Aan de orde zijn de stemmingen over tien moties, ingediend in het notaoverleg over modernisering AWBZ, te weten:

- de motie-Arib c.s. over een wettelijke verankering van zeggenschapsinstrumenten (24036 /26631, nr. 189);

- de motie-Arib/Van Vliet over minimumkwaliteitseisen (24036 /26631, nr. 190);

- de motie-Arib over een inspectieronde (24036 /26631, nr. 191);

- de motie-Blok c.s. over een stuurgroep (24036 /26631, nr. 192);

- de motie-Blok c.s. over prijsopgaves (24036 /26631, nr. 193);

- de motie-Dankers c.s. over een bruteringsoperatie (24036 /26631, nr. 194);

- de motie-Dankers c.s. over de omslag naar vraagsturing (24036 /26631, nr. 195);

- de motie-Van Vliet c.s. over een onafhankelijke, objectieve en integrale indicatiestelling (24036 /26631, nr. 196);

- de motie-Van Vliet c.s. over flexibilisering en ontschotting (24036 /26631, nr. 197);

- de motie-Hermann over onderscheid in de AWBZ tussen hulp en zorg (24036 /26631, nr. 199).

(Zie notaoverleg van 5 februari 2001.)

Mevrouw Arib (PvdA):

Mevrouw de voorzitter! De staatssecretaris heeft tijdens het debat toegezegd, dat er kwaliteitsnormen komen in de gehandicapten- en ouderensector en dat de inspectie erop zal toezien dat die kwaliteitsnormen worden nageleefd. Daarmee is de motie op stuk nr. 191 overbodig geworden. Ik trek haar daarom in.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Arib (24036/26631, nr. 191) is ingetrokken, komt zij niet meer in stemming.

Op verzoek van mevrouw Arib en mevrouw Van Vliet stel ik voor, hun motie (24036/26631, nr. 190) van de agenda af te voeren.

De motie-Blok c.s. (24036/26631, nr. 192) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat een zorgvuldige invoering van een vraaggestuurde AWBZ gewenst is;

tevens constaterende dat het ten behoeve van een werkelijk vraaggestuurde AWBZ noodzakelijk is dat er voldoende aanbieders zijn en dat deze aanbieders kwalitatief goede zorg kunnen leveren;

overwegende dat de invoering van een vraaggestuurde AWBZ een meerjarig traject zal zijn;

verzoekt de regering, op korte termijn een stuurgroep op te richten samengesteld uit deskundigen uit verschillende disciplines, waaronder de ministeries van VWS, VROM, Financiën en EZ, die de overgang van aanbod- naar vraagsturing voorbereidt en begeleidt met daarbij bijzondere aandacht voor de aspecten kwaliteit, mededinging en rechtmatigheid,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is ingediend door de leden Blok, Dankers, Van Vliet en Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 203 (24036/26631).

De motie-Dankers c.s. (24036/26631, nr. 194) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat ten behoeve van het invoeren van het persoonsgebonden budget (PGB) en persoonsvolgend budget (PVB) de zorgproducten van de AWBZ-instellingen op aanvaardbare tarieven van financieel zelfstandige instellingen dienen te zijn gebaseerd;

overwegende dat de uitgangspositie van AWBZ-instellingen door de historische kostprijzen ongelijk is en daardoor een oneerlijke concurrentiepositie op de persoonsgebonden budgetten (PGB/PVB) zal ontstaan;

nodigt de regering uit:

  • - inzichtelijk te maken wat de gevolgen zijn van het bruteren van de tarieven van instellingen, de persoonsgebonden en persoonsvolgende budgetten ten laste van de bouwbudgetten en het verkorten van de balansen van instellingen ten laste van het vermogen van het AWBZ-fonds;

  • - voor 1 juni 2001 met een Plan van Aanpak te komen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Dankers, Van Vliet, Blok, Van der Vlies, Arib en Hermann.

Zij krijgt nr. 204 (24036/26631).

De motie-Van Vliet c.s. (24036/26631, nr. 196) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat door diverse knelpunten nog steeds geen sprake is van een onafhankelijke, objectieve en integrale indicatiestelling, zoals onontbeerlijk is in een vraaggestuurd systeem als door de modernisering van de uitvoering van de AWBZ wordt voorgestaan;

constaterende dat ook het interne bedrijfsproces van de RIO's knelpunten vertoont en bij de bestuurlijke en organisatorische inbedding van de RIO's vraagtekens gezet kunnen worden;

verzoekt de regering, aanvullend op het kwaliteitverbeteringstraject "Robuuste RIO's":

  • 1. het zorgindicatiebesluit aan te passen conform het gestelde in de aangenomen motie-Dankers c.s. en dus de RIO's te verplichten de indicatie voor enkelvoudige, kortdurende zorg over te laten aan huisartsen of ziekenhuizen;

  • 2. de toepassing van het zogenaamde BIO-protocol wettelijk voor te schrijven;

  • 3. te onderzoeken of het neerleggen van het toezicht op het gebruik van het BIO-protocol, de opleiding en training van indicatiestellers en certificering bij de Inspectie voor Gezondheidszorg en het verantwoordelijk maken van het College Toezicht Uitvoeringsorganisaties voor het toezicht op de door de RIO's verstrekte informatie over de gestelde indicaties en de interne bedrijfsvoering bijdraagt aan de totstandkoming van een onafhankelijke, objectieve en integrale indicatiestelling en de Kamer hierover uiterlijk 1 juni 2001 te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Van Vliet, Dankers en Blok. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 205 (24036/26631).

De motie-Van Vliet c.s. (24036/26631, nr. 197) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat flexibilisering van de aanspraken en het omschrijven van producten een essentieel onderdeel is van ontschotting en vraagsturing zoals de modernisering van de uitvoering van de AWBZ voorstaat;

constaterende dat flexibilisering van de aanspraken en productomschrijvingen pas per 2003 volledig gestalte zullen krijgen;

van mening dat het, om te kunnen voldoen aan de hulpvraag van de cliënt en het wegwerken van wachtlijsten, noodzakelijk is dat reeds nu tot zoveel mogelijk flexibilisering en ontschotting wordt overgegaan;

verzoekt de regering, in aanloop naar de eindsituatie van volledige vraagsturing reeds nu toe te staan dat:

  • - de toelating van thuiszorg, verzorgings- en verpleeghuizen zodanig wordt opgerekt dat zij (delen van) elkaars zorgproducten mogen aanbieden;

  • - zorgkantoren voor cliënten, die wonen in een intramurale zorginstelling en dagbesteding buiten deze zorginstelling wensen, het daarvoor benodigde budget kunnen inzetten zonder dat hiervoor toestemming van de zorginstelling nodig is;

  • - hierover in overleg te treden met de Zorgverzekeraars en zorgaanbieders en over de uitkomst van het overleg uiterlijk 15 maart 2001 aan de Tweede Kamer te rapporteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Van Vliet, Arib, Dankers, Blok, Van der Vlies en Hermann.

Zij krijgt nr. 206 (24036/26631).

De gewijzigde moties zijn rondgedeeld en ik stel derhalve vast dat er heden over kan worden gestemd.

In stemming komt de motie-Arib c.s. (24036/26631, nr. 189).

De voorzitter:

Ik constateer dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Blok c.s. (24036/26631, nr. 203).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van D66, de VVD, het CDA en de SGP voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Blok c.s. (24036/26631, nr. 193, herdruk).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Dankers c.s. (24036/26631, nr. 204).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Dankers c.s. (24036/26631, nr. 195).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fracties van GroenLinks, D66, de VVD, het CDA, de RPF, het GPV en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Vliet c.s. (24036/26631, nr. 205).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van de PvdA tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Van Vliet c.s. (24036/26631, nr. 206).

De voorzitter:

Ik constateer, dat deze gewijzigde motie met algemene stemmen is aangenomen.

In stemming komt de motie-Hermann (24036/26631, nr. 199).

De voorzitter:

Ik constateer, dat de aanwezige leden van de fractie van GroenLinks voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven