Kamerstuk
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 33118 nr. BG |
Zoals vergunningen, bouwplannen en lokale regelgeving.
Adressen en contactpersonen van overheidsorganisaties.
U bent hier:
Datum publicatie | Organisatie | Vergaderjaar | Dossier- en ondernummer |
---|---|---|---|
Eerste Kamer der Staten-Generaal | 2020-2021 | 33118 nr. BG |
Vastgesteld 29 september 2020
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving1 en voor Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit2 hebben kennisgenomen van de brief3 van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties d.d. 24 juni 2020, over de voortgang van de Omgevingswet. In deze voortgangsbrief gaf de Minister tevens haar reactie op de brief van de leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit van 11 juni 2020, waarin – uitgaande van toezegging T02883 – is gevraagd om het toezenden van een tijdpad met een overzicht wanneer de Kamer welke toegezegde informatie kan verwachten. De brief van 24 juni 2020 is besproken in de gecombineerde commissievergadering van 30 juni 2020 en naar aanleiding hiervan hebben de leden van genoemde commissies de Minister op 7 juli 2020 een brief gestuurd.
De Minister heeft op 28 september 2020 gereageerd.
De commissies brengen bijgaand verslag uit van het gevoerde nader schriftelijk overleg.
De griffier voor dit verslag, De Boer
Aan de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
Den Haag, 7 juli 2020
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hebben met belangstelling kennisgenomen van uw brief4, d.d. 24 juni 2020, over de voortgang van de Omgevingswet. Deze brief is besproken in hun vergadering van 30 juni 2020. Daarbij is besloten na het aanstaande zomerreces inbreng te leveren voor schriftelijk overleg. Op één punt uit uw brief willen zij echter nu reeds ingaan en dat betreft het door de commissies verzochte tijdpad betreffende de toezending van informatie inzake de stelselherziening van het omgevingsrecht.
Bij brief van 11 juni 20205 hebben de leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit u verzocht om voor de Kamer via een toe te zenden tijdpad inzichtelijk te maken wanneer zij welke informatie kan verwachten op het gebied van de stelselherziening van het omgevingsrecht, dit naar aanleiding van de vele toezeggingen die gedaan zijn door de Minister voor Milieu en Wonen tijdens de plenaire debatten over de wetsvoorstellen Invoeringswet Omgevingswet6, Aanvullingswet bodem Omgevingswet7, Aanvullingswet geluid Omgevingswet8 en Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet9. Dit betreft niet alleen de (wetgevings)producten die reeds in de planning staan, maar tevens de tijdens de plenaire debatten toegezegde informatie, opdat leden een integraal beeld kunnen krijgen van de te verwachten informatie vóór en na de inwerkingtreding van de Omgevingswet en niet alle informatie pas op één bepaald moment krijgen maar verspreid in de tijd. Zoals in voornoemde brief te lezen is, herkende de Minister voor Milieu en Wonen zich in deze wens en heeft toegezegd10 een brief te zullen sturen met een structurering van de toegezegde informatie.
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit treffen in uw brief van 24 juni 2020 een passage aan met enkele opmerkingen over het tijdpad, die opgenomen is naar aanleiding van hun brief van 11 juni 2020.11 Zij zijn van oordeel dat met deze passage niet wordt voldaan aan de toegezegde structurering van informatie en leggen daarom hierbij nogmaals het verzoek bij u neer om een tijdpad te concipiëren rekening houdend met hetgeen in de vorige alinea van deze brief naar voren is gebracht. Daarbij vragen zij u specifiek of u de Kamer een overzicht wilt doen toekomen, waarin terugkijkend van 1 januari 2022 – de beoogde inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet – tot heden terug te vinden is wanneer de Kamer welke informatie kan verwachten naar aanleiding van de toezeggingen die gedaan zijn bij voornoemde plenaire debatten.
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit willen daarbij nogmaals graag benadrukken dat zij het van belang vinden dat toegezegde informatie niet op één bepaald moment wordt toegestuurd, maar verspreid in de tijd, zodat zij de implementatieontwikkelingen nauwgezet kunnen volgen tot aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Een dergelijk overzicht is daarbij zeer behulpzaam.
Tijdens de behandeling van de wet- en regelgeving inzake de stelselherziening van het omgevingsrecht is herhaaldelijk door verschillende leden aangegeven dat het van belang is dat toegezonden stukken eigenstandig te lezen zijn; niet alleen voor zichzelf, maar vooral ook voor de praktijk die met de wet- en regelgeving aan de slag moet. Het is de leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit opgevallen dat in antwoord op hun brief van 11 juni 2020 wederom verwezen wordt naar verschillende documenten.12 Zij verzoeken u dan ook om in het vervolg stukken toe te zenden die eigenstandig te lezen zijn. In dat kader wijzen zij tevens op de gedane toezegging13 door de Minister voor Milieu en Wonen, dat de toegankelijkheid van schriftelijke beraadslagingen kan en moet worden verbeterd.
Tot slot zouden de leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit graag nog het volgende onder uw aandacht willen brengen. De beoogde inwerkingtreding van de Omgevingswet is verschoven naar 1 januari 2022. In de tussentijd lopen er wetgevingstrajecten (of worden mogelijk gestart) die niet direct de stelselherziening van het omgevingsrecht raken, maar er wel mee samenhangen, bijvoorbeeld doordat de inwerkingtreding van een wet gekoppeld wordt aan de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Dit roept bij deze leden de vraag op wat de impact is van de uitgestelde inwerkingtreding van de Omgevingswet op de inwerkingtreding van daarmee nauw samenhangende wetten, zoals de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen14. Zij verzoeken u vriendelijk de Kamer hierover in voorkomend geval te informeren, zowel bij huidige wetgevingstrajecten als bij mogelijke toekomstige trajecten, zodat ook de samenhang tussen de stelselherziening van het omgevingsrecht en «aangrenzende» wet- en regelgeving in het oog gehouden kan worden.
Ook vragen zij u de Kamer te informeren over de impact van de uitgestelde inwerkingtreding van de Omgevingswet op bestaande wetgeving en daarmee verbonden AMvB’s en ministeriële regelingen.
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit zien het tijdpad alsnog met belangstelling tegemoet en ontvangen deze graag uiterlijk 4 september 2020.
De voorzitter van de vaste commissie voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving, Meijer
De voorzitter van de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit, N.J.J. van Kesteren
Aan de Voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 28 september 2020
De afgelopen maanden heeft uw Kamer de voorstellen voor de Invoeringswet Omgevingswet, Aanvullingswet bodem Omgevingswet, Aanvullingswet geluid Omgevingswet, de Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet en de Aanvullingswet natuur Omgevingswet plenair behandeld. Deze behandelingen leidden tot een uitgebreide inhoudelijke bespreking en uiteindelijk tot het aannemen van deze wetsvoorstellen.
De focus van het gesprek met uw Kamer verschuift de komende tijd naar de voorbereiding op de inwerkingtreding van de Omgevingswet, die per 1 januari 2022 is beoogd. In mijn voortgangsbrief van 24 juni 2020 heb ik een overzicht gegeven van de stand van zaken van die implementatie voor de zomer.
Uw commissie heeft mij in reactie op deze brief verzocht om meer duidelijkheid over het tijdpad tot inwerkingtreding. Dit tijdpad moet laten zien wanneer uw Kamer welke informatie kan verwachten over de stelselherziening van het omgevingsrecht. Dit ook vanwege uw verzoek om deze informatie verspreid in de tijd te ontvangen.
U verzoekt mij daarnaast om te beschrijven wat de impact is van de uitgestelde inwerkingtreding van de Omgevingswet op daarmee nauw samenhangende wetten, zoals de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.
In deze brief reageer ik op deze verzoeken van uw Kamer
Tijdpad
Uw Kamer verzoekt mij om tot een structurering van de informatie te komen die ik tot aan inwerkingtreding en in de periode daarna met uw Kamer zal delen. Uw Kamer doelt daarbij op een tijdpad waarin, terugkijkend vanaf 1 januari 2022 tot heden, is terug te vinden, wanneer de Kamer welke informatie kan verwachten naar aanleiding van toezeggingen in de diverse plenaire debatten in de eerste helft van dit jaar.
Tijdens de debatten over de genoemde wetsvoorstellen in de inleiding van deze brief, is een groot aantal toezeggingen gedaan. In de afgelopen periode bent u maandelijks per brief geïnformeerd over de voortgang van de Omgevingswet. In deze brieven is ook ingegaan op een aantal toezeggingen uit de plenaire debatten.
In onderstaand tijdpad staat welke informatie uw Kamer de afgelopen maanden heeft ontvangen over de voortgang van de stelselherziening omgevingsrecht en de komende maanden nog zal ontvangen tot aan de beoogde datum van inwerkingtreding. Het grootste deel van de gedane toezeggingen is op maandbasis in te plannen en met naam en nummer in deze tabel opgenomen. Bij een aantal toezeggingen bleek het nu niet mogelijk om die detailplanning te maken. Dit betreft bijvoorbeeld doorlopende toezeggingen of toezeggingen die betrekking op de monitoring en evaluatie na inwerkingtreding. In een aanvullende tabel zijn deze toezeggingen weergegeven. In de bijlage treft u daarnaast een compleet overzicht van de stand van zaken van alle toezeggingen aan. De toezeggingen uit het debat over de Aanvullingswet natuur zijn nog niet in deze overzichten opgenomen omdat deze nog niet geregistreerd zijn.
Zoals gezegd, zend ik u regelmatig voortgangsbrieven waarin ik de voortgang op het gebied van de wetgeving, het DSO en de implementatie beschrijf. Elk half jaar wordt deze voortgangsinformatie aangevuld met de resultaten van de implementatiemonitor. Maandelijks informeer ik u over de voortgang van de aansluitingen op het DSO. Deze terugkerende informatie heb ik gearceerd in de tabel. Daarmee markeer ik het onderscheid met eenmalige informatie.
Na inwerkingtreding zal ik u jaarlijks informeren over de voortgang, de monitoringsresultaten en een jaarlijkse rapportage doen toekomen van de onafhankelijke evaluatiecommissie (conform motie K 34 985). De monitoring en evaluatie worden ingericht conform de diverse moties en toezeggingen die hierover gedaan zijn. Daarnaast zijn er nog andere toezeggingen die betrekking hebben op de periode na inwerkingtreding. Daarover zal ook aan uw Kamer gerapporteerd worden.
De informatie die ik u toestuur heeft als doel om voldoende zicht te geven op de haalbaarheid van de voorgestelde datum van 1 januari 2022. Mijn voorstel is om hierover eerst het gesprek met de Tweede Kamer te voeren. Na afronding van het debat in de Tweede Kamer stel ik voor om het debat met uw Kamer te voeren.
2020
Datum |
Informatie |
Toezegging/ Motie |
---|---|---|
Reeds verzonden informatie |
||
april 2020 |
||
1 april |
Aankondiging uitstel inwerkingtredingsdatum |
|
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
|
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Gateway implementatie DSO |
||
Beschrijving minimale criteria voor inwerkingtreding |
||
mei 2020 |
||
4 mei |
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Nulmeting monitor vergunningen en meldingen |
TO2854 |
|
Inrichting landelijke voorlichtingscampagne |
TO2869 |
|
Verzoek EK oplevering BIT-advies tweede fase |
TO2852 |
|
20 mei |
Aankondiging voorgenomen nieuwe datum van inwerkingtreding |
|
juni 2020 |
||
24 juni |
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie, Roadmap DSO |
TO2439 TO2438 |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Resultaten implementiemonitor |
TO2439 TO2882 TO2879 |
|
Nulmeting rechtspraak |
T02442 |
|
Stand van zaken oefenset met toepasbare regels van de bruidsschat |
TO2866 |
|
Aanpak evaluatie en monitoring na inwerkingtreding |
TO2857 |
|
Inrichting van de evaluatiecommissie en onderwerpen evaluatie |
TO2849 TO2905 TO2887 |
|
Inrichting en onderwerpen monitoring en evaluatie |
TO2850 TO2856 TO2859 TO2862 TO2863 TO2864 TO2903 |
|
Lessons learned van de Crisis- en herstelwet |
TO2872 |
|
Plan van aanpak monitoring toegankelijkheid DSO |
TO2881 |
|
Eerste doorkijk ondersteuning na inwerkingtreding |
TO 2855 |
|
Stand van zaken ontsluiten informatie over natuur via DSO |
Motie Bromet Kamerstukken II 2019/20, 34 985, nr. 56 |
|
De informatiepositie van burgers bij participatietrajecten |
Motie-Verheijen 33 118, S (herdruk) |
|
Verplichting opstelling van participatiebeleid |
Motie Nooren Kamerstukken I 2019/20, 34 986, AA |
|
Resultaten meting tav voldoen aan WCAG-standaard ten aanzien van toegankelijkheid voor blinden en slechtzienden |
TO2881 |
|
Diverse toezeggingen inzake participatie |
TO2860 TO2861 TO2862 TO2255 |
|
Planning aanvullen DSO met gegevens uit de Centrale Voorziening Geluidsgegevens |
TO2897 |
|
juli 2020 |
||
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Nog te verzenden informatie |
||
september 2020 |
||
Brief tijdlijn en stand van zaken toezeggingen, de onderhavige brief |
TO2883 |
|
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Informeren bij ILT naar openbaar maken onderzoeksrapport bij antwoorden kamervragen |
TO2874 |
|
oktober 2020 |
||
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
|
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Stand van zaken financiële aspecten |
TO2853 |
|
Voldoende aanbod kennisuitwisseling decentrale overheden |
TO2876 |
|
Bespreking succes- en faalfactoren participatie met VNG |
TO2861 |
|
november |
||
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 en TO2851 |
|
Tweede Gateway Implementatie DSO |
||
december |
||
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
|
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Resultaten implementiemonitor |
TO2439 TO2882 TO2879 |
|
Verduidelijken instrumenten kostenverhaal |
TO2906 |
|
Toegankelijkheid beraadslagingen verbeteren |
TO2899 |
2021
Eerste kwartaal |
||
---|---|---|
maart |
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 en TO2851 |
|
Invulling monitoring DSO op toegankelijkheid |
TO2881 |
|
Tweede kwartaal |
||
juni |
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Resultaten implementiemonitor |
TO2439 TO2879 |
|
Informatie opzet landelijke voorlichtingscampagne |
TO2868 |
|
Gemeentes eraan herinneren MERen op te stellen |
TO2871 |
|
(Jaarlijkse) Informatie lessons learned Crisis- en herstelwet |
TO2872 |
|
Derde kwartaal |
||
september |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
Vierde kwartaal |
||
december |
Voortgang wetgeving, DSO en implementatie |
TO2439 TO2438 |
Aansluitcijfers DSO |
TO2868 TO2851 |
|
Resultaten implementiemonitor |
TO2439 TO2882 TO2879 |
|
2022 |
||
1 januari 2022 |
Beoogde datum Inwerkingtreding Omgevingswet |
Datum |
Informatie |
Toezegging |
---|---|---|
Doorlopend tot afronding regelgeving |
Effecten regelgeving op administratieve lasten |
TO2249 |
Doorlopend |
Informatiepositie burgers bij participatie in implementatieprogramma |
TO2431 |
Doorlopend contact |
Ten aanzien van het aspect «ondermijning» koppeling maken met het Ministerie van J&V |
TO2889 |
Doorlopend |
RIVM apart monitoren effecten van geluidsnormen op burgers |
TO2895 |
In 2020 |
||
In 2020 |
Eerste Kamer nader informeren over granuliet |
TO2885 |
Najaar 2020 |
Informeren over uitkomst gesprekken tussen IPO en VNG over bevoegdheidsverdeling geluidproductie regionale industrieterreinen |
TO2891 |
Najaar 2020 |
Toezenden van resultaten over werking software DSO |
TO2865 |
Najaar 2020 |
Afschrift brief Tweede Kamer inzake rijksvastgoedbedrijf |
TO2904 |
Najaar 2020 |
BIT advies en beleidsreactie |
|
Eind 2020 |
Bij doorlichting milieurecht bewijslast BBT meenemen |
TO2873 |
Eind 2020 |
Uitvoeringsagenda VTH aan Kamer aanbieden |
TO2877 |
Eind 2020 |
Effecten van piekgeluiden overdag op de gezondheid betrekken bij de brief inzake het rapport over de WHO-normen |
TO2892 |
Eind 2020 |
Voorhang AMvB categorieën van ontwikkelingen financiële bijdrage |
TO2900 |
Eind 2020 |
Meewegen hardheidsclausule bij afbakening AMvB |
TO2901 |
Eind 2020 |
Kamer informeren over bestuurlijke afspraken uitvoeringsprogramma Convenant Bodem en Ondergrond |
TO2884 |
In 2021 |
||
In de loop van 2021 |
Dialogen met partners over politiek-democratische cultuur |
TO2908 |
In de loop van 2021 |
Informatie privacy aspecten uitbouw DSO |
TO2867 |
In de loop van 2021 |
Met overheden het onderwerp «politiek-democratische cultuur» bespreken |
TO2880 |
In de loop van 2021 |
Handhaving geluidproductie brommers onder aandacht van de VNG brengen |
TO2898 |
Na inwerkingtreding |
||
Na inwerkingtreding |
Terugkerende evaluatie onafhankelijke toetsing door commissie MER |
TO2446 |
Na inwerkingtreding |
Onderzoek naar uitvoering Rijksregels en de Kamer daarover informeren |
TO2875 |
Na inwerkingtreding |
Een steekproef doen naar doorwerking van nationale belangen in de omgevingsplannen |
TO2878 |
Na inwerkingtreding |
Monitor VTH meenemen inzake bodem |
TO2886 |
Na inwerkingtreding |
Bij de evaluatie van de Aanvullingswet geluid ingaan op complexiteit en balans tussen beschermen en benutten |
TO2893 |
Na inwerkingtreding |
Jaarlijkse rapportage monitoringsresultaten Aanvullingswet geluid Omgevingswet |
TO2894 |
Na inwerkingtreding |
Onderzoeken werking voorstellen kostenverhaal en financiële bijdrage |
TO2902 |
Na inwerkingtreding |
Mogelijkheden burgers om transparantie overheidsinformatie te toetsen |
TO2444 |
Na inwerkingtreding |
M.e.r. beoordelingsplicht bij diepe plassen monitoren |
TO2888 |
Na inwerkingtreding |
Ervaringen ambtenaren inzake complexiteit regelgeving bodem monitoren |
TO2907 |
Na inwerkingtreding |
In de evaluatie de bescherming van de burger en balans benutten en beschermen meenemen in het kader van bodem |
TO2909 |
Gevolg verschuiving inwerkingtreding Omgevingswet voor samenhangende wetgevingstrajecten
De leden van de vaste commissies voor Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving en Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit hebben gevraagd welke gevolgen het uitstel van de inwerkingtreding van de Omgevingswet heeft voor samenhangende wet- en regelgeving. Als voorbeeld noemen zij de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen.
Met de afronding van de behandeling van de wetsvoorstellen van de invoeringswet en de aanvullingswetten en de bijbehorende besluiten in uw Kamer nadert de bouw van het wettelijke stelsel zijn voltooiing. Daarnaast zijn voor de inwerkingtreding van het nieuwe stelsel twee andere wetstrajecten relevant. Dit betreft de wijziging van de Bekendmakingswet (de Wet elektronische publicaties15) en de wijziging van de Algemene wet bestuursrecht in verband met het nieuwe omgevingsrecht en nadeelcompensatierecht.16 Het voorstel voor de Wet elektronische publicaties is inmiddels door uw Kamer aanvaard en tot wet verheven (Stb. 2020, 262). Het voorstel voor de wijziging van de Algemene wet bestuursrecht is op dit moment bij de Tweede Kamer aanhangig.
Het is de bedoeling om de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen tegelijk met de Omgevingswet, dus op 1 januari 2022, in werking te laten treden. Dit is tot uitdrukking gebracht in de gezamenlijke verklaring met VNG, IPO en Unie van Waterschappen over de beoogde nieuwe inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet die ik u dit voorjaar heb toegestuurd.17 Op die manier kan de uitvoeringspraktijk de implementatie van de Omgevingswet en de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen in samenhang voorbereiden.
Ondertussen staat de wereld niet stil. Buiten de sporen van de stelselherziening komt er ook regelgeving tot stand die onderdelen van het stelsel wijzigt. Dat gebeurt bijvoorbeeld bij de implementatie van Europese wet- en regelgeving. Daarbij wordt een aanpak gevolgd die robuust is voor de verschoven inwerkingtredingsdatum van de Omgevingswet. Deze regelgeving bevat namelijk zowel wijzigingen van het huidige recht, als van het toekomstige nieuwe stelsel. Bij inwerkingtreding is het nieuwe stelsel daardoor actueel en voorafgaand daaraan wijzigt het huidige recht. Voorbeelden daarvan zijn de wijzigingen van het Bouwbesluit 2012 en het Besluit bouwwerken leefomgeving, onder andere in verband met bijna energieneutraal bouwen (Stb. 2019, 501 en Stb 2020, 84). Dezelfde aanpak zal gekozen worden voor de regeling van andere onderwerpen tot aan het moment van inwerkingtreding van het nieuwe stelsel. Deze aanpak van wijziging onder het huidige en toekomstige recht leidt ertoe dat wijzingen, waar nodig en wenselijk, nog onder het huidige recht in werking kunnen treden. Deze wijzigingen zijn niet afhankelijk van de inwerkingtreding van de Omgevingswet en omgekeerd is de inwerkingtreding Omgevingswet niet afhankelijk van de beoogde wijzigingen.
