10 Beëdiging van mevrouw N.G.J. Temmink (SP)

Beëdiging van mevrouw N.G.J. Temmink (SP)

Aan de orde is de beëdiging van mevrouw N.G.J. Temmink (SP).

De voorzitter:

Ik heropen de vergadering en ik geef het woord aan de heer Ellian tot het uitbrengen van verslag namens de commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven.

De heer Ellian:

Voorzitter. Dat deed mevrouw Leijten natuurlijk als voorzitter, maar als ondervoorzitter mag ik dat nu doen. Het is wel een bijzonder moment dat ik iets mag zeggen over de opvolgster van een heel groot voormalig Kamerlid.

De commissie voor het onderzoek van de Geloofsbrieven heeft de stukken onderzocht die betrekking hebben op mevrouw N.G.J. Temmink te Zwolle. De commissie is tot de conclusie gekomen dat mevrouw N.G.J. Temmink te Zwolle terecht benoemd is verklaard tot lid van de Tweede Kamer der Staten-Generaal. De commissie stelt u daarom voor om haar toe te laten als lid van de Kamer. Daartoe dient zij wel eerst de verklaringen en beloften zoals die zijn voorgeschreven bij de Wet beëdiging ministers en leden Staten-Generaal van 27 februari 1992, Staatsblad nr. 120, af te leggen.

De commissie verzoekt u tot slot om de Kamer voor te stellen het volledige rapport in de Handelingen op te nemen.

De voorzitter:

Ik dank de commissie voor haar verslag en stel voor dienovereenkomstig te besluiten.

Daartoe wordt besloten.

(Het rapport is opgenomen aan het eind van deze editie.)

De voorzitter:

Ik verzoek de leden en de overige aanwezigen in de zaal, voor zover dat mogelijk is, te gaan staan.

Mevrouw Temmink is in het gebouw der Kamer aanwezig om de voorgeschreven verklaringen en beloften af te leggen.

Ik verzoek de Griffier haar binnen te geleiden.

(Mevrouw Temmink wordt binnengeleid door de Griffier.)

De voorzitter:

De door u af te leggen verklaringen en beloften luiden als volgt:

"Ik verklaar en beloof dat ik, om tot lid van de Staten-Generaal te worden benoemd, rechtstreeks noch middellijk, onder welke naam of welk voorwendsel ook, enige gift of gunst heb gegeven of beloofd.

Ik verklaar en beloof dat ik, om iets in dit ambt te doen of te laten, rechtstreeks noch middellijk enig geschenk of enige belofte heb aangenomen of zal aannemen.

Ik beloof trouw aan de Koning, aan het Statuut voor het Koninkrijk en aan de Grondwet.

Ik verklaar en beloof dat ik de plichten die mijn ambt mij oplegt getrouw zal vervullen."

Mevrouw Temmink (SP):

Dat verklaar en beloof ik.

De voorzitter:

Dank u wel. Dan wil ik u feliciteren met het onderdeel zijn van deze Tweede Kamer. Hartelijk gefeliciteerd.

(Applaus)

De voorzitter:

Ik schors de vergadering voor een enkel moment, zodat u de nieuwe collega kunt feliciteren.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven