Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 18 december 2007 over alcoholbeleid.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Mevrouw de voorzitter. Namens de CDA-fractie dien ik drie moties in.

De Kamer,Joldersma

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering gemeentebesturen de vrijheid wil geven, de leeftijdsgrens voor alcohol in hun gemeente te verhogen van 16 jaar naar 18 jaar;

overwegende dat een tweetal gemeenten/regio's met specifieke alcoholproblematiek en/of een voortrekkersrol in het alcoholbeleid willen experimenteren met onder andere een hogere leeftijdsgrens;

overwegende dat het wenselijk is voor wat betreft de leeftijdsgrenzen geen verschillende regimes in verschillende gemeenten te laten ontstaan;

overwegende dat het mogelijk is om via een gedegen experiment in een beperkt aantal gemeenten/regio's nieuwe effectieve beleidsmaatregelen te ontwikkelen;

verzoekt de regering, een klein aantal gemeenten die dat willen in aanmerking te laten komen voor een experiment met onder andere leeftijdsgrenzen, en het experiment binnen twee jaar systematisch te evalueren en daaruit conclusies te trekken voor effectieve beleidsmaatregelen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Joldersma en Voordewind. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 36(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat excessief alcoholgebruik van jongeren in legale huiskamerketen en buurtketen lastig door de overheid is aan te pakken;

overwegende dat huiskamerketen en buurtketen een positieve sociale functie kunnen vervullen mits de jongeren en hun ouders er voldoende toezicht op houden dat verantwoord wordt omgegaan met alcohol;

verzoekt de regering om met de VNG een landelijke gedragscode te laten ontwikkelen rond huisregels voor veilig alcoholgebruik in buurt- en huiskamerketen en deze gedragscode via de VNG publiek te maken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Joldersma, Voordewind en Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 37(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat excessief alcoholgebruik van jongeren voort kan vloeien uit de late sluitingstijden van de horecagelegenheden;

overwegende dat de Hoofdlijnenbrief alcoholbeleid van de regering weinig houvast biedt voor het omgaan met sluitingstijden ter vermindering van de alcoholproblematiek van jongeren;

overwegende dat de regering gemeenten de ruimte gaat bieden om sluitingstijden aan leeftijden te koppelen;

verzoekt de regering om met de VNG een landelijke gedragscode te laten ontwikkelen voor vroeg-op-staptijden in de horeca voor jongeren en deze gedragscode via de VNG publiek te maken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Joldersma, Voordewind en Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 38(27565).

Mevrouw Leijten (SP):

Voorzitter. Ik dien de volgende twee moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat in de horeca bij een gemixt drankje de sterke drank de basisnorm is voor de alcoholsterkte en de normering niet geldt bij een gemixt drankje in een voorverpakking;

constaterende dat de mixdrankjes verkocht worden in supermarkten waar geen sterke drank verkocht mag worden;

van mening dat de mixdrankjes door de verkoop in supermarkten gemakkelijk verkrijgbaar zijn voor jongeren onder de 18 jaar;

van mening dat de leeftijdsgrens van 18 jaar voor het kopen van sterke drank gehandhaafd dient te worden en dat de handhaving door de verkoop van de gemixte sterke drank in voorverpakkingen onduidelijk wordt;

verzoekt de regering, te onderzoeken of de Drank- en horecawet gewijzigd kan worden op zo'n wijze dat het alcoholgehalte van de sterke drank geldt bij een gemixt drankje in een verpakking en hierover de Kamer te informeren voor de zomer 2008,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 39(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat er – naast radio en televisie – veel reclame gemaakt wordt voor alcohol, bijvoorbeeld in bioscopen, met gadgets en in de openbare ruimte;

overwegende dat deze vormen van promotie soms specifiek gericht zijn op jongeren en hun omgeving, en kunnen aanzetten tot (meer) drinken van alcohol;

verzoekt de regering, onderzoek te doen naar de mogelijkheden om alcoholpromoties gericht op jongeren, zoals in bioscopen, te beperken en zo mogelijk te verbieden, en daarover de Kamer te informeren voor de zomer van 2008,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Leijten, Voordewind en Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 40(27565).

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Mevrouw de voorzitter. Ik dien de volgende moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat alcoholgebruik zeer slecht is voor de ontwikkeling van jongeren en tot blijvende gezondheidsschade kan leiden;

overwegende dat de norm "onder de 16 geen alcohol" nauwelijks gedragen wordt en dat dit onwenselijk is;

overwegende dat er een eenduidig landelijk beleid nodig is om een norm te zetten;

overwegende dat verschil in beleid tussen gemeenten kan leiden tot onduidelijkheid en dit niet bijdraagt aan de landelijke norm die tussen de oren moet komen;

constaterende dat de regering gemeenten de bevoegdheid wil geven om zelf te bepalen om de leeftijd naar 18 te verhogen;

verzoekt de regering, de lokale overheid geen bevoegdheid te geven om de alcoholleeftijd naar 18 jaar te verhogen en de leeftijdsnorm op 16 jaar te houden,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Bouwmeester, Van der Ham en Schippers. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 41(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat alcoholgebruik zeer slecht is voor de ontwikkeling van jongeren en tot blijvende gezondheidsschade kan leiden;

overwegende dat de norm "onder de 16 geen alcohol" nauwelijks gedragen wordt en dat dit onwenselijk is;

overwegende dat er een eenduidig landelijk beleid nodig is om een norm te zetten;

overwegende dat verschil in beleid tussen gemeenten kan leiden tot onduidelijkheid en dit niet bijdraagt aan de landelijke norm;

constaterende dat de verkoop aan jongeren onder de 16 al niet toegestaan is;

overwegende dat jongeren onder de 16 jaar in Nederland gemakkelijk aan alcohol kunnen komen;

verzoekt de regering, het in bezit hebben van alcohol onder de 16 in de openbare ruimte landelijk strafbaar te stellen en dit niet aan gemeenten te laten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Bouwmeester en Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 42(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat alcoholgebruik zeer slecht is voor de ontwikkeling van jongeren en tot blijvende gezondheidsschade kan leiden;

overwegende dat de norm "onder de 16 geen alcohol" nauwelijks gedragen wordt en dat dit onwenselijk is;

overwegende dat er een eenduidig landelijk beleid nodig is om een norm te zetten;Bouwmeester

overwegende dat verschil in beleid tussen gemeenten kan leiden tot onduidelijkheid, en dat dit niet bijdraagt aan de landelijke norm die tussen de oren moet komen;

overwegende dat de verkoop van alcohol aan jongeren onder de 16 jaar niet toegestaan is;

constaterende dat 85% van de jongeren onder de 16 jaar toch in supermarkten in Nederland alcohol kan kopen;

overwegende dat supermarkten die toch alcohol verkopen aan jongeren onder de 16 jaar strenger aangepakt moeten worden;

constaterende dat de regering de burgemeester de bevoegdheid wil geven om een alcoholafdeling van een supermarkt te sluiten indien alcohol onder de 16 jaar wordt verkocht;

verzoekt de regering, landelijk vast te leggen wanneer een supermarkt de alcoholafdeling moet sluiten wegens verkoop van alcohol aan jongeren onder de 16 jaar, zodat alle verkooppunten onder een vergelijkbaar regime vallen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Bouwmeester. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 43(27565).

De heer Van der Ham (D66):

Mevrouw Bouwmeester heeft een motie ingediend om handhaving van de alcoholverkoop onder de 16 jaar niet aan gemeente over te laten maar aan de rijksoverheid. Zij heeft in haar inbreng in het algemeen overleg ook gezegd dat het niet moet leiden tot keihard optreden met celstraffen, maar dat het gezocht moet worden in voorlichting en dat soort zaken. In de motie stelt mevrouw Bouwmeester dat het wel strafbaar moet worden gesteld. Is het dus al haar conclusie dat dit de beste vorm is om dat beleid in te voeren?

Mevrouw Bouwmeester (PvdA):

Wij willen dat verkoop van alcohol aan jongeren onder de 16 jaar landelijk strafbaar wordt gesteld. De straf moet vooral een educatief karakter hebben. Het gaat er dus niet om om daders te betrappen en een boete te laten betalen. Het biedt de mogelijkheid om verplichte hulp te kunnen bieden.

Mevrouw Schippers (VVD):

Voorzitter. Wij zien af van het indienen van moties over strafbaarstelling van bezit of koop in afwachting van de brief die de regering heeft toegezegd.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat al jaren wordt toegezegd dat de administratievelastendruk die de Drank- en horecawet met zich meebrengt zal worden verlaagd;

constaterende dat dit door de regering wederom is vertraagd;

verzoekt de regering, met spoed de toegezegde lastenverlichting door te voeren en zo nodig vooruitlopend daarop in overleg met de sector overgangsmaatregelen te treffen aangaande versnelde afschaffing in de dagelijkse praktijk van evident overbodige administratieve verplichtingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Schippers. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 44(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering voorstelt, een reclameverbod in te stellen tussen 06.00 en 21.00 uur;

constaterende dat in een westerse, open en vrije samenleving alcohol een legaal product is dat onderdeel uitmaakt van de cultuur en waarvoor derhalve ook reclame moet kunnen worden gemaakt;

van mening dat de overheid een taak heeft waar het gaat om bescherming van minderjarigen, het tegengaan van misbruik en overlast;

constaterende dat de sector haar verantwoordelijkheid dienaangaande ook heeft genomen en de strengste zelfregulering in Europa tot stand heeft gebracht, waaronder dat 75% van de kijkers 18 jaar of ouder moet zijn om alcoholreclame te mogen uitzenden;

