Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de strategische agenda hoger onderwijs en wetenschapsbeleid,

te weten:

- de motie-Leijten over de doorstroom van universitaire bachelorfase naar masterfase (31288, nr. 2);

- de motie-Leijten over het niet verlagen van de eerste geldstroom (31288, nr. 3);

- de motie-Leijten c.s. over verbetering van de medezeggenschap in het hoger onderwijs (31288, nr. 4);

- de motie-Joldersma c.s. over een beleidsrijke dialoog met de universiteiten over Nederlandse graduate schools (31288, nr. 5);

- de motie-Zijlstra over de strategische agenda als eerste stap naar het nieuwe HOOP (31288, nr. 6);

- de motie-Zijlstra over aanpassing van de bekostigingssystematiek met kwaliteitsrechten als uitgangspunt (31288, nr. 7);

- de motie-Besselink c.s. over de termijn waarbinnen studiefinanciering met terugwerkende kracht kan worden stopgezet (31288, nr. 8);

- de motie-Besselink c.s. over de niet-goed-geld-teruggedachte (31288, nr. 9);

- de motie-Dibi over verbetering van de aansluiting van de bacheloropleiding op de arbeidsmarkt (31288, nr. 10);

- de motie-Dibi over verruiming van het bindend studieadvies en een jaarlijks functioneringsgesprek (31288, nr. 11).

(Zie notaoverleg van 10 december 2007.)

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Zijlstra stel ik voor, zijn motie (31288, nr. 6) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

De motie-Zijlstra (31288, nr. 7) is in die zin gewijzigd en nader gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat aanpassingen in de bekostigingssystematiek in het hoger onderwijs nodig zijn om te komen tot een hogere basiskwaliteit, meer excellentie en een betere internationale positie van het Nederlandse hoger onderwijs;

constaterende dat er in de strategische agenda hoger onderwijs en wetenschapsbeleid niet voor gekozen is om kwaliteitsaspecten in de bekostigingssystematiek in te bouwen;

van mening dat het voor een echte kwaliteitsimpuls noodzakelijk is dat er wel kwaliteitsaspecten in de bekostigingssystematiek worden opgenomen;

verzoekt de regering, in de nieuwe bekostigingssystematiek voor het hoger onderwijs kwaliteitsaspecten op te nemen, waarbij voorkomen dient te worden dat deze kwaliteitsaspecten door perverse prikkels tot averechtse effecten leiden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is ondertekend door de leden Zijlstra en Besselink. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 15 (31288).

Ik stel vast dat wij hierover nu kunnen stemmen.

Op verzoek van de heer Dibi stel ik voor, zijn moties (31288, nrs. 10 en 11) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Leijten (31288, nr. 2).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, D66, de PvdD, de PVV en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Leijten (31288, nr. 3).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, D66, de PvdD, de PVV en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Leijten c.s. (31288, nr. 4).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de VVD, de PVV en het lid Verdonk voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Joldersma c.s. (31288, nr. 5).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de nader gewijzigde motie-Zijlstra/Besselink (31288, nr. 15).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de VVD, de ChristenUnie, de PVV en het lid Verdonk voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Besselink c.s. (31288, nr. 8).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Besselink c.s. (31288, nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD, de ChristenUnie en de SGP voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

Naar boven