46 Prijsvorming mondzorg

Aan de orde is de behandeling van:

• het verslag van een schriftelijk overleg over vrije prijsvorming van mondzorg (32620, nr. 13).

De beraadslaging wordt geopend.

Voorzitter: Van der Veen

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. Vergeeft u mij de lengte van de moties, maar dat heeft ook te maken met het feit dat een fatsoenlijk debat over dit heel belangrijke thema door de coalitie is geblokkeerd. Vandaar de volgende moties.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de minister niet kan aangeven in welke mate de macrokosten van de tandzorg zullen stijgen als vrije prijsvorming wordt ingevoerd;

constaterende dat 25% van de Nederlanders nu al geen aanvullende verzekering voor tandzorg heeft;

constaterende dat de tandzorg niet voldoet aan de voorwaarden voor vrije prijsvorming die de NZa heeft geformuleerd;

constaterende dat uit onderzoek van de NPCF blijkt dat de vrije prijsvorming in de tandzorg op dit moment te riskant is;

overwegende dat de zorg geen markt is;

overwegende dat de tandzorg in Nederland op dit moment tot de betere en best betaalbare van Europa behoort;

overwegende dat marktwerking tot gevolg kan hebben dat de tandzorg voor lagere inkomens onbetaalbaar wordt;

spreekt als haar mening uit dat de marktwerking in de tandzorg niet per 2012 kan worden ingevoerd;

draagt de minister op, de invoering van vrije prijsvorming in de tandzorg stop te zetten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Gerven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 16 (32620).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er regio's in Nederland zijn waar het aantal tandartsen onvoldoende is;

constaterende dat het aantal tandartsen in Nederland in verhouding tot de bevolking lager is dan in de omliggende landen;

constaterende dat de groei van het aantal buitenlandse tandartsen in Nederland vrijwel even hoog is als de jaarlijkse uitstroom van tandartsen uit de Nederlandse universiteiten;

constaterende dat het capaciteitsorgaan heeft aangegeven dat een aanzienlijk aantal tandartsen de komende tijd zal stoppen vanwege de leeftijd;

constaterende dat het capaciteitsorgaan adviseert het aantal opleidingsplaatsen te verhogen tot 374 per jaar om de toekomstige vraag naar tandartsen het hoofd te kunnen bieden;

overwegende dat goede toegang tot de tandarts essentieel is voor de kwaliteit van de mondzorg;

overwegende dat voor goede toegang tot de tandarts het aantal tandartsen in Nederland voldoende dient te zijn;

overwegende dat de positieve werking van marktprikkels voor een betere regionale spreiding van tandartsen slechts een aanname is;

roept de minister op om het aantal opleidingsplaatsen voor tandartsen zo spoedig mogelijk te verhogen van 240 naar 374 per jaar,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Gerven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 17 (32620).

Mevrouw Kuiken (PvdA):

Voorzitter. Ik dien twee moties in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat voor een geslaagd experiment met vrije tarieven in de mondzorg een voldoende aanbod van tandartsen en transparantie van de kwaliteit essentieel zijn;

overwegende dat de kwaliteitsindicatoren die noodzakelijk zijn voor de transparantie pas eind 2011 gereed zijn en op zijn vroegst vlak na de zomer van 2012 voor consumenten en zorgverzekeraars beschikbaar komen;

overwegende dat het Capaciteitsorgaan aangeeft dat er in bepaalde regio's tekorten aan tandartsen zijn en dat bovendien blijkt uit gegevens van het NMT dat slechts 24% van de tandartsen zonder voorwaarden nieuwe patiënten opneemt;

constaterende dat ook de minister van mening is dat druk op de beroepsgroepen nodig is om versneld tot een toegankelijk en kwalitatief adequaat systeem voor de mondzorg te komen;

verzoekt de regering, het experiment met vrije tarieven in de mondzorg niet in te voeren voordat is aangetoond dat er voldoende aanbod van tandartsen is en de kwaliteitsindicatoren voor consumenten en zorgverzekeraars beschikbaar zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Kuiken en Voortman. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 18 (32620).

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de regering heeft toegezegd de vijf marktwerkingprojecten die zij wil uitvoeren te onderwerpen aan de markteffectentoets die de SER heeft voorgesteld;

overwegende dat het experiment met vrije tarieven in de mondzorg onderdeel is van een van deze vijf projecten, namelijk verdere tariefderegulering in de zorg en toelating commerciële zorgaanbieders met winstoogmerk;

verzoekt de regering, het experiment met vrije tarieven in de mondzorg niet in te voeren voordat de Kamer is geïnformeerd over de resultaten van de markteffectentoets op dit dossier,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Kuiken. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 19 (32620).

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Voorzitter: Verbeet

Minister Schippers:

Voorzitter. De heer Van Gerven vraagt in zijn motie op stuk nr. 16 om de invoering van de vrije prijsvorming in de tandzorg stop te zetten. Ik ontraad de aanneming van deze motie. Ik vind dat de overheid geen zaken moet regelen waar dat niet nodig is. Ik wil in de praktijk zien welke effecten vrije prijsvorming heeft op vraag, aanbod, kwaliteit, innovatie en ondernemersgedrag. Ik heb er hoge verwachtingen van. Ik denk dat het meer keuzevrijheid geeft voor de consument en een groter productassortiment, meer innovatie en een hoger niveau van kwaliteit en serviceverlening oplevert. Daarbij is het een experiment waar de NZa de effecten op kwaliteit, betaalbaarheid en toegankelijkheid strikt monitort. Als blijkt dat er ontoelaatbare effecten ontstaan, zal ik niet twijfelen om de vrije prijsvorming terug te draaien. Dat geeft mij voldoende vertrouwen om vrije prijzen per 1 januari 2012 in te voeren.

Met de motie op stuk nr.17 wordt de regering opgeroepen, het aantal opleidingsplaatsen voor tandartsen zo spoedig mogelijk te verhogen van 240 tot 374 per jaar. Na de zomer kom ik met een brief over de numerus fixus. Ik vraag de SP-fractie om de motie aan te houden totdat ik met deze brief kom. Wil zij dat niet, dan vind ik het op de zaken vooruitlopen en ontraad ik de aanvaarding van de motie.

De heer Van Gerven (SP):

Ik begrijp dat de minister erop terugkomt en ik wil de motie best aanhouden, maar dan beschouw ik het antwoord dat zij gegeven heeft in het schriftelijk overleg als niet gegeven.

Minister Schippers:

Het is laat, en ik zou eigenlijk niet precies weten op welke pagina ik wat ...

De voorzitter:

Wij gaan niet debatteren. Houdt u de motie aan, of houdt u de motie niet aan, mijnheer van Gerven? Tegen mevrouw Leijten, die vanuit de zaal iets opmerkt, zeg ik: volgens mij neemt u niet deel aan het debat. Ik vraag de heer Van Gerven om even hier naartoe te komen, want het duurt me allemaal te lang.

Ik heb even met de heer Van Gerven gesproken, en tegen de minister zeg ik: u kunt adviseren, de motie aan te houden of u kunt de aanneming ervan ontraden.

Minister Schippers:

Ik adviseer de heer Van Gerven, de motie aan te houden. Als hij daar geen zin in heeft, ontraad ik de aanneming van de motie.

De voorzitter:

De minister vervolgt haar betoog.

Minister Schippers:

In de derde motie wordt gesteld dat eerst moet zijn aangetoond dat er voldoende aanbod van tandartsen is en dat de kwaliteitsindicatoren voor consumenten en zorgverzekeraars beschikbaar zijn. Ik ontraad de aanneming van de motie. Ik ben van mening dat de ontwikkeling van die goede kwaliteitsindicatoren bijzonder hard gaat. Iedereen werkt er hard aan, en dat tempo wil ik er heel graag in houden. Ik vind dat wij daarom niet nu moeten stoppen. Bovendien is er momenteel geen tekort aan tandartsen.

In de vierde motie wordt de regering verzocht het experiment niet in te voeren voordat de Kamer geïnformeerd is over de resultaten van de markteffectentoets. De aanneming van deze motie ontraad ik. De NZa heeft het advies gegeven, eigenlijk al vier jaar geleden, dat deze sector zou moeten overgaan naar vrije prijzen. Ik zie dus geen aanleiding voor uitstel na vier jaar voorbereiding.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de minister voor de beantwoording. Wij zullen bij de eindstemming over de ingediende moties stemmen.