Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 24 april 2008 over de RAZEB.

De heer Ten Broeke (VVD):

Voorzitter. Tijdens het RAZEB-overleg van zo-even is gebleken dat de minister niet langer uitsluit dat hij een Stabilisatie- en Associatieovereenkomst (SAO) met Servië gaat tekenen. Hij zegt de principes te willen handhaven, maar hij vraagt tegelijk om een carte blanche voor creativiteit richting Servië. Die creativiteit kan er voor de VVD-fractie niet uit bestaan dat een akkoord wordt getekend, zolang Mladic niet is uitgeleverd. Op de centrale vraag "poot stijf houden of poot zetten", kwam wat ons betreft geen bevredigend antwoord. Daarom dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, haar handtekening te onthouden aan een Stabilisatie- en Associatieovereenkomst (SAO) met Servië zolang dit land niet volledig en onvoorwaardelijk voldoet aan de principiële voorwaarden die de EU27 zelf heeft gesteld, met name waar het gaat om de fysieke uitlevering van Mladic aan het ICTY in Den Haag,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Ten Broeke, Halsema, Van Bommel, Pechtold en Van der Staaij.

Zij krijgt nr. 810(21501-02).

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Het uitnodigingenbeleid van de Nederlandse regering komt niet helemaal overeen met wat in ieder geval mijn fractie en die van de PvdA, maar ik neem ook aan andere fracties, voor ogen staat. Daarover dien ik de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, in de komende RAZEB aan te dringen op een uitnodiging door de EU aan de Dalai Lama voor een gesprek over de situatie in Tibet;

verzoekt de regering, bij uitblijven van overeenstemming hierover in de RAZEB, zelf de Dalai Lama uit te nodigen voor een gesprek over de situatie in Tibet,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Halsema en Van Dam. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 811(21501-02).

Minister Verhagen:

Voorzitter. Er is uitvoerig gesproken over Servië, over de dilemma's en over het feit dat er geen gemakkelijke oplossingen zijn voor de buitengewoon ingewikkelde situaties en problemen waarmee wij geconfronteerd worden. Ik heb ook aangegeven dat er ten aanzien van de eis van volledige samenwerking van Servië met het Joegoslaviëtribunaal geen verschil van mening is tussen de Nederlandse regering en het Nederlandse parlement in zijn totaliteit, met de indieners van de motie noch met degenen die deze motie niet hebben ingediend. Het uitgangspunt van volledige samenwerking met het Joegoslaviëtribunaal door Servië en uiteraard de noodzaak om met Servië geen SAO te sluiten zonder dat dat is gerealiseerd, delen wij. Juist omdat de argumenten uitvoerig gewisseld zijn, zal ik niet alle elementen herhalen, maar volstaan met de mededeling dat ik de aanneming van deze motie ontraad, gelet op het beperkte en weinig creatieve karakter van deze motie.

Ik heb in het algemeen overleg aangegeven dat wat ons betreft de inzet van de Europese Unie zou moeten zijn, dat er een gesprek plaatsvindt tussen de autoriteiten van China en de Dalai Lama over een vreedzame oplossing. Derhalve ontraad ik ook de aanneming van deze motie.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik dank de minister voor de antwoorden. Over de moties wordt gestemd aan het einde van de vergadering.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven