Aan de orde zijn de stemmingen over drie moties, ingediend
tijdens het debat over energiebesparing, te weten:
- de motie-De Boer c.s. over warmtekrachtcentrales (26800 XIII,
nr. 4);
- de motie-De Boer c.s. over vermindering van de CO2-uitstoot (26800 XIII, nr. 5);
- de
motie-Augusteijn-Esser c.s. over het stand-by staan van apparaten (26800 XIII, nr. 6).
(Zie vergadering van 6 oktober 1999.)
De voorzitter:
Ik geef gelegenheid tot het afleggen van een stemverklaring vooraf.
De heer Van den Akker (CDA):
Mevrouw de voorzitter! Voordat wij ons over de moties van mevrouw De Boer
kunnen uitspreken, zouden wij eerst graag wat antwoorden willen hebben op
de vele vragen die gesteld zijn tijdens de hoorzitting over de Uitvoeringsnota
klimaatbeleid.
De voorzitter:
Ik vind dit een wat merkwaardige stemverklaring. U wilt dat antwoord toch
niet nu hebben? Dat wilt u nog afwachten?
De heer Van den Akker (CDA):
Wij krijgen die antwoorden nog en wij vinden het raar om ons nu over moties
uit te spreken, terwijl wij de kwestie waar het om gaat nog niet met de minister
hebben besproken. Wij kennen ook nog niet alle antwoorden. Juist omdat wij
als CDA-fractie zoveel waarde hechten aan warmtekrachtkoppeling, moeten wij
ons niet op voorhand op moties vastleggen, terwijl het debat nog moet plaatsvinden.
Vanwege deze procedurele redenen zal mijn fractie dan ook tegen de moties
van mevrouw De Boer stemmen.
De voorzitter:
Ik was even bang dat u ging vragen om een heropening van de beraadslaging.
In stemming komt de motie-De Boer c.s. (26800-XIII, nr. 4).
De voorzitter:
Ik constateer, dat de leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de
PvdA, D66, het GPV, de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die
van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.
In stemming komt de motie-De Boer c.s. (26800-XIII, nr. 5).
De voorzitter:
Ik constateer, dat de leden van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66, het GPV,
de RPF en de SGP voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties
ertegen, zodat zij is aangenomen.
In stemming komt de motie-Augusteijn-Esser c.s. (26800-XIII, nr. 6).
De voorzitter:
Ik constateer, dat deze motie met algemene stemmen is aangenomen.