constaterende dat de regering voorafgaand aan het voorstel van een reclameverbod niet eens heeft onderzocht of de zelfregulering netjes wordt nageleefd en of de zelfregulering überhaupt effectief is;

verzoekt de regering, af te zien van een reclameverbod, de zelfregulering te evalueren en te bezien of deze regulering daadwerkelijk zinvol is, met andere woorden of er een causaal verband bestaat tussen alcoholreclame en het drinkgedrag van jongeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Schippers. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 45(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,Schippers

constaterende dat de alcoholbrief van de regering een beleidmix presenteert bestaande uit regulering – waaronder prijsmaatregelen, minder verkooppunten, beperking openingstijden, aanscherping van leeftijdsgrenzen – meer toezicht en overheidsinterventies;

constaterende dat de regering geen investeringsagenda heeft om het preventiebeleid in positieve, opbouwende zin vorm te geven;

constaterende dat vergroting van de weerbaarheid van (jonge) mensen geen enkele rol heeft in de beleidsinstrumentenmix van de regering;

constaterende dat er geen enkele poging wordt gedaan, oorzaken te zoeken en alternatieven aan jongeren te bieden;

verzoekt de regering, de beleidsmix met deze elementen aan te vullen en aan de Kamer te presenteren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Schippers, Dibi en Van der Ham. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 46(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat alcoholverslaving een groeiend probleem is onder jongeren;

constaterende dat er op specifieke plaatsen veel ervaring is opgedaan met de acute aanpak, op de zogenaamde alcoholpoli's, maar ook met anonieme e-consulten en andere verslavingshulp;

van mening dat de bestaande kennis veel sneller en breder moet worden verspreid over Nederland;

verzoekt de regering, extra inspanningen te plegen om succesvol zorgaanbod versneld en gespreid over Nederland uit te rollen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Schippers, Van der Ham en Dibi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 47(27565).

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Ik wil graag de volgende moties indienen.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de aanschaf van alcohol en alcoholgebruik onder de 16 moet worden tegengegaan;

constaterende dat de regering overweegt, het bezit van alcohol onder de 16 bij wet te verbieden;

verzoekt de regering, bij het mogelijk invoeren van een wettelijk verbod te voorkomen dat jongeren uit angst voor straf schromen hulp te zoeken,

en dat mogelijke wetgeving als voornaamste doel heeft:

  • - het verschaffen van een aanleiding om dwingende voorlichting te bieden aan jongeren;

  • - het verschaffen van een aanleiding om, indien nodig, hulpverlening te verlenen;

  • - het aanspreken van ouders op hun verantwoordelijkheid,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Ham. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 48(27565).

De heer Van der Ham (D66):

Voorzitter. Naar aanleiding van het interruptiedebatje met mevrouw Bouwmeester dien ik nog de volgende moties in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering het invoeren en handhaven van een mogelijk verbod op het bezit van alcohol onder de 16 aan gemeenten wil overlaten;

overwegende dat zowel uit oog van rechtszekerheid, als voor de doelstelling dat een dergelijk verbod moet leiden tot gerichte voorlichting en hulpverlening, het onwenselijk is dat er verschillende regimes in verschillende gemeenten gelden;

verzoekt de regering, het mogelijke verbod op het bezit van alcohol onder de 16 in ieder geval niet over te laten aan gemeenten,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Ham. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 49(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,Van der Ham

overwegende dat in veel gebieden een tekort is aan uitgaansmogelijkheden voor jongeren tussen de 12 en 18 jaar;

constaterende dat bij bepaalde groepen jongeren drankgebruik plaatsvindt in geïmproviseerde, zelfgecreëerde, vaak illegale gelegenheden zoals "keten";

overwegende dat dit omwille van zowel veiligheid als vanwege volksgezondheidsoverwegingen niet gewenst is, in het bijzonder vanwege mogelijk (bovenmatig) alcoholgebruik van jongeren onder de 16;

constaterende dat veel van de voorstellen die drankmisbruik onder de jongeren moeten terugdringen, gericht zijn op repressie en er ook aandacht dient te zijn voor positieve prikkels voor jongeren;

verzoekt de regering, met gemeenten in gesprek te gaan hoe betere uitgaansmogelijkheden voor jongeren tussen de 12 en de 18 jaar gerealiseerd kunnen worden en in het rijksbeleid initiatieven daartoe te ondersteunen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Ham en Dibi. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 50(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de regering de verhoging van de accijns op alcohol wil gebruiken om alcoholgebruik van jongeren te ontmoedigen;

constaterende dat deze verhoging generiek is, dus meerderen treft dan de doelgroep;

overwegende dat de regering stelt dat er slechts beperkte heil mag worden verwacht van deze accijnsverhoging voor ontmoediging en dat zij slechts een zeer minieme verhoging doorvoert om het generieke effect te verkleinen;

overwegende dat derhalve nauwelijks effect van deze maatregel te verwachten valt;

verzoekt de regering, van de voorgenomen verhoging van de accijns op alcoholische dranken af te zien,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Ham, Schippers en Agema. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 51(27565).

De heer Van der Vlies (SGP):

Mevrouw de voorzitter. Op 22 november jongstleden diende ik een motie in, die ik aan het eind van dat debat aanhield tot aan dit debat. Ik verzoek u, deze motie aan de agenda van dit VAO toe te voegen. Het gaat om Kamerstuk 31200-XVII, nr. 29. Omdat deze motie verderstrekkend is dan de eerste, door mevrouw Joldersma ingediende motie, heb ik het verzoek om deze eerder in stemming te laten komen en daarna de motie van mevrouw Joldersma. Dat weet zij, want dat heb ik met haar besproken. Dan heb ik nog twee moties.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat een verbod op alcoholreclame op radio en televisie tussen 06.00 en 21.00 uur een goede stap is ter bescherming van jongeren;

overwegende dat het bereik van alcoholreclames onder jongeren na 21.00 uur nog erg groot is en dat de beschermende waarde tegen schadelijke invloeden van die reclames daarom te beperkt is;

verzoekt de regering, het verbod op alcoholreclames ten minste te laten gelden tot 22.00 uur,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Van der Vlies en Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 52(27565).

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat alcoholbezit van jongeren problemen kan veroorzaken in het kader van de openbare orde;

van mening dat doorverkoop van alcoholische dranken aan jongeren de wettelijke leeftijdsgrenzen ondergraaft;

verzoekt de regering, deze doorverkoop van alcoholhoudende dranken strafbaar te stellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van der Vlies. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 53(27565).

De heer Voordewind (ChristenUnie):

Voorzitter. In eerste termijn heb ik gepoogd, de collega's te wijzen op de onherstelbare schade aan de hersenen bij het drinken van alcohol, vooral door personen jonger dan 18 jaar. Alle gezondheidsinstellingen wijzen daarop. De Kamer blijkt zich wel bewust te zijn van deze feiten, maar heeft niet het gevoel van urgentie om door te pakken tot 18 jaar, met uitzondering van de SGP-fractie. Daarom heeft mijn fractie contact gezocht met de CDA-fractie en zijn wij gekomen tot de motie die net is voorgelezen door de collega van de CDA-fractie. Ik kom ook nog met een eigen motie over labeling, waarvoor de SP-fractie ook aandacht heeft gevraagd.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat (overmatig) alcoholgebruik gevaar oplevert voor de gezondheid, in het bijzonder voor jongeren en zwangere vrouwen, en bovendien gevaar oplevert in het verkeer en risicovolle werksituaties;

constaterende dat in een aantal andere Europese landen alcoholhoudende dranken worden voorzien van een label met een waarschuwingstekst;

van mening dat de voorlichting over deze schadelijke effecten van (overmatig) alcoholgebruik in Nederland verbetering behoeft;

verzoekt de regering, in samenwerking met de branche en gezondheidsinstellingen onderzoek te doen naar de mogelijkheden om te komen tot een duidelijk zichtbaar label waarin wordt gewezen op de schadelijke effecten van (overmatig) alcoholgebruik en de Kamer daarover voor de zomer van 2008 te informeren,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Voordewind en Leijten. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 56(27565).

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. Laten wij ook iets leuks doen voor de jongeren.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat als jongeren geen plek hebben om uit te gaan, zij zich in hokken en keten gaan vermaken met het drinken van grote hoeveelheden alcohol;

overwegende dat jongeren beter in een veiligere omgeving kunnen uitgaan;

verzoekt de regering, in haar gesprekken met de branche, gemeenten, ouders en jongeren de mogelijkheid tot het verruimen van de openings- en sluitingstijden van horecagelegenheden te betrekken,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Dibi, Schippers en Van der Ham. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 55(27565).

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Ik dien de volgende motie in.

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verzoekt de regering, het meerijden met een jongere tot 21 jaar die alcohol gedronken heeft strafbaar te stellen,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Agema. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 54(27565).

Minister Klink:

Mevrouw de voorzitter. Mevrouw Bouwmeester vroeg in haar motie op stuk nr. 43 om landelijk vast te leggen dat burgemeesters als sanctie voor het verkopen van alcohol aan jongeren beneden de 16, de winkelier de vergunning om alcohol te verkopen, moeten kunnen ontnemen. Juist omdat wij de burgemeester die bevoegdheid geven, is er op dat punt volgens ons gemeentelijk maatwerk nodig. De proportionaliteit van de straffen en sancties moet voortdurend afgewogen worden. Om die reden ontraden wij aanneming van deze motie.

Mevrouw Schippers vroeg in haar motie op stuk nr. 46 om een beleidsmix waarin, zo vertaal ik haar overwegingen maar vrij, ook enkele positieve dingen worden meegenomen. Die beleidsmix zit volgens ons in de brief. Wij hebben het niet voor niets over het financieel willen ondersteunen van anonieme e-consulten en over voorlichting en meer ruimte voor de gemeenten, want het heeft alles te maken met het integrale jeugdbeleid dat de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties tijdens het algemeen overleg memoreerde. Om die reden ontraden wij ook aanneming van deze motie.

Mevrouw Schippers vraagt in haar motie op stuk nr. 47 om het zorgaanbod rondom alcoholpoli's en dergelijke versneld uit te rollen over Nederland. Ik heb uw Kamer toegezegd daarin in januari een gesprek te zullen voeren met de heer Van der Lely en de overige erbij betrokkenen, vooral in de eerste lijn. Wij zien deze motie als ondersteuning van het beleid. Het oordeel daarover laat ik graag aan de Kamer over.

Mevrouw Schippers heeft voorts op stuk nr. 44 een motie ingediend over verlichting van de administratievelastendruk. Wij hebben inderdaad lastenverlichting toegezegd. Deze heeft met name te maken met de vergunningensfeer en de horecagelegenheden. Wij willen daarvoor een pakket voorleggen dat integraal is qua uitvoering en gegeven de Drank- en horecawet. Om die reden ontraad ik aanvaarding van de motie, al onderschrijven wij de strekking ervan. Wij verschillen alleen met mevrouw Schippers van mening over het tijdstip waarop het moet gebeuren.

De heer Van der Ham vraagt in zijn motie op stuk nr. 48 in feite om niet de negatieve sleutel te hanteren in het beleid inzake het bezit en het gebruik van alcohol door jongeren onder de 16, maar de positieve, in de vorm van voorlichting en hulpverlening. Die motie spreekt ons aan en bevat eigenlijk meer een oproep om een bepaalde sfeer te creëren dan een pleidooi voor bepaalde maatregelen. Ik laat het oordeel over de motie graag aan de Kamer over.

De heer Van der Ham (D66):

Als de minister zegt dat de doelstelling niet bij wijze van spreken is het puur in de cel gooien van kinderen, maar dat hij gaat werken aan een wet waarmee hij vooral hulpverlening op het oog heeft, dan trek ik mijn motie in.

Minister Klink:

Ja, ik onderstreep ook de woorden van mevrouw Bouwmeester op dit punt. Waar de burgemeester bevoegdheden krijgt en de 16-jaarsgrens aan de orde is, willen wij de sleutel hanteren van educatie en niet van afstraffen.

De heer Van der Ham (D66):

Dan trek ik mijn motie in.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Van der Ham (27565, nr. 48) is ingetrokken, maakt deze geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

Minister Klink:

De heer Dibi verzoekt de regering in zijn motie op stuk nr. 55 om in gesprekken met branche, gemeenten, ouders en jongeren de mogelijkheid tot verruiming van openings- en sluitingstijden van horecagelegenheden te betrekken. Wij hebben dat in feite al in onze brief toegezegd. Tijdens het algemeen overleg heb ik aangegeven dat wij sluitingstijden en leeftijdsgrenzen juist met elkaar willen verbinden en de gemeenten daartoe de mogelijkheid willen geven. In die zin zie ik de motie als een ondersteuning van ons beleid.

De motie van de heer Van der Vlies strekt ertoe doorverkoop strafbaar te stellen. Wij gaan het bezit van alcohol door jongeren beneden de 16 strafbaar stellen. Inderdaad wordt dan degene die onder de 16 is en alcohol aanneemt strafbaar. Ook degene die boven de 16 is en alcohol doorverkoopt aan iemand die dat niet is, zou strafbaar kunnen worden gesteld. Ik neem deze gedachte graag mee in de brief die de Kamer nog zal ontvangen over de verkoop aan onder de 16-jarigen, mede naar aanleiding van het feit dat wij die verkoop landelijk strafbaar willen stellen. Ik verzoek de heer Van der Vlies om zijn motie aan te houden. Het is duidelijk dat ik de motie met een positieve intentie zal betrekken bij onze nadere overwegingen, maar daaraan mag hij geen verwachtingen ontlenen.

Minister Ter Horst:

Voorzitter. Er zijn drie moties ingediend over de leeftijdsgrenzen 16 en 18. Mevrouw Joldersma gaat in haar motie minder ver dan het kabinet in zijn beleidsprogramma. Wij beoordelen de motie als zeer constructief, al delen wij niet alle overwegingen die erin staan, maar dat hoeft ook niet. Op basis van het dictum moet ik evenwel concluderen dat de motie het, conform hetgeen het kabinet wil, mogelijk maakt dat in bijzondere gevallen op verzoek van gemeenten de leeftijdsgrenzen worden opgetrokken. Dat betekent dat wij geen bezwaar tegen de motie hebben en dat we het oordeel aan de Kamer laten.