Aansluitmonitor augustus 2020
In de bijlage 218 bied ik ook wederom de maandelijkse aansluitmonitor op het Digitaal Stelsel Omgevingswet aan, zoals die ook op de website van het implementatieprogramma Aan de Slag wordt gepubliceerd.
De rapportage laat een kleine terugloop zien in het aantal overheden dat zich heeft aangemeld voor aansluiting op het DSO, benodigd voor het kunnen registreren van vragenbomen en ontvangen van vergunningaanvragen. Navraag leert dat dit komt doordat overheden in sommige gevallen een andere leverancier overwegen en nieuwe aanbestedingen zijn gestart. Het betrof hier deels partijen die al aangesloten waren, zodat ook dat aantal teruggelopen is. Ook blijkt dat de aansluitingen van enkele overheden op een nieuwe datum ingepland moeten worden.
De komende maand worden alle overheden die zich nog niet hebben aangemeld benaderd om de planning te actualiseren. Indien nodig worden zij geholpen via de Regionale Implementatie Ondersteuners (RIO’s) en het migratieteam om hun aansluitingen gereed te krijgen, zodat zij het jaar 2021, zoals zij wensten, kunnen gaan gebruiken om met het DSO te gaan oefenen.
Ik vertrouw erop dat ik uw Kamer met deze brief het gewenste inzicht heb gegeven in de informatie die uw kamer zal ontvangen over de implementatie van de Omgevingswet.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, K.H. Ollongren
Inhoud |
blz. |
Toezeggingen Omgevingswet (33 962) |
11 |
Toezeggingen Omgevingsrecht (33 118) |
12 |
Toezeggingen Implementatie herziening mer-richtlijn (34 287) |
14 |
Toezeggingen Invoeringswet Omgevingswet (34 986) |
15 |
Toezeggingen Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet (35 133) |
29 |
Toezeggingen Aanvullingswet geluid Omgevingswet (35 054) |
31 |
Toezeggingen Aanvullingswet bodem Omgevingswet (34 864) |
33 |
Toezeggingen Omgevingswet (33 962)
T02249: Het in beeld brengen van de effecten op burgers en bedrijven inzake administratieve lasten bij regelgeving (33 962) |
|
Toegezegd in |
Plenaire behandeling Omgevingswet d.d. 15 maart 2016 (Handelingen I 2015/16, nr. 23, item 8) |
Stand van zaken |
De toezegging, dat de effecten op burgers en bedrijven inzake administratieve lasten steeds bij AMvB's, de invoeringswet en andere regelingen ten aanzien van de Omgevingswet, in beeld worden gebracht, is een doorlopende toezegging. De Eerste Kamer wordt geïnformeerd bij regelgeving die wordt aangeboden voor behandeling. |
Deadline EK |
- |
T02255: Het bespreekbaar maken van het participatieproces in het overleg met medeoverheden (33 962) |
|
Toegezegd in |
Plenaire behandeling Omgevingswet d.d. 15 maart 2016 (Handelingen I 2015/16, nr. 23, item 8) |
Stand van zaken |
Participatie is een belangrijke pijler onder de Omgevingswet en is een terugkerend onderwerp van gesprek en overleg tussen rijk en medeoverheden. Omdat participatie maatwerk is, schrijft de Omgevingswet niet voor hoe deze moet plaatsvinden. Overheden kunnen van elkaar leren door ervaringen te delen. Om elkaar hierin te inspireren is de Inspiratiegids Participatie opgesteld, gebaseerd op praktijkervaringen. Deze inspiratiegids is te vinden op de website www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl, en is een levend document. Vanuit het interbestuurlijk implementatieprogramma Aan de Slag met de Omgevingswet worden veel activiteiten rondom participatie ondernomen en worden bevoegde gezagen en initiatiefnemers ondersteund. Met de voordrachten voor de jaarlijkse Aan de slag Trofee komen jaarlijks projecten met sterke participatie boven water. In het land zijn en worden tevens veel initiatieven in verschillende vormen over participatie georganiseerd. Een deel van deze initiatieven wordt ondersteund door het Programma Aan de slag met de Omgevingswet, het Programma Versterking Democratie en Bestuur en door de veranderopgaven Omgevingswet van VNG, IPO, UvW en rijk. Voor iedere doelgroep is onder andere op verschillende websites in ruime mate informatie te vinden over wat participatie onder de Omgevingswet betekent, hoe men zich hierop kan voorbereiden en hoe men uitvoering eraan kan geven. Om het belang van participatie te benadrukken zal het onderwerp participatie geagendeerd worden voor Bestuurlijk Overleg. Uw kamer zal over de uitkomsten van dit Bestuurlijk Overleg worden geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2016/17, 33 118, AC Kamerstukken I, 2018/19, 34 986, B Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
Toezeggingen Omgevingsrecht (33 118)
T02431: In het implementatieprogramma aandacht besteden aan het belang van een goede informatiepositie van burgers bij participatie en invoeringsregelgeving daarop aanpassen (33 118) |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Ontwerpbesluiten Omgevingswet d.d. 30 mei 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 29, item 7) op 30 mei 2017 |
Stand van zaken |
Bij inwerkingtreding zal de landelijke voorziening DSO een vergelijkbare hoeveelheid informatie bevatten als de huidige voorzieningen zoals ruimtelijkeplannen.nl, maar op een modernere en meer gebruikersvriendelijker manier. Zo worden bijvoorbeeld de begrenzingen van het natuurnetwerk Nederland uit de provinciale verordening, in het DSO zichtbaar gemaakt op een kaart. De omgevingsplannen van gemeenten bevatten uiteindelijk de regels die het natuurnetwerk Nederland beschermen en die gelden voor burgers en bedrijven. Ook die regels worden zichtbaar gemaakt op een kaart voor alleen dat specifieke gebied en niet getoond in het hele ambtsgebied van een gemeente. Als een gemeente straks een nieuw omgevingsplan opstelt en daarin regels opneemt over een natuurgebied en dat in het omgevingsplan als zodanig begrenst, dan is het mogelijk die regels met het bijbehorende gebied op de kaart te tonen. Dit verhoogt het gebruikersgemak en verbetert de informatiepositie van initiatiefnemers. Tijdens de behandeling van de Invoeringswet Omgevingswet en in de Nadere memorie van antwoord van de Aanvullingswet Bodem en Aanvullingsbesluit Bodem d.d. 24 januari 2020 is beschreven invulling wordt gegeven aan de motie Verheijen. De motie vraagt om in het implementatieprogramma aandacht te besteden aan het belang van een goede informatiepositie van burgers bij participatietrajecten en om bij de invoeringsregelgeving de kwaliteit en de toegankelijkheid van de gegevens in het Digitaal Stelsel te borgen. Aan de informatiepositie van burgers bij participatietrajecten wordt aandacht besteed via onder andere de Inspiratiegids Participatie Omgevingswet. In het overzicht met succesfactoren, doelstellingen en (rand)voorwaarden voor participatie (zie TO2861) zal ook aandacht worden besteed aan de informatiepositie van burgers. Zoals hierboven weergegeven is participatie een terugkerend onderwerp van gesprek en overleg tussen rijk en medeoverheden. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
Relatie met |
De motie van het lid Verheijen; Verzoekt de regering om in het implementatieprogramma aandacht te besteden aan het belang van een goede informatiepositie van burgers bij participatietrajecten en bij de invoeringsregelgeving de kwaliteit en de toegankelijkheid van de gegevens in het digitaal stelsel te borgen. (Kamerstukken I 2016/17, 33 118, nr. S) T02861 Met VNG succesfactoren, doelstellingen en (rand)voorwaarden met betrekking tot participatie bespreken |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF Kamerstukken II, 2019/20, 34 864, I Kamerstukken I, 33 118, S (herdruk). |
T02438: De Kamer blijvend informeren over de doorontwikkeling van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) (33 118) |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Ontwerpbesluiten Omgevingswet d.d. 30 mei 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 29, item 7) op 30 mei 2017 |
Stand van zaken |
De toezegging om de Kamer periodiek te informeren over de doorontwikkeling van het Digitaal Stelstel Omgevingswet loopt door tot inwerkingtreding van de Omgevingswet. De Eerste Kamer is de afgelopen jaren meerdere malen geïnformeerd. Tot inwerkingtreding Omgevingswet op 1 januari 2022 wordt de Eerste Kamer elk half jaar via een voortgangsbrief geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 juli 2019 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I 2018/19, 33 118, AV Kamerstukken I 2019/20, 33 118, AY Kamerstukken I 2019/20, 33 118, BF |
T02439: De Kamer jaarlijks informeren over de uitkomsten van het monitoringsprogramma inzake implementatie (33 118) |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Ontwerpbesluiten Omgevingswet d.d. 30 mei 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 29, item 7) op 30 mei 2017 |
Stand van zaken |
De toezegging om de Kamer jaarlijks de uitkomsten van het monitoringsprogramma met betrekking tot het implementatieprogramma toe te sturen, loopt door tot inwerkingtreding van de Omgevingswet. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I 2018/19, 33 118, AV Kamerstukken I 2019/20, 33 118, AY Kamerstukken I 2019/20, 33 118, BF |
T02442: Het uitvoeren van een nulmeting en de Kamer daarover informeren (33 118) |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Ontwerpbesluiten Omgevingswet d.d. 30 mei 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 29, item 7) op 30 mei 2017 |
Stand van zaken |
Nulmetingen worden uitgevoerd om na invoering de impact van de wet te kunnen evalueren. Om te kunnen bepalen of beleidsdoelen van de nieuwe wet ook daadwerkelijk worden gerealiseerd zijn foto’s gemaakt van de huidige situatie. Deze informatie krijgt pas waarde op het moment dat een vervolgmeting wordt uitgevoerd. De nulmetingen bieden dus geen informatie over de implementatie van de wet of over de vraag of organisaties daar klaar voor zijn. Ze zijn een noodzakelijke voorwaarde om later te kunnen evalueren. Drie nulmetingen (fysieke leefomgeving, dienstverleners/omgevingsplanners en overige belangstellenden), zijn gericht op de beleving van de verschillende betrokkenen bij het Omgevingsrecht. De rapporten van deze nulmetingen zijn op 21 februari 2019 aan uw Kamer gezonden. De nulmetingsrapportage voor vergunningen en meldingen is op 4 mei 2020 aan uw Kamer aangeboden. De vijfde en laatste nulmetingsrapportage inzake de rechtspraak is op 24 juni 2020 aan uw Kamer aangeboden. |
Relatie met |
T02854 Toezending nulmeting VTH vóór voorhang inwerkingtredings-KB |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2018/19, 33 118, AS Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BD Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
Toezeggingen Implementatie herziening mer-richtlijn (34 287)
