Aan de orde is de stemming over een motie, ingediend bij het debat over emancipatie en integratie, te weten:

- de motie-Azough/Stuurman over het instellen van een commissie vergelijkbaar met de commissie PaVEM gericht op emancipatie van jongens en mannen (29203, nr. 19).

(Zie vergadering van 19 april 2005.)

De voorzitter:

De motie-Azough/Stuurman (29203, nr. 19) is in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

verwijzend naar het lopende onderzoek van de Nederlandse Gezinsraad waaruit blijkt dat jonge allochtone vrouwen er overwegend zeer geëmancipeerde opvattingen op nahouden maar deels gehinderd worden door de veel traditionelere man-vrouwopvattingen onder een meerderheid van jonge allochtone mannen;

van mening dat een emancipatiebevorderend beleid dat zich uitsluitend richt op vrouwen uiteindelijk onvoldoende effectief zal zijn;

van mening dat het entameren van discussie onder jonge mannen over de rolverhouding man en vrouw, arbeidsparticipatie van vrouwen, seksualiteit en eerbaarheid van wezenlijk belang is;

verzoekt de regering, met een plan van aanpak te komen gericht op de bevordering van debat en meningsvorming onder jonge (allochtone) mannen over de man-vrouwverhouding in den brede,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze gewijzigde motie is voorgesteld door de leden Azough en Stuurman. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 24 (29203).

De gewijzigde motie is rondgedeeld; naar mij blijkt, kunnen wij er nu direct over stemmen.

In stemming komt de gewijzigde motie-Azough/Stuurman (29203, nr. 24).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, de Groep Lazrak, D66 en de LPF voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

Naar boven