Over hetzelfde onderwerp heeft mevrouw Bouwmeester een motie ingediend: de lokale overheid zou niet de bevoegdheid moeten krijgen om de alcoholleeftijd naar 18 jaar te verhogen. Deze motie is strijdig met het beleidsprogramma van het kabinet en daarom moet ik haar ontraden.

Dat geldt ook voor de motie van de heer Van der Ham: ook hij verzoekt de regering om het mogelijke verbod op het bezit van alcohol onder 16 jaar in ieder geval niet over te laten aan de gemeente. Ook dat is strijdig met de tekst van het beleidsprogramma, dus met wat het kabinet wil, en daarom ontraad ik deze motie.

Mevrouw Joldersma diende verder een motie in over de ontwikkeling, samen met de VNG, van een landelijke gedragscode voor huisregels rond veilig alcoholgebruik in buurt- en huiskamerketen. Zij verzoekt de regering, deze gedragscode via de VNG publiek te maken. Het probleem dat wij met deze motie hebben, is dat hiermee wordt gesuggereerd dat wij enthousiast zouden zijn over buurt- en huiskamerketen. Uit het gesprek tussen kabinet en Kamer had ik juist opgemaakt dat we daar niet enthousiast over zijn en maatregelen willen nemen om die tegen te gaan; de ontwikkeling van een landelijke code zou het bestaan van die keten legitimeren.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Dat snap ik, maar het gaat mij met name om de eerste overweging. U heeft zelf in het overleg gezegd dat die huiskamerketen soms legaal zijn en met wetgeving niet kunnen worden aangepakt, omdat het privéterrein betreft. Omdat de overheid geen middelen heeft, vinden wij het juist nodig om ouders een handreiking te kunnen bieden.

Minister Ter Horst:

Ik denk dat dit wat minder ver gaat dan een landelijke gedragscode. Ik heb er geen bezwaar tegen ouders een handreiking te geven voor de omgang met buurt- en huiskamerketen. Ik heb de indruk dat u eigenlijk ook niet doelt op een landelijke gedragscode, waaraan mensen zich zouden moeten houden. Met die interpretatie heb ik geen bezwaar tegen de motie.

Een andere motie van mevrouw Joldersma en anderen verzoekt de regering om met de VNG een landelijke gedragscode te laten ontwikkelen voor vroeg-op-staptijden in de horeca voor jongeren. Wij zijn voor die vroeg-op-staptijden, dus er is geen bezwaar tegen om dit in het gesprek met de VNG mee te nemen.

De voorzitter:

Mevrouw Joldersma, gaat u de motie nu intrekken?

Mevrouw Joldersma (CDA):

Nee, ik wil de motie graag in stemming laten brengen. Maar nu zit ik met een vraag. Minister Klink sprak net positief over de motie over de verruiming van sluitingstijden. Dit lijkt mij niet zo goed te rijmen met dit antwoord van minister Ter Horst. Misschien kan dit worden toegelicht.

Minister Ter Horst:

U verzoekt de regering om met de VNG een landelijke gedragscode te laten ontwikkelen voor vroeg-op-staptijden in de horeca voor jongeren en deze gedragscode via de VNG publiek te maken. Welnu, daar hebben we geen bezwaar tegen. Daarbij is nog niet aangegeven hoe die tijden er precies uitzien.

Mevrouw Joldersma (CDA):

Ja, maar eigenlijk wilde ik een toelichting van minister Klink.

Minister Klink:

Ik geloof dat de interpretatie van de motie die ik gaf, een beetje afwijkt van wat de motie beoogde. Ik zei dat er een verbinding moet worden gemaakt tussen leeftijdsgrenzen en openingstijden, maar dat is niet waar de motie om vraagt; die vraagt in feite om een verruiming van openings- en sluitingstijden. Collega Rouvoet en ikzelf kwamen tot de constatering dat de motie moet worden ontraden.

Minister Ter Horst:

Verder is er nog de motie die de regering verzoekt het in bezit hebben van alcohol onder de 16 in de openbare ruimte landelijk strafbaar te stellen en dit niet aan gemeenten te laten. Deze motie kan door het kabinet worden overgenomen. Wij moeten uiteraard nog bezien of wij de juridische regeling hiervan in de Drank- en horecawet zullen uitwerken dan wel in het Wetboek van Strafrecht. Naar aanleiding van de besprekingen in de Kamer hebben wij ons op dat punt laten adviseren. Het is mogelijk om dit landelijk te regelen en dus zijn wij bereid om die motie over te nemen.

Minister Rouvoet:

Voorzitter. In de motie op stuk nr. 40 van de leden Leijten, Voordewind en Van der Vlies wordt de regering verzocht, onderzoek te doen naar de mogelijkheden om alcoholpromoties gericht op jongeren zoveel mogelijk te beperken en zo mogelijk te verbieden. Gisteren heb ik daarover in het overleg al een toezegging gedaan. De motie is dus overbodig, maar het is vriendelijker om te zeggen dat zij een ondersteuning is van het beleid. Wij zullen dus de mogelijkheden onderzoeken en de Kamer daarover informeren.

In de motie-Leijten op stuk nr. 39 wordt de regering verzocht, te onderzoeken of de Drank- en horecawet zo kan worden gewijzigd dat het alcoholgehalte van de sterke drank geldt bij een gemixt drankje in een verpakking en hierover de Kamer te informeren voor de zomer van 2008. Ik heb goed nieuws voor mevrouw Leijten, want ik kan haar daarover nu al informeren, namelijk dat het niet kan. Ik heb het gisteren in het overleg ook al aangegeven. Er zijn Europeesrechtelijke uitspraken gedaan. Landen waar dit wel gebeurt, hebben nu te maken met de Europese Commissie, die dit gaat bezien. Zoals ik gisteren al heb aangegeven, moet je bij mixdrankjes in een verpakking uitgaan van het alcoholgehalte van het eindproduct. Om die reden ontraad ik de aanneming van de motie.

In de motie van mevrouw Agema wordt de regering kort en bondig verzocht, het meerijden met een jongere tot 21 jaar die alcohol heeft gedronken, strafbaar te stellen. Ik kan de aanneming van deze motie even kort en bondig ontraden. De argumentatie heb ik gisteren in het overleg gegeven; dit heeft te maken met de verantwoordelijkheid van degene die in de auto stapt en met de bewijsproblemen die eraan verbonden zijn voor het Openbaar Ministerie.

In de motie-Schippers op stuk nr. 45 wordt de regering verzocht, af te zien van een reclameverbod, de zelfregulering te evalueren en te bezien of deze daadwerkelijk zinvol is, met andere woorden of er een causaal verband bestaat tussen alcoholreclame en het drinkgedrag van jongeren. Ook de aanneming van die motie ontraad ik kort en bondig. Gisteren hebben wij daarover uitvoerig gesproken. In het coalitieakkoord is een heldere afspraak gemaakt, waarbij de regering het belang onderstreept om tot een reclameverbod te komen tot negen uur 's avonds. Een van de laatste argumenten die ons daarin ondersteunen, is het dikke rapport dat op verzoek van minister Hoogervorst onder verantwoordelijkheid van de Europese Commissie tot stand is gebracht en dat anderhalve week geleden is gepresenteerd, waarin de effecten van reclame op jongeren nog eens heel helder uiteen worden gezet. Ik beveel mevrouw Schippers van harte aan, van dit rapport kennis te nemen.

In de motie-Voordewind/Leijten wordt de regering verzocht, in samenwerking met de branche en gezondheidsinstellingen onderzoek te doen naar de mogelijkheden om te komen tot een duidelijk zichtbaar label over de schadelijke effecten van overmatig alcoholgebruik en de Kamer daarover voor de zomer van 2008 te informeren. Ik wil dat graag doen. Gisteren heb ik erop gewezen dat ik daarbij graag de ervaringen in het buitenland wil betrekken, om te bezien wat de gezondheidswinst van een dergelijke labelling zou kunnen zijn. Wij zullen daaraan graag conform deze motie tegemoetkomen.

In de motie-Van der Vlies/Leijten wordt de regering verzocht, het verbod op alcoholreclame ten minste te laten gelden tot 22.00 uur. Ik ontraad de aanneming van deze motie, onder verwijzing naar de afspraak die in alcoholbrief is opgenomen over het tijdstip van 21.00 uur. Wij zetten daarmee een forse stap. Het is ook van belang dat wij die zetten, maar daarop willen wij dan ook alle energie richten. De argumentatie voor dat tijdstip heb ik u gisteren gegeven. Daarbij hebben wij de situatie in andere landen betrokken. Verder hebben wij bezien waar de grootste doelgroep te vinden is die hierdoor niet meer bereikt zal worden met alcoholreclame.

In de motie van de leden Van der Ham, Schippers en Agema wordt de regering verzocht, van de voorgenomen accijnsverhoging op alcoholische dranken af te zien. De aanneming van die motie kan ik ontraden met een verwijzing naar de taxatie die de indieners maken van het te verwachten minimale effect daarvan. Wij hebben gisteren al aangegeven dat een en ander moet worden bezien binnen het totale pakket aan maatregelen. Daar hoort accijnsverhoging bij. De keuze is duidelijk gemaakt en in het inmiddels al vastgestelde Belastingplan 2008 is daar ook gewag van gemaakt. Ik wil de aanneming van deze motie om die reden ontraden.

Dan is er nog een laatste motie aan mijn adres en op mijn terrein – mocht ik dat verkeerd hebben, dan laat ik mij graag corrigeren – van de leden Van der Ham en Dibi. In die motie wordt de regering verzocht om met gemeenten in gesprek te gaan over de vraag hoe betere uitgaansmogelijkheden voor jongeren tussen 12 en 18 gerealiseerd kunnen worden. Verzocht wordt dat het rijksbeleid initiatieven daartoe ondersteunt. Wij zullen het aspect van de uitgaansvoorzieningen meenemen in onze gesprekken met de VNG. Als ik het mij goed herinner, is dat ook al even aan de orde gekomen bij een eerdere motie. Of dat ertoe zal leiden dat wij in het rijksbeleid initiatieven daartoe zullen ondersteunen, zal ook afhangen van de uitkomst van het overleg. Ik kan u toezeggen dat wij dit zullen meenemen in het overleg, ook in het kader van de bestuursakkoorden. De verdergaande initiatieven die de motie beoogt, kan ik niet toezeggen. Gezien de interpretatie die ik eraan gegeven heb, heb ik geen probleem met het meenemen hiervan in de gesprekken. In die zin heb ik ook geen moeite met deze motie.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter.

De voorzitter:

Mevrouw Agema, ik geef u alleen het woord als u iets niet begrijpt of als u een motie wilt intrekken.

Mevrouw Agema (PVV):

Ik begrijp het advies van de minister niet met betrekking tot mijn motie, en wel om de volgende reden. Op het moment dat een kwart van de dodelijke ongelukken in het verkeer te wijten is aan alcoholgebruik en een groot deel daarvan jongeren betreft die in het weekend stoer doen...

De voorzitter:

Mevrouw Agema, u begrijpt het best, maar u bent het niet eens met het antwoord. Een debat gingen wij in deze fase niet meer voeren.

Mevrouw Agema (PVV):

Pardon. Vanmiddag was dat nog wel mogelijk.

De voorzitter:

Nee, dat is niet mogelijk.

Mevrouw Schippers (VVD):

Voorzitter. Ik heb een motie ingediend die door minister Klink als ondersteuning van beleid werd gezien. Zij betreft de uitrol van de alcoholverslavingszorg. Ik neem aan dat de minister doet waar de motie om vraagt en trek die motie daarom in.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Schippers c.s. (27565, nr. 47) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

De heer Van der Ham (D66):

Ik heb een motie ingediend om het bezit van alcohol onder de 16 in ieder geval niet over te laten aan gemeenten. Begrijp ik het nu goed dat de minister bij de behandeling van de motie van mevrouw Bouwmeester heeft toegezegd, dat inderdaad niet te gaan doen? Heeft zij toegezegd om het op landelijk niveau te gaan regelen, als zij het al gaat regelen, en om het niet aan de gemeenten over te laten?

De voorzitter:

De minister schudt haar hoofd. Dat hebt u niet goed begrepen.

Minister Ter Horst:

Nee, ik heb niet veel woorden gewijd aan de motie van mevrouw Bouwmeester. Ik heb gezegd dat die motie in strijd is met het beleidsprogramma en dat wij de aanneming van die motie daarom ontraden. Ik heb daarnaast gezegd dat er in de motie van mevrouw Joldersma twee dingen zitten, namelijk dat het op initiatief van de gemeenten is en dat er een mogelijkheid is om die grens op te trekken van 16 naar 18 jaar in bijzondere gevallen.

De heer Van der Ham (D66):

Daar heb ik het niet over. Het gaat mij om het bezit van alcohol onder de 16. Het gaat mij dus niet over 16 tot 18.

Minister Ter Horst:

Neemt u mij niet kwalijk, wij praten langs elkaar heen.

Van de motie die u bedoelt, heb ik gezegd dat het kabinet die wil overnemen.

De heer Van der Ham (D66):

Oké, dan kan ik die motie intrekken. Het gebeurt dan dus niet op lokaal niveau?

Minister Ter Horst:

Nee. Als het gaat om het bezit hebben wij gezegd, omdat wij het een vergaande maatregel vinden, dat wij er geen bezwaar tegen hebben dat op landelijk niveau te regelen. Dat wordt in de motie gevraagd en het kabinet kan die motie overnemen.

De voorzitter:

Aangezien de motie-Van der Ham (27565, nr. 49) is ingetrokken, maakt zij geen onderwerp van beraadslaging meer uit.

De heer Van der Vlies (SGP):

Voorzitter. Minister Klink stelde ten aanzien van mijn motie op stuk nr. 53 dat hij zal ingaan op de strafbaarstelling van de doorverkoop van alcoholhoudende dranken als hij over die materie een brief aan de Kamer voorlegt. Hij vroeg mij die motie daarom aan te houden en daar wil ik op ingaan.

De voorzitter:

Op verzoek van de heer Van der Vlies stel ik voor, zijn motie (27565, nr. 53) van de agenda af te voeren.

Daartoe wordt besloten.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Ik stel voor, over de ingediende moties later vanavond te stemmen.

Daartoe wordt besloten.

Naar boven