Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Szabó.

De heer Szabó (VVD):

Voorzitter. Ik verzoek u, het verslag van het algemeen overleg over Bangladesh, Sri Lanka en Jemen op de plenaire agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en dit VAO toe te voegen aan de agenda van de volgende week.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Gent.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. Ik verzoek u, de stemmingen onder de punten 13 en 14 van de stemmingslijst uit te stellen tot volgende week. Het gaat daarbij onder andere over intergemeentelijke samenwerkingsverbanden. Wij hebben er vorige week over gediscussieerd en wij hebben er hedenochtend een brief met aanvullende informatie over gekregen. Ik ben nog bezig met het aanpassen van mijn amendement en met overleg met de betrokken gemeenten. Uitstel met een week zou mij heel goed uitkomen.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en de stemmingen die verband houden met wetsvoorstel 30679 een week uit te stellen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Irrgang.

De heer Irrgang (SP):

Voorzitter. Vanochtend vroeg zijn de antwoorden binnengekomen op Kamervragen die ik en een aantal andere leden hebben gesteld over de stemmachines. De minister heeft daarin een aantal belangrijke toezeggingen gedaan over de beveiliging van de stemcomputers bij de verkiezingen op 22 november. In de ogen van mijn fractie zijn enkele punten nog onvoldoende opgehelderd, zoals de veiligheid van het stemgeheim, het installeren van nieuwe chips en het gebruik van computers die niet stand-alone zijn. Om die reden wenst mijn fractie nog deze week een spoeddebat over dit onderwerp.

Mevrouw Spies (CDA):

Voorzitter. Ik kan mij heel goed voorstellen dat de heer Irrgang pleit voor een nadere gedachtewisseling met de minister voor BVK over de problematiek rond de veiligheid van stemcomputers. Het heeft de voorkeur van mijn fractie om die gedachtewisseling te houden in een regulier algemeen overleg. Wij kunnen daarvoor wellicht nog deze week ruimte vinden op de commissieagenda, zodat wij de plenaire agenda er niet mee behoeven te belasten.

De heer Szabó (VVD):

Voorzitter. Ook wij hebben vanmorgen de antwoorden van de minister ontvangen op vragen die door ons zijn gesteld. Wij hebben nog een aantal additionele vragen aan de minister voor Bestuurlijke Vernieuwing en Koninkrijksrelaties. Ik wil die zorgvuldig beantwoord hebben. Ik ben bang dat wij niet voldoende antwoorden krijgen in een spoeddebatje. Ik sluit mij dan ook aan bij de woorden van collega Spies van de CDA-fractie. Ik wil zo mogelijk donderochtend of -middag in een algemeen overleg uitgebreid met de minister spreken over diens antwoorden.

Mevrouw Van Oudenallen (Groep Van Oudenallen):

Voorzitter. Ook vanwege de beantwoording van mijn vragen zou ook ik hier donderdag een gewoon debat over willen voeren. Dus geen spoeddebat, maar een debat zoals de fracties van het CDA en de VVD net voorstelden, een algemeen overleg!

De heer Dubbelboer (PvdA):

De fractie van de PvdA sluit zich daarbij aan. Wat ons betreft, zou het inderdaad op donderdagochtend kunnen.

De voorzitter:

Ik ken niet alle commissieactiviteiten uit mijn hoofd, maar ik begrijp dat er donderdagochtend Voorzitteral een overleg is gepland. Kan mevrouw Noorman daar als voorzitter van de desbetreffende commissie iets over zeggen?

Mevrouw Noorman-den Uyl (PvdA):

Het is inderdaad mogelijk om donderdagochtend een spoed-AO over dit onderwerp te houden. Gehoord de woordvoerders, schat ik in dat daar wel een meerderheid voor is en dat ik kan concluderen dat er die ochtend inderdaad een spoedoverleg over dit onderwerp komt.

De voorzitter:

Fantastisch, de minister van Justitie hielp mij al met voorzitten en nu trekt u mijn conclusie! Ik kan er al veel eerder mee stoppen dan ik had gedacht!

De heer Duyvendak (GroenLinks):

Voorzitter. Het lijkt ook mij belangrijk om er nog deze week met de minister over te spreken want het betreft al de komende verkiezingen. Mocht het overleg aanleiding geven tot vervolginitiatieven dan moeten wij ook die nog voor het reces kunnen afronden.

De heer Irrgang (SP):

Ik wilde een spoeddebat omdat ik deze kwestie daar belangrijk genoeg voor vind, mede gelet op de naderende verkiezingen. Ik kan natuurlijk wel de koppen tellen als het erom gaat dat dit ook in een spoed-AO kan. Ik vind het in ieder geval van belang dat dit zo snel mogelijk plaatsvindt, dus uiterlijk donderdagochtend. Dat geeft ons ook de mogelijkheid om wat meer spreektijd te gebruiken, hetgeen gelet op de ingewikkeldheid van de materie wel een voordeel is.

De voorzitter:

Ik stel voor, akkoord te gaan met de suggestie van mevrouw Noorman voor mijn conclusie, namelijk om de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties te vragen, een algemeen overleg op donderdagochtend te houden over de problemen rondom de stemmachines.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer De Wit.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. Op 7 augustus heb ik schriftelijke vragen gesteld aan de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie over het bewijsrecht in vreemdelingenzaken. De minister heeft weliswaar om uitstel gevraagd, maar ondanks een rappel zijn de vragen nog steeds niet beantwoord. Ik wil de minister dan ook vragen om ze nu per omgaande te beantwoorden.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Dijksma.

Mevrouw Dijksma (PvdA):

Voorzitter. Vorige week is er een brief uitgelekt van de minister-president aan zijn collega's over de stand van zaken met betrekking tot de normen en waarden. Ik heb de minister-president in de Kamer gevraagd om deze brief naar de Kamer te sturen. Aangezien het hier een brief betreft die al bestaat en niet meer geschreven behoeft te worden, heb ik mij erover verbaasd dat die tot op heden nog niet is aangekomen. Ik wil de minister-president dan ook vragen om die brief nog deze week naar de Kamer te sturen. Dat moet niet zo moeilijk zijn: een enveloppe, dichtplakken, postzegel erop, klaar!

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister-president, en daaraan toe te voegen dat die brief uiterlijk morgen 13.00 uur binnen moet zijn.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Atsma.

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Vorige week heeft de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit een algemeen overleg gevoerd over het destructiebeleid. Ik verzoek u, het verslag van dit overleg op de agenda van de plenaire vergadering te plaatsen. Het is niet urgent, maar het VAO moet wel voor de verkiezingen plaatsvinden.

De voorzitter:

Ik stel voor, aan dit verzoek te voldoen en het verslag van het algemeen overleg over het destructiebeleid toe te voegen aan de agenda van volgende week.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Azough.

Mevrouw Azough (GroenLinks):

Voorzitter. Ik wil graag twee sets schriftelijke vragen rappelleren. De eerste set is op 18 augustus jongstleden door mevrouw Van Gent gezonden aan de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie. Deze vragen hebben betrekking op de ineffectiviteit van het vertrekcentrum in Ter Apel.

De tweede set heb ik op 28 juli jongstleden aan de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport gezonden. Deze vragen hebben betrekking op de mensonwaardige behandeling van zware gevallen in psychiatrische instellingen.

Deze vragen zijn nog steeds niet beantwoord.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder naar de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie c.q. de minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven