9 Moties en toezeggingen Landbouw en Natuur

Aan de orde is het debat naar aanleiding van een algemeen overleg op 14 maart 2012 over moties en toezeggingen Landbouw en Natuur.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Voorzitter. We hebben tijdens het algemeen overleg lang gesproken over ganzen. Deze dieren dreigen de dupe te worden van een semantische discussie over de jachtlijst, de wildlijst, de wildbeheerlijst of de lijst met bejaagbare soorten. Hoe deze lijst ook gaat heten, los daarvan vindt de Partij voor de Dieren dat ganzen niet weer vrij bejaagbaar moeten worden. Daarom dien ik de volgende motie in.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de wet voldoende instrumenten biedt om schadebestrijding mogelijk te maken, ook bij niet bejaagbare soorten c.q. wild;

constaterende dat het voor schadebestrijding zelfs onwenselijk is om ganzen in de wetgeving aan te merken als bejaagbare soorten c.q. wild;

verzoekt de regering om af te zien van haar voornemen om grauwe gans en kolgans toe te voegen aan de lijst met bejaagbare soorten c.q. wild,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Hazekamp. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 173 (33000-XIII).

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Tijdens het algemeen overleg deed de staatssecretaris enkele opmerkelijke uitspraken over ganzen rondom Schiphol. Hij zei dat hij ervoor zou zorgen dat alles gebeurt wat nodig is rondom Schiphol, ook als het niet mag. Verder gaf hij aan dat het nu wel een keer klaar is met mooie praatjes, met rechters en met juristen. Wat bedoelde de staatssecretaris daarmee? Bedoelt hij dat hij opzettelijk de wet gaat overtreden? Ik wil hierover graag opheldering, want het kan toch niet zo zijn dat als een rechter het slechte beleid van deze regering afkeurt of afwijst, de staatssecretaris die uitspraak aan zijn laars lapt.

De heer Koopmans (CDA):

Het is niet te hopen, maar als er een vliegtuig neerstort bij Schiphol vanwege een aanvaring met ganzen, zou mevrouw Hazekamp dan even teruggrijpen naar het moment waarop zij deze vragen stelde?

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

De heer Koopmans suggereert dat als je ganzen niet doodschiet, waarmee ze op de vlucht of de lucht in worden gejaagd rondom Schiphol, dat er dan weleens vliegtuigen naar beneden kunnen komen en dat dit alle reden is om de wet te overtreden. Ik vind dat je je aan de eigen, zorgvuldig tot stand gekomen wetten moet houden. Als die wetten niet afdoende zijn, moet je de wetgeving aanpassen. Dat gebeurt hier in deze Kamer en niet op eigen initiatief van wie dan ook, ook niet van de staatssecretaris.

De heer Koopmans (CDA):

Dit is op zich een fair antwoord, maar geweldig in tegenspraak met de motie die mevrouw Hazekamp net heeft ingediend. Zij heeft net een motie ingediend waarin staat: niets ervan, met het op de jachtlijst zetten. Ik geef mevrouw Hazekamp in overweging om het rapport van de Onderzoeksraad Voor Veiligheid nog eens na te lezen, waarin enkele bijna-ongelukken als gevolg van botsingen van ganzen met vliegtuigen uitgebreid worden beschreven.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

De heer Koopmans haalt een paar dingen door elkaar. Onze motie gaat er juist over dat niet iedereen zomaar overal ganzen mag verjagen, bejagen of de lucht injagen, want dat kan weleens verkeerd uitwerken. Er zijn allerlei fantastische initiatieven. Ik wijs de heer Koopmans op een onderzoeksrapport over het aanbrengen van zonnepanelen rondom Schiphol om te voorkomen dat er ganzen gaan zitten. Op dit moment is het daar gewoon een walhalla voor ganzen en daar moet je iets aan doen.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik probeer het standpunt van de Partij voor de Dieren in één zin samen te vatten. Klopt het dat zij niet tegen bestrijding is, maar wel tegen bejaging?

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

We zijn niet altijd, overal tegen het doden van dieren. Er zijn situaties denkbaar waarin het noodzakelijk kan zijn om dieren te doden, maar dan geldt wel dat je een heel zorgvuldige afweging moet maken. Ten eerste moet er sprake zijn van een dringende noodzaak of reden. Ten tweede moeten er geen andere opties zijn om de schade te bestrijden, de overlast te voorkomen of het probleem te verhelpen. We vinden ook nog dat de maatregel die je dan neemt, effectief moet zijn. Je zou je kunnen afvragen of dat geldt voor afschot. We zien dat er de laatste jaren weer heel veel ganzen geschoten worden en we zien de schade alleen maar toenemen.

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Ik begrijp heel goed dat mevrouw Hazekamp stelt dat eerst alle zorgvuldige stappen moeten worden genomen. Maar in het uiterste geval sluit zij afschot niet uit?

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

In het uiterste geval kan dat een optie zijn. De wetgeving biedt ook allerlei instrumenten om dat mogelijk te maken. Daarvoor is plezierjacht niet nodig.

Mevrouw Snijder-Hazelhoff (VVD):

Voorzitter. Ik wil namens de VVD-fractie graag het volgende naar voren brengen. Wij denken dat de staatssecretaris op zich de boodschap al wel begrepen heeft dat hij in Europa het mineralenconcentraat digestaat als kunstmestvervanger moet binnenhalen. Het lijkt ons goed om de staatssecretaris met een motie nog een duwtje in de rug te geven, zodat hij nog stelliger in Europa aan de deur gaat