T02444: Het bekijken van mogelijkheden voor burgers om de objectiviteit en transparantie van overheidsinformatie te toetsen |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Implementatie herziening mer-richtlijn d.d. 17 januari 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 14, item 3) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat bij de verdere uitwerking van de Omgevingswet bekeken zal worden hoe ten gunste van de burger vorm gegeven kan worden aan het valideren van milieu-informatie die door de overheid wordt verstrekt, is per brief van 29 oktober 2019 de volgende informatie verstrekt: «Ontsluiting van milieu-informatie vindt niet in het basisniveau van het DSO plaats, maar zal in de komende jaren via uitbouw van het DSO steeds verder vorm krijgen. In dat kader wordt bezien hoe gegevenskwaliteit van deze informatie op een goede manier vorm kan krijgen. In de tussentijd is milieu-informatie wel digitaal beschikbaar. Overheden en daaronder vallende diensten en kennisinstituten beschikken namelijk al over veel informatie over de fysieke leefomgeving. Deze wordt in het kader van de eigen taakuitoefening door deze bron houdende overheden en diensten verzameld. Veel van deze informatie wordt ook al gedeeld via bijvoorbeeld eigen websites. Die informatie is er en blijft ook bij inwerkingtreding van de Omgevingswet beschikbaar.» Het is van belang dat initiatiefnemers bij genomen besluiten door het betreffende bevoegd gezag zorgvuldig en gemotiveerd worden geïnformeerd over de aan dat besluit onderliggende gegevens en relevante informatie. Het Bureau ICT Toetsing constateerde in haar advies van september 2017 over het DSO dat gegevens uit bronnen van de betrokken bronnen eenvoudiger rechtstreeks op of via een link naar een «portal» gepubliceerd konen worden en zo vindbaar zijn voor burgers en bedrijven. Overheden en daaronder vallende diensten en kennisinstituten beschikken namelijk al over veel informatie over de fysieke leefomgeving. Deze wordt in het kader van de eigen taakuitoefening door deze bron houdende overheden en diensten verzameld en vaak ook al gedeeld via bijvoorbeeld eigen websites. Die informatie is er en blijft ook bij inwerkingtreding van de Omgevingswet beschikbaar. Het ontsluiten van dergelijke informatie vindt zoals aan uw Kamer is bericht niet binnen het basisniveau van het DSO plaats, maar zal in de komende jaren via uitbouw van het DSO steeds verder vorm krijgen. In dit kader wordt ook steeds bezien in hoeverre verdere ontsluiting van gegeven en informatie kan bijdragen aan het richting burgers en bedrijven objectief en transparant beschikbaar stellen van relevante overheidsinformatie. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 34 986, L |
T02446: Terugkerende evaluatie van onafhankelijke toetsing en over twee jaar een evaluatie van de effecten daarvan (34 287) |
|
Toegezegd in |
Plenair debat over Implementatie herziening mer-richtlijn d.d. 17 januari 2017 (Handelingen I 2016/17, nr. 14, item 3) |
Stand van zaken |
De Minister van Infrastructuur en Milieu zegt de Kamer toe dat zij de periodieke evaluaties van de Omgevingswet en de Commissie voor de m.e.r. zal aanpassen, zodat gevolgd kan worden hoe vaak en in welke gevallen een onafhankelijke toets door de Commissie voor de m.e.r. plaatsvindt. Na inwerkingtreding zal geëvalueerd worden wat de effecten zijn van het niet langer verplicht stellen van een onafhankelijke kwaliteitstoets in het geval van complexe projecten. |
Deadline EK |
1 januari 2019 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 34 287, M |
Toezeggingen Invoeringswet Omgevingswet (34 986)
T02874: Informeren bij ILT naar openbaar maken onderzoeksrapport (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt voor het herfstreces 2020 geïnformeerd over de toezegging dat bij de Inspectie Leefomgeving en Transport (ILT) navraag gedaan zal worden naar de reden waarom de ILT niet heeft besloten tot het openbaar maken van het onderzoeksrapport «Borging van de nationale ruimtelijke belangen». |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
T02875: Onderzoek naar uitvoering Rijksregels en de Kamer daarover informeren (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt na inwerkingtreding van de Omgevingswet geïnformeerd over de toezegging dat zij een vergelijkbaar onderzoek als «Borging van de nationale ruimtelijke belangen» zal laten uitvoeren en de Kamer over de resultaten zal informeren. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
T02876: Nagaan bij decentrale overheden of aanbod kennisuitwisseling voldoende is (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De koepels en het interbestuurlijke programma Aan de Slag met Omgevingswet ontwikkelen gezamenlijk kennisproducten voor de bevoegd gezagen ter ondersteuning van de implementatie van de nieuwe wet. De Regionale Implementatie Ondersteuners van het programma hebben bovendien structureel contact met de bevoegd gezagen en signaleren of er aanvullende behoeftes zijn. De verandering van fysieke kennisbijeenkomsten naar webinars en webcolleges, als gevolg van de coronacrisis, laten zien dat voor kennisuitwisseling deze goed voldoen aan de vraag uit het land. Ook de speciale DSO-spreekuren die zijn ingevoerd, bieden een laagdrempelig contact voor de bevoegd gezagen met de experts voor aansluiten op het DSO. Tenslotte zien we een stijging van het aantal bezoekers van de website www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl. In de voortgangsbrief van oktober wordt u hierover nader geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
T02877: Uitvoeringsagenda VTH aan Kamer aanbieden, inclusief informatie over financiële aspecten (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat streeft ernaar om beide Kamers voor het einde van het jaar de uitvoeringsagenda VTH te kunnen aanbieden. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 35 054/34 864, K |
T02878: Een steekproef doen naar doorwerking van nationale belangen in de omgevingsplannen (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt na inwerkingtreding van de Omgevingswet geïnformeerd over de toezegging dat na de inwerkingtreding van de Omgevingswet een steekproef zal worden gedaan naar de doorwerking van nationale belangen in de omgevingsplannen. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
T02879: De Kamer informeren over hoeveel gemeenten zich gereed achten om met de uitvoering van de Omgevingswet aan te vangen (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt elk half jaar geïnformeerd over de uitkomsten van de monitor invoering Omgevingswet. Daarin wordt zoals gebruikelijk gemeten hoever gemeenten zijn met de voorbereiding op de inwerkingtreding van de Omgevingswet. Vanaf de volgende meting wordt deze informatie gerelateerd aan de nieuwe beoogde inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2022. De Eerste Kamer wordt zoals gebruikelijk eind 2020 geïnformeerd over de uitkomsten van de monitor. |
Relatie met |
T02882 Toezenden van de implementatiemonitor betreffende voortgang implementatie Omgevingswet |
Deadline EK |
1 juli 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02880: Met overheden het onderwerp «politiek-democratische cultuur» bespreken (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
Deze toezegging is gedaan naar aanleiding van het debat over het onderzoeksrapport «Borging van de nationale ruimtelijke belangen». Hierover is in bestuurlijk overleg dit voorjaar gesproken met bestuurlijke partners. Ik heb het rapport en de signalen uit het rapport dan ook op 8 april 2020 in het bestuurlijk overleg besproken met medeoverheden (het IPO en de VNG) en de betrokken departementen. Wij hebben afgesproken om aan de hand van een gezamenlijke pilot het rapport nader te duiden en te bekijken of er leer- en verbeterpunten zijn waarop actie nodig is. Ik zal u over de uitkomsten van deze pilot informeren. |
Relatie met |
T02874 Informeren bij ILT naar openbaar maken onderzoeksrapport |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
T02881: Het monitoren van het DSO op toegankelijkheid (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
Bij de behandeling van de Invoeringswet Omgevingswet in de Eerste Kamer is toegezegd dat de toegankelijkheid van het gehele Digitale Stelsel Omgevingswet (DSO) zal worden gemonitord, inclusief het deel dat onder verantwoordelijkheid van lokale overheden met inhoud wordt gevuld. In de voortgangsbrief van 24 juni 2020 is toegelicht hoe bij de bouw van het DSO-LV toegankelijkheid en inclusie worden vormgegeven. Om de digitale inclusie van het DSO te monitoren wordt onderzocht of de functionaliteiten van het Omgevingsloket verbeterd kunnen worden met geanonimiseerde gegevens over het gebruik van websites. Voor lokale overheden kan dit waardevolle informatie opleveren over het gebruik van vragenbomen en de verbeteringen daarin. Ook wordt bekeken of de wetenschap bij het onderzoek naar digitale inclusie en de kwaliteit van digitale dienstverlening kan worden betrokken. Begin 2021 uw kamer nader worden geïnformeerd over deze toezegging. |
Deadline EK |
1 juli 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02882: Toezenden van de implementatiemonitor betreffende voortgang implementatie Omgevingswet (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg 11 februari 2020) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt elk half jaar geïnformeerd over de uitkomsten van de monitor invoering Omgevingswet. Vanaf de volgende meting wordt deze informatie gerelateerd aan de nieuwe beoogde inwerkingtredingsdatum van 1 januari 2022. De Eerste Kamer wordt zoals gebruikelijk eind 2020 geïnformeerd over de uitkomsten van de monitor. |
Relatie met |
T02879 De Kamer informeren over hoeveel gemeenten zich gereed achten om met de uitvoering van de Omgevingswet aan te vangen |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02849: Het instellen van een onafhankelijke evaluatiecommissie (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
In de voortgangsbrief van 24 juni 2020 is de Eerste Kamer geïnformeerd over de toezegging dat een evaluatiecommissie van deskundigen zal worden ingesteld om een onafhankelijke evaluatie van de Omgevingswet te waarborgen. Uit de brief: Voor de evaluatie zal een brede, onafhankelijke evaluatiecommissie worden ingesteld met de opdracht om vijfjaarlijks een wettelijke evaluatie van de Omgevingswet uit te voeren. Hiermee geef ik uitvoering aan mijn toezegging. De commissie zal, in lijn met de vraag van Mw. Nooren, adviseren over de opzet en inrichting van de monitoring. De commissie zal de uitkomsten van de monitoringsresultaten betrekken bij haar evaluatieonderzoek. Als uit de monitoring tussentijds signalen komen dat onderdelen van het omgevingswetstelsel in praktijk niet goed uitpakken, wordt uiteraard niet gewacht op het evaluatiemoment vijf jaar na inwerkingtreding. Dan grijp ik monitoring aan om meteen bij te sturen. Ik zal hiervoor ook een team met ambtelijke experts inrichten. Tot slot ben ik voornemens om een regeringscommissaris Omgevingswet in te stellen die adviseert over de borging en verdere ontwikkeling van het wettelijke stelsel van de Omgevingswet. Dit sluit aan bij de aanbeveling uit het eindadvies van de integrale onafhankelijke adviescommissie Omgevingswet. Het zal gaan om een tijdelijke instelling voor een periode van vijf jaar. De adviezen zijn tijdens de transitieperiode bedoeld als extra borging van de kwaliteit en integriteit van het wettelijke stelsel en om de potentie van het stelsel optimaal te benutten. Daarnaast heeft de Eerste Kamer tijdens het debat over de aanvullingswet Natuur de regering via de motie Rietkerk verzocht om de onafhankelijke evaluatiecommissie gedurende de eerste vijf jaar jaarlijks te laten rapporteren aan de Staten-Generaal over de uitvoering. De evaluatiecommissie zal conform waardering van de motie worden gevraagd ieder jaar te rapporteren over hoe het gaat, op basis van de monitoring die op allerlei onderwerpen zal worden gedaan. Het zal betekenen dat de evaluatiecommissie de vinger aan de pols houdt en de Kamers daar ieder jaar over kan rapporteren. De evaluatiecommissie kan de alles overkoepelende evaluatie pas doen na de vijf jaar, zoals is voorzien. |
