Handeling
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | nr. 49, item 3 |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Vergadernummer | Datum vergadering |
---|---|---|---|---|
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2013-2014 | nr. 49, item 3 |
Vragen van het lid Marcouch aan de minister van Veiligheid en Justitie, bij afwezigheid van de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, over het bericht "Antillen paradijs voor gezochte criminelen".
De heer Marcouch (PvdA):
Voorzitter. Ik heb hier al een paar keer mogen staan om de minister of staatssecretaris aan te spreken op het feit dat we zo'n 12.000 voortvluchtige veroordeelde criminelen hebben, van wie een substantieel aantal zware criminelen. Afgelopen week werd ik onaangenaam verrast door een bericht in De Telegraaf dat een groot deel van die criminelen, zware jongens die zijn veroordeeld voor delicten als geweldpleging, gewelddadige overvallen en drugshandel, gewoon feestviert op de Antillen.
Ik lees in dat bericht ook dat afgelopen week een van die criminelen is opgepakt en dat ambtenaren van het ministerie van Justitie ook weten dat deze criminelen op Curaçao rondhangen. De aanhouding van de afgelopen week laat zien dat wij weten hoe wij deze criminelen hier naartoe moeten halen. De minister heeft de Kamer de belofte gedaan om van straat tot straat, van portiek tot portiek en van deur tot deur te zullen gaan om deze veroordeelde criminelen van de straat te halen. Graag een reactie van de minister op deze berichtgeving.
Minister Opstelten:
Voorzitter. Dank aan de heer Marcouch. Ik kan inderdaad zeggen dat het bericht in De Telegraaf melding heeft gemaakt van de aanhouding van Melfrin K. op Curaçao, op basis van een rechtshulpverzoek van het Team Executie Strafvonnissen en naar aanleiding van signalen vanuit Curaçao, onder andere van de journalist van De Telegraaf. Ik ben verheugd over deze aanhouding. De veroordeelde stond al langer op de lijst van personen naar wie het team actief op zoek was. Hij is veroordeeld voor zware mishandeling en heeft nog een vrijheidsstraf openstaan van meer dan 700 dagen.
Ik kan zeggen dat het team, kortweg aangeduid als TES, in 2013 119 aanhoudingen heeft gerealiseerd in binnen- en buitenland. Concreet over de Antillen sprekend, kan ik niet bevestigen wat in de krant stond over meer dan 30 criminelen. Navraag bij het OM, dat hiermee heel actief bezig is, leert dat er 91 vonnissen tegen Antillianen zijn, met een straf van 120 dagen of meer. Het OM vermoedt dat er van hen twintig op de Antillen zitten. Dat zouden er dus minder kunnen zijn. Met zekerheid is dat nu niet te zeggen.
Ik kan de heer Marcouch verzekeren dat wij inderdaad alles in het werk stellen en nog meer zullen intensiveren, ook naar aanleiding van deze berichten, om ook hen naar Nederland terug te halen en achter slot en grendel te krijgen, waar zij thuishoren.
De heer Marcouch (PvdA):
Dat laatste is precies wat wij willen, alles doen wat kan en wat nodig is om deze criminelen terug te halen. De minister zegt dat het gaat om ongeveer twintig personen. Ik zou dat aantal niet bagatelliseren, wetende dat dit heel zware jongens zijn. Je zult maar slachtoffer zijn van een roofoverval, je zult maar met geweld zijn bejegend door dit soort types. Dan moeten wij er daadwerkelijk alles aan doen om deze jongens binnen te halen. De vraag aan de minister is of er, zoals ik ook lees in het artikel, juridische barrières zijn waar de minister tegenaan loopt om ze binnen te halen. Wij hebben het immers over één Koninkrijk waarbinnen ze zitten. Wij lezen ook dat Curaçao niet echt wilde meewerken vanwege het beeld zou kunnen ontstaan dat er sprake zou zijn van een razzia. Waarom lezen wij over dit soort toestanden niet de rapportages die wij krijgen over de samenwerkingsprogramma's? Wat betekent het ook als die programma's straks in 2015 ophouden en wij dan nog niet deze criminelen hebben opgepakt? Leidt dat dan straks tot meer obstakels om die jongens binnen te halen, of ziet de minister dat anders?
Minister Opstelten:
Dank ook voor die vraag. Die geeft mij aanleiding om daarop te antwoorden. Het OM en ikzelf kennen wat dit betreft geen barrières. Ook is ons niet bekend dat er geen medewerking is. Wij zullen het natuurlijk wederom nagaan, ook al staat het in de krant; dat is serieus genoeg. De afgelopen twee jaar zijn daar ongeveer elf personen aangehouden binnen dit team. Ik laat er geen misverstand over bestaan dat elke één er een te veel is. Als ik het heb over twintig, dan is dat gebaseerd op de cijfers die ik heden heb doorgekregen van het OM. Er is absoluut geen sprake van bagatellisering; het zijn er twintig te veel en wij zullen ze vinden.
De heer Marcouch (PvdA):
Ik ben blij met de opstelling van de minister. Zo heb ik hem in eerdere debatten ook gehoord. Ik ben ook blij dat de minister de opvatting deelt dat het vrij rondlopen van deze zware jongens, deze zware criminelen, een aanslag is op de geloofwaardigheid van onze rechtsstaat. Het kan niet zo zijn dat wij toestaan dat degenen die veroordeeld zijn, gewoon hun straf kunnen ontlopen. Kan de minister aangeven op welke termijn hij ons op de hoogte kan houden van de vorderingen? Curaçao lijkt mij niet zo groot, dus als je ergens van deur tot deur kunt gaan om deze jongens op te pakken, is het daar wel. Ik zou heel graag op korte termijn van de minister willen weten welke inspanningen hij nog meer pleegt om deze criminelen te doen terechtkomen waar zij thuishoren, namelijk in de cel.
Minister Opstelten:
In de update die de staatssecretaris in april zal geven van het hele programma, zullen wij heel precies op dit punt ingaan, naar aanleiding van de vraag van de heer Marcouch.
Mevrouw Helder (PVV):
Wij hebben de minister horen antwoorden dat hij er alles aan gaat doen om die twintig — volgens de minister zijn het er twintig te veel — gezochte criminelen op te pakken. Dat is mooi, maar dan blijft één vraag nog onbeantwoord. Uit het bericht heb ik begrepen dat er de afgelopen zomer op hoog niveau gesprekken zijn gevoerd over een grote veegactie om die gezochte criminelen, van wie bekend is waar ze zitten, op te pakken. Die veegactie is nu echter afgeblazen, en ik zou graag willen horen wat daar de reden van is.
Minister Opstelten:
De heer Marcouch heeft mij daar zojuist ook naar gevraagd. Ons is hiervan niets bekend. Ik ben het bij het OM nagegaan. Wij zullen er nog verder informatie over inwinnen, want dit kan natuurlijk niet. Ik ben hoopvol gestemd, met de nieuwe pg die is benoemd en die naar Curaçao en Sint-Maarten zal afreizen om daar zijn werk te doen.
Mevrouw Helder (PVV):
Ik hoor de minister nu zeggen dat het bij het Openbaar Ministerie niet bekend is, maar in het bericht staat gewoon dat een woordvoerder van het Openbaar Ministerie er niet op wilde ingaan. Ik vind dat daar toch wel een nuanceverschil in zit. Kan de minister dat toelichten?
Minister Opstelten:
Ik baseer mij even niet op het bericht in de krant, dat ik met veel belangstelling heb gelezen en dat voor mij aanleiding was om direct informatie in te winnen. Dat geldt natuurlijk ook voor de staatssecretaris. Uit het bericht van het OM blijkt dat men zich niet herkent in dat feit. Dat geef ik nu weer.
De voorzitter:
Mocht hierover nog aanvullende informatie komen, dan neem ik aan dat u de Kamer hierover direct zult berichten.
Minister Opstelten:
Zeker, ik zal dat ook meenemen in de update die in april zal komen.
De voorzitter:
Dan mag u nog even gaan zitten, want ook de volgende vraag is voor u.
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/h-tk-20132014-49-3-n1.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.