9 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Op verzoek van een aantal leden stel ik voor, enkele door hen ingediende moties opnieuw aan te houden. Dit betekent dat de in artikel 69, tweede lid, van het Reglement van Orde genoemde termijn van twee maanden voor deze moties opnieuw gaat lopen. Het betreft de motie-Van Veldhoven (33400-XII, nr. 30), de motie-Van Veldhoven/Dik-Faber (29984, nr. 349), de motie-Dik-Faber/Van Tongeren (33400-XII, nr. 36), de motie Dik-Faber (33400-XII, nr. 35) en de motie-Kooiman (32840, nr. 13).

Tevens deel ik mee dat de volgende aangehouden moties zijn vervallen: 21501-32, nr. 644; 21501-32, nr. 645; 21501-32, nr. 646; 29344, nr. 95; 29344, nr. 101; 29344, nr. 102; 27858, nr. 130; 33402, nr. 42; 32175, nr. 42 en 33026, nr. 3.

Ik stel voor, vanmiddag ook te stemmen over de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken over de EU-voorstellen uit het vierde EU-spoorpakket betreffende Openstelling van de markt voor het binnenlands passagiersvervoer per spoor (33546, nr. 2).Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda het VAO Digitale markt, naar aanleiding van een algemeen overleg op 13 februari, met als eerste spreker het lid Gesthuizen van de SP. Mevrouw Gesthuizen wil daar zelf iets over zeggen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Omdat de situatie op de markt met betrekking tot de aanbieders van websites erg uit de hand dreigt te lopen, doe ik een voorstel. Omdat een substantieel deel van de Kamer in ieder geval vindt dat op dit moment de bestaande regels worden overtreden, stel ik voor om de Kamer de gelegenheid te geven om daar nog deze week over te spreken in een VAO. Ik verzoek de voorzitter dan ook om dat VAO nog deze week te plannen.

De voorzitter:

Het verzoek is, om dat VAO nog deze week toe te voegen aan de agenda. Als daartegen geen bezwaar is, zal ik een plekje vinden. Een nader gewijzigd schema zal dan voorbijkomen.

Voorts stel ik voor, toe te voegen aan de agenda, het VAO Contouren overbruggingsmaatregelen AOW, naar aanleiding van een algemeen overleg op 14 februari, met als eerste spreker het lid Ulenbelt van de SP.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Dan is nu opnieuw het woord aan mevrouw Gesthuizen van de SP.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Ik vraag een debat aan met in ieder geval de minister van Veiligheid en Justitie over het nieuws van de NOS van een aantal dagen geleden dat computerbestanden van duizenden bedrijven en overheidsinstellingen in Nederland in handen zijn gekomen van Oost-Europese criminelen. De NOS schrijft onder andere: een digitaal bestand van 750 GB is vergelijkbaar met een bibliotheek met 37 kilometer boekenplank, ofwel zo'n anderhalf miljoen boeken. De NOS kreeg toestemming om twee dagen in een gigantisch databestand rond te neuzen en vond gegevens van onder meer gemeenten, waterschappen, ziekenhuizen, universiteiten, ministeries, mediaondernemingen en bedrijven die deel uitmaken van de vitale infrastructuur in ons land. In mijn ogen is er alle reden om zo snel mogelijk met de minister van Veiligheid en Justitie van gedachten te wisselen over dit onderwerp.

De voorzitter:

Het verzoek is steun voor een debat met de minister van Veiligheid en Justitie.

Mevrouw Oosenbrug (PvdA):

Begin februari heb ik hierover schriftelijke vragen gesteld. Ik krijg daar nog heel graag antwoord op. Op 27 maart hebben we een AO, onder andere over security en ICT. Laten we daar dit onderwerp bij betrekken. Geen steun voor het debat.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat.

De heer Verhoeven (D66):

De D66-fractie steunt het verzoek om een debat wel.

De heer Bontes (PVV):

De PVV-fractie steunt het ook. De informatiestroom naar die instanties is zeer laat of helemaal niet op gang gekomen. Een debat is absoluut gerechtvaardigd.

De heer Dijkhoff (VVD):

Collega Gesthuizen heeft ook al aangekondigd dat ze morgen bij de procedurevergadering hierover een brief wil vragen. Dat had ik morgen best willen steunen. Volgens mij kan hierover prima gedebatteerd worden in het AO in maart dat mijn collega Oosenbrug al noemde. Geen steun dus voor een plenair debat, want we hebben al een debat.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Dit moet je niet onderschuiven bij een debat dat er al aankomt, dus steun van GroenLinks voor dit verzoek.

De heer Segers (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, u hebt geen steun voor een debat.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Inderdaad, het scheelt net een paar zeteltjes. Ik hoop echter – ik kijk even naar de collega's – dat ze mij wel willen steunen in het omzetten van het verzoek in een dertigledendebat. Ik proef in ieder geval bij heel veel fracties wel steun. Een aantal fracties heeft ook uitgesproken dat dit te belangrijk is om te parkeren bij een debat dat reeds gepland staat. Daarom verzoek ik u om het op die manier op de lijst op te nemen. Mocht het al eerder in commissieverband besproken kunnen worden, bijvoorbeeld bij een separaat AO, dan kan ik u met het grootste gemak ook weer verzoeken om het van de agenda te halen.

De heer Verhoeven (D66):

Ik kan het antwoord van de voorzitter wel raden. Zij zal zeggen dat het debat onderaan de lijst komt en dat het AO waarschijnlijk eerder zal zijn. Als dat inderdaad het scenario is, vind ik een AO een beter idee. We moeten het namelijk snel bespreken. Ik vind overigens ook dat je wel kunt kijken naar de prioriteit van spoeddebatten. Dit vind ik er een van hoge prioriteit. Ik zie de voorzitter ja knikken, dus dat is in ieder geval goed.

De voorzitter:

Nee, dat ziet u niet. Voor de Handelingen: ik knikte zeker geen ja.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ik deel die opvatting. Het is zeer belangrijk. Als het een AO wordt, kunnen we ook bekijken of we de minister van Binnenlandse Zaken erbij kunnen uitnodigen. Hij gaat over de AIVD.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, u hebt geen steun voor een debat, maar er is steun om het snel te bespreken. De beste mogelijkheid is dan niet via deze zaal. Voor de Handelingen maar ook voor de oren van iedereen die hier zit: we hebben nog 18 debatten en 25 dertigledendebatten in de planning. U gaf in uw verzoek aan dat snelheid van belang is …

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Zeker, dat is heel belangrijk.

De voorzitter:

Dan kunt u dat debat wellicht beter voeren in een algemeen overleg.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik meen dat we deze week een procedurevergadering hebben bij Veiligheid en Justitie. Daar zal ik het naar voren brengen. Anders ziet u mij gewoon morgen of overmorgen hier terug.

De voorzitter:

Ik wens u veel wijsheid toe. U mag nog even blijven staan, want ik zie op de lijst dat u nog een debat wilt aanvragen.

Het woord is nogmaals aan mevrouw Gesthuizen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

U hebt helemaal gelijk, voorzitter. Excuus.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie is geconfronteerd met een motie van onder anderen ondergetekende om niet over te gaan tot het voeren van een terugkeergesprek met asielzoekers die zijn uitgeprocedeerd, maar dermate ernstige medische belemmeringen hebben dat het voeren van een terugkeergesprek op dat moment, vooral gezien de psychische situatie waarin zij verkeren, niet gewenst is. Het kan zelfs gevaarlijk zijn. De Kamer heeft die motie dus gesteund en de staatssecretaris moet haar uitvoeren. Maar wat blijkt uit zijn toelichting? Hij gaat haar niet uitvoeren. Ik wil graag de kans krijgen om de staatssecretaris daarover andermaal aan de tand te voelen. Vandaar bij dezen mijn verzoek.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen verzoekt om een debat. Voordat ik mevrouw Arib het woord geef, vraag ik de Kamerleden of zij alsjeblieft iets minder luidruchtig met elkaar willen spreken. Ik vind het al moeilijk om mevrouw Gesthuizen te verstaan. Er zijn mensen thuis die de regeling proberen te volgen. Voor die mensen is het helemaal niet meer te volgen. Dat laten zij mij keer op keer weten. Weest u dus alstublieft wat stiller. Mevrouw Arib, u wilde reageren op het verzoek van mevrouw Gesthuizen om steun voor een debat.

Mevrouw Arib (PvdA):

Ik ben het met collega Gesthuizen eens dat het onderwerp belangrijk is en dat het moet worden besproken, maar wij hebben 13 maart een algemeen overleg. Dat gaat over het terugkeerbeleid. Daar past dit onderwerp prima bij. Ik heb dus geen behoefte aan een debat.

De voorzitter:

Geen steun dus voor een debat.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Wel steun van GroenLinks voor dit debat.

De heer Fritsma (PVV):

Geen steun. Dit kan tijdens het AO Opvang en terugkeer worden besproken.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor een debat.

De heer Azmani (VVD):

Geen steun voor een debat. Het verzoek om dit mee te nemen in het algemeen overleg op 13 maart over terugkeer staat op de agenda voor de procedurevergadering van morgen.

De voorzitter:

Mevrouw Gesthuizen, u hebt geen steun voor een debat.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Ik hoor het, voorzitter. Het is uiteraard mogelijk om het bij een algemeen overleg te betrekken. Ik wil de collega's alleen wel meegeven dat het een niet-uitgevoerde Kamermotie betreft. Het is nu wellicht nog wat vroeg …

De voorzitter:

Wij gaan nu niet in debat!

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Maar dit betekent dat er waarschijnlijk een vooraankondiging van een VAO aan zit te komen. Ik wil wel de mogelijkheid hebben om over dit onderwerp een motie in te dienen. Als u de heer Azmani nog een keer wilt roepen … Hij staat er als een vis op het droge!

De voorzitter:

Ik neem aan dat u tegen de tijd dat het AO geweest is uw VAO kunt aanvragen. Ik wil graag verdergaan. Er is zo'n lange lijst met mensen die zich ook als spreker hebben gemeld. Ik dank de heer Azmani voor zijn begrip.

Het woord is aan mevrouw Klever van de PVV.

Mevrouw Klever (PVV):

Voorzitter. Ik spreek hier namens mijn collega Graus, die helaas door ziekte afwezig is. Al in 2010 heeft het lid Graus een motie ingediend over betere etikettering, zodat consumenten een vrije keus kunnen maken en niet onwetend dieronvriendelijk geslacht vlees nuttigen. Deze motie is Kamerbreed aangenomen. Toch is hier nog geen uitvoering aan gegeven. Wij leven nu anno 2013. De media staan bol van berichten over gebrek aan goede etikettering, voedselfraudeurs, onduidelijke vleesproducten, biologische eieren. In razend tempo volgen de schandalen elkaar op.

De voorzitter:

Uw inbreng komt als het debat is. U wilt hierover graag een debat?

Mevrouw Klever (PVV):

Ja. Ik doe ook een verzoek om een spoedig debat met de staatssecretaris van Economische Zaken over de berichten "Alle Nederlandse kip halal geslacht" en "Vrij spel voedselfraudeurs" en over het niet uitvoeren van de reeds genoemde motie-Graus met betrekking tot etikettering.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun ik dit verzoek van mevrouw Klever. Ik wil graag een brief voorafgaand aan dit debat waarin de staatssecretaris ingaat op de vraag waarom zij de motie nog niet heeft uitgevoerd en hoe zij van plan is die uit te gaan voeren.

De heer Schouw (D66):

Ik ben het helemaal eens met mevrouw Klever en ook met de suggesties van mevrouw Thieme. Ik voeg er één suggestie aan toe. Ik vraag dadelijk een groot debat aan over voedselfraude. Dit kunnen wij volgens mij uitstekend verbinden met het debat dat ik dadelijk ga aanvragen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Dat lijkt mij een prima voorstel. De ChristenUnie-fractie heeft in ieder geval eerst behoefte aan een brief.

Mevrouw Lodders (VVD):

Mijn fractie heeft geen behoefte aan een debat.

De heer Van Gerven (SP):

De SP wil graag een brief en wil aan de hand daarvan bekijken hoe wij verdergaan.

Mevrouw Dikkers (PvdA):

Steun voor de brief, maar geen steun voor een debat.

De voorzitter:

Mevrouw Klever, u hebt geen steun voor een debat. Er zijn wel een aantal mensen die behoefte hebben aan een brief.

Mevrouw Klever (PVV):

Maar volgens mij heb ik wel steun voor een dertigledendebat.

De voorzitter:

Nee, u hebt geen steun voor een dertigledendebat.

Mevrouw Klever (PVV):

Oké, dan wil ik in ieder geval graag een brief van de staatssecretaris waarin zij uitlegt hoe zij de motie-Graus gaat uitvoeren.

De voorzitter:

Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Ik vraag u opnieuw of u alstublieft wat minder luidruchtig kunt zijn.

Het woord is aan de heer Omtzigt. Ik begrijp dat u twee verzoeken hebt, mijnheer Omtzigt. Ik vraag u om ze één voor één te doen.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Het eerste verzoek gaat over de privatisering van drinkwater. Daar is onduidelijkheid over ontstaan naar aanleiding van de uitzending van Nieuwsuur. Ik vraag om een brief en een debat, maar ik wil het verzoek ook wel splitsen. Dan vraag ik allereerst om een reactie van de regering. Als blijkt dat er niets aan de hand is, dan is het goed. Als blijkt dat er wel wat aan de hand is, dan kom ik terug met een verzoek om een debat.

De voorzitter:

Er wordt dus verzocht om een brief.

De heer De Graaf (PVV):

Steun voor beide verzoeken.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik heb net een persbericht gelezen van de Europese Commissie waarin staat dat zij niet van plan is om drinkwater te privatiseren. Een brief lijkt mij dus prima, dan kunnen we daarna altijd nog kijken.

De heer Van Gerven (SP):

De SP-fractie is tegen privatisering. Het CDA is ook tegen privatisering van het water, heb ik begrepen. Op dat punt zijn we het dus eens. We hebben twee series Kamervragen gesteld, namelijk naar aanleiding van Nieuwsuur en al eerder via het lid Van Bommel. Wij zouden graag antwoord hebben op die vragen. Ik denk namelijk dat dit al heel veel licht werpt op de zaak. Als het nodig is, bekijken we hoe we dat in een debat gieten en of we dat via een commissie doen of hier plenair.

De voorzitter:

De SP-fractie steunt dus het verzoek om een brief.

De heer Bosman (VVD):

Steun voor een brief. Dat is nooit een probleem. Maar geen steun voor een debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Steun voor de brief.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ook steun voor de brief.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Ik steun ook het verzoek om een brief te sturen naar de Kamer.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Steun voor de brief en, als het nodig is, alvast steun voor het debat.

Mevrouw Jacobi (PvdA):

De PvdA steunt het verzoek om een brief.

De heer Omtzigt (CDA):

Laten we hopen dat het gaat om een storm in een glas water.

De voorzitter:

U hebt steun voor een brief, mijnheer Omtzigt. Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

U hebt nog een verzoek.

De heer Omtzigt (CDA):

Voorzitter. Morgen debatteert de Kamer met de regering over de Europese begroting en de deal van 960 miljard. Daar hebben we nu drie brieven over ontvangen. Daar staan allerlei cijfers in, maar één cijfer staat er niet in, namelijk hoeveel Nederland de komende zeven jaar precies betaalt aan de Europese Unie. Dat hebben we drie keer gevraagd. Ik vraag de regering om onze spoed-Kamervragen voor morgen 12.00 uur te beantwoorden, zodat wij inzage hebben in hoeveel tientallen miljarden wij de komende jaren overmaken aan Brussel, en om anders het debat uit te stellen. Om wat inspiratie te hebben, heb ik hier een voorbeeld. Malta zet het online …

De voorzitter:

Nee, dat is niet nodig.

De heer Omtzigt (CDA):

Finland zet het ook online. Het is dus geen enkel probleem om …

De voorzitter:

Als ik naar u kijk, ben ik al volkomen geïnspireerd, mijnheer Omtzigt.

Als er geen bezwaar tegen is, wil ik voorstellen om dit gedeelte van het stenogram door te geleiden naar het kabinet.

De heer Van Bommel (SP):

Ik heb er op zich geen bezwaar tegen, voorzitter. Ik vind dat u wel te gemakkelijk over het voorbeeld dat de heer Omtzigt heeft meegenomen, heenstapt. U kunt wel geïnspireerd zijn door zijn woorden, maar de minister-president en de overige leden van het kabinet zijn dat kennelijk niet. Daarom wil ik u vragen om het voorbeeld van Malta, dat de heer Omtzigt zojuist in de lucht hield, ook aan het kabinet te sturen. Dan kan het zien hoe het ook kan en dan kunnen wij morgen voor 12.00 uur kennisnemen van vergelijkbare cijfers voor Nederland.

De voorzitter:

Het betreft een bijlage die het kabinet zelf naar ons toe heeft gestuurd, dus ik neem aan dat het daarover beschikt. Maar ik zal dit gedeelte toevoegen aan het stenogram.

De heer Omtzigt (CDA):

Dit is naar het Finse parlement gestuurd. Dat is niet gedaan door de Nederlandse regering. Dit raakt de kern van onze democratie, namelijk het recht op individuele informatie en het budgetrecht. Het gaat om tientallen miljarden, dus niet om iets heel kleins. Je kunt dus ook niet zeggen dat het er niet had hoeven zijn. Het is echt heel belangrijk. Anders zullen wij vragen om het debat uit te stellen.

De voorzitter:

Mijnheer Omtzigt, ik heb op geen enkele manier willen impliceren dat uw vraag niet belangrijk is en niet de kern raakt van waar we hier mee bezig zijn. Ik neem aan dat alles wat we hier doen, de kern raakt van waar we mee bezig zijn. Ik zal ervoor zorgen dat dit gedeelte van het stenogram, dus uw vraag, met een kopie van de desbetreffende bijlage, wordt doorgeleid naar het kabinet, zodat het kabinet daar morgen voor 12.00 uur op kan reageren.

De heer Pechtold (D66):

Morgen voor 12.00 uur?

De voorzitter:

Ja, morgen voor 12.00 uur. Dat was onderdeel van het verzoek.

De heer Madlener (PVV):

Dit is al wel de derde keer dat dit wordt gevraagd. U kunt dan wel een beetje geïrriteerd reageren … O, er wordt aangegeven dat het al de vierde keer is dat we dit aan het kabinet moeten vragen. Hier speelt een hoger onderwerp, namelijk de informatievoorziening aan de Kamer. Die loopt gevaar.

De voorzitter:

Mijn irritatie, als die er al is, betreft hooguit het feit dat er wordt gedaan alsof ik er een rol in heb gespeeld of dat ik het niet belangrijk vind. Allebei is geenszins waar. Ik hoor u, mijnheer Omtzigt, zeggen dat dit niet zo is. Dank voor uw steun aan mij, alsnog. Ik ben het met u eens dat vragen opnieuw mogen worden gesteld als ze niet goed beantwoord zijn. Dat is nu het geval. Ik hoop dat we morgen om 12.00 uur een brief hebben waarin ook die laatste vraag wordt beantwoord.

Het woord is aan mevrouw Agema. Ze is vandaag wat slecht bij stem en heeft gevraagd om extra stilte in de zaal, zodat we haar goed kunnen horen.

Mevrouw Agema (PVV):

Nee, ik vroeg of de microfoon iets harder kon. Dat is wat anders.

Voorzitter. Als gevolg van het kabinetsbeleid worden 800 verzorgingshuizen en gehandicapteninstellingen gesloten. Dat wisten we al, maar het wordt stelselmatig ontkend door het kabinet. Dat hebben we zojuist weer kunnen zien bij monde van de staatssecretaris. Ik wil graag een debat voeren over het door Berenschot uitgebrachte rapport en het onderzoek van het Erasmus MC. Dat is mijn voorstel aan de collega's.

De voorzitter:

Er wordt verzocht om steun voor een debat.

Mevrouw Leijten (SP):

Ik steun dat verzoek, zeker nu mevrouw Agema het heeft uitgebreid met het bericht van vandaag over het onderzoek van het Erasmus MC waaruit blijkt dat mensen met een verstandelijke beperking op straat komen te staan door de voorgenomen bezuinigingen. Ik wil ook graag weten wat de gevolgen zijn voor mensen met een psychiatrische aandoening die in een beschermde woonomgeving wonen, want die groep hebben we nog niet in beeld. Als we dat allemaal in beeld hebben, dan lijkt het me heel zinvol om hierover een debat te voeren.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Steun van D66 voor het debat. Het lijkt me ook heel goed om daarbij de eerder ingediende motie over zorgzwaartepakket 4 en de consequenties daarvan te betrekken, want daar heeft het ook mee te maken.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook steun van GroenLinks voor dit verzoek. Ik wil in het debat ook de effecten voor de zorg thuis aan de orde stellen. Denk daarbij aan de bezuiniging op de thuiszorg. Als je op de intramurale zorg bezuinigt, maar je doet niets aan de zorg thuis, dan kom je er ook niet. Steun dus voor het verzoek.

Mevrouw Keijzer (CDA):

De CDA-fractie voelt zich gesteund door het onderzoek van de universiteit. Ook wij hebben gezegd dat die zorg niet buiten de muren van een instelling moet komen. Een debat lijkt me wat vroeg. Er zijn echter nog wel een boel vragen te stellen. Ik wil dus eerder een brief waarin aan de orde moet komen of in dat onderzoek van Berenschot de zzp's 3 en 4 zijn meegenomen, hoeveel zzp's 4 er op dit moment zijn en – dat is ook van belang om te weten – wat de groei daarvan is. Uit die brief moet ook duidelijk worden wat dit betekent voor de mensen met een verstandelijke handicap en voor mensen met een ggz-problematiek.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Dit is een belangrijke materie, met veel ontwikkelingen op het terrein van de langdurige zorg en alternatieven die worden ontwikkeld. Het lijkt me het verstandigst dat we het kabinet om een brief vragen waarin het aangeeft hoe deze rapporten moeten worden geduid, en dat we die brief betrekken bij het AO en het debat dat hierover later zal plaatsvinden, over de contourenbrief waarmee de staatssecretaris bezig is. Nu dus geen steun voor het debat, wel voor een brief, die we betrekken bij een AO over de contourenbrief.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie vindt dit een ongelofelijk belangrijke zaak. Ik sluit me aan bij de woorden van de PvdA-fractie, namelijk dat we eerst een brief hierover krijgen, dat we hierover goed geïnformeerd worden, en dat we op basis daarvan het debat met elkaar zullen voeren.

