9 Regeling van werkzaamheden

Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel aan de Kamer voor, de Eerste Kamer te laten weten dat mevrouw Hilkens de plaats zal innemen van mevrouw Bouwmeester bij de verdediging van het voorstel van wet van de leden Voordewind, Van der Staaij, Bouwmeester en Bruins Slot houdende wijziging van de Drank- en Horecawet teneinde enkele leeftijdsgrenzen te verhogen van 16 naar 18 jaar en de preventie en handhaving te verankeren (33341).

Ik stel voor, vanmiddag ook te stemmen over de aangehouden moties-Bashir (33402, nrs. 56 en 57), de aangehouden motie-Van Veldhoven c.s. (29984, nr. 405) en de brief van de vaste commissie voor Europese Zaken over het EU-voorstel Richtlijn maritieme ruimtelijke ordening (33601, nr. 4).

Ik stel voor, toe te voegen aan de agenda:

  • - het VAO Toezicht woningcoöperaties, naar aanleiding van een algemeen overleg gehouden op 25 april, met als eerste spreker de heer Verhoeven van D66;

  • - het VAO Landbouwraad van 13 en 14 mei 2013, met als eerste spreker mevrouw Ouwehand van de Partij voor de Dieren.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Van Ojik.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voorzitter. In de afgelopen weken stierven in Bangladesh 1.100 mensen, omdat ze gedwongen werden door te werken in een fabriek waarvan van tevoren bekend was dat die op instorten stond. Zij maakten producten die in Nederland gewoon verkrijgbaar zijn. Het gaat in dit geval om textiel en om Bangladesh. Maar helaas gelden vergelijkbare arbeidsomstandigheden en arbeidsrechten ook in andere landen en in andere sectoren. Omdat dit soort rampen ons verplicht om te kijken wat we kunnen doen om dat te voorkomen, vraag ik graag namens mijn fractie een debat aan met de minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking over deze ramp en de te nemen acties.

De voorzitter:

Een verzoek voor steun voor een debat.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Steun voor het verzoek. Wel wil ik heel graag ook de minister van Economische Zaken hierbij hebben, omdat hij verantwoordelijk is voor maatschappelijk verantwoord ondernemen van Nederlandse bedrijven. Wellicht dat van tevoren nog een brief naar de Kamer kan komen, over hoe scherp op die koers wordt gevaren. Ik herinner me namelijk van het vorige kabinet dat de staatssecretaris van EZ gewoon een kopje thee ging drinken met C&A, toen bekend werd dat dat bedrijf mensen onder mensonterende omstandigheden laat werken. Ik zou van dit kabinet graag een steviger beleid willen zien.

De voorzitter:

Steun voor het verzoek.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Van harte steun voor het verzoek van de heer Van Ojik.

De heer Leegte (VVD):

Geen steun. Als er een brief komt, dan ook daarbij graag de reactie van de minister van EZ. Misschien kan in die brief ook de beantwoording van door mij gestelde vragen worden meegenomen.

De voorzitter:

Ik interpreteer dit als steun voor de brief en geen steun voor het debat.

De heer Leegte (VVD):

Oké.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Wij steunen dit verzoek.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek voor een debat en voor de brief, want we krijgen nu af en toe wat losse flodders van minister Ploumen. Het zou mooi zijn als ze een brief aan de Kamer stuurt met een integraal beleid op dit punt.

De heer Sjoerdsma (D66):

Steun voor dit verzoek.

De heer Jan Vos (PvdA):

Het betreft hier een zeer ernstig ongeval, dat wij graag op zo kort mogelijke termijn willen bespreken. Volgende week spreken we de minister in een AO, wat een uitstekend moment is om daarover van gedachten te wisselen. Wel steun voor de brief, maar een debat lijkt me op dit moment niet efficiënt.

De voorzitter:

Mijnheer Van Ojik, u hebt steun voor een brief. Daar had u niet eens om gevraagd, maar ik neem aan dat u daartegen geen bezwaar hebt. Wel steun voor een dertigledendebat, geen steun voor een debat zoals door u gevraagd.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

We zullen het volgende week uiteraard betrekken bij het debat met minister Ploumen. Maar wij vinden dit onderwerp zo belangrijk dat een apart debat ons zeer gepast leek. Maar helaas.

De voorzitter:

Oké, dank u wel. Ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Ik blijf even staan.

De voorzitter:

Ik ben even in de war, hoor. U blijft even staan, want u hebt nog een verzoek.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Dank u, voorzitter. Dat verzoek doe ik namens mijn collega Van Tongeren, die aan de overzijde het initiatiefwetsvoorstel over de winkeltijdensluitingswet of hoe die wet ook mag heten, verdedigt. De winkel … nou ja …

De voorzitter:

We zijn allebei in de war, denk ik! De Winkeltijdenwet.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Het gaat over schaliegas. In de afgelopen weken is daarover onduidelijkheid ontstaan. Dat komt eerlijk gezegd door de uitlatingen van de Partij van de Arbeid. Eerst een soort ja, mits: we willen wel schaliegas, mits het schoon en veilig is. Toen een congresuitspraak tegen schaliegas. Toen in de media het bericht dat de motie zou worden uitgevoerd, en vervolgens een nee, tenzij. Omdat wij graag willen weten wat het verschil is tussen ja, mits en nee, tenzij, en wat dit betekent voor de opstelling van dit kabinet, zou ik namens mijn collega hierover een debat met de minister van EZ willen aanvragen.

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor een debat.

De heer De Graaf (PVV):

Ik zou steun willen uitspreken, maar slechts dan wanneer het debat na 1 juli plaatsvindt, maar voor het zomerreces, want op 1 juli komen de resultaten van een onderzoek naar boringen over schaliegas. Als we het zo plannen, dan kunnen we het steunen.

De voorzitter:

Ik denk dat ik dat wel kan toezeggen.

De heer Leegte (VVD):

Geen steun. Er komt een onderzoek, daarna komen de resultaten en dan hebben we het er in dit huis vanzelf over.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

De ChristenUnie steunt het verzoek wel, en graag op korte termijn.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Wij steunen het verzoek ook. Het lijkt me wel logisch om dat onderzoek af te wachten, een plenair debat te houden over dat onderzoek en dat nu vast te plannen.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Steun daarvoor en ik sluit mij aan bij de woorden van collega Van Veldhoven.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Dat geldt ook voor het CDA. Aansluiting bij de woorden van de woordvoerder van D66.

De heer Klein (50PLUS):

Morgen is het VAO Energie gepland. Uiteraard zullen wij daarbij ook de problematiek van het schaliegas aan de orde stellen. Afhankelijk van de eventuele steun van fracties lijkt een debat verstandig en dan na 1 juli, zoals de heer De Graaf aangeeft.

De voorzitter:

Ik interpreteer dit als steun voor het verzoek.

De heer Paulus Jansen (SP):

De SP-fractie krijgt ook graag de resultaten van het onderzoek. Wij zouden daarover graag voor de zomer een debat willen voeren. Dat is wel de laatste week voor het reces. Dus mocht dat betekenen dat het een AO moet worden, dan is dat voor ons beter dan uitstel tot na de zomer.

De voorzitter:

Ik interpreteer dit voorlopig als steun voor het debat.

De heer Jan Vos (PvdA):

Wij wachten graag het onderzoek van de minister af. Wij hebben net uitgebreid met de minister van gedachten gewisseld over schaliegas. Na dat onderzoek gaan wij graag het vervolgdebat aan. Dus op dit moment geen steun.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat. Mijnheer Van Ojik, ik zie geen meerderheid die u steunt. Er is wel voldoende steun voor een dertigledendebat.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Dan wil ik graag een dertigledendebat.

De voorzitter:

Dat kan, met spreektijden van drie minuten per fractie. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet voor de reactie in een brief.

Het woord is wederom aan de heer Van Ojik.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Voorzitter. Ik heb nog een verzoek namens mijn collega Jesse Klaver die vanmiddag terugkomt van huwelijksreis. Hij wil graag van de staatssecretaris van Financiën twee brieven voorafgaand aan het plenaire debat over de Europese top dat op 22 mei is gepland, met daarin een reactie op de cijfers over belastingontwijking die recentelijk door de OESO zijn gepubliceerd en een reactie op het bericht van gisteren in de Volkskrant onder de kop "Fiscus breekt afspraak met Portugese energiereus open". Wij krijgen de reactie op beide punten graag voor het debat op 22 mei.

De voorzitter:

Ik neem aan dat daartegen geen bezwaar bestaat. Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering … nog niet doorgeleiden, want mevrouw Neppérus wil nog iets zeggen.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Ik steun het verzoek om de brieven. Ik wil hierbij wel de kanttekening plaatsen dat het voor die bepaalde datum zal moeten, want iedereen weet dat er straks een ander verhaal van de SEO komt. Daar zou ik liever op wachten. Dus steun voor de brief maar niet voor dit enorm hoge tempo.

De voorzitter:

Ik hoor toch steun om de brief nog voor het debat van volgende week aan de Kamer te sturen. Ik herhaal dat ik dit gedeelte van het stenogram doorgeleid naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Voorzitter. In Spijkenisse staat een prachtig ziekenhuis dat net twintig jaar oud is en dat failliet dreigt te gaan. Het ziekenhuis zou overgenomen worden door drie andere ziekenhuizen. Dat gaat niet door. Nu liggen private aasgieren op de loer en er dreigen acute liquiditeitsproblemen, terwijl de bereikbaarheid van de spoedeisende hulp ernstig in het geding is. Het is een ziekenhuis dat niet gemist kan worden en dat per se niet dicht mag. Daarom wil ik nog deze maand met de minister van Volksgezondheid een debat voeren.

De voorzitter:

Een verzoek om steun voor een nog deze maand te voeren debat.

De heer Anne Mulder (VVD):

Wat de VVD betreft komt er een brief over de situatie van het ziekenhuis waarin de minister vooral ingaat op de aanrijtijden. Op basis van die brief kunnen we alsdan besluiten of we een debat willen.

De voorzitter:

Op dit moment geen steun voor het verzoek.

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Steun voor het debat. De heer Mulder heeft net om een brief gevraagd. Ik zou graag zien dat naar voren komt wat er gebeurt als de cruciale zorg verdwijnt uit dat gebied.

De heer Kuzu (PvdA):

Wij zien graag een brief tegemoet. Geen steun voor het debat.

Mevrouw Pia Dijkstra (D66):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Kuzu.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Steun voor het verzoek van de SP.

Mevrouw Agema (PVV):

Steun voor een brief.

De heer Slob (ChristenUnie):

Ook van onze kant steun voor een brief.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ook de SGP-fractie steunt het verzoek om een brief.

De voorzitter:

Ik hoor geen steun voor een debat, mijnheer Van Gerven.

De heer Van Gerven (SP):

Dat spijt mij. Ik begrijp dat er wel steun is voor een verzoek om een brief. Die brief zou ik dus willen ontvangen, graag voor donderdagmiddag 12.00 uur, zodat wij ons na ommekomst van de brief kunnen beraden op wat ons te doen staat. Ik vraag de minister nadrukkelijk om in te gaan op de vraag of dit een systeemziekenhuis is met betrekking tot de aanrijtijden en de bereikbaarheid. Ik verneem ook graag of de liquiditeitspositie van het ziekenhuis in gevaar is en of er kans bestaat dat het ziekenhuis bijvoorbeeld deze maand de lonen al niet meer kan uitbetalen.

De voorzitter:

Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet.

Het woord is aan de heer Bontes.

De heer Bontes (PVV):

Voorzitter. Voor burgers is 112 de levenslijn. Als een burger in nood zit, moet hij 112 kunnen bellen. Dat moet te allen tijde werken. Dat blijkt in Nederland niet het geval te zijn. Alles wat in dit proces fout kon gaan, is fout gegaan: aansturing, leiding geven, onderhoud, contracten; alles is fout gegaan. Een debat is op zijn plaats. Daarom vraag ik een debat aan met de minister van Veiligheid en Justitie.

De voorzitter:

Dit is dus een verzoek om steun voor een debat.

De heer Dijkhoff (VVD):

Ik kan het verzoek op dit moment niet steunen. Naar aanleiding van het rapport heb ik een technische briefing aangevraagd, omdat ik nu echt wil weten en snappen wat het probleem is voordat ik over oplossingen kan praten. Na de briefing wil ik graag zien of het een AO of een debat wordt, maar we moeten er dan in ieder geval snel over kunnen spreken.

De voorzitter:

U geeft op dit moment dus geen steun voor het verzoek om een debat.

De heer Oskam (CDA):

We hebben al eerder mondelinge vragen over dit onderwerp gesteld. Het rapport is nu beschikbaar. Wij steunen daarom het verzoek om een debat.

Mevrouw Wolbert (PvdA):

De PvdA-fractie vindt eerst een briefing prima. Verder zitten wij op de lijn van collega Klaas Dijkhoff.

De voorzitter:

Ook u geeft dus geen steun aan het verzoek om een debat.

Mevrouw Wolbert (PvdA):

Dat klopt. Wij steunen dat verzoek niet.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Wij steunen het verzoek om een debat wel.

Mevrouw Kooiman (SP):

Wij steunen het verzoek om een debat en wij steunen ook een technische briefing. Desnoods kan dit, als het voor het zomerreces niet lukt, in een algemeen overleg aan de orde komen, maar het is duidelijk dat hierover gesproken moet worden.

De voorzitter:

Mijnheer Bontes, u hebt geen steun van de meerderheid, maar u hebt wel voldoende steun voor een dertigledendebat.

De heer Bontes (PVV):

Dan een dertigledendebat. Een briefing vooraf is prima.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van de vergadering doorgeleiden naar het kabinet. Ik zal het dertigledendebat gaan plannen, met drie minuten spreektijd per fractie.

Het woord is aan de heer Fritsma.

De heer Fritsma (PVV):

Voorzitter. Ik wil graag een debat aanvragen met de staatssecretaris van Veiligheid en Justitie over de versoepelingen van het vreemdelingenbeleid die mogelijk gepaard gaan met de invoering van de strafbaarstelling van illegaliteit. Een kleine toelichting: dit verzoek hangt natuurlijk samen met het eisenpakket dat afgelopen weekend door de PvdA is geformuleerd. Dat eisenpakket roept vragen op. Hoe verhoudt dat zich bijvoorbeeld tot het regeerakkoord en krijgt het de steun van de staatssecretaris en de fracties, zoals de VVD-fractie? Wellicht ten overvloede merk ik op dat de PVV deze maatregelen zo snel mogelijk van tafel wil hebben.

De voorzitter:

Er wordt verzocht om een debat.

De heer Schouw (D66):

Een debat lijkt mij heel redelijk. Ten overvloede meld ik hierbij dat de suggesties van de PvdA-fractie ons zeer aanspreken. Gisteren hebben wij met een aantal fracties een aantal vragen gesteld aan staatssecretaris Teeven over de varianten om de wensen van de PvdA uit te voeren. Ik zou dat debat dus graag willen voeren, maar wel nadat de vragen die wij als fracties hebben gesteld, zijn beantwoord.

De heer Van Hijum (CDA):

De CDA-fractie steunt het verzoek om een debat. Wij hopen dat ook de coalitiepartijen dat verzoek steunen, want de politieke consequentie van de motie die is aangenomen door de ledenraad van de PvdA, kan groot zijn en kan van invloed zijn op de afspraken uit het regeerakkoord. Ik denk dat er snel politieke duidelijkheid gegeven moet worden.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

De fractie van GroenLinks wil ook heel graag weten wat de motie die is aangenomen door de ledenraad van de Partij van de Arbeid, nu echt betekent voor vluchtelingen in Nederland. Wij steunen dus het verzoek en wij steunen ook het verzoek van de heer Schouw.

De heer Azmani (VVD):

Volgens mij is het een goed gebruik in dit huis om überhaupt geen debat te voeren over moties die al dan niet zijn aangenomen tijdens congressen van individuele politieke partijen. Ik heb er dus ook geen behoefte aan om hierover een debat te voeren. Mijn fractie steunt het verzoek om een debat dan ook niet.

Mevrouw Maij (PvdA):

Het zal u misschien niet verbazen, maar wij vinden dit een heel belangrijk onderwerp. Wij hebben hierover de afgelopen tweeënhalve week uitgebreid gedebatteerd binnen onze partij. Ik denk dat het op dit moment aan de orde is om in de volgtijdelijkheid te zien welke brieven het kabinet ons stuurt en welke onderwerpen al op de agenda staan. Dan kunnen wij het debat voeren. Dit betekent dat wij het verzoek voor het debat zoals het nu is aangevraagd, niet steunen.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Steun voor het verzoek van de heer Fritsma en, inderdaad, liefst zo snel mogelijk, want dit is een bijzonder actuele kwestie. Ook steun voor het verzoek van de heer Schouw, want de Kamervragen zijn ook van mijn fractie afkomstig.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik zit hier een beetje mee in mijn maag, want ik vind het een wat rare figuur om aan de regering te vragen, te reageren op moties die op congressen van politieke partijen worden aangenomen. Het is misschien wel een goed idee om het kabinet om een brief te vragen waarin wordt ingegaan op de vraag of er nog actuele aanleidingen zijn om tot bijstelling van het vreemdelingenbeleid te komen.

(hilariteit)

De heer Klein (50PLUS):

Wij hebben enkele weken geleden uitgebreid met de heer Teeven gesproken over de versoepeling die de fractie van 50PLUS bijzonder op prijs stelt. Als er een debat komt – dat verzoek steunen wij – willen wij het tegenovergestelde van de heer Fritsma, namelijk zeker vasthouden aan de versoepelingen.

De voorzitter:

U wilt echter wel hetzelfde als de heer Fritsma als het gaat om het houden van een debat?

De heer Klein (50PLUS):

Uiteraard, want dan kunnen wij dit nog bevestigen.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Het is altijd ontroerend te horen hoe graag de PVV het regeerakkoord uitgevoerd wil zien. Wij hebben dezelfde worsteling als de SGP. Wij zien snel aankomen dat wij geen duidelijke antwoorden krijgen in een debat. Wij willen echter wel graag dat het kabinet in een brief laat weten of het aanleiding ziet om het asielbeleid wat menselijker te maken gezien de huidige ontwikkelingen bij de Partij van de Arbeid. Dus steun voor de vraag om een brief en naar aanleiding van de inhoud van die brief kunnen wij kijken of wij een debat zullen voeren.

De voorzitter:

Op dit moment dus geen steun voor een debat.

De heer Fritsma (PVV):

Ik vind het merkwaardig dat de coalitiepartijen niet thuis geven. De Partij van de Arbeid kondigt met veel bombarie maatregelen aan, maar zij wil daar nu niet over praten. De VVD is zelfs te laf om überhaupt kleur te bekennen en te laten weten hoe zij dit ziet.

Dit neemt niet weg dat er wel steun is voor een dertigledendebat. Dat wil ik dan ook graag op de rol houden. Ik vind het ook prima dat dan vrij snel de vragen van de collega's worden beantwoord, ook met een aanvullende brief zoals is gevraagd door bijvoorbeeld de collega van de SGP.

In die brief wil ik ook graag antwoord op de vraag of het kabinet wel doorgaat met het invoeren van deze wet en niet eerst wacht op deze rare PvdA-maatregelen. Ook wil ik antwoord op de vraag hoe deze maatregelen zich verhouden tot het regeerakkoord waarin staat dat mensen die niet in Nederland mogen blijven, moeten vertrekken. Hoe verhoudt dit zich tot de doelstelling om illegaliteit aan te pakken en tot de doelstelling om meer illegalen terug te sturen naar het land van herkomst?

In die brief wil ik dus ook een helder antwoord op deze vragen. Ik wil die brief graag binnen een termijn van één week ontvangen.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram van dit gedeelte van het debat doorgeleiden naar het kabinet, maar niet dan nadat ik mevrouw Gesthuizen het woord heb gegeven.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voor de zorgvuldigheid: het moge duidelijk zijn dat mijn fractie ruim steun geeft aan het verzoek om een debat zoals de heer Fritsma dat heeft aangevraagd, maar niet aan de positionering die hij nu meent te moeten invullen voor de brief en de toon van die brief.

De voorzitter:

Dit verandert niets aan het stenogram dat ik zal doorgeleiden naar het kabinet.

Ik zal het dertigledendebat inplannen met spreektijden van drie minuten per fractie.

Ik geef nu het woord aan mevrouw Bergkamp van D66.

Mevrouw Bergkamp (D66):

Voorzitter. Er is sprake van fraude met het pgb. Dat hebben we kunnen lezen in heel veel kranten. Ook de staatssecretaris heeft zich erover geuit. Gezien de grote maatschappelijke relevantie van het vraagstuk vraag ik om een debat met de staatssecretaris van VWS, voorafgegaan door een brief met antwoorden op de volgende vragen. Wat zijn nu de feiten? Wat zijn de ontwikkelingen geweest over de afgelopen jaren? Hoe is de situatie nu? Hoe vindt deze fraude plaats en wat heeft de staatssecretaris wanneer aangepakt? Hoeveel geld is inmiddels teruggevorderd? Welke doelen zijn gesteld? Daarbij krijg ik ook graag antwoord op mijn eerder gestelde schriftelijke vragen.

De voorzitter:

Ik hoor twee verzoeken: een verzoek om een brief en een verzoek om steun voor een debat.

Mevrouw Agema (PVV):

Fraude met het persoonsgebonden budget bestaat zo lang als het persoonsgebonden budget bestaat. Ik vind dat het tijd wordt voor een plan van aanpak dat ook werkt en een oplossing biedt. Daarom steun voor een brief waarin dat naar voren komt en eveneens steun voor het debat.

De heer Anne Mulder (VVD):

Steun voor de brief en steun voor het debat. Ik wil daaraan iets toevoegen. Het volgende punt van de regeling gaat over onterechte declaraties en valse facturen bij ziekenhuizen. Wij nemen dat punt graag mee in de brief, zodat de minister van VWS ingaat op de berichtgeving van de NOS en RTL daarover, evenals op de toezeggingen en de moties over zorgfraude die voor het reces zijn aangenomen. Deze brief zou de Kamer deze week moeten bereiken.

De voorzitter:

Heb ik goed gehoord dat u uitbreiding van het debat wilt, zodat het niet alleen gaat over de persoonsgebonden budgetten maar eigenlijk over fraude in de zorg in zijn algemeenheid?

De heer Anne Mulder (VVD):

Precies.

De voorzitter:

U geeft dan dus steun aan zowel het verzoek om de brief als het verzoek om het debat.

Mevrouw Leijten (SP):

In dat kader lijkt het me ook zinvol om naar het verzoek daarna in de regeling te kijken, want dat gaat over fraude met zorgzwaartepakketten. Mijn fractie heeft daarover al schriftelijke vragen gesteld. Ik stel voor om dat debat integraal te voeren met de staatssecretaris en de minister. Als zij vooraf een brief willen sturen over de wijze waarop zij fraude willen bestrijden en de wijze waarop zij dat in het verleden hebben gedaan, is dat prima. Het lijkt mij gezien de actualiteit over de fraude in de zorg echter heel zinvol om snel een integraal debat te hebben over de maatregelen die we moeten treffen om dit te voorkomen.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Het bedrag dat is gemoeid met fraude bij de zorgstellingen en de ziekenhuizen is vele malen hoger, dus wij stellen voor om een breed debat te voeren: niet alleen over het pgb, zoals de fractie van D66 voorstelt, maar over alle fraude in de zorg.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Het pgb is ons zeer lief. Veel mensen maken er op een goede wijze gebruik van, dus wij vinden het met D66 heel kwalijk dat het nu in een kwaad daglicht komt te staan door enkele fraudeurs. Ik steun dus van harte het verzoek van de D66-fractie om te spreken over fraude met het pgb. Door voorgaande sprekers is voorgesteld om het debat uit te breiden naar andere fraude die zich in de zorg voordoet. Ook de ChristenUnie is daarvan geschrokken, dus ik vind dit een prima voorstel waarbij mijn fractie zich kan aansluiten.

De voorzitter:

Steun voor de brief en steun voor het brede debat waarvan een paar woordvoerders al hebben aangegeven dat ze het willen.

De heer Van der Staaij (SGP):

Ik sluit me graag aan bij degenen die hebben bepleit om de punten die nu voor de regeling van werkzaamheden zijn aangemeld – dat zijn eigenlijk drie verzoeken – te bundelen en dus één brief te krijgen en een debat te voeren over fraude in de zorg.

De heer Otwin van Dijk (PvdA):

Ik was de aanvrager van het derde debat over fraude in de zorg, in dit geval over gesjoemel bij de zorgindicaties. Het lijkt me inderdaad een goed voorstel om alle drie de debatten te combineren tot één debat over fraude, voorafgegaan door een brief over fraude of gesjoemel met persoonsgebonden budgetten, de ziekenhuisdeclaraties en de zorgzwaartepakketindicaties. Steun dus voor één debat met één brief.

Mevrouw Keijzer (CDA):

De afgelopen week is er veel berichtgeving geweest. De miljarden vliegen je bijna om de oren als het gaat over fraude. Tegelijkertijd zijn er vergaande bezuinigingsvoorstellen. Dat maakt het heel nodig dat we met elkaar hierover komen te spreken, dus steun voor verbreding van het verzoek van mevrouw Bergkamp met de andere onderwerpen. In de eerste de beste procedurevergadering zal ik een voorstel doen om een hoorzitting hierover te houden, zodat we er ook vanuit de sector, van de mensen die daar werken – zo moet je het dan bezien – informatie over krijgen.

De voorzitter:

Dat kunt u inderdaad het beste in de procedurevergadering afspreken. Ik hoor wel steun voor de brief en het debat.

De heer Krol (50PLUS):

Ook mijn fractie steunt het verzoek om een brief en het voorstel voor een breed debat.

De voorzitter:

Mevrouw Bergkamp, u deed eigenlijk een ander verzoek, maar er is brede steun om een breed debat te houden over fraude in de zorg, voorafgegaan door een brief waarin op alle punten van fraude die de afgelopen weken in het nieuws zijn geweest, wordt ingegaan. Kunt u leven met het verbreden van uw verzoek op deze manier?

Mevrouw Bergkamp (D66):

Ik heb het punt van de pgb-fraude ingebracht omdat wij daartoe het initiatief hebben genomen. Ik vind het heel goed dat de heer Mulder van de VVD en de heer Van Dijk van de PvdA aandacht vragen voor twee andere onderwerpen. Ik vond het ook aan de partijen zelf om dat kenbaar te maken. Omdat er zoveel maatschappelijke onrust is over fraude in de zorg, lijkt het mij goed om er een breed debat van te maken. Ik steun daarom de integrale aanpak, voorafgegaan door een stevige inhoudelijke brief over alle drie de onderwerpen.

De voorzitter:

De heer Mulder had volgens mij een tijdklem op de brief gezet. Mijnheer Mulder, wanneer wilt u de brief uiterlijk hebben?

De heer Anne Mulder (VVD):

Deze week nog.

De voorzitter:

Is donderdag voor 12.00 uur goed?

De heer Anne Mulder (VVD):

Dat lijkt mij een goed voorstel.

Mevrouw Leijten (SP):

Wij hebben hier onlangs over gesproken, ook over de fraude met het pgb, bijvoorbeeld. Ook zijn er al eerder vragen gesteld over de zorgindicaties. Daarom lijkt het mij zeer logisch dat dit ook mogelijk is. Het lijkt mij dat het ministerie vanaf vorige week al bezig is met maatregelen.

Mevrouw Bruins Slot (CDA):

Naar aanleiding van de laatste stemmingen had de minister van VWS beloofd dat er vandaag een brief zou liggen van de minister van Veiligheid en Justitie over de vraag of het mogelijk is om het aantal rechtszaken dat op het gebied van zorgfraude wordt gevoerd, boven water te krijgen. Helaas hebben wij die brief niet ontvangen. Ik vind dat echt een gebrek aan urgentie. Ik zou die brief dan ook graag met de deadline van de heer Mulder hier in de Kamer willen zien.

De voorzitter:

Ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet. Het debat zal ik plannen. Ik heb gehoord dat de Kamer dit urgent vindt, dus ik zal proberen dit zo snel mogelijk te plannen. De spreektijd bedraagt zes minuten per fractie.

Het woord is aan de heer Slob van de ChristenUnie.

De heer Slob (ChristenUnie):

Voorzitter. Mijn fractie vraagt om uitstel van de stemmingen over de wijziging van de Natuurbeschermingswet, en om een korte heropening van het debat. Wij hebben nieuwe informatie van de staatssecretaris gekregen. Wij moeten een amendement wijzigen en willen dat graag toelichten. Het hoeft niet meteen volgende week, maar een plekje op de agenda in de komende weken zou fijn zijn.

Mevrouw Jacobi (PvdA):

Ik vind dit verzoek alleszins redelijk; wat ons betreft akkoord.

De heer Litjens (VVD):

Ook ik heb geen bezwaar tegen het verzoek van de heer Slob.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik heb geen bezwaar tegen het verzoek van de heer Slob, maar laten wij het niet weken naar voren schuiven. Het gaat om een wetsvoorstel dat er al heel lang ligt. Als een heropening nodig is, dan moet dat wat mijn fractie betreft snel gebeuren.

De heer Geurts (CDA):

Steun voor het verzoek van fractie van de ChristenUnie.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik ben er niet helemaal gerust op dat het de goede kant op gaat met de inzet van de ChristenUnie, maar als er op basis van nieuwe informatie nieuwe vragen zijn voor de staatssecretaris, vind ik dat wij dat op korte termijn wel moeten kunnen doen.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

De fractie van GroenLinks kan het verzoek ook steunen, maar we moeten niet eindeloos wachten.

De heer Van Gerven (SP):

Steun voor het verzoek. Het wetsvoorstel ligt er volgens mij al jaren. Ik ben benieuwd wat er nu weer gaat komen uit het volgende debat.

De heer Dijkgraaf (SGP):

Deze wet mag nog wel een poosje blijven liggen, dus steun voor het verzoek.

De voorzitter:

Ik hoor brede steun voor het verzoek. Omdat het om een korte heropening gaat, zal ik proberen om het debat zo snel mogelijk in te plannen.

Het woord is aan de heer Van Weyenberg.

De heer Van Weyenberg (D66):

Voorzitter. Eind vorig jaar kondigde minister Asscher vol trots aan dat hij een probleem had opgelost: illegaal in Nederland verblijvende jongeren die een mbo-opleiding doen kunnen die afmaken, kunnen hun diploma halen en mogen stage lopen. Helaas bleek begin dit jaar dat het maar een halve oplossing is. Jongeren in de beroepsbegeleidende leerweg blijkt de minister niet die kans te willen geven, niet hun recht op onderwijs te willen laten uitoefenen. Mijn fractie is buitengewoon teleurgesteld over de brief hierover die wij gisteren ontvingen. Daarom willen wij graag een debat.

De voorzitter:

Het verzoek is steun voor een debat.

Mevrouw Voortman (GroenLinks):

Met D66 heeft ook GroenLinks zich eerder zorgen gemaakt over de definitie van wie er wel en niet stage mogen lopen. Wij steunen dit verzoek van harte.

Mevrouw Karabulut (SP):

Ook de SP-fractie steunt het verzoek.

De heer Beertema (PVV):

De PVV-fractie ziet geen aanleiding voor dit debat, dus steunt het verzoek niet.

Mevrouw Hamer (PvdA):

Wij denken dat de brief gewoon keurig via de procedurevergadering kan worden geagendeerd. Wij zullen een verzoek voor een algemeen overleg steunen, maar wij zien geen aanleiding voor een plenair debat over dit onderwerp.

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Steun voor het verzoek voor een debat.

De heer Azmani (VVD):

Geen steun. Het zou een herhaling zijn van het standpunt dat de minister al eerder heeft genoemd in een debat.

De heer Van Hijum (CDA):

Ik steun het verzoek van harte. Het gaat om de uitvoering van een Kamermotie.

De voorzitter:

Ik zie geen steun van de meerderheid van de Kamer voor het houden van een debat, mijnheer Van Weyenberg. U hebt wel voldoende steun voor een dertigledendebat.

De heer Van Weyenberg (D66):

Dat vind ik buitengewoon jammer. Het is een belangrijk onderwerp. Zeker van de PvdA had ik toch op iets meer steun voor de illegalen gehoopt. Ik wil graag een derdigledendebat.

De voorzitter:

Ik zal het inplannen met spreektijden van drie minuten per fractie.

Het woord is aan mevrouw Agnes Mulder.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Voorzitter. Als u rundvlees kocht, at u wellicht paardenvlees. Als u een scharrelei kocht, at u misschien een legbatterijei. Als u groene energie koopt, krijgt u waarschijnlijk gewone energie. De CDA-fractie wil graag een debat met minister Kamp over het consumentenvertrouwen ten aanzien van groene stroom.

De voorzitter:

Het verzoek is steun voor een debat.

De heer De Graaf (PVV):

Het is fantastisch dat wij nu uit de markt mogen vernemen wat de hele Kamer eigenlijk al wist. Iedereen die hier zit, weet het. Nu kunnen wij erover praten dankzij dit verzoek. Ik neem zelf denk ik meteen de windturbines mee, want die horen er ook bij. Het zijn vreselijke dingen. Steun voor het debat.

De heer Paulus Jansen (SP):

Het fenomeen dat in het betreffende artikel wordt beschreven, bestaat op dit moment ruim tien jaar en is in de zesenhalf jaar dat ik in de Kamer zit, ik meen in vijftien debatten, aan de orde geweest. Ik vraag mij af waarom mevrouw Mulder aanleiding ziet om het nu voor de zestiende keer te gaan bespreken. Mocht zij daar toch behoefte aan hebben, stel ik voor om het te betrekken bij het eerstkomende algemeen overleg over energie.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat.

De heer Leegte (VVD):

Geen steun voor dit debat. Het is hoe het systeem werkt. Dat weten wij allang. Er is niets nieuws onder de zon. Het is goed dat het inzicht komt, maar geen steun.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Het lijkt mij ook een punt dat mevrouw Mulder kan inbrengen in het volgende algemeen overleg over energie.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat, dus.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Het CDA steunt heel veel vormen van energie die niet groen zijn en die labelt zij toch groen. Als wij het daarover kunnen hebben, steun ik het debat. Maar dat is volgens mij de insteek niet. Laten wij het maar even zo houden.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat.

Mevrouw Dik-Faber (ChristenUnie):

Ik vind het punt dat de CDA-fractie aankaart zeer essentieel. Vorige week werd bekend dat de groei van duurzame energie in Nederland vorig jaar maar liefst 0,1% was. Er is dus echt een tekort aan groene energie, waardoor grijze energie groen wordt gewassen. Dat vind ik echt verschrikkelijk. Het lijkt mij zeer goed om hier met elkaar over te spreken. Niet in een apart debat, maar zodra het onderwerp op de agenda staat.

De voorzitter:

Geen steun voor het debat.

De heer Jan Vos (PvdA):

Ik ben blij te kunnen constateren dat onder dit kabinet wel fors wordt geïnvesteerd in duurzame energie. Het is een belangrijk onderwerp. Aan deze doorzichtige marketingstunt van de Nederlandse Energie Maatschappij verleent mijn fractie echter geen medewerking.

De voorzitter:

Mevrouw Mulder, u hebt geen steun van de meerderheid van de Kamer voor het houden van een debat.

Mevrouw Agnes Mulder (CDA):

Dat heb ik gehoord. Wij vinden het heel erg belangrijk dat er sprake is van consumentenvertrouwen in groene energie. Daarom wilden wij dat heel graag aan de orde stellen, maar dat zullen wij dan in een gewoon debat nog een keer extra doen.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Berndsen-Jansen.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Voorzitter. Ik wil graag een debat aanvragen met de minister van Veiligheid en Justitie over de explosie aan drugsoverlast en drugshandel in Limburg. Het loopt daar zelfs zo enorm uit de hand dat de burgemeester van Maastricht, die het beleid van de minister omarmde, nu heeft gevraagd naar een onderzoek naar onderliggende criminaliteit en criminele netwerken binnen de drugshandel. Dat vindt hij dringend noodzakelijk. Hij vraagt zelfs om extra mankracht van de politie. Ik denk dat het nu toch echt een keer tijd wordt dat wij hierover fundamenteel spreken in het debat, want het beleid van de minister faalt aan alle kanten.

De heer Oskam (CDA):

Volledige steun.

De heer Van der Steur (VVD):

Wij hebben al veelvuldig over het drugsbeleid gesproken met de minister. Het is goed en belangrijk dat er een brief komt van het kabinet over de recente problematiek in Limburg en Zuid-Nederland, maar wat de VVD betreft is er geen steun voor een debat.

De heer Segers (ChristenUnie):

Dit onderstreept de noodzaak van handhaving. Steun voor het debat, wellicht met een wat andere insteek dan de D66-fractie.

Mevrouw Hilkens (PvdA):

Steun voor de brief. Dan zien wij daarna of een debat nodig is.

De heer Bontes (PVV):

Steun voor het debat, maar betrek hierbij dan ook graag de situatie in Middelburg, want daar is de overlast juist afgenomen, zoals vandaag is gebleken. Dan kun je die situaties goed met elkaar vergelijken. Maar de overlast moet stoppen, dus steun voor het debat.

Mevrouw Kooiman (SP):

Ik heb over dit onderwerp ook schriftelijke vragen gesteld, de D66-fractie naar ik meen ook. Ik ga ervan uit dat die vragen ook gewoon worden beantwoord. Steun voor een debat, hoewel ik mij ook kan voorstellen dat wij het misschien niet redden – maar dan kijk ik de voorzitter aan – voor het zomerreces. Dan moeten wij een algemeen overleg houden, want hierover moet voor de zomer worden gesproken.

De heer Van der Staaij (SGP):

Steun voor een brief.

De voorzitter:

Mevrouw Berndsen, ik zie hier voldoende steun voor een brief en ook voor een dertigledendebat, maar ik zie geen meerderheid voor een debat.

Mevrouw Berndsen-Jansen (D66):

Dan maar weer een keer een brief, voorzitter. Wij hebben er geloof ik al vijf gekregen over dit onderwerp, dus dat schiet niet echt op. Het verbaast mij in hoge mate dat de VVD geen steun geeft voor een debat maar hierover wel mondelinge vragen heeft gesteld die niet gehonoreerd zijn. Ik vind dat echt betreurenswaardig, ook van de kant van de PvdA. Iedere keer lopen die fracties weg voor hun verantwoordelijkheden. Ik heb geen behoefte aan een dertigledendebat. Ik zal om een algemeen overleg vragen in de procedurevergadering. Dan kunnen wij langer en intenser spreken.

De voorzitter:

Dank u wel. Ik zal dit gedeelte van het stenogram doorgeleiden naar het kabinet voor een reactie.

Dan geef ik het woord aan de heer Koolmees.

De heer Koolmees (D66):

Voorzitter. Wij hebben vanmiddag het debat met de staatssecretaris van Financiën over de fraude met toeslagen. Daarvoor is nu vier minuten spreektijd ingepland. Ik heb nog ontzettend veel vragen aan de staatssecretaris. Mijn verzoek is om de spreektijd op te rekken naar zes minuten.

De voorzitter:

Ik kijk naar de Kamer. Ik neem aan dat u daartegen geen bezwaar hebt. Dan zullen wij dat ervan maken.

Het woord is aan mevrouw Van Veldhoven.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Voorzitter. In Nederland hebben wij met elkaar een basisnet voor vervoer van gevaarlijke stoffen afgesproken om het risico van het vervoer van die stoffen te verminderen, maar in dat basisnet zitten knelpunten, in Oost-Nederland, bij Dordrecht, Tilburg en Zwijndrecht. De minister had toegezegd om die knelpunten op te lossen voordat het basisnet in werking zou treden. Zij had beloofd om voor het einde van 2012 die knelpunten aan te pakken. Dat is niet gebeurd. Daarom wil ik graag een debat met de minister over de uitvoering van de motie van de Kamer, over het overleg met de gemeente naar aanleiding van het ongeluk in Wetteren, waar het gaat om de verspreiding van chemicaliën via de riolering en ook over de vraag wat het werk aan het derde spoor nu betekent voor het inzetten van de Betuweroute bij het ontlasten van het basisnet voor het vervoer van gevaarlijke stoffen.

De voorzitter:

Verzoek voor steun voor het houden van een debat. Wie kan ik daarover het woord geven?

De heer Hoogland (PvdA):

Het lijkt mij zinnig als wij eerst een brief ontvangen van het kabinet over wat er in Wetteren is gebeurd. Daarna kunnen wij een debat gaan voeren over de onderwerpen die mevrouw Van Veldhoven terecht aan de orde stelt.

De voorzitter:

De heer Hoogland steunt het verzoek om een debat.

Mevrouw Ouwehand (PvdD):

Ik steun het verzoek ook. Dit lijkt mij ernstig genoeg. Het kan geen kwaad als wij van tevoren een brief ontvangen.

De heer De Rouwe (CDA):

Ook mijn fractie steunt het verzoek om een debat. Ik zou het wel graag al wat sneller voeren, want deze maand of volgende maand vindt nog een overleg plaats met de Duitse minister over het derde spoor. Ik zou graag nog voordat dit overleg plaatsvindt een debat willen voeren. Op die manier kunnen wij met de minister ook de inzet van dat overleg bespreken. Ik realiseer mij dat de resultaten van het onderzoek over Wetteren dan nog niet beschikbaar zijn. Dat onderzoek zal langer duren. Het lijkt mij daarom niet verstandig om deze twee zaken te koppelen. Ik steun dus ook de vraag om een brief over de update van de stand van zaken bij de kunstwerken die zouden worden aangelegd, maar er nog steeds niet zijn.

De heer Van Gerven (SP):

Ook ik steun het verzoek om een debat. Zojuist tijdens het vragenuur kon mijn fractie zich niet aan de indruk onttrekken dat de staatssecretaris, toen zij sprak over het ongeval in Wetteren, de risico's in Nederland nogal bagatelliseerde. Mijn fractie steunt dus het verzoek om een debat. Wij zouden dit het liefst zo snel mogelijk voeren.

Mevrouw De Boer (VVD):

Ik steun het verzoek om een debat nog niet. Mijn fractie wil hierover eerst een brief ontvangen. Aan de hand daarvan kunnen wij bekijken of wij een AO of iets anders moeten inplannen.

De heer Bisschop (SGP):

Mijn fractie steunt het verzoek om een debat. Wij willen graag voorafgaand aan dat debat een brief ontvangen.

De heer Van Ojik (GroenLinks):

Ook de fractie van GroenLinks steunt het verzoek om een debat in te plannen. Ook wij willen graag, voorafgaand aan dat debat, een brief ontvangen.

De heer Klein (50PLUS):

De volgorde is wat mij betreft andersom. Mijn fractie wil eerst een brief ontvangen. Op grond van de brief besluiten wij over het voeren van een debat.

De voorzitter:

U steunt op dit moment het verzoek om een debat dus niet?

De heer Klein (50PLUS):

Nee, wij wachten eerst op de brief.

De heer De Graaf (PVV):

Mijn fractie steunt het verzoek om een debat.

De voorzitter:

Er is voldoende steun voor het voeren van een debat. Ik zal proberen het in te plannen zodat het zo snel mogelijk kan worden gevoerd. Wij hanteren daarbij een spreektijd van vier minuten per fractie. Ik zal het stenogram doorgeleiden naar het kabinet vanwege de brief waar om wordt gevraagd.

Het woord is aan de heer Ulenbelt.

De heer Ulenbelt (SP):

Voorzitter. Ik verzoek mijn collega's om de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid te mogen interpelleren over zo'n 30 piloten die bij de afdeling Neurologie in het ziekenhuis van Enschede zijn gezien. Men verwacht dat zij zenuwbeschadigingen hebben opgelopen als gevolg van chemische stoffen die de cockpit en de cabines van onze verkeersvliegtuigen hebben kunnen binnendringen. Dit is een internationaal probleem en er is veel over bekend. Het lijkt er echter een beetje op dat de Nederlandse industrie en luchtvaart de kop hiervoor in het zand steken. Ik wil daarom de piloten en de passagiers graag helpen door de minister hierover te interpelleren.

De voorzitter:

De heer Ulenbelt zoekt steun voor het houden van een interpellatiedebat.

Mevrouw Hachchi (D66):

Mijn fractie heeft over dit onderwerp al twee keer vragen gesteld. Er zijn hierover ook al een hoorzitting en een debat ingepland. Het mag duidelijk zijn dat ik dit verzoek van de heer Ulenbelt niet kan steunen. Wij wachten eerst de uitkomst van het debat af.

De heer De Rouwe (CDA):

Dit onderwerp is niet vreemd aan de orde van de dag, wat in artikel 133 wordt gevraagd. Bovendien wil mijn fractie hierover in twee termijnen kunnen spreken met de betrokken bewindspersonen. Daarom steunen wij dit verzoek op dit moment niet.

De heer Jan Vos (PvdA):

Mijn fractie steunt het verzoek niet.

De heer Elias (VVD):

De argumenten die het CDA en D66 hebben ingebracht, gelden ook voor mijn fractie. Wij steunen het verzoek daarom niet.

De heer Ulenbelt (SP):

Het debat dat wordt genoemd, zal worden gevoerd met de minister van Infrastructuur en Milieu. Volgens mij zit daar nu net de kern van het probleem. Daarom wil ik het bespreken met de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Hij gaat over arbeidsomstandigheden en over beroepsziekten. Ik doe daarom een dringend appel op de collega's om dit bij de minister te leggen die erover gaat. Dit gaat niet alleen over de vliegveiligheid, maar ook over de gezondheid van vliegcabinepersoneel en van passagiers.

De voorzitter:

Mijnheer Ulenbelt herhaalt zijn verzoek.

Mevrouw Hachchi (D66):

Ik heb zojuist al gezegd dat het goed zou zijn om eerst de resultaten van het debat en de daaraan voorafgaande hoorzitting af te wachten. Wij zouden ervoor kunnen kiezen om bij dat debat ook de minister van Sociale Zaken aan te laten schuiven. Ik zeg nogmaals dat er hierover al het een en ander is ingepland. Ik wil het daarom op deze manier aanvliegen.

De heer De Rouwe (CDA):

Ik wil mijn inbreng wel herhalen, maar volgens mij staat deze nog wel redelijk op het netvlies van eenieder. Het is op korte termijn aan de orde. Dat is een heel goede zaak; een hoorzitting met alles erop en eraan. Mijn fractie hecht bovendien aan twee termijnen die zij zelf ook wil hebben. Bij een interpellatiedebat heeft alleen de heer Ulenbelt twee termijnen en de rest niet. Wij willen graag een volwaardig debat, op een goed moment. Bovendien komt er nog een hoorzitting aan. Wij nemen hiermee allemaal onze verantwoordelijkheid, op de juiste manier.

De voorzitter:

Mijnheer Ulenbelt, ik kan er niet meer van maken. Sorry.

Naar boven