14 Stemmingen moties Vreemdelingen- en asielbeleid

Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het VAO Vreemdelingen- en asielbeleid,

te weten:

  • -de motie-Sjoerdsma c.s. over de IND-capaciteit op volle sterkte houden (19637, nr. 2224);

  • -de motie-Gesthuizen c.s. over opsporing van 10.000 vermiste minderjarige asielzoekers (19637, nr. 2225);

  • -de motie-Gesthuizen c.s. over een besluit- en vertrekmoratorium voor vrouwen uit Zuid- en Centraal-Somalië (19637, nr. 2226);

  • -de motie-Voortman c.s. over geen asielzoekers uit Griekenland en Italië terugsturen naar die landen (19637, nr. 2228);

  • -de motie-Voortman over inzicht in de invulling van de vereisten voor kinderpardonvergunningen (19637, nr. 2229);

  • -de motie-Voortman/Gesthuizen over duurzame oplossingen voor amv-ers (19637, nr. 2230);

  • -de motie-Voordewind c.s. over in kaart brengen op welke wijze het niet-meewerkcriterium wordt tegengeworpen (19637, nr. 2231);

  • -de motie-Voordewind c.s. over het wijzigen van het begrip "rijkstoezicht" in de Regeling langdurig verblijvende kinderen (19637, nr. 2232);

  • -de motie-Fritsma over onmiddellijk ongedaan maken van de structurele pardonregeling (19637, nr. 2234).

(Zie vergadering van 28 september 2016.)

De voorzitter:

De motie-Voortman (19637, nr. 2229) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat 92% van de aanvragen voor de definitieve Regeling langdurig verblijvende kinderen is afgewezen en dat sinds de inwerkingtreding van de regeling drie jaar geleden maar aan 40 kinderen een vergunning is verstrekt op basis van de regeling;

overwegende dat met het kinderpardon is beoogd, kinderen die door te lange procedures in Nederland zijn geworteld alsnog voor een verblijfsvergunning in aanmerking te laten komen;

overwegende dat er twijfels bestaan over de uitvoering van het huidige kinderpardon en het derhalve wenselijk is dat de Kamer inzicht krijgt in de concrete invulling van de vereisten voor kinderpardonvergunningen om te kunnen toetsen of sprake is van een gebrek in de regeling en/of uitvoering daarvan;

verzoekt de regering, de minuten van de 40 zaken waarin een vergunning is toegewezen op grond van de definitieve Regeling langdurig verblijvende kinderen te anonimiseren en nog voor de behandeling van de begroting van het ministerie van Veiligheid en Justitie aan de Kamer te zenden,

en gaat over tot de orde van de dag.

Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 2239, was nr. 2229 (19637).

Ik stel vast dat wij hier nu over kunnen stemmen.

Op verzoek van de heer Voordewind stel ik voor, zijn motie (19637, nr. 2231) aan te houden.

Daartoe wordt besloten.

In stemming komt de motie-Sjoerdsma c.s. (19637, nr. 2224).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk, de SGP en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Gesthuizen c.s. (19637, nr. 2225).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Gesthuizen c.s. (19637, nr. 2226).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Voortman c.s. (19637, nr. 2228).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Voortman (19637, nr. 2239, was nr. 2229).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, de PvdA, GroenLinks, D66, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Voortman/Gesthuizen (19637, nr. 2230).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Voordewind c.s. (19637, nr. 2232).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdD, GroenLinks, D66, Klein, de Groep Kuzu/Öztürk en de ChristenUnie voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Fritsma (19637, nr. 2234).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SGP, de Groep Bontes/Van Klaveren en de PVV voor deze motie hebben gestemd en de aanwezige leden van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven