Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 20 december 2007 over T-DAB vergunninguitgiften.

Mevrouw Gesthuizen (SP):

Voorzitter. Naar aanleiding van het algemeen overleg dat wij vanochtend hebben gevoerd met de staatssecretaris over T-DAB, de digitalisering van de radiofrequenties, dien ik de volgende moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,Gesthuizen

overwegende dat radiofrequenties digitaliseren;

overwegende dat het voor een geslaagde digitalisering nodig is dat een voor de luisteraars aantrekkelijk en pluriform aanbod neergezet wordt;

van mening dat dit aanbod zal moeten bestaan uit alle bestaande landelijke en regionale publieke en commerciële zenders plus een substantieel nieuw aanbod;

overwegende dat er een samenhang bestaat tussen het luisteren naar analoge en digitale radio;

voorts overwegende dat bij de uitgifte van de frequenties een gewogen toets het beste instrument is om pluriformiteit en diversiteit van het radioaanbod te waarborgen;

spreekt als haar mening uit dat van de in Band-III beschikbaar komende frequenties ten minste 80% bestemd moet worden voor radio;

en verzoekt de regering om met een plan te komen dat zorgt voor een gecombineerde verdeling van analoge en digitale frequenties middels een gewogen toets,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Gesthuizen. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 216(24095).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van mening dat de lokale, de publieke en de commerciële radio van groot belang zijn voor verspreiding van lokaal nieuws, alsmede voor de binding die mensen ervaren met hun omgeving en voor de werkgelegenheid;

constaterende dat de L-Band bewust kleinschalig gepland is om ruimte te geven aan lokale omroep;

verzoekt de regering, ervoor te zorgen dat de doorgifte van lokale radio voor het uitzenden op T-DAB op de L-Band wordt gegarandeerd,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Gesthuizen. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 217(24095).

De heer Aptroot (VVD):

Voorzitter. Ik dien twee moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat voor de consument, naast de landelijke, publieke en commerciële radiostations, ook de regionale en lokale radiostations van belang zijn;

overwegende dat de niet-landelijke zenders als rampenzender en als communicatiemiddel voor bedrijven, overheden en andere organisaties onmisbaar zijn;

voorts overwegende dat een afspraak noodzakelijk is waarbij het voor bestaande analoge stations haalbaar is om voorlopig naast elkaar analoog en digitaal uit te zenden;

constaterende dat de uit te geven T-DAB frequenties de mogelijkheid bieden om een compleet digitaal aanbod aan consumenten van zowel publieke als commerciële stations met landelijke, regionale en lokale distributie te realiseren;

spreekt als haar mening uit dat daartoe de nu uit te geven frequenties voor 80% voor radio moeten worden bestemd en dat de uitgifte zodanig moet geschieden dat regionale en lokale radio deel kunnen uitmaken van het digitale aanbod;

verzoekt de regering, de Kamer een voorstel voor vergunninguitgifte voor te leggen waarbij reservering voor radio, deelname van zowel publieke als commerciële stations met landelijke, regionale en lokale verspreiding en het voorlopig naast elkaar functioneren van het bestaande analoge en het nieuwe digitale pakket, waarvan de bestaande analoge zenders ook deel uitmaken, de uitgangspunten zijn,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Aptroot. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 218(24095).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat er eindelijk extra frequentieruimte beschikbaar komt voor de uitgifte van T-DAB frequenties;

constaterende dat KPN op dit moment ruim 90% van de frequentieruimte in bezit heeft waardoor marktwerking belemmerd wordt;

spreekt als haar mening uit dat van de nu uit te geven frequenties géén frequentieruimte aan KPN moet worden uitgegeven;

verzoekt de regering, bij de vergunninguitgifte van de nieuwe frequenties deze uitsluiting van de dominante marktpartij te regelen,Aptroot

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Aptroot en Van Dam. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 219(24095).

De heer Atsma (CDA):

Voorzitter. Naar aanleiding van het algemeen overleg dat vanmorgen is gehouden, dien ik mede namens de heer Kortenhorst de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de voorgenomen uitgifte van T-DAB frequentieruimte kansen biedt aan zowel de publieke als de commerciële radio;

overwegende dat het noodzakelijk is dat voor de verdere ontwikkeling van digitale radio voldoende frequentieruimte wordt gereserveerd;

stelt vast dat het voorstel dat aan de Kamer is voorgelegd onvoldoende tegemoetkomt aan de vraag van zowel publieke als commerciële partijen;

stelt voorts vast dat in de verdere uitwerking ook nadrukkelijk rekening moet worden gehouden met wensen van regionale en lokale omroepen;

verzoekt de regering, meer frequentieruimte voor radio te oormerken en beschikbaar te stellen dan tot nu toe is voorzien,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Atsma en Roland Kortenhorst. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 220(24095).

Staatssecretaris Heemskerk:

Voorzitter. De twee moties van mevrouw Gesthuizen en de eerste motie van de heer Aptroot komen in feite op hetzelfde neer. Met deze moties willen de indieners komen tot meer radio vergeleken met mijn voorstel. Men husselt hiervoor in mijn voorstel. Ik ontraad het aannemen van deze drie moties, omdat het aannemen tot gevolg zou hebben dat commerciële radio extra zou worden gesubsidieerd. Technologische mogelijkheden en nieuwe toepassingen zouden bovendien worden beperkt. Het voorstel dat er nu ligt, maakt een goede spreiding mogelijk. Daarom ontraad ik met kracht het aannemen van deze drie moties.

De tweede motie van de heer Aptroot gaat over de wens om KPN volledig uit te sluiten bij het bieden op de drie T-DAB-kavels. De NMa en de OPTA adviseren om KPN voor één kavel uit te sluiten. Ik heb de Kamer al laten weten dat ik verder wil gaan dan dit advies en KPN wil uitsluiten voor zelfs twee kavels. Dit wil ik doen om ruimte te creëren voor een nieuwkomer en om te zorgen voor voldoende concurrentie bij de toepassingen van mobiele beelden. Er is geen grond om KPN van drie kavels uit te sluiten, mede gelet op het NMa-OPTA-advies. Daarom ontraad ik het aannemen van deze motie.

Ik kom ten slotte op de motie van de heren Atsma en Kortenhorst. Ik heb goed geluisterd naar de Kamer. Iedereen wil door met de vergunninguitgifte. Ik heb begrip voor het feit dat er meer radiofrequentie beschikbaar dient te komen. Wij doen voorstellen voor extra ruimte voor digitale radio en de regering wil T-DAB-radio succesvol maken door te zorgen voor zowel kritische massa als voldoende spreiding, zowel landelijk, regionaal als lokaal en zowel publiek als commercieel. Ik zie kans om de komende jaren uitvoering te geven aan deze motie. Daarom laat ik het oordeel hierover over aan de Kamer.

De voorzitter:

Ziet de indiener van de motie in deze toezegging aanleiding om zijn motie in te trekken?

De heer Atsma (CDA):

De staatssecretaris zei dat hij mogelijkheden ziet om meer ruimte voor radio te creëren. Daarvóór wees hij echter een motie van de heer Aptroot buitengewoon stevig af. De heer Aptroot ging in zijn motie veel verder dan ik in die van mij. Ik heb daarom begrip voor de afwijzing door de staatssecretaris. Om echter te markeren dat er meer ruimte beschikbaar moet worden gesteld dan tot nu toe is voorzien, wil ik mijn motie toch in stemming brengen.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Wij gaan vanavond over de moties stemmen.

Naar boven