De voorzitter:

Nu dus geen steun voor het debat.

De heer Van 't Wout (VVD):

Ook van de VVD nu geen steun voor het debat. Als je ziet wat er allemaal bij komt, dan wordt dit eigenlijk vanzelf al het debat over de hoofdlijnenbrief. Eerst een brief is op zich prima, maar laten we het debat dan daarna voeren, zodat we alles integraal kunnen afwegen.

De heer Krol (50PLUS):

Steun voor de brief en wellicht ook steun voor het debat.

De voorzitter:

Daarmee zegt u dus: nu geen steun voor het debat. Mevrouw Agema, u hebt geen steun voor een meerderheidsdebat.

Mevrouw Agema (PVV):

Nee, maar wel voor een dertigledendebat. Ik heb overigens beslist geen behoefte aan een brief. Er liggen nu zo veel rapporten en het is kabinetsbeleid. Ik zou niet weten wat een brief nog zou kunnen toevoegen. Ik vind het enorm teleurstellend dat met name de PvdA en de VVD hiervoor gaan liggen. Maar goed, zo werkt de democratie. Als u een dertigledendebat op de lijst wilt zetten, dan ben ik daar zeer tevreden over.

De voorzitter:

Ik zal het dertigledendebat toevoegen aan de lijst. Er zijn genoeg fracties die wél om een brief hebben gevraagd, dus dit gedeelte van het stenogram zal ik doorgeleiden naar het kabinet. Overigens vind ik het erg rumoerig in de zaal.

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. In januari zijn 21.000 mensen werkloos geworden. Meer dan 130.000 jongeren zijn werkloos. De jeugdwerkloosheid in Nederland is 15%. Bijna 600.000 mensen zijn werkloos. Iedereen in Nederland, behalve het kabinet en de twee coalitiepartijen PvdA en VVD, lijkt doordrongen van de ernst van de situatie en is zich rot geschrokken van deze nieuwe cijfers. Ik zou graag een debat met de minister van Sociale Zaken voeren om hem op te roepen niet langer weg te kijken en het niet langer weg te relativeren, maar te komen met een plan voor arbeid, voor werk.

De voorzitter:

Mevrouw Karabulut verzoekt om steun voor een debat.

De heer Van Vliet (PVV):

Voorzitter. Het is een ernstige situatie, dus de PVV steunt het verzoek. Wij willen dat debat graag vandaag houden.

Mevrouw Van Nieuwenhuizen-Wijbenga (VVD):

Voorzitter. De VVD begrijpt dit verzoek van mevrouw Karabulut zeer. Ik doe haar het voorstel om dit te betrekken bij het debat over loonmatiging en aanverwante zaken dat toch al in de planning staat, dat eigenlijk al een debat over het brede arbeidsmarktbeleid is geworden. Wij hoeven dan geen nieuw debat te plannen en dan kan het sneller. Het kan dan in het ene grote debat worden meegenomen.

De voorzitter:

Dus geen steun voor een nieuw debat.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Voorzitter. Ik zou het voorstel van de VVD willen herhalen. Dat debat zouden wij hebben gevoerd, ware het niet dat wij die avond een heel andere discussie hebben gehad. Dat debat over loonmatiging was ingepland en had alles met werkgelegenheid te maken. Ik stel voor dat u dat debat terughaalt en dat wij dit onderwerp erbij betrekken.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter. D66 steunt een debat. Het mag samen met dat debat over de loonontwikkeling. Ik zou het wel op prijs stellen als wij voor het debat nog een brief krijgen met wat het kabinet nu eigenlijk gaat doen aan de oplopende werkloosheid.

De heer Heerma (CDA):

Ook steun voor een debat. Wat mij betreft is het prima om het te betrekken bij het debat over de loonmatiging.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Met name de stijgende jeugdwerkloosheid baart ons grote zorgen. Daarom steun voor het debat, maar het hoeft niet per se vandaag.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook GroenLinks steunt het verzoek om een debat. Ik zou eraan willen toevoegen de onderzoeken van de jongerenbonden, waaruit blijkt dat juist jongeren extra getroffen worden.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter, dat is mooi. Ik ben blij dat er ook vanuit de coalitiepartijen enige beweging in zit. Ik hoop dat ze ons ook gaan steunen in de oplossingen. Ik ben bereid om het debat samen te voegen met het reeds geplande debat over uitspraken van de minister van Sociale Zaken over loonmatiging. Ik verzoek u om hiermee rekening te houden bij de spreektijd, zodat wij wat extra minuten krijgen.

De voorzitter:

Het is een dertigledendebat en daar hebben wij standaardafspraken over gemaakt: drie minuten spreektijd per fractie.

Mevrouw Karabulut (SP):

Dan wil ik het debat over loonmatiging verplaatsen naar een later moment, zodat wij in plaats daarvan op korte termijn over de werkloosheid kunnen debatteren. Is dat misschien een mogelijkheid voor een tussenoplossing?

