Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, hedenmiddag ook te stemmen over de aangehouden moties-Ouwehand (31700-XVI, nrs. 63, 64 en 65) en over de aangehouden motie-Agema (29248, nr. 60).

Op verzoek van de leden Van Velzen, Pechtold en Brinkman stel ik voor om in plaats van volgende week reeds hedenmiddag te stemmen over de door hen ingediende moties bij het debat over de JSF.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord aan de heer Zijlstra.

De heer Zijlstra (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie vraagt een spoeddebat aan over het rookverbod. De horeca staat in vuur en vlam door dit rookverbod. Wij willen graag met de minister van gedachten wisselen over de stand van zaken en over wat hij eraan gaat doen om de kleine horecaondernemers uit de brand te helpen.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Het is inderdaad te gek voor woorden dat de Kamer niet over dit onderwerp wenst te spreken. Wij willen dit liever nog gisteren dan vandaag doen. Wij steunen dit voorstel.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Voorzitter. Wij hebben vorige week over dit onderwerp een brief ontvangen. Het verbaast mij een beetje dat vorige week niet is gevraagd om een spoeddebat, als het een zo spoedeisend karakter heeft. Er komt in december nog een brief over knelpunten in de rookvrije horeca. Wij vinden dat wij er dan over door moeten praten.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Dat laatste vind ik ook een zeer belangrijk argument. Wij hebben hierover een debat gevoerd, een spoeddebat zelfs. Er is een brief toegezegd om de knelpunten in kaart te brengen. Laten wij daarop wachten, vervolgens kunnen wij een goed debat voeren. Zo veel nieuws is er niet, behalve dat mensen erover klagen en zich zorgen maken, maar daarover komt een brief.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Voorzitter. De enige spoed die wij op dit moment zien, is goede controle of het rookverbod niet overtreden wordt. Laten wij daarop onze energie richten. Wij hebben geen behoefte aan een spoeddebat.

De voorzitter:

Mijnheer Zijlstra. Er zijn dertig leden die uw verzoek steunen. Toch doe ik een dringend beroep op u om het debat in de vorm van een algemeen overleg op korte termijn te houden, in verband met de agenda van de Kamer. Daarbij meld ik dat de minister op dit moment ziek is. Ik weet niet hoe lang dat duurt. Ik hoop voor hem niet lang.

De heer Zijlstra (VVD):

Ik heb een reactie op uw verzoek en een opmerking over de brief. In de beantwoording van de schriftelijke vraag van mevrouw Agema op 4 november jongstleden heeft de minister de opmerking gemaakt dat hij daarmee aan de toezegging heeft voldaan van de knelpuntennotitie. Wat ons betreft is er nu dus dringend behoefte aan een overleg. Wij vinden het bespreekbaar om dat overleg te houden in de vorm van een spoed-AO, gezien de plenaire agenda. Wij kennen die ook. Dit overleg moet wel plaatsvinden direct nadat de minister terug is van zijn ziekbed. Het belangrijkste is dat hierover van gedachten wordt gewisseld door de Kamer.

De voorzitter:

Ik stel voor, dienovereenkomstig te besluiten.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer De Roon.

De heer De Roon (PVV):

Voorzitter. Ik verzoek u om het verslag van het algemeen overleg over de rapporten van de Inspectie voor de Sanctietoepassing op de agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit VAO toe te voegen aan de agenda van een van de volgende weken.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Vendrik.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Mevrouw de voorzitter. Ik doe een verzoek namens Femke Halsema, die op dit moment in de Eerste Kamer haar initiatiefwetsvoorstel verdedigt. Ik vraag u, komende week ruimte te maken op de plenaire agenda voor een debat met het kabinet over de maatregelen om de economische neergang te keren. Daarbij zou de brief van het kabinet van afgelopen vrijdag kunnen worden betrokken en de bijzonder recente brief van de minister van SZW over de arbeidsmarkt. Wat ons betreft, wordt het een gewoon debat. Wij nodigen graag andere fractievoorzitters uit, daaraan mee te doen. De kabinetsleden Bos, Balkenende en Donner zijn wat ons betreft welkom. Wij zouden graag voorafgaand aan dat debat van het kabinet de allerlaatste raming van het CPB ontvangen met betrekking tot de actuele inzichten in de economische groei, de zogeheten decemberraming. Die komt, als het goed is, volgende week beschikbaar. Wij zouden graag zien dat die naar de Kamer wordt gezonden, als het kan met een nadere kwalificatie van het kabinet erbij.

De heer Rutte (VVD):

Ik steun dit verzoek. Het is belangrijk dat wij daarover debatteren. Ik wil de woorden van de heer Vendrik onderstrepen dat wij graag aanvullende informatie willen ontvangen van het kabinet. Er is vorige week een, naar mijn mening, wat wazige brief gekomen. Wij hebben echt cijfers nodig en precieze feiten over wat het kabinet voorstelt en de onderbouwing daarvan.

Mevrouw Kant (SP):

Ik steun uiteraard het verzoek. In het vorige debat hadden wij het er al over kunnen hebben, maar toen had het kabinet er nog niet zo'n trek in. Nu liggen er plannen, dus is dit volgens mij het juiste moment om er wel met het kabinet over te spreken. Ik begrijp alleen niet zo goed waarom dat niet deze week al zou kunnen.

Mevrouw Verdonk (Verdonk):

Ik sluit mij aan bij het voorstel om een debat te houden. De brief van vorige week stelde inderdaad niet veel voor. Wij willen feiten, cijfers en de rapportage waar de heer Vendrik om vroeg.

De heer Van Haersma Buma (CDA):

Ik steun ook het verzoek om een debat. Mijn vraag is of aan het kabinet kan worden overgelaten welke ministers er precies bij aanwezig zullen zijn. Ik kan mij voorstellen dat de genoemde ministers worden uitgenodigd, maar het moet een aantal zijn dat het mogelijk maakt dat wij het onderwerp hier op een goede wijze bespreken. Ik kan mij voorstellen dat wij de gegevens van het CPB erbij betrekken, maar ik weet niet of dat te matchen is. Wij vinden wel dat het zinvol zou zijn om die te hebben.

De heer Tang (PvdA):

De PvdA-fractie steunt het verzoek om een debat. Als er behoefte is aan een brief, moet die er natuurlijk komen.

De heer Wilders (PVV):

Ook de PVV-fractie wil hier graag met de minister-president en zijn collega's over debatteren. De beschikbaarheid van de decemberbrief is daarbij wat ons betreft wel een essentiële voorwaarde. Wij ontvangen graag eerst die brief en voeren dan een debat.

De heer Cramer (ChristenUnie):

Ik sluit mij aan bij de heer Van Haersma Buma.

De voorzitter:

Mijnheer Vendrik, u hebt ruime steun voor een debat. Kunt u de vraag van mevrouw Kant nog beantwoorden?

De heer Vendrik (GroenLinks):

Ik heb er strikt genomen geen bezwaar tegen om het debat deze week te agenderen, maar ik geloof dat de voorzitter ons al op verschillende manieren duidelijk heeft gemaakt dat er een nogal fors agendaprobleem is deze week. Volgende week is het misschien wat beter te regelen. Dat levert bovendien het voordeel op dat die allerlaatste actuele groeiraming van het CPB beschikbaar komt, voor zover mijn informatie strekt. Die zouden wij graag zien. Het punt van de heer Rutte kan daarbij worden betrokken, namelijk dat deze raming ook om een kwalificatie vraagt van het kabinet. Het zou moeten aangeven hoe het die laatste raming weegt en wat die wel of niet zou kunnen betekenen voor het steunpakket van afgelopen vrijdag.

De voorzitter:

Mijn agenda is inderdaad erg vol en wij kunnen nog nadere informatie tegemoetzien. Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering wordt doorgeleid naar het kabinet.

Ik stel voor, de spreektijden vast te stellen op vijf minuten per fractie en te proberen dit debat volgende week te agenderen.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van der Ham.

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Afgelopen vrijdag vond er een zogenaamde "wiettop" plaats. Er is een aantal uitspraken uit deze top naar buiten gekomen van tal van burgemeesters. Afgelopen zondag heeft minister Klink gezegd dat hij daar open naar wil kijken. Ik vind ook dat wij het kabinet de ruimte moeten geven om de integrale afweging, de integrale evaluatie, af te maken. Het is wel van belang dat wij die op een gegeven moment in de Kamer bespreken. Ik wil daarom een debat over die wiettop hebben. Dat heeft echter geen grote haast, omdat ik ook de ruimte wil laten aan het kabinet om zaken goed te wegen. Voorafgaand aan het debat zou ik graag een brief ontvangen over de wijze waarop het kabinet wil omgaan met de uitkomsten van die wiettop en hoe het de burgemeesters wil betrekken bij de evaluatie. Daarin hoeft het nog niet in te gaan op wat de burgemeesters er inhoudelijk mee gaan doen, maar wel hoe zij erbij worden betrokken.

De voorzitter:

U vraagt dus om een brief voorafgaand aan het debat?

De heer Van der Ham (D66):

Ja, en om het debat dan later te plannen.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Ik sluit mij aan bij dat verzoek, zeker bij het verzoek om een brief. Als er dan toch een brief word geschreven, zou ik er ook graag een reactie in willen hebben op het rapport van Fijnaut en De Ruyver.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Het lijkt mij heel goed om daar een brief over te hebben. Misschien kan de heer Van der Ham zijn verzoek nog iets nader verduidelijken. Mij lijkt het op zich logisch om in die brief ook een reactie te vragen van het kabinet op het standpunt van die 33 burgemeesters. Die staan immers toch echt heel dicht bij de gemeentelijke problematiek en weten precies wat er moet gebeuren.

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

De burgemeesters hebben vrijdag een heel duidelijk signaal afgegeven. Daar willen wij graag een reactie van het kabinet op hebben. Het heeft al gezegd dat het na het kerstreces met een reactie daarop komt. Wij zouden die graag snel na het reces willen ontvangen en vervolgens een debat hierover willen voeren.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Ik heb vorige week ook al gevraagd om een overleg over de ontstane situatie met betrekking tot het gedoogbeleid. Toen vond ik de coalitiepartijen tegenover mij en ook de VVD. Ik steun dit verzoek. Wat mij betreft gebeurt een en ander nog voor het kerstreces.

De heer De Roon (PVV):

Ook ik steun het verzoek om een debat, inclusief de uitgebreide brief waar mevrouw Joldersma om heeft gevraagd.

De heer Anker (ChristenUnie):

Ik steun het verzoek van mevrouw Joldersma om het rapport van Fijnaut en De Ruyver erbij te pakken. Ik vind wel dat het gaat om een heel beperkt debat, dat vooral over openbare orde zal gaan, omdat wij er in dit geval heel weinig van VWS bij hebben. Ik weet niet hoe de heer Van der Ham dat beoordeelt. Verder komt er volgend jaar nog een drugsnota. Dus ik vind het allemaal een beetje te vroeg.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik steun het verzoek, met de aanvulling van mevrouw Joldersma.

De heer Van der Ham (D66):

Er zijn veel aanvullingen gevraagd. Die steun ik graag. Ook sta ik open voor de opmerking van mevrouw Bouwmeester dat wij moeten proberen, het debat zo integraal mogelijk te houden en dat eventueel pas te laten plaatsvinden na het reces, als het niet anders kan. Het moet inderdaad een zo integraal mogelijk debat worden. Overigens ben ik het ook met de heer Anker eens dat het debat ook een beetje een VWS-component in zich heeft. Het is dus een beetje afhankelijk van de inhoud van de brief hoe wij het precies gaan plannen, maar dat zal ongetwijfeld met de voorzitter afgestemd kunnen worden. Als dat zou kunnen, dan zou dat fantastisch zijn.

De voorzitter:

Ik stel voor dat wij het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet en dat wij nog in overleg gaan over de planning van het debat.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Bosma.

De heer Bosma (PVV):

Voorzitter. Graag zien wij dat het verslag van het algemeen overleg over islamitische scholen toegevoegd wordt aan de agenda.

De voorzitter:

Wij zullen dit VAO toevoegen aan de agenda van een van de volgende weken.

Het woord is aan mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Als ik de kranten en de woordvoerder van de fractie van de ChristenUnie mag geloven, is er witte rook gekomen over het verzoek om het besluit over de JSF-testtoestellen uit te stellen. Dat is heel erg goed nieuws; dat kunnen wij straks bestempelen bij de stemmingen. Alleen lees ik vandaag in de krant dat staatssecretaris De Vries van Defensie ons waarschuwt dat het uitstel geld gaat kosten, maar dat hij niet wil vertellen hoe veel dat kost. Tegelijkertijd weet ik dat de coalitiepartijen wel voorgelicht worden en dat er bedragen genoemd worden. Los van wat er uit de stemmingen komt, wil ik graag een brief met een verslag van het overleg van de JESB en met het bedrag dat met de garantiestelling gemoeid is.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik steun het verzoek om een brief, maar die moet dan ook gaan over de zogenaamde witte rook. Ook ik heb gelezen over een akkoord dat zou zijn bereikt. Ik dacht dat ik misschien een algemeen overleg gemist had, maar naar ik begrepen heb, was dit overleg beperkt toegankelijk. Het is dus goed dat wij daarover worden geïnformeerd.

De voorzitter:

Wij zullen het stenogram van dit deel van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan mevrouw Agema.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. De kwaliteit in een derde van onze gehandicapteninstellingen is onder de maat. Ik heb daar veel vragen over. Die vragen zou ik graag in een interpellatiedebat stellen aan staatssecretaris Bussemaker, zodra zij weer terug is van de Nederlandse Antillen.

De voorzitter:

Ik doe nogmaals een dringend beroep op de Kamer om rekening te houden met de agenda.

Mevrouw Leijten (SP):

Mijn fractie steunt per definitie een verzoek om informatie. Toch zou ik mevrouw Agema willen vragen of wij er niet een spoed-AO van kunnen maken, zoals ik laatst heb gedaan met het debat over Valys. In dat AO is er dan alle ruimte voor mevrouw Agema om haar vragen te stellen.

Mevrouw Van Dijken (PvdA):

Dat laatste stel ook ik voor, niet alleen gezien de drukte op de agenda, maar ook gezien de zorgvuldigheid van het proces. Dit is een rapport dat wordt herhaald en dat zich herhaalt. Het lijkt mij dat wij daar in een AO alle aandacht aan moeten en kunnen geven.

De heer Zijlstra (VVD):

Wij hebben net in de afgelopen procedurevergadering een hele lijst aan AO's van VWS doorgenomen, met het doel om daar een aantal van te schrappen. Als wij nu weer AO's gaan toevoegen, dan helpen wij elkaar niet. Ik stel voor dat wij eerst een schriftelijk overleg organiseren, waarin mevrouw Agema al haar vragen kwijt kan. Als dit niet mogelijk is, steunen wij het interpellatieverzoek.

Mevrouw Sap (GroenLinks):

Wij zijn voor een spoed-AO.

De heer Jan de Vries (CDA):

De CDA-fractie wil graag een afschrift van het inspectierapport dat hieraan ten grondslag ligt, met een kabinetsreactie. De commissie kan daarna haar procedure bepalen.

Mevrouw Agema (PVV):

Het lijkt mij goed om in de procedurevergadering van de commissie, die wij waarschijnlijk morgen zullen hebben naar aanleiding van het verzoek van de heer Zijlstra, dit verzoek mee te nemen. Ik zie dat er voldoende steun is voor een interpellatiedebat, maar ik wil toegeeflijk zijn, zij het dat ik hoop dat het AO op korte termijn zal plaatsvinden. Anders zal ik hier weer staan met hetzelfde verzoek.

De voorzitter:

Ik dank u zeer voor uw medewerking.

Het woord is aan de heer De Krom.

De heer De Krom (VVD):

Voorzitter. Voor morgen staat het VAO Piraterij op de agenda, maar inmiddels loopt er een artikel 100-procedure. Om procedurele redenen stel ik daarom voor om dit VAO van de agenda af te voeren.

De voorzitter:

Het VAO Piraterij wordt afgevoerd van de agenda.

Het woord is aan de heer Dijsselbloem.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Voorzitter. Voor morgenmiddag staat het VAO Blauwdruk modern migratiebeleid op de agenda. Ik verzoek u, dit een week uit te stellen ten behoeve van onze voorbereiding. Dit is niet iets wat grote spoed heeft, het gaat om toekomstig beleid.

De voorzitter:

Het VAO Blauwdruk modern migratiebeleid wordt uitgesteld tot een later moment.

Het woord is aan de heer Pechtold.

De heer Pechtold (D66):

Voorzitter. Tijdens de algemene politieke beschouwingen heeft de minister-president mij twee toezeggingen gedaan, over de Kennisinvesteringsagenda en over de alleenstaanden. Het antwoord op vragen over de Kennisinvesteringsagenda kwam drie weken geleden tussen de eerste en de tweede termijn van de behandeling van de begroting van Economische Zaken in. De informatie over alleenstaanden kwam vanochtend tijdens onze fractievergadering om 11.00 uur binnen, terwijl vanmiddag de begroting van Sociale Zaken moet worden behandeld. Voorzitter, hoe kan de Kamer zich met deze termijnen voorbereiden op begrotingsbehandelingen?

De heer Rutte (VVD):

Ik steun deze opmerking van ganser harte. Het kabinet heeft een grote staf achter zich staan en heeft ruim de tijd gehad om deze vraag te beantwoorden. Wij zijn nu twee maanden verder. Op deze manier kunnen wij de begrotingsbehandeling niet goed voorbereiden, dus de heer Pechtold heeft zeer terecht dit punt aan de orde gesteld.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks):

Ook de fractie van GroenLinks deelt de verontwaardiging van de heer Pechtold. Zeker bij Sociale Zaken gaat het altijd om ingewikkelde zaken. De informatie moet gewoon op tijd komen. Dit lijkt een beetje op schofferen van de Kamer.

De voorzitter:

Het stenogram van dit gedeelte van de vergadering zal worden doorgeleid naar het kabinet.

De heer Pechtold (D66):

Ik meen dat u ook de mogelijkheid heeft van onderstrepen of highlighten.

De voorzitter:

Ik zal er eens over nadenken.

Naar boven