16 Energiewende

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 13 juni 2013 over de Energiewende.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Ik heb één motie en één vraag. De motie luidt als volgt.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het kabinet een energieakkoord wil sluiten met werkgevers, werknemers en de milieubeweging dat voor lange tijd richting moet geven aan de energietransitie in Nederland;

overwegende dat de regering hecht aan een breed gedragen akkoord;

overwegende dat de Tweede Kamer tot nu toe nog geen richting heeft kunnen geven aan dit akkoord;

verzoekt de regering, het proces van een energieakkoord zo in te richten dat er actief gezorgd wordt voor brede steun binnen en buiten de Kamer;

verzoekt de regering, verder parlementaire input te verwerven voordat de uitkomsten van een energieakkoord verwerkt zijn in de begrotingen voor 2014,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Tongeren. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 50 (32813).

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

We hebben in de media veel verschillende dingen kunnen lezen over het Energieakkoord: dan is de een verdrietig, dan is de ander boos. Kan de minister iets vertellen over hoe hij dat ziet? Wordt het straks een keuzemenu, waaruit de verschillende vakcommissies kunnen kiezen welk stuk van de begroting zij wel willen en welk stuk zij eruit amenderen? Of ziet hij het op een bepaalde manier als een totaalpakket? En hoe wil hij dan regisseren dat dat totaalpakket door de Kamer komt?

Ik zie dat ik nog dertig seconden heb. Er zijn nu veel mensen die hun spaargeld niet op de bank zetten maar op hun dak leggen en daarbij uitgaan van bestendig beleid van de overheid om hun investering terug te verdienen. Hoe kijkt de minister daartegen aan?

Mevrouw Klever (PVV):

In het AO over de ontwerpstructuurvisie Windenergie op land, vanmorgen, werd eens temeer duidelijk dat de VVD koste wat kost vasthoudt aan de 16%-norm en de windenergieplannen. Ik moet zeggen dat collega Houwers daarover een stuk helderder en eerlijker is naar de mensen dan de heer Leegte vaak in zijn columns en inbrengen, maar dat terzijde. Al eerder werd duidelijk dat geen enkel middel wordt geschuwd om deze doelstellingen te halen. Zelfs de omkopingspraktijken van Eneco, waarover ik reeds een motie heb ingediend bij het WGO, werden door deze minister goedgepraat. Wat de PVV betreft hoeven we onze leefomgeving, economie en sociale cohesie op het platteland niet overhoop te gooien. Daarom dienen we de volgende motie in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat in Nederland reeds een overschot aan energiecentrales is;

overwegende dat duurzame energieproductie zonder subsidies economisch onrendabel is;

overwegende dat Nederlandse burgers en bedrijven tot 2020 een bedrag van 20 miljard moeten opbrengen voor de subsidiëring van duurzame energieproductie;

overwegende dat daar bovenop naar schatting tot 2050 tussen de 20 en 71 miljard voor aanpassing aan het netwerk nodig is;

van mening dat dit een ongekende aanslag op onze koopkracht en concurrentiekracht is;

verzoekt de regering, af te zien van een Nederlandse Energiewende, en energieproductie over te laten aan de markt,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Klever. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 51 (32813).

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Voorzitter. We hebben in het AO gesproken over het aanstaande energieakkoord. Mijn fractie heeft heel duidelijk geprobeerd over te brengen dat het energieakkoord vooral zin heeft als het echt langjarig stabiliteit biedt aan ondernemers. Te kort durende stabiliteit is voor mij als Kamerlid de meest gehoorde klacht uit het energieveld. Het maakt eigenlijk niet eens zo heel veel uit wat je doet, maar houd het alsjeblieft nu een tijdje vol. Dit akkoord heeft pas echt een waarde voor die ondernemer als het ook op brede politieke steun kan rekenen. Want alleen dan weten we dat bij een volgend kabinet de boel weer niet fundamenteel op de schop gaat.

Ik heb in het AO een aantal aandachtspunten gegeven waar mijn fractie dat akkoord, als het er komt, op zal beoordelen. Die aandachtspunten zijn natuurlijk de 16% uit het regeerakkoord, het stevige pakket aan energiebesparingen – met name in de gebouwde omgeving maar ook bij bedrijven – het motto "de vervuiler betaalt", ruimere decentrale opwekking, en een heel duidelijk doorkijkje naar na 2020. 2020 is eigenlijk morgen. Natuurlijk moeten we ook zorgen dat we dat pad zo slim mogelijk inzetten met zo veel mogelijk positieve effecten voor de Nederlandse economie. Ik hecht eraan deze punten nog een keer hier neer te leggen, juist vanuit de hoop dat er uiteindelijk echt een breed gedragen politiek akkoord zal komen waarbij de belangen van alle partijen goed zijn meegenomen.

Minister Kamp:

Voorzitter. Mevrouw van Tongeren vroeg mij of het energieakkoord, als het er komt, een keuzemenu zal zijn waar vrijuit op geamendeerd kan worden door de Kamer en waar fracties hun keuze kunnen maken, of dat het een totaalpakket zal gaan worden. Wat mij betreft wordt het een totaalpakket. Als er een energieakkoord komt, dan is het kabinet daar ook een onderdeel van, en zullen wij dat totaalpakket verdedigen. Het zal van de kwaliteit van het energieakkoord en van de kracht van onze eigen mensen afhangen of wij de Kamer daarachter kunnen krijgen en of we, behalve in de Tweede en Eerste Kamer, uiteindelijk bij alle uitwerkingen in wetten kunnen overtuigen. Ik zal zeker mijn best doen om het te verdedigen, maar het resultaat is in handen van de Tweede Kamer, en zo hoort dat ook in een democratie. Ik kan niet verhinderen dat dingen geamendeerd worden, maar ik kan wel mijn best doen om het belang van de samenhang en het geheel zo goed mogelijk over het voetlicht te brengen.

De tweede vraag van mevrouw Van Tongeren betreft het stimuleren van decentrale energieopwekking. Meer in het bijzonder sprak zij haar wens uit voor langjarig energiebeleid, waarbij de mogelijkheid van salderen, een belangrijk onderdeel van de zelfleveringsregeling, in stand zou moeten blijven. Het is mij niet goed mogelijk om daarover nu iets te zeggen. Ik begrijp de benadering die mevrouw Van Tongeren kiest, maar er zit ook een andere kant aan deze kwestie en daaraan zal ook aandacht moeten worden geschonken. Uiteindelijk zal er dus een afweging plaatsvinden en die kan – ik zeg het toch maar tegen mevrouw Van Tongeren – ook anders uitvallen dan zij wil. Hoe het afloopt, zullen we zien. We zullen eerst moeten afwachten of er een energieakkoord komt. Als dat niet lukt, zal ik in mijn eigen voorstel mijn afweging en de dingen die voor mij daarbij belangrijk zijn, inzichtelijk maken. Vervolgens zal ik mijn conclusie aan de Kamer voorleggen.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

Heel veel mensen hebben net geïnvesteerd of staan op het punt om te investeren in zonne-energie. Het kabinet heeft herhaaldelijk uitgesproken dat het die schone energie wil, maar hoe kan het kabinet die gewone burger hier nu nog in laten investeren? Die burger doet dat immers in de gedachte dat hij het achter de meter kan salderen. De minister zegt dat burgers meeluisteren, maar dan weet hij toch ook dat geen burger meer zonnepanelen op zijn dak zal leggen nu hij geen zekerheid meer heeft?

Minister Kamp:

Ik kan geen zekerheid bieden als die er niet is. Deze regeling kan in het kader van het energieakkoord worden aangepast. Er zijn overigens zeker ook argumenten om dat te doen. Ik kan mevrouw Van Tongeren en via haar de betrokkenen alleen maar zeggen dat wij in de regel met een behoorlijke overgangsregeling komen als er iets verandert. Een bestaande regeling kan nu eenmaal veranderd worden. Wij onderhandelen over een energieakkoord en in die onderhandelingen wordt alles bekeken en komen alle regelingen, dus ook deze regeling, aan de beurt.

De ontwikkeling van lokale energieopwekking zal volgens mij nog vele jaren doorgaan. Het is dan ook om diverse redenen een gewenste ontwikkeling, bijvoorbeeld omdat lokale energie in de regel duurzame energie is en je mensen op deze manier bewust maakt van energieverbruik, energieproductie en het duurzaam en efficiënt omgaan met energie. Om die reden denk ik dat het een langetermijnregeling zal zijn. Ik zie dan ook zeker het belang van een op lange termijn houdbare regeling. Het moet nog blijken of de huidige regeling wordt aangepast, maar als dat zo is, zal ik dat met de Kamer delen.

De voorzitter:

Voordat ik mevrouw Van Veldhoven het woord geef, herinner ik eraan dat we bezig zijn met een VAO waarin we moties indienen en korte vragen stellen. Dit debat is dus niet bedoeld om het algemeen overleg over te doen.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

De minister zegt nu dat de regeling voor salderen misschien wel op de schop gaat. Is hij niet bang dat hij daarmee het positieve effect op de werkgelegenheid in de bouw van de lage btw en de subsidie op zonnepanelen tenietdoet?

Minister Kamp:

Ik heb dit punt niet ter discussie gesteld, maar als er een punt ter discussie wordt gesteld, ga ik niet iets zeggen wat niet klopt. Het is zo als ik het net heb gezegd en de waarheid moet natuurlijk wel gezegd kunnen worden.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Er zijn berichten in de pers verschenen die voor mensen in de Tweede Kamer aanleiding waren om de minister om een reactie te vragen. Wij gaan natuurlijk niet over wat de minister bespreekt en hij kan de schuld voor eventuele onrust dan ook niet bij de Kamer leggen. Als er onrust is ontstaan, komt dat doordat er bepaalde dingen zijn besproken.

Minister Kamp:

Het gaat mij er niet om, de schuld ergens neer te leggen. Ik reageer op opmerkingen van de Kamer. Zij heeft een opmerking gemaakt en daar heb ik een reactie op gegeven. In een dergelijke reactie op de Kamer zeg ik echt niet iets wat niet klopt. Het klopt dus wat ik net heb gezegd.

Ik kom op de motie van mevrouw Van Tongeren op stuk nr. 50. Zij overweegt daarin dat de Tweede Kamer nog geen richting heeft kunnen geven aan het sluiten van een breed gedragen energieakkoord. Zij verzoekt de regering om het proces voor het sluiten van een energieakkoord zo in te richten dat er actief gezorgd wordt voor brede steun binnen en buiten de Kamer. Zij verzoekt de regering verder om parlementaire input te verwerven voordat de uitkomsten van het energieakkoord verwerkt zijn in de begrotingen voor 2014. Het berust op een misverstand dat de Tweede Kamer nog geen richting heeft kunnen geven. Ik heb namelijk al vele debatten over energie met de Kamer in huidige samenstelling gevoerd. Die debatten gingen over alle aspecten van energie, ook duurzame energie, en over de gedachten van de Kamer en die van het kabinet. Via die debatten en alles wat daarin naar voren is gebracht, heeft de Kamer richting gegeven, onder andere via moties. Dat is dus helemaal duidelijk.

Nu gaat het erom wat de regering doet om een breed draagvlak te verwerven voordat een en ander in de begroting voor 2014 wordt verwerkt. Ik heb hetzelfde gedaan om een breed draagvlak te verwerven als wat ik net heb gezegd. Ik heb namelijk in alle debatten met de Kamer aangegeven wat in het regeerakkoord staat, waarom dat erin staat, hoe ik daartegen aankijk, waarom ik denk dat dit goed is en hoe dat uitgevoerd zou kunnen worden. Daarover heb ik met de Kamer van gedachten gewisseld. Nu probeer ik een akkoord te maken op basis van alles wat we gewisseld hebben. Zodra er een akkoord is, laat ik het graag aan de Kamer over om te bepalen op welke manier dat hier behandeld wordt. Als de Kamer besluit om het te behandelen, wanneer dan ook, dan zal ik er zijn.

Mevrouw Van Tongeren (GroenLinks):

De minister weet net zo goed als ik dat de regeringspartijen een verzoek om een debat geblokkeerd hebben, maar ik heb de volgende zorg. Betreft het een uitwerking van het regeerakkoord die over een paar jaar weer kan veranderen? Of heeft de minister nog steeds de intentie om een trendbreuk te realiseren, echt iets anders, echt iets wat heel lang blijft staan?

Minister Kamp:

Ja, maar het een is niet anders dan het ander. In het regeerakkoord hebben VVD en Partij van de Arbeid – die hebben allebei uitgesproken opvattingen over energie – samen een analyse gemaakt en samen een waardevolle afspraak gemaakt. VVD en PvdA zijn de twee allergrootste fracties in dit parlement en dat is dus belangrijk. Op basis daarvan functioneert de regering. De opvattingen van de andere fracties in de Kamer zijn ook belangrijk voor mij. Ik luister goed naar de andere fracties en ik spreek daarmee. Ik probeer het energieakkoord zodanig in te vullen dat het zo breed mogelijk gedragen wordt in de Kamer. Ik zal ook zeer mijn best blijven doen om de fractie van GroenLinks en mevrouw Van Tongeren aan mijn zijde te houden of, als dat niet het geval is, aan mijn zijde te krijgen.

De motie van mevrouw Klever op stuk nr. 51 komt er weer op neer dat zij tegen duurzame energie is.

De voorzitter:

Wat was het oordeel over de motie van mevrouw Van Tongeren op stuk nr. 50?

Minister Kamp:

Ik ontraad die motie.

Mevrouw Klever zei weer dat zij tegen duurzame energie is en dat heeft zij in een motie vormgegeven. Ik ontraad de motie op stuk nr. 51, want ik ben het daar niet mee eens. Ook nu weer begint mevrouw Klever over de handelswijze van Eneco met betrekking tot convenanten met de gemeenten Zandvoort, Bloemendaal en Noordwijk. Ik moet wel een aanvulling maken op hetgeen wij hierover een vorige keer gewisseld hebben. Ik vind nog steeds dat je die kwestie moeten laten beoordelen door de gemeenteraden. We hebben nationale democratie, provinciale democratie en lokale democratie. Als dingen op gemeentelijk niveau niet goed gaan, dan moeten die op gemeentelijk niveau gecorrigeerd worden. Mevrouw Klever gaf haar opvatting over de situatie. Ze deed dat in de door haar gekozen bewoordingen en die laat ik aan haar. Ik vind het een ongelukkige gang van zaken. Gemeenten moeten alle onderwerpen die aan de orde zijn, objectief bekijken. Op basis daarvan moeten zij hun opvatting geven, niet op grond van convenanten of financiële regelingen. Als gemeente en dus ook als lid van het gemeentebestuur ben je het je burgers verplicht om steeds objectief te doen wat het meest in het belang van de burgers is. Ik ben het op zich dus eens met de kritiek die mevrouw Klever heeft.

Mevrouw Klever (PVV):

Ik ben blij om te horen dat de minister dit ook een onwenselijke situatie vindt. Is hij bereid om het stemadvies dat hij mijn motie in het WGO heeft gegeven, te herzien in lijn met zijn aangepaste opvatting?

Minister Kamp:

Dat wil ik niet, want ik vind nog steeds het belangrijkste dat wij de lokale democratie haar werk laten doen. Deze gemeenten hebben een college van B en W, een burgemeester en een gemeenteraad. Die gemeenteraad moet doen wat wij hier nu aan het doen zijn. Wij moeten dat niet in hun plaats gaan doen. Ik ontraad de motie dus nog steeds, zoals ik de motie van mevrouw Klever daarnet ook ontraden heb, maar het ontraden van een motie is niet altijd alles. Ik vond dat mevrouw Klever inhoudelijk wel een punt had. Dat wilde ik nog gezegd hebben.

Mevrouw Van Veldhoven vatte het in het vorige debat samen met een mooie oneliner: als het in Duitsland waait, gaat hier de gascentrale uit. Net als mevrouw Van Tongeren benadrukte zij dat zij brede politieke steun in de Kamer belangrijk vindt. Zij gaf aan wat de aandachtspunten van D66 zijn. Die zijn mij allerminst ontgaan. Ik zal daarmee goed rekening blijven houden. Ik hoop dat het lukt om een energieakkoord te sluiten, daarvoor brede steun in de Kamer te krijgen en alle maatregelen uit dat akkoord uit te voeren. Ik hoop dat wij de trend van opwarming van de aarde en klimaatverandering kunnen keren en dat Nederland daarin een belangrijke, leidende rol kan spelen. Dat zou mij een lief ding waard zijn.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Over de moties zal aanstaande dinsdag worden gestemd.

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Naar boven