Mevrouw Hamer (PvdA):

Het feit dat de coalitiepartijen dit steunen, maakt eigenlijk dat het geen dertigledendebat meer is, maar een gewoon debat. Met het oog op de lange lijst van debatten, heb ik voorgesteld om dit onderwerp samen te voegen met het eerder geplande debat. Dan wordt het een gewoon debat.

Mevrouw Karabulut (SP):

Dan is het probleem denk ik opgelost.

De voorzitter:

Ik bepaal de spreektijd op vier minuten per fractie.

Mevrouw Karabulut (SP):

Misschien vijf? Het is een nogal belangrijk onderwerp en het wordt samengevoegd met een ander onderwerp.

De voorzitter:

Ik maak er vijf minuten van.

Mevrouw Karabulut (SP):

Fantastisch!

De voorzitter:

Ik ga proberen het zo snel mogelijk in te plannen, maar dat gaat deze week zeker niet lukken. Of het volgende week wel kan, kan ik niet garanderen, maar het staat voor de volgende week wel met een grote stip op nr. 1 om ingepland te worden. Dus ik ga mijn best doen.

Mevrouw Karabulut (SP):

Ik dank u zeer, voorzitter.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet, zodat we ook een brief over dit onderwerp krijgen.

Het woord is aan de heer Madlener.

De heer Madlener (PVV):

Voorzitter. Miljoenen ouderen in ons land zijn onlangs onaangenaam verrast met de mededeling dat hun zuurverdiende pensioen zal worden gekort. Ik herinner u eraan, voorzitter, dat dit niet alleen voor de ouderen bijzonder pijnlijk is maar ook voor de mensen die in de pensioenopbouwfase zitten; ook zij worden hierdoor getroffen. Eigenlijk geldt dit dus voor bijna alle Nederlanders. Daarbovenop: de gevolgen voor onze economie zijn natuurlijk dramatisch, want al die slechte koopkrachtcijfers werken natuurlijk ook door richting al die middenstanders en noem maar op. Dus zeer slecht nieuws voor niet alleen de ouderen maar voor heel Nederland. Ik zou daar dan ook graag een debat over willen voeren in deze Kamer.

De voorzitter:

Dus een verzoek om steun voor een debat met de staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid.

De heer Klein (50PLUS):

Voorzitter. 50PLUS steunt van harte deze oproep om een debat hierover te voeren. Daar we de volgende week het VAO over pensioenen hebben, zou het ons voorstel zijn om dat te combineren en om derhalve ook de spreektijd voor dat VAO uit te breiden.

De voorzitter:

Dat is reglementair niet mogelijk.

De heer Klein (50PLUS):

We kunnen dat voorstellen en dan kunnen we met elkaar kijken of we dat zo willen doen.

De voorzitter:

U kunt het voorstellen maar u kunt ook een nieuw AO houden; dat is ook nog een optie.

De heer Ulenbelt (SP):

De SP steunt het verzoek voor het houden van een debat.

De heer Omtzigt (CDA):

Dit debat is zo ongelofelijk belangrijk dat wij het op korte termijn zouden willen laten plaatsvinden. Volgens ons is daar maar één manier voor, namelijk een AO dan wel een wetgevingsoverleg organiseren. Dan kunnen we het over een paar weken houden, want anders praten we in het najaar over kortingen die op 1 april hebben plaatsgevonden. Dus dit zou ons verzoek zijn. Mijn fractie wil er van harte aan meewerken omdat dit urgent is.

De voorzitter:

Dat gaan we nu dus niet verder regelen. De mogelijkheid tot het houden van een AO dient u verder in een procedurevergadering van de commissie te bespreken. Dan hebt u de steun van het CDA daarvoor, mijnheer Madlener. U hebt in ieder geen steun voor een meerderheidsdebat.

De heer Madlener (PVV):

Nee, dat stelt mij erg teleur, voorzitter.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Klaveren van de PVV.

De heer Van Klaveren (PVV):

Voorzitter. Er ligt weer een nieuw kabinetsplan met betrekking tot de woningmarkt. Liefst 55% van de deskundige economen zegt echter stellig niets te zien in dit woonakkoord. Kwalificaties als "chaotisch", "onbegrijpelijk" en "volslagen onzinnig" laten weinig aan de verbeelding over. De voorzitter van de koepel van woningcorporaties spreekt zelfs van "debiele voorstellen". De PVV wil een debat over deze nieuwe plannen die dus in de verste verte het vertrouwen niet hebben hersteld, maar wel een enorm negatieve impact hebben op de levens van zo velen in ons land.

De heer Paulus Jansen (SP):

Steun voor het voorstel.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Ook steun van GroenLinks.

De heer Knops (CDA):

Ook steun van de CDA-fractie.

Mevrouw Visser (VVD):

Voorzitter. We hebben het op 13 februari al uitgebreid over het woonakkoord gehad. We hebben de volgende week drie AO's gepland waaronder twee over woningmarkt en huurbeleid. Dus wat ons betreft betrekken we deze discussie bij die AO's. Als er daarna aanleiding toe is, kunnen we er later nog uitgebreid over spreken, maar nu geen steun voor het verzoek.

De heer Klein (50PLUS):

Voorzitter. Ik denk dat het wel degelijk belangrijk is om dat soort zaken goed met elkaar te bespreken, zeker als diverse economen een andere visie naar voren brengen. Dus steun voor het debat.

De heer Monasch (PvdA):

Voorzitter. De volgende week is er een AO over het woningmarktbeleid en daar kan dit onderwerp dus prima bij betrokken worden. Dan kunnen we ook met de PVV van gedachten wisselen over het feit dat economen ervoor pleiten dat de huren verder stijgen; ik ben dan benieuwd naar de reactie van de PVV daarop.

De voorzitter:

U hebt geen steun voor een debat.

De heer Van Klaveren (PVV):

Nee, maar wel steun voor een dertigledendebat, als ik mij niet vergis. Het verbaast mij dat de VVD en de Partij van de Arbeid voornamelijk angstig zijn om hun eigen plannen hier plenair te bespreken. Nogmaals, ik doe een verzoek, ook aan de Partij van de Arbeid en de VVD, om toch dit onderwerp plenair te bespreken. Dat kun je toch niet in een AO doen?

De voorzitter:

Dank u wel. U hebt uw verzoek gedaan. Zij hebben zojuist in de regeling aangegeven dat zij het op een andere plek willen bespreken, dus u hebt geen steun voor een meerderheidsdebat, maar wel voor een dertigledendebat. Dan komt u onderaan de lijst.

De heer Van Klaveren (PVV):

Ik wil graag dat er voorafgaand een brief komt.

De voorzitter:

Dit gedeelte van het stenogram wordt doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Paulus Jansen.

De heer Paulus Jansen (SP):

Voorzitter. De minister voor Wonen en Rijksdienst heeft bij minstens vier gelegenheden cruciale informatie achtergehouden voor de Kamer; voor en tijdens het debat over de Wet inkomensafhankelijke huurverhogingen. De minister keek alsof hij het in Keulen hoorde donderen toen de SP-fractie vroeg naar de effecten van de megahuurverhogingen op de vraag naar woonruimte, maar sinds afgelopen weekend weten we dat de Amsterdam School of Real Estate al in 2011 rapporteerde dat de vraag inzakt als de sociale huren in rap tempo worden verhoogd, en niet zo'n klein beetje ook. De vermindering is gelijk aan twee tot tien complete jaarproducties aan woningbouw. Nog meer werkloze bouwvakkers dus. Het stilhouden van dit onwelgevallige rapport, zelfs nadat daar bij herhaling om gevraagd is, komt neer op het onvolledig en onjuist informeren van de Kamer. Om die reden wil de SP-fractie op zo kort mogelijke termijn een debat met de minister, zodat wij kunnen vaststellen of hij nog het vertrouwen van de Kamer geniet.

De heer Fritsma (PVV):

De PVV-fractie steunt het verzoek.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

De heer Jansen heeft heel uitgebreid aangegeven op welke momenten dit aspect aan de orde is geweest. Het is een zeer ernstige zaak, dus wij steunen het verzoek.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Als er twijfel bestaat of het kabinet de Kamer juist heeft geïnformeerd, moet je daar snel over spreken, dus steun voor het verzoek.

De heer Klein (50PLUS):

50PLUS steunt dit verzoek van harte.

De heer Knops (CDA):

Als dit soort zaken boven de markt hangen, is het zaak om daar zo snel mogelijk duidelijkheid over te krijgen. Daarom steunen wij dit verzoek.

Mevrouw Visser (VVD):

De VVD heeft geen bezwaar tegen een debat, maar ik wil hierbij wel kwijt dat de heer Jansen namens de SP-fractie grote woorden gebruikt en selectief shopt in het rapport dat is verschenen. Er staat veel meer in het rapport dat hierover gaat. Hij haalt er nu enkele zaken uit, maar als hij duidelijkheid wil, moet deze er snel komen.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Het zou onze voorkeur hebben om eerst een brief van de minister te krijgen. Het is een uitgebreid rapport, waar heel veel details in staan. Wij zouden wel een uitgebreide visie van de minister willen hebben, om dan te beoordelen of er van andere informatie sprake is dan tijdens het debat werd gedeeld.

De heer Monasch (PvdA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Dijkgraaf.

De heer Verhoeven (D66):

Steun voor het voorstel van de heer Dijkgraaf.

Mevrouw Schouten (ChristenUnie):

Ook steun voor het voorstel van de heer Dijkgraaf.

De voorzitter:

Mijnheer Jansen, u hebt steun van de meerderheid van de Kamer om dit debat te houden. Aangezien u aangeeft sterk het gevoel te hebben dat de Kamer echt verkeerd is geïnformeerd, zal ik proberen om het debat zo snel mogelijk in te plannen.

De heer Paulus Jansen (SP):

Dank u wel, voorzitter. Ik heb er overigens geen bezwaar tegen als de minister nog voor het debat een brief stuurt, maar ik hecht er wel aan dat het debat op zo kort mogelijke termijn plaatsvindt.

De voorzitter:

Ik zal mij daarvoor inspannen. Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Schouw.

De heer Schouw (D66):

Mevrouw de voorzitter. Runderbiefstuk, gesneden van de paardenbil, IKEA-balletjes waar ook stukjes paardenvlees in zitten en eco-eieren die geen eco-eieren zijn; er is sprake van voedselfraude en daarover staan elke dag berichten in de krant. De fractie van D66 vindt dit buitengewoon zorgwekkend. Daarom hebben wij heel veel behoefte aan een debat met de staatssecretaris van Economische Zaken en de minister van Volksgezondheid over de onbetrouwbare informatie over ons voedsel, waardoor mensen niet weten wat zij eten.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Van harte steun voor dit verzoek. Ik wil ook graag een brief van de staatssecretaris, omdat de NVWA in de pers heeft gezegd dat zij geen prioriteit heeft gegeven aan dit soort voedselfraude, zoals het omkatten van paardenvlees tot rundvlees. Ik wil ook weten welke prioriteit wordt gegeven aan dit soort criminele activiteiten.

Mevrouw Lodders (VVD):

De Kamer heeft gisteravond een brief van het kabinet ontvangen. Niet alle uitslagen van genomen monsters waren toen bekend. Ik wil dus graag een aanvullende brief van het kabinet ontvangen wanneer de uitslagen van de monsters bekend zijn. Het lijkt mij heel goed om dit in het eerstvolgende AO over de Landbouw- en Visserijraad te bespreken.

De voorzitter:

U geeft dus geen steun aan het verzoek om een debat.

De heer Geurts (CDA):

Namens de CDA-fractie steun voor dit debat.

Mevrouw Dikkers (PvdA):

Dit is inderdaad een heel belangrijk onderwerp. Wij willen het verzoek om een debat zeer graag steunen, maar wij zien een zeer volle plenaire agenda. Ik zou de collega van D66 dus willen vragen of hij er bezwaar tegen heeft om dit om te zetten in een spoed-AO. Dat zouden we straks in de procedurevergadering kunnen regelen.

De voorzitter:

Dat gaat u dus straks tijdens de procedurevergadering regelen.

Mevrouw Klever (PVV):

Dit is precies het debat dat ik zojuist aanvroeg. Jammer dat de heer Schouw mij toen niet steunde. Ik steun hem nu wel.

De heer Klaver (GroenLinks):

Ik pink nog even een traantje weg. Wij steunen het verzoek. Ik vind de suggestie van collega Dikkers om er een spoed-AO van te maken, wel heel goed. Ik hoop dus dat de collega van D66 dat wil overwegen.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek van harte.

De heer Van Gerven (SP):

Ook wij steunen het verzoek, want de beantwoording door de minister in het vragenuurtje was niet bepaald bevredigend. Ik kan mij wel voorstellen dat we dit in een spoed-AO gieten. Dat lijkt ook mij een goede suggestie.

De voorzitter:

Mijnheer Schouw, u hebt geen steun van de meerderheid, maar veel Kamerleden willen in de procedurevergadering wel praten over het snel behandelen van dit onderwerp.

De heer Schouw (D66):

Ik zeg dank voor de brede steun voor een spoed-AO. Ik wil ook het verzoek om een aanvullende brief over de door mevrouw Thieme genoemde vragen arresteren. Mevrouw Klever heeft gevraagd naar de etikettering van halalvlees. Ook dat kunnen we meenemen in het spoed-AO.

De voorzitter:

Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Helder van de PVV.

Mevrouw Helder (PVV):

Voorzitter. Gisteren zijn namens de politie door Omroep Brabant weer camerabeelden uitgezonden van een ernstige mishandeling. Een hele groep ging weer eens los ten koste van een weerloos slachtoffer. Met "Eindhoven" nog in het achterhoofd lijkt het erop dat het geweld alleen maar toeneemt in plaats van afneemt. Ik wil daarom graag een dertigledendebat met de minister van Veiligheid en Justitie.

De voorzitter:

Er wordt dus verzocht om steun voor een dertigledendebat.

De heer Dijkhoff (VVD):

Ik vond dit een goed voorbeeld van het feit dat het goed werkt als iedereen zijn burgerplicht neemt. Er zijn hierover al veel tips binnengekomen. Ik stel voor om de bredere problematiek van het geweld zelf bij het al door mevrouw Helder aangevraagde en ingeplande debat over straatterreur te betrekken.

De heer Marcouch (PvdA):

De beelden zijn schokkend. Het is goed dat de politie die beelden laat zien. Er komen inderdaad genoeg AO's waarin wij dit onderwerp kunnen bespreken. Van ons dus geen steun voor een spoeddebat.

Mevrouw Kooiman (SP):

De SP-fractie heeft eerder al vragen gesteld over het gebruiken van videobeelden bij straatterreur of geweld. Ik vind het ook terecht dat de PVV-fractie hiervoor aandacht vraagt. Ik steun ook het verzoek van de heer Dijkhoff om dit te betrekken bij het al eerder aangevraagde debat, maar mogelijk met iets meer spreektijd.

Mevrouw Van Toorenburg (CDA):

Ook mijn fractie is er voorstander van om het daarbij te betrekken, maar dan wel met een brief waarin wordt ingegaan op de vraag wat de politie de afgelopen twee keer concreet heeft gedaan.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Ik stel voor om dit in een algemeen overleg te bespreken. Het kan dan veel sneller en wij kunnen de dingen dan bij elkaar brengen.

Mevrouw Helder (PVV):

Ik heb het allemaal gehoord. Het voorstel van de heer Dijkhoff lijkt mij het beste, namelijk om dit te betrekken bij het al genoteerde debat over straatterreur, maar dan wel met iets ruimere spreektijd opdat alle schriftelijke vragen die mijn fractie en de fractie van de SP hebben gesteld, daarbij kunnen worden betrokken.

De voorzitter:

Voor dat debat wachten wij nog op het rapport over …

Mevrouw Helder (PVV):

Dat is het debat over Haren. Er is echter ook een debat over straatterreur in het algemeen aangevraagd.

De voorzitter:

Ik zal het uitzoeken. Ik kom dan ook met een voorstel voor de spreektijden. Ik moet even nagaan hoe dit allemaal bij elkaar kan worden gepast.

Ik zal dit deel van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet opdat de gestelde vragen worden beantwoord.

Hiermee is een einde gekomen aan de regeling van werkzaamheden. Wij gaan nu stemmen. Heeft iedereen de presentielijst getekend?

Naar boven