/Van Klaveren voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de Groep Bontes/Van Klaveren voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de VVD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de Groep Bontes/Van Klaveren voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdD, GroenLinks, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdD, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de VVD, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de VVD, de ChristenUnie, het CDA en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de VVD, de SGP, de ChristenUnie en het CDA voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdA, GroenLinks, 50PLUS, Van Vliet, Houwers, de VVD, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP, de ChristenUnie, het CDA en de Groep Bontes/Van Klaveren voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
De voorzitter:
Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de PvdD, GroenLinks, D66, 50PLUS, Houwers, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP, de ChristenUnie, het CDA, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20152016-57-18.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.