Relatie met |
De motie van het lid Rietkerk c.s.; Verzoekt de regering om een onafhankelijke evaluatiecommissie in te stellen die gedurende vijf jaar jaarlijks rapporteert aan de Staten-Generaal over de uitvoering (Kamerstukken I, 2019/20, 24 985, K) |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken II 2019/20, 33 118, nr. 123, bijlage 1, p. 15 Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02850: Aandacht besteden bij evaluatie aan staatsrechtelijke noties (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat bij de evaluatie van de Omgevingswet aandacht gegeven zal worden aan enkele staatsrechtelijke notities als de scheiding van de machten en het beginsel van democratie, met inbegrip van de toepassing van de instrumenten van de Omgevingswet en de werking daarvan binnen het rechtsbestel bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit de brief: Bij de evaluatie zal zoals toegezegd aandacht worden besteed aan de mogelijke aantasting van het beginsel van de scheiding van de machten en het beginsel van democratie. |
Deadline EK |
1 januari 2027 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02851: Digitale toegankelijkheid monitoring (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
De toezegging dat de monitorgegevens op digitale wijze maandelijks ter beschikking worden gesteld aan de Kamer is doorlopend tot inwerkingtreding Omgevingswet. De aansluitcijfers worden maandelijks digitaal ontsloten op www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl. Tevens heeft U de afgelopen maanden de aansluitmonitor als bijlage bij verschillende voortgangsbrieven ontvangen. |
Relatie met |
T02868 De Kamer informeren over de aansluitingen op het DSO (34 986) |
Deadline EK |
- |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BC Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BD Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02852: Het verzoek van de Eerste Kamer doorgeven aan het BIT betreffende het opleveren van het advies tweede fase DSO (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Op 24 juni 2020 bent u per brief geïnformeerd over de toezegging om het uitdrukkelijke verzoek van de Eerste Kamer of het advies van het Bureau ICT-toetsing (BIT) over de tweede fase (uitbreidingsfase) van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) voor de toezending van het inwerkingtredings-KB opgeleverd kan worden, over te brengen aan het BIT. Uit de brief: Zoals eerder aangegeven heb ik het verzoek van uw Kamer om het advies van het Bureau ICT-toetsing (BIT) over de tweede fase (uitbreidingsfase) van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) voor de toezending van het inwerkingtredings-KB op te leveren, overgebracht aan het BIT. Daarmee heb ik de toezegging uitgevoerd. Het Bureau ICT Toetsing is op dit moment nog bezig met de toets gericht op de stap van doorontwikkeling en uitbouw van het DSO. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02853: Kamer informeren voor zomer 2020 over kosteninschatting voor decentrale overheden (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat voor de toezending van het inwerkingtredings-KB een nadere kosteninschatting voor decentrale overheden gegeven zal worden bent u in de voortgangsbrief van 24 juni 2020 geïnformeerd. Uit deze brief: In de debatten met de Kamers over de Omgevingswet is steeds aandacht gevraagd voor de financiële effecten van de Omgevingswet. Hoe verhouden de kosten zich tot de baten, hebben medeoverheden voldoende budget. Tijdens het Algemeen Overleg van 15 januari over de Omgevingswet heb ik toegezegd hier in deze voortgangsbrief op in te gaan. Momenteel wordt samengewerkt met de bestuurlijke partners om een integraal beeld op te stellen van de verwachte financiële effecten, kosten en baten, van de stelselherziening. Voorafgaand aan het debat over de inwerkingtreding zal ik inzicht geven in de stand van zaken met betrekking tot financiële aspecten van de invoering van de Omgevingswet op basis van de dan beschikbare gegevens. Dat heb ik toegezegd aan de Eerste Kamer. In de komende voortgangsbrief die in oktober naar uw Kamer wordt gezonden, wordt u geïnformeerd over de stand van zaken van het proces waarin Rijk en bestuurlijke koepels samen komen tot een integraal beeld van de financiële effecten van het stelsel. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken II, 2019/20, 33 118, nr. 138 Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02854: Toezending nulmeting VTH vóór voorhang inwerkingtredings-KB (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Ter uitvoering van de toezegging om de nulmeting over vergunningverlening, handhaving en toezicht (VTH) voor de voorhang van het inwerkingtredings-KB de Kamer toe te sturen, is op 4 mei 2020 de nulmetingsrapportage voor vergunningen en meldingen aan uw Kamer aangeboden. De vijfde en laatste nulmetingsrapportage inzake de rechtspraak is op 24 juni 2020 aan uw Kamer aangeboden. |
Relatie met |
T02442 Het uitvoeren van een nulmeting en de Kamer daarover informeren |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BD Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02855: Invoeringsondersteuning vijf jaar laten doorlopen vanaf 2021 (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer is op 24 juni 2020 in de voortgangsbrief geïnformeerd over de toezegging dat de invoeringsondersteuning nog vijf jaar zal doorlopen vanaf 2021 en dat in dat kader minimaal één jaar voldoende ondersteuning met regioteams zal plaatsvinden, op kosten van de rijksoverheid. Uit deze brief: Aan uw Kamer is toegezegd dat de regionale ondersteuning bij de implementatie in ieder geval nog een jaar wordt voortgezet. De transitie die wordt beoogd met de Omgevingswet is immers na inwerkingtreding niet afgerond, maar zal juist in de praktijk vorm gaan krijgen. Ik geef dat vorm door regionale implementatiecoaches na inwerkingtreding te laten voortbestaan. Zij zorgen voor informatie en kennis in de regio maar hebben ook een rol om signalen op te pakken over de uitwerking van de wet in praktijk. Experts van de Omgevingswet blijven nu en in de komende jaren in mijn organisatie beschikbaar om vragen te beantwoorden en waar nodig aanpassingen van de wetgeving of het DSO door te voeren. Het informatiepunt Omgevingswet (IPOw) is hét centrale punt waar alle decentrale overheden, burgers, bedrijven en maatschappelijke organisaties terecht kunnen met hun vragen over de Omgevingswet. De Eerste Kamer wordt via voortgangsbrieven verder geïnformeerd over de invoeringsondersteuning. |
Deadline EK |
1 januari 2027 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02856: Bij de evaluatie het risico op regelreflex bezien (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
In de brief van 24 juni 2020 bent u geïnformeerd dat het risico van regelreflex onderdeel uitmaakt van de hoofdonderwerpen die worden gemonitord en geëvalueerd. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: ... Verbeterdoelen, waaronder het risico op regelreflex bezien (T02856) en Benutting afwegingsruimte; ... |
Deadline EK |
1 januari 2027 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02857: De Kamer informeren over inrichting systematische monitoring (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging de Kamer een integraal inzicht aan te bieden met betrekking tot de systematische aanpak van de monitoring en de Kamer jaarlijks een brief over de monitoringsresultaten te sturen, bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit deze brief: Net als het parlement hecht ook ik aan een zorgvuldige monitoring en evaluatie. Periodieke monitoring van de werking van het stelsel is van belang om in een vroegtijdig stadium signalen over uitvoering van de wet te ontvangen en zo nodig te kunnen bijsturen. Uw Kamer zal jaarlijks over de resultaten van de monitoring worden geïnformeerd conform de toezegging in uw Kamer. Zo houden we samen de vinger aan de pols. Uw Kamer zal vanaf inwerkingtreding van de Omgevingswet jaarlijks over de resultaten van de monitoring worden geïnformeerd. Daarnaast heeft de Eerste Kamer tijdens het debat over de aanvullingswet Natuur de regering via de motie Rietkerk verzocht om de onafhankelijke evaluatiecommissie gedurende de eerste vijf jaar jaarlijks te laten rapporteren aan de Staten-Generaal over de uitvoering. De evaluatiecommissie zal conform waardering van de motie worden gevraagd ieder jaar te rapporteren over hoe het gaat, op basis van de monitoring die op allerlei onderwerpen zal worden gedaan. Het zal betekenen dat de evaluatiecommissie de vinger aan de pols houdt en de Kamers daar ieder jaar over kan rapporteren. De evaluatiecommissie kan de alles overkoepelende evaluatie pas doen na de vijf jaar, zoals is voorzien. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02859: Monitoren ontwikkeling aantal, kwaliteit en onafhankelijke toetsing van milieueffectrapportages en m.e.r.-beoordelingen (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat in de loop van de inwerkingtreding van de Omgevingswet en daarna gemonitord zal worden op de ontwikkeling van het aantal, de kwaliteit en de onafhankelijke toetsing van milieueffectrapportages (m.e.r.) en dat de monitor ook betrekking heeft op m.e.r.-beoordelingen, bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: ... Specifieke onderwerpen: bijvoorbeeld de ontwikkeling van het aantal, de kwaliteit en de onafhankelijke toetsing van milieueffectrapportages (m.e.r.) (T02859) ... |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02860: Opnemen van motiveringsplicht in Invoeringsbesluit Omgevingswet inzake participatiebeleid (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat in het Invoeringsbesluit Omgevingswet een motiveringsplicht wordt opgenomen waardoor decentrale overheden moeten aangeven in hoeverre is voldaan aan het lokaal vastgestelde en gepubliceerde participatiebeleid, bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit deze brief: Verder geldt dat specifiek voor het omgevingsrecht, ter uitvoering van de motie Nooren die begin dit jaar door uw Kamer is aangenomen, dat decentrale overheden moeten voldoen aan een motiveringsverplichting ten aanzien van participatie. In het Invoeringsbesluit is hiertoe een motiveringsplicht opgenomen. Decentrale overheden zullen moeten aangeven op welke wijze invulling is gegeven aan het toepasselijke decentrale participatiebeleid. Daarmee is een manier gevonden om ervoor te zorgen dat de bevoegde gezagen lokaal participatiebeleid vaststellen en publiceren. Hiermee geef ik uitvoering aan de motie en mijn toezegging hierover. |
Relatie met |
De motie van het lid Nooren; verzoekt de regering om in het Invoeringsbesluit Omgevingswet een regeling op te nemen die ervoor zorgt dat er een plicht ontstaat voor gemeenten, provincies en waterschappen om het participatiebeleid op te stellen waarin vastgelegd wordt hoe participatie wordt vormgegeven en welke eisen daarbij gelden en dit participatiebeleid vast te stellen door respectievelijk gemeenteraad, provinciale staten en het algemene bestuur van het waterschap, en te bevorderen dat de medeoverheden hier zo snel mogelijk mee beginnen, liefst voor de inwerkingtreding van de Omgevingswet (Kamerstukken I, 2019/20, 34 986, AA) |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02861: Met VNG succesfactoren, doelstellingen en (rand)voorwaarden met betrekking tot participatie bespreken (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Aan de toezegging om met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) de succesfactoren, doelstellingen en (rand)voorwaarden voor participatie te bespreken wordt invulling gegeven door een document op te stellen, waaraan gezamenlijk wordt gewerkt met alle bestuurlijke partners. Dit document wordt in het najaar opgeleverd. In de voortgangsbrief die in oktober naar uw Kamer wordt gezonden, wordt u nader geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02862: Monitoren ontwikkelingen op het gebied van participatie (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Hierover bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: ... Kwaliteit van en vertegenwoordiging in het participatieproces (T02862 en T02863); ... |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02863: Bij de evaluatie kwaliteit participatieve proces bezien (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Bij de evaluatie van de Omgevingswet zal de kwaliteit van het participatieve proces bezien wordt en eventuele best practices die uit de evaluatie naar voren komen zullen worden gedeeld. Daartoe zullen de jaarlijkse monitoringsgegevens gebruik worden zoals beschreven in de brief van 24 juni. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: Kwaliteit van en vertegenwoordiging in het participatieproces (T02862 en T02863); |
Deadline EK |
1 januari 2027 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02864: Monitoren en evalueren rechtspraak en rechtsbescherming (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat na de inwerkingtreding van de Omgevingswet de ontwikkelingen op het gebied van de rechtspraak en rechtsbescherming gemonitord worden en bij de evaluatie van de Omgevingswet ook specifiek hierop zal worden ingegaan, bent u op 24 juni 2020 geïnformeerd. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: ... Rechtsbescherming en rechtspraak (T02864); ... |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02865: Toezenden van resultaten over werking software DSO (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
De werking van de software betreffende het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO) wordt, zoals toegezegd, continue getest. De resultaten van de testen van februari en mei 2020, zijn gepubliceerd op www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl/digitaal-stelsel/ontwikkeling-planning-beheer/interbestuurlijk-acceptatieteam-dso-lv/dso-lv-ontwikkeling-acceptatie/. De eerstvolgende test vindt plaats na de zomer 2020. Deze testresultaten worden eveneens gepubliceerd op www.aandeslagmetomgevingswet.nl. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
T02866: Het vrijgeven van de bruidsschat voor het oefenen met het DSO (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat de hele bruidsschat aan het eind van het eerste kwartaal van 2020 wordt vrijgegeven voor het oefenen met het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO), bent u per brief op 24 juni 2020 geïnformeerd. Uit deze brief: De bruidsschat voor gemeenten en waterschappen is beschikbaar gekomen op de demo-omgeving van de DSO-LV. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02867: De Kamer informeren over privacyaspecten betreffende de uitbouw van het DSO (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Het is de ambitie om (aanvragen voor) omgevingsvergunningen en meldingen toegankelijk te maken in de verdere doorontwikkeling van het DSO. Bij de uitwerking van dit onderwerp zullen privacyaspecten vanzelfsprekend worden meegenomen. Het ontsluiten van vergunningen en meldingen via de landelijke voorziening vergt dat bevoegde bestuursorganen organisatorische en technische maatregelen treffen om ervoor te zorgen dat er geen vertrouwelijke gegevens, zoals persoonsgegevens, naar buiten worden gebracht. Publicatie op internet brengt immers een grotere toegankelijkheid mee dan bijvoorbeeld fysieke terinzagelegging. De te publiceren gegevens worden getoetst aan de Wet openbaarheid van bestuur. Openbaarmaking van informatie blijft achterwege als het belang daarvan niet opweegt tegen een aantal andere belangen, zoals de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer of het voorkomen van onevenredige bevoordeling of benadeling van betrokkenen of derden. Overigens zijn burgers en bedrijven niet alleen afhankelijk van de landelijke voorziening DSO, als het gaat om informatie over omgevingsvergunningen en meldingen. De Wet elektronische publicaties regelt de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen in officiële elektronische publicatiebladen. Via een attenderingsservice kunnen burgers en bedrijven zich laten informeren over de voor hen relevante publicaties. |
Deadline EK |
1 januari 2022 |
T02868: De Kamer informeren over de aansluitingen op het DSO (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Zoals toegezegd tijdens het debat over de Invoeringswet Omgevingswet worden de monitorgegevens over het aantal aansluitingen maandelijks ter beschikking gesteld aan de Kamer. Dit is doorlopend tot de inwerkingtreding Omgevingswet. De aansluitcijfers worden maandelijks digitaal ontsloten op www.aandeslagmetdeomgevingswet.nl. |
Relatie met |
T02851 Digitale toegankelijkheid aansluitmonitor (34 986) |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
T02869: Landelijke voorlichtingscampagne over de Omgevingswet (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat een landelijke voorlichtingscampagne geïnitieerd wordt, opdat mensen weten van de komst van de Omgevingswet en waar ze verdere informatie kunnen halen, bent u op 4 mei 2020 per brief geïnformeerd. Uit de brief: Het is belangrijk dat burgers en ondernemers bij inwerkingtreding van de Omgevingswet goed op de hoogte zijn van de veranderingen die op hen af komen. De voorlichting loopt langs twee lijnen. Een landelijke online campagne richt zich op inwoners én ondernemers. Hierbij worden onderwerpen zoals participatie, toegankelijkheid van het Omgevingsloket en inspraakmogelijkheden actief online in beeld en tekst toegelicht. Er wordt bijvoorbeeld een animatie over participatie ontwikkeld die via allerlei online kanalen verspreid kan worden en zo bij de juiste doelgroepen terecht kan komen. Deze wijze van online publiekscampagne wordt ook in andere domeinen toegepast, zoals de belastingdienst voor de aangiftes en kent een hoge bekendheidsgraad. Beide Kamers worden voor 1 juli 2021 via voortgangsbrieven verder geïnformeerd over de landelijke voorlichtingscampagne. |
Relatie met |
De motie van het lid Ronnes (Tweede Kamer); Verzoekt de regering, een voorlichtingscampagne te starten rondom de invoering van de Omgevingswet waarbij expliciet de positie van burgers ten opzichte van nieuwe ruimtelijke projecten wordt verduidelijkt; Verzoekt de regering tevens, de effecten van de campagne te evalueren en de resultaten aan de Kamer aan te bieden (Kamerstukken II, 2019/20, 33 118, nr. 136) |
Deadline EK |
1 juli 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BD |
T02871: Gemeentes eraan herinneren MER’en op te stellen (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat gemeentes eraan herinnerd worden dat het opstellen van milieueffectrapporten (MER’en) tot hun takenpakket hoort, wordt u voor 1 januari 2021 geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
T02872: De Kamer jaarlijks informeren over de lessons learned inzake de Crisis- en herstelwet (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
De toezegging dat de Kamer jaarlijks in een voortgangsbrief geïnformeerd wordt over de lessons learned van de Crisis- en herstelwet is doorlopend tot inwerkingtreding Omgevingswet. In de voortgangsbrief over de stelselherziening van 24 juni 2020 bent u dan ook geïnformeerd. Daarnaast bent u de afgelopen 10 jaar jaarlijks geïnformeerd over de stand van zaken van experimenten via de Voortgangsrapportage Crisis- en herstelwet. Dit zal worden voortgezet tot het moment dat de Crisis- en herstelwet opgaat in de Omgevingswet. De lessons learned zullen integraal onderdeel van deze rapportage zijn. Uit de brief van 24 juni 2020: Afgelopen maart jl. bestond de Crisis- en herstelwet (hierna Chw) tien jaar. De wet zal worden ingetrokken op het moment dat de Omgevingswet in werking treedt. De teller staat inmiddels op ruim 350 experimenten en nog steeds melden gemeenten en provincies zich voor experimenten. De behoefte blijkt groot, omdat gebleken is dat de Chw meer is dan enkel het toestaan van afwijkingen van bestaande wetgeving. Door gebruik te maken van de ruimte die de Chw biedt, konden provincies en gemeenten bijvoorbeeld al daadwerkelijk op experimentele basis in de praktijk aan de slag met de mogelijkheden die de Omgevingswet straks structureel biedt. Ik heb de heer Rietkerk van het CDA toegezegd om een overzicht te geven van de lessons learned van 10 jaar Chw. Hierbij kan bijvoorbeeld gedacht worden aan de lessen van het experiment bestemmingsplan verbrede reikwijdte. Deze zijn waardevol geweest bij de ontwikkeling van het instrument van het omgevingsplan. Tegelijkertijd hebben decentrale overheden de Chw ingezet als leerinstrument om nu al inhoud te geven aan de mogelijkheden die de Omgevingswet gaat bieden en hebben zij via de experimenten ervaring opgedaan met het vorm geven aan de organisatorische consequenties die de Omgevingswet met zich meebrengt. Mede gelet op de toezegging aan de heer Rietkerk wordt een database opgezet. Deze database zal beschikbaar komen op een openbare website die inzicht geeft in welke experimenten er zijn, wat de stand van zaken is en hoe bepaalde knelpunten zijn aangepakt. |
Deadline EK |
Geen einddatum |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02873: Bij doorlichting milieurecht bewijslast BBT meenemen (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Deze toezegging valt onder de beleidsverantwoordelijkheid van de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat. Voor de uitvoering van de toezegging is de ontwikkeling van Nationaal Milieubeleidskader (NMK) van belang. Deze ligt tot 1 september 2020 voor ter internetconsultatie. Naast het NMK spoor wordt momenteel onderzocht of de toezegging uitgevoerd kan worden in het kader van de uitvoeringsagenda VTH. Dit gebeurt in samenspraak met de betrokken partijen (koepels en departementen). De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat streeft ernaar om beide Kamers voor het einde van het jaar de uitvoeringsagenda VTH te kunnen aanbieden. |
Deadline EK |
1 januari 2022 |
EK reeds geïnformeerd |
T02883: De Kamer informeren over planning toezenden toegezegde stukken tijdens het plenair debat (34 986) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [28-01-2020] – Invoeringswet Omgevingswet (vervolg) |
Stand van zaken |
Aan de toezegging dat de Eerste Kamer een brief zal ontvangen met een overzicht wanneer welke toegezegde stukken, naar aanleiding van het debat over het wetsvoorstel Invoeringswet Omgevingswet, worden toegestuurd, wordt met deze brief invulling gegeven. |
Deadline EK |
1-7-2020 |
T02897: Planning aanvullen DSO met gegevens uit de Centrale Voorziening Geluidsgegevens (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Bij de behandeling van de Aanvullingswet geluid in de Eerste Kamer is toegezegd om te verduidelijken of en zo ja wanneer het DSO aangevuld kan worden met geluidsgegevens. In de voortgangsbrief van 24 juni 2020 is uw kamer hierover geïnformeerd. Uit de brief: 2.5 Geluidgegevens in het DSO Bij de behandeling van de Aanvullingswet geluid in de Eerste Kamer heb ik toegezegd om te verduidelijken of en zo ja wanneer het DSO aangevuld kan worden met geluidsgegevens (T02897). Het komend jaar is het mogelijk om voorbereidingen te treffen op het aansluiten van externe voorzieningen op de landelijke voorziening van het DSO, zoals het centrale register geluidsvoorzieningen. Overigens is het niet zo dat dit overlappende voorzieningen zijn: het geluidsregister is een database die ook door koppeling aan het DSO ontsloten zal worden, maar als register, zoals ook andere, zelfstandig naast het DSO zal blijven bestaan. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
Toezeggingen Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet (35 133)
T02899: Toegankelijkheid beraadslagingen verbeteren (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt voor 1 januari 2021 geïnformeerd over de toezegging dat wanneer de complete versies van de Aanvullingswetten in de Omgevingswet zijn verwerkt en op de website ter beschikking komen, te zorgen voor «doorlinks» naar de andere stukken met het oog op de toegankelijkheid van de beraadslagingen. In de voortgangsbrief van december wordt u geïnformeerd over invulling van deze toezegging. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
T02900: Voorhang en afbakening van AMvB waarin categorieën van ontwikkelingen worden aangewezen waarvoor een financiële bijdrage mag worden verhaald (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
De AMvB op grond van het amendement-Ronnes (TK 2019/20, 35 133, nr. 34) inzake financiële bijdragen voor ontwikkelingen van een gebied op publiekrechtelijke basis, wordt voorgehangen bij de Kamer, waarbij tevens ingegaan zal worden op de afbakening. De AMvB heeft de consultatie inmiddels doorlopen. De resultaten van de consultatie worden op dit moment verwerkt. Verwachting is dat de AMvB nog voor het einde van het jaar bij Uw Kamer kan worden voorgehangen. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
T02901: Meewegen hardheidsclausule bij afbakening AMvB (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
Bij de afbakening van de AMvB op grond van het amendement-Ronnes (TK 2019/20, 35 133, nr. 34) inzake financiële bijdragen voor ontwikkelingen van een gebied op publiekrechtelijke basis, zal worden betrokken of het opnemen van een «hardheidsclausule» opportuun is. U wordt hierover geïnformeerd bij de voorhang van de AMvB. Die heeft de consultatie inmiddels doorlopen. De resultaten van de consultatie worden op dit moment verwerkt. Verwachting is dat de AMvB nog voor het einde van het jaar bij Uw Kamer kan worden voorgehangen. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
T02902: Onderzoeken werking voorstellen kostenverhaal en financiële bijdrage en bezien of er geen lacunes zijn (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt als onderdeel van de evaluatie van de Omgevingswetgeving geïnformeerd over de toezegging dat de werking van de huidige voorstellen inzake kostenverhaal en financiële bijdrage onderzocht worden en dat daarbij tevens bezien wordt of er nog lacunes zijn op dit terrein. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
T02903: Monitoren vergunningvoorschriften kostenverhaal (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat gemonitord zal worden of in de praktijk vergunningvoorschriften over kostenverhaal minder rechtszekerheid bieden dan kostenverhaalregels, bent u op 24 juni 2020 per brief geïnformeerd. Uit deze brief: De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: ... en gebruik vergunningvoorschriften kosten verhaal en kostenverhaalregels (T02903). |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02904: Brief over Rijksvastgoedbedrijf aan Tweede Kamer ook naar Eerste Kamer sturen (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
Deze toezegging hangt nauw samen met de motie Ronnes /Van Eijs, waarin de regering is verzocht het Rijksvastgoedbedrijf de opdracht te geven een aanpak te realiseren waarbij zijn vastgoed, in samenwerking met andere overheden en marktpartijen, kan bijdragen aan de woningbouw en spoedige woningbouw kan plaatsvinden, te beginnen bij Pampus. Na het zomerreces ontvangt de Tweede Kamer een brief over de aanpak van grootschalige woningbouw in Flevoland met een reactie op deze motie. De Eerste Kamer ontvangt een afschrift van deze brief. |
Relatie met |
de motie-Ronnes/Van Eijs over een bijdrage van het Rijksvastgoedbedrijf aan spoedige woningbouw (Kamerstukken II, 2019/20, 32 847, nr. 616) |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
Kamerstukken |
Kamerstukken II, 2019/20, 32 847, nr. 674 |
T02905: Bij monitoring en evaluatie aandacht geven aan het gebruik van het privaatrechtelijk contracteren in de praktijk (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
Over de toezegging dat bij de monitoring en evaluatie ook aandacht gegeven zal worden aan het gebruik van privaatrechtelijk contracteren in de praktijk, bent u op 24 juni 2020 geïnformeerd. Uit deze brief: ... Tevens zal aandacht worden besteed aan het gebruik van privaatrechtelijk contracteren in de praktijk (T02905) en zelfrealisatie bij onteigening. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02906: Verduidelijken welke instrumenten reeds beschikbaar zijn inzake kostenverhaal (35 133) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [03-03-2020] – Aanvullingswet grondeigendom Omgevingswet |
Stand van zaken |
Er wordt op dit moment gewerkt aan diverse handreikingen voor de praktijk ook over kostenverhaal. De Eerste Kamer wordt voor 1 januari 2021 hier nader over geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
Toezeggingen Aanvullingswet geluid Omgevingswet (35 054)
T02891: Informeren over uitkomst gesprekken tussen IPO en VNG over bevoegdheidsverdeling geluidproductie regionale industrieterreinen (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt de Kamer toe haar te informeren over de uitkomst van de gesprekken tussen IPO en VNG over eventuele terugkeer naar de bevoegdheidsverdeling uit de Wet geluidhinder bij geluidproductie regionale industrieterreinen en bij deze gesprekken goed te kijken naar waar het probleem nu echt ligt en dat te betrekken bij de afweging waar de bevoegdheid het beste kan worden belegd. Met de aangenomen motie-Rietkerk c.s. (35 054, I) heeft de Eerste Kamer zelf beslecht in de discussie. Met IPO en VNG is gesproken over de uitwerking van deze motie. Na het zomerreces zal de Minister van Infrastructuur en Waterstaat een nota van wijziging op de Verzamelwet IenW 2019 aan de Tweede Kamer toesturen, die uitvoering geeft aan deze motie-Rietkerk c.s. |
Relatie met |
De motie van het lid Rietkerk; Verzoekt de regering in de Verzamelwet IenW 2019 op te nemen dat provincies bevoegd blijven in hun omgevingsverordening industrieterreinen van provinciaal belang aan te wijzen, inclusief de bevoegdheid tot wijzigen, vaststellen en naleven van geluidproductieplafonds voor die terreinen (Kamerstukken I, 2019/20, 35 054, I) |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
T02892: Effecten van piekgeluiden overdag op de gezondheid betrekken bij de brief inzake het rapport over de WHO-normen (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De effecten van piekgeluiden overdag op de gezondheid zullen worden betrokken bij de brief over het rapport over de WHO-normen die wordt gestuurd ter uitvoering van de motie-Schonis. Het WHO-advies en het RIVM-advies daarover zijn op 5 juni aangeboden aan de TK (Kamerstuk 29 383, nr. 343). Nadere informatie wordt door de Staatsecretaris van IenW naar verwachting eind dit jaar aan uw kamer verstrekt. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken II, 2019/20, 29 383, nr. 343 |
T02893: Bij de onafhankelijke evaluatie van de Aanvullingswet geluid Omgevingswet betrekken hoe ambtenaren complexiteit ervaren en balans tussen beschermen burger en benutten geluid (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Bij de evaluatie van de Omgevingswet zal worden onderzocht hoe ambtenaren de Omgevingswet ervaren en zal de balans tussen beschermen en het benutten op het gebied van geluid worden meegenomen. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
T02894: Jaarlijkse rapportage monitoringsresultaten Aanvullingswet geluid Omgevingswet (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Op grond van het Aanvullingsbesluit geluid (artikel 10.42a, tweede lid) brengt de Minister van IenW jaarlijks een verslag uit over de naleving van de geluidproductieplafonds voor de rijkswegen en hoofdspoorwegen, net als nu reeds onder de Wet milieubeheer gebeurt. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
T02895: RIVM apart monitoren effecten van geluidsnormen op burgers (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Het RIVM monitort al geruime tijd de gezondheidseffecten van geluid op burgers, naast de jaarlijkse monitoring van de Omgevingswet, waar geluid ook onderdeel van uit maakt. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
T02897: Planning aanvullen DSO met gegevens uit de Centrale Voorziening Geluidsgegevens (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Op 24 juni 2020 heb in mijn voortgangsbrief de stand van zaken aan uw Kamer gemeld. Uit deze brief: Bij de behandeling van de Aanvullingswet geluid in de Eerste Kamer is toegezegd om te verduidelijken of en zo ja wanneer het DSO aangevuld kan worden met geluidsgegevens (T02897). Het komend jaar is het mogelijk om voorbereidingen te treffen op het aansluiten van externe voorzieningen op de landelijke voorziening van het DSO, zoals het centrale register geluidsvoorzieningen. Overigens is het niet zo dat dit overlappende voorzieningen zijn: het geluidsregister is een database die ook door koppeling aan het DSO ontsloten zal worden, maar als register, zoals ook andere, zelfstandig naast het DSO zal blijven bestaan. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Kamerstukken I, 2019/20, 33 118, BF |
T02898: Handhaving geluidproductie brommers onder aandacht van de VNG brengen (35 054) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
Het punt van handhaving van geluidproductie van brommers en andere lawaai makende mobiliteit zal bij de VNG onder de aandacht worden gebracht. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
Toezeggingen Aanvullingswet bodem Omgevingswet (34 864)
T02884: Kamer informeren over bestuurlijke afspraken koepels inzake Uitvoeringsprogramma Convenant Bodem en Ondergrond (34 864) |
|
---|---|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt toe de Kamer te informeren over de resultaten van de gesprekken met de koepels inzake het Uitvoeringsprogramma Convenant Bodem en Ondergrond betreffende de periode vanaf 2021, in het kader van het nemen van maatregelen om locaties aan te pakken met zeer zorgwekkende stoffen zoals PFAS. Voor het einde van dit jaar wordt de Tweede Kamer door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat geïnformeerd over PFAS, daarbij wordt ingegaan op het uitvoeringsprogramma. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
T02885: Kamer nader informeren naar aanleiding van vragen over granuliet (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt toe de Kamer de brief aan de Tweede Kamer over granuliet toe te zenden in reactie op de gestelde vragen over granuliet in het plenaire debat over het wetsvoorstel Aanvullingswet bodem Omgevingswet. |
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
T02886: Monitor VTH ook meenemen inzake bodem (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt geïnformeerd over de toezegging dat het aspect «bodem» meegenomen wordt in de monitoring van vergunningverlening, toezicht en handhaving (VTH). |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
T02887: In de voortgangsbrief aandacht besteden aan wijze van evaluatie en monitoring (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt de Kamer toe dat in de voortgangsbrief uiteengezet wordt hoe de onafhankelijke evaluatie na vijf jaar en de jaarlijkse monitoring vorm worden gegeven. In de voortgangsbrief van 24 juni 2020 is uw Kamer hierover geïnformeerd. Uit de brief: Tijdens de parlementaire behandeling van de Omgevingswet, de Algemene Maatregelen van Bestuur, de invoeringssporen en de aanvullingssporen is monitoring en evaluatie een belangrijk onderwerp van gesprek geweest en zijn verschillende toezeggingen gedaan op dit punt. Net als het parlement hecht ook ik aan een zorgvuldige monitoring en evaluatie. Periodieke monitoring van de werking van het stelsel is van belang om in een vroegtijdig stadium signalen over uitvoering van de wet te ontvangen en zo nodig te kunnen bijsturen. Uw Kamer zal jaarlijks over de resultaten van de monitoring worden geïnformeerd conform de toezegging in uw Kamer.1 Zo houden we samen de vinger aan de pols. Daarnaast is er de wettelijke verplichting om vijf jaar na inwerkingtreding en vijf jaar daarna de werking van het stelsel te evalueren. Bij monitoring en evaluatie van de werking van het stelsel staan niet de maatschappelijke doelen centraal, maar de manier waarop burgers, bedrijven, bestuursorganen en andere professionals met het nieuwe instrumentarium omgaan en wat hun ervaringen daarbij zijn. Voor de verschillende onderwerpen zijn nog nadere keuzes nodig ten aanzien van de aanpak (methode van dataverzameling en frequentie). De volgende hoofdonderwerpen worden gemonitord: De algemene balans tussen beschermen en benutten (algemeen beeld: NOVI-monitor); Verbeterdoelen, waaronder het risico op regelreflex bezien2 en benutting afwegingsruimte3; De werking van de kerninstrumenten4; Kwaliteit van en vertegenwoordiging in het participatieproces5; Rechtsbescherming en rechtspraak6; Digitaal Stelsel Omgevingswet, waaronder toegankelijkheid7; Naleving, toezicht en handhaving (burgers en overheden); |
De voortgang van de implementatie (waaronder ondersteuningsbehoefte decentrale overheden8; |
|
Specifieke onderwerpen: bijvoorbeeld de ontwikkeling van het aantal, de kwaliteit en de onafhankelijke toetsing van milieueffectrapportages (m.e.r.)9 en gebruik vergunningvoorschriften kosten verhaal en kostenverhaalregels10. |
|
Monitoring van deze onderwerpen levert daarmee ook een brede feitenbasis voor de evaluatie. De aanvullingssporen vormen na inwerkingtreding een geheel met het hoofdspoor van de Omgevingswet en zullen dus ook worden meegenomen. |
|
Bij evaluatie staat het vormen van een oordeel voorop. Feitelijke gegevens worden beoordeeld aan de hand van criteria. Ook het bieden van inzicht in samenhang en het geven van verklaringen kunnen onderdeel uitmaken van een evaluatie.11 Naast de hierboven genoemde onderwerpen die gemonitord worden en leidraad vormen voor de evaluatie zijn er ook vragen met een primair evaluatief karakter en vragen over ontwikkelingen op de langere termijn. Bij de evaluatie zal zoals toegezegd12 aandacht worden besteed aan de mogelijke aantasting van het beginsel van de scheiding van de machten en het beginsel van democratie. Tevens zal aandacht worden besteed aan het gebruik van privaatrechtelijk contracteren in de praktijk13 en zelfrealisatie bij onteigening14. |
|
Voor de evaluatie zal een brede, onafhankelijke evaluatiecommissie worden ingesteld met de opdracht om vijfjaarlijks een wettelijke evaluatie van de Omgevingswet uit te voeren. Hiermee geef ik uitvoering aan mijn toezegging.15 De commissie zal, in lijn met de vraag van Mw. Nooren, adviseren over de opzet en inrichting van de monitoring. De commissie zal de uitkomsten van de monitoringsresultaten betrekken bij haar evaluatieonderzoek. Als uit de monitoring tussentijds signalen komen dat onderdelen van het omgevingswetstelsel in praktijk niet goed uitpakken, wordt uiteraard niet gewacht op het evaluatiemoment vijf jaar na inwerkingtreding. Dan grijp ik monitoring aan om meteen bij te sturen. Ik zal hiervoor ook een team met ambtelijke experts inrichten. |
|
Deadline EK |
1 juli 2020 |
EK reeds geïnformeerd |
Op onderdelen kan gebruik worden gemaakt van bestaande gegevensverzamlingen. Hierbij kan worden gedacht aan de VTH-monitor, BRZO-monitor naleving en handhaving Brzo-bedrijven, MER-monitor (Recente toezegging M IenW), Inspectiesignalen ILT en Interbestuurlijke toezichtsrapportages van provincies. Vanzelfsprekend zullen deze gegevens niet opnieuw worden verzameld.
T02888: M.e.r.-beoordelingsplicht monitoren op het punt van diepe plassen (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt door de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat geïnformeerd over de toezegging dat de m.e.r.-beoordelingsplicht gemonitord zal worden op het punt van diepe plassen. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
T02889: Ten aanzien van het aspect «ondermijning» koppeling maken met het Ministerie van J&V (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt de Kamer toe dat zij in overleg treedt met het Ministerie van Justitie en Veiligheid over afvalfraude en ondermijning. Er is regelmatig ambtelijk contact over de aanpak van afvalfraude bijvoorbeeld bij de aanpak van dumping van drugsafval. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
T02907: Ervaringen van ambtenaren inzake complexiteit wet- en regelgeving bodem monitoren en evalueren (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt na inwerkingtreding geïnformeerd over de wijze waarop de ervaringen van ambtenaren inzake de complexiteit van wet- en regelgeving op het gebied van bodem gemonitord en geëvalueerd worden. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
T02908: Dialogen met partners over politiek-democratische cultuur in verband met macht en tegenmacht (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Minister voor Milieu en Wonen zegt de Kamer, naar aanleiding van een vraag van het lid Verkerk (ChristenUnie), toe dat dialogen met partners over politiek-democratische cultuur gevoerd zullen worden en dat het punt van macht en tegenmacht wordt meegenomen bij de monitoring en evaluatie van jurisprudentie. Het ILT rapport dat aanleiding gaf voor deze dialoog is op 8 april 2020 in een bestuurlijk overleg besproken. Afgesproken is om aan de hand van enkele pilots te bekijken hoe het interbestuurlijk toezicht in praktijk werkt. De bevindingen van deze pilots komen terug in een volgend bestuurlijk overleg. U wordt daarna over de uitkomsten geïnformeerd. |
Deadline EK |
1 januari 2021 |
EK reeds geïnformeerd |
T02909: Bij de evaluatie de bescherming van de burger en balans benutten en beschermen meenemen in het kader van bodem (34 864) |
|
Toegezegd in |
Parlementair agenda punt [11-02-2020] – 34 864 Aanvullingswet bodem Omgevingswet, 34 864, C Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit bodem Omgevingswet, 35054 Aanvullingswet geluid Omgevingswet. 35 054, B Voorhang ontwerp Aanvullingsbesluit geluid Omgevingswet |
Stand van zaken |
De Eerste Kamer wordt door de staatsecretaris van Infrastructuur en Waterstaat geïnformeerd over de toezegging dat bij de evaluatie inzake bodem gekeken zal worden naar de balans tussen beschermen en benutten en de bescherming van de burger. |
Deadline EK |
1 januari 2023 |
EK reeds geïnformeerd |
Samenstelling Infrastructuur, Waterstaat en Omgeving:
Atsma (CDA), De Boer (GL), Van Dijk (SGP), Nooren (PvdA), (ondervoorzitter), Pijlman (D66), Klip-Martin (VVD), Baay-Timmerman (50PLUS), A.J.M. van Kesteren (PVV), Arbouw (VVD), Bezaan (PVV), Crone (PvdA), Dessing (FVD), Geerdink (VVD), Gerbrandy (OSF), Janssen (SP), Kluit (GL), Meijer (VVD), (voorzitter), Moonen (D66), Nanninga (FVD, Nicolaï (PvdD), Pouw-Verweij (FVD), Prins-Modderaar (CDA), Recourt (PvdA), Rietkerk (CDA), Vendrik (GL), Verkerk (CU) en De Vries (Fractie-Otten).
Samenstelling Economische Zaken en Klimaat/Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit:
Koffeman (PvdD), Faber-van de Klashorst (PVV), Van Strien (PVV), Gerkens (SP), Atsma (CDA), N.J.J. van Kesteren (CDA), (voorzitter), Pijlman (D66), Schalk (SGP), Klip-Martin (VVD), Van Rooijen (50PLUS), Van Ballekom (VVD), De Blécourt-Wouterse (VVD), Crone (PvdA), Dessing (FVD), Gerbrandy (OSF), Van Gurp (GL), Huizinga-Heringa (CU), Kluit (GL), Van der Linden (FVD), (ondervoorzitter), Meijer (VVD), Otten (Fractie-Otten), Van Pareren (FVD), Prins-Modderaar (CDA), Recourt (PvdA), Vendrik (GL) en Van der Voort (D66).
Het bij koninklijke boodschap van 6 juni 2019 aangeboden voorstel van wet tot wijziging van de Bekendmakingswet en andere wetten in verband met de elektronische publicatie van algemene bekendmakingen, mededelingen en kennisgevingen (Wet elektronische publicaties) (Kamerstukken 35 218).
Kopieer de link naar uw clipboard
https://zoek.officielebekendmakingen.nl/kst-33118-BG.html
De hier aangeboden pdf-bestanden van het Staatsblad, Staatscourant, Tractatenblad, provinciaal blad, gemeenteblad, waterschapsblad en blad gemeenschappelijke regeling vormen de formele bekendmakingen in de zin van de Bekendmakingswet en de Rijkswet goedkeuring en bekendmaking verdragen voor zover ze na 1 juli 2009 zijn uitgegeven. Voor pdf-publicaties van vóór deze datum geldt dat alleen de in papieren vorm uitgegeven bladen formele status hebben; de hier aangeboden elektronische versies daarvan worden bij wijze van service aangeboden.