5 Vragenuur

Vragen van het lid Madlener aan de minister van Financiën over het bericht "EU wil half miljard euro extra van Den Haag".

De heer Madlener (PVV):

Voorzitter. Nederlanders worden flink gepakt in de portemonnee door dit kabinet. De Brusselse bureaucraten, beter bekend als de Brusselse zakkenvullers, blijven geld uitgeven alsof het water is. Terwijl Nederlanders inmiddels de hoogste benzineprijzen van Europa betalen en onze koopkracht daalt, lijkt het alsof in Brussel de bomen tot in de hemel reiken. En wat doet de Europese Unie? Die zet de geldkraan nog verder open: geld voor de Franse en Poolse boeren, extra geld voor de Palestijnen, voor Turkije, voor Egypte. Ik heb drie jaar in het Europees Parlement rondgelopen. Daar worden constant voorstellen aangenomen die Nederland heel veel geld kosten. Zojuist, bijna terwijl wij dit gesprek hebben, heeft het Europees Parlement weer ingestemd met 7% erbij voor 2013. Door al die verspilling in het Europees Parlement is er een enorm gat ontstaan in de begroting voor dit jaar. En wat staat er in de krant een paar dagen geleden? Dat Nederland dat mag gaan betalen.

De minister spreekt vaak met zijn collega's in Brussel. Hij weet ook hoe het daar gaat. Wanneer gaat hij nu eens keihard "nee" zeggen tegen die Brusselse bureaucraten? Wanneer slaat hij met de vuist op tafel en zegt hij: genoeg is genoeg, niet weer 7% erbij? Elke keer weer, in kleine stapjes, zijn wij het die de prijs betalen. Een heleboel landen betalen helemaal niets, maar krijgen alleen geld. Zij vinden het best en zij stemmen daar natuurlijk altijd voor. Zelfs onze eigen collega-Europarlementariërs stemmen daar soms voor. Collega's van de heer De Jager of van de VVD stemmen daarvoor. Waar zijn wij mee bezig? Op deze manier, stapje voor stapje, wordt Nederland uitgekleed. In Brussel sturen ze de rekening naar ons toe. Wanneer stoppen wij met de pinautomaat van Brussel te zijn?

Minister De Jager:

Voorzitter. Dank voor de vragen, want ze geven mij de gelegenheid om nog eens het regeringsstandpunt uiteen te zetten. Dat standpunt is overigens in de afgelopen jaren heel erg in lijn geweest met deze wens van de Tweede Kamer. Wij zijn heel duidelijk tegen een reële stijging van de begroting. Ik kreeg daarnet op mijn iPad het bericht door dat het Europees Parlement bijna 7% stijging wil. Ik vind dat in deze tijd onbegrijpelijk. De heer Madlener is zelf lid van het Europees Parlement geweest. Misschien heeft hij er meer inzicht in waarom het Europees Parlement zoiets eist. Wij zijn op dit punt bondgenoten. Het kan niet. Nederland zal tegen dit soort voorstellen stemmen. Wij zullen ons niet onthouden, maar absoluut tegenstemmen. Op 9 november hebben wij de eerste begrotingsraad. Een dag daarvoor spreekt de Tweede Kamer met het kabinet om die bijeenkomst voor te bereiden. Er is dus ook voor de collega's van de heer Madlener de gelegenheid om daarover van gedachten te wisselen. Wij zullen proberen om op die bijeenkomst van 9 november een blokkerende minderheid te verzamelen. Voor het meerjarenkader is unanimiteit nodig. Wij kunnen onze hakken in het zand zetten – dat zullen wij ook doen – tegen voorstellen die absoluut tegen ons Nederlandse standpunt ingaan. Bij de begroting van jaar op jaar is een gekwalificeerde meerderheid voldoende, zolang het onder het maximum van het meerjarenkader valt. Nogmaals, wij zullen proberen een blokkerende minderheid te vormen met gelijkgezinde landen als het Verenigd Koninkrijk. Bij de suppletoire, aanvullende begroting voor dit jaar wordt voorgesteld om alle tegenvallers bij de lidstaten naar binnen te schuiven. Dat is voor ons niet acceptabel. Dat geldt ook voor de voorgestelde stijging van 7%. Wij zullen ons daar met hand en tand tegen verzetten.

De heer Madlener (PVV):

Ik hoor het de minister zeggen en ik heb het hem al vaker horen zeggen, maar telkens weer luisteren ze in Brussel niet. Wat heeft de minister gedaan om dit bij zijn collega's in Brussel voor elkaar te krijgen? Ik hoor hem met zoveel woorden zeggen: wij gaan onze hakken in het zand zetten bij de meerjarenbegroting. Is hij bereid om dat hier uit te spreken? Is hij bereid om hier te zeggen dat hij met een veto zal dreigen, net als de Engelse premier Cameron dat gedaan heeft? Premier Cameron onderhandelt met een veto op tafel. Is minister De Jager bereid om hier te zeggen dat hij ook bereid is dat veto in te zetten?

Hoe gaat de minister de Nederlandse Europarlementariërs toespreken, zijn eigen partijgenoten die meedoen aan het hele spel om steeds meer geld van de Nederlandse belastingbetaler af te pakken en aan Brussel over te maken?

Wat heeft de minister gedaan? Gaat hij straks een briefje naar Barroso sturen dat hij geen cent extra krijgt? Kan hij garanderen dat er geen cent extra Nederlands belastinggeld gebruikt zal worden om de begroting van 2012 voor het Europees Parlement te dichten?

Minister De Jager:

Over het algemeen is het niet aan ministers om parlementariërs de oren te wassen, ook geen Europarlementariërs, helaas. Ik zou het misschien wel eens willen, maar deze collega-parlementariërs zijn meer in de gelegenheid om bij hun fracties in het Europees Parlement het Nederlandse standpunt zo veel mogelijk uit te dragen.

Ik dacht dat ik al vrij duidelijk was geweest. Als wij in de meerjarenbegroting iets voorgesteld krijgen waar wij echt tegen zijn, dan zullen wij tegenstemmen. Dat betekent daar een veto, want tegenstemmen betekent een veto. Overigens is dat aan de minister-president. Uiteindelijk komt het ook op de Europese Raad terecht. In Nederland gaat het om de staatssecretaris van Buitenlandse Zaken, de minister-president en de minister van Financiën, maar uiteindelijk komt dit soort discussies bijna altijd op de Europese Raad terecht. Daar beslissen de regeringsleiders. Nederland zit er heel stevig in. Bij de meerjarenbegroting hebben wij veel meer macht, want daar is de Nederlandse stem nodig. Die zullen wij gebruiken om een voor ons acceptabele oplossing te vinden. Hetzelfde geldt voor de begroting. Alleen kun je daarbij overstemd worden, maar wij doen ons best.

De voorzitter:

Ik neem aan, minister, dat u zo-even vanuit uw hart sprak en niet namens de regering toen u zei dat u parlementariërs wel eens de mond zou willen snoeren.

Minister De Jager:

Nee, ik zei het iets voorzichtiger. Er zat volgens mij nog een woordje tussen. Je zou het misschien weleens willen weten, maar daarbij gaf ik aan de intentie dat ik dat dus niet moet doen. Ik zal het dus ook niet doen. Overigens mogen deze parlementariërs hun collega's in het Europees Parlement misschien best aanspreken.

De voorzitter:

Dat is uitlokking, minister, dat mag ook niet. Ik geef het woord aan de heer Madlener.

De heer Madlener (PVV):

We moeten partijgenoten zeker aanspreken op hun gedrag in het Europees Parlement, want zij zitten daar namens Nederland. Het is niet in het Nederlands belang dat zij onze onderhandelingspositie verkwanselen.

Ik heb de minister horen zeggen dat hij eventueel bereid is een veto in te zetten. Dat zie ik als een dreigement in de goede richting à la Cameron. Dus ik neem aan dat er een briefje gaat naar de onderhandelaars in Brussel. Verder is het goed dat de minister die blokkerende minderheid gaat zoeken, zodat er geen cent belastinggeld van Nederland gebruikt wordt om de spilzucht van het Europees Parlement en de Europese Commissie te financieren. Ik zou graag willen dat dit parlement stap voor stap op de hoogte wordt gehouden over welke pogingen de minister onderneemt en over wie zijn partners in dezen zijn.

Minister De Jager:

Voorzitter. De terminologie die hier zo nu en dan wordt gebezigd kan ik niet overnemen. Ik constateer dat een tamelijk Kamerbrede meerderheid hier heel stevig in zit. Wij volgen in de Raad de roep van de Tweede Kamer om de begroting niet meer dan met de inflatie te laten stijgen. Absoluut.

Verder houden we de Kamer uiteraard op de hoogte. Er komen ook weer voorstellen aan die we de Kamer zullen toezenden. Waarschijnlijk vindt er op 8 november een algemeen overleg plaats over de Ecofin-Raad en de begrotingsraad waarover wij dan hier kunnen spreken. Dat is dus nog voor de volgende begrotingsraad, maar daarvoor zullen wij de Kamer nog een brief sturen met de informatie die we hebben

De voorzitter:

Dank voor uw komst naar de Kamer.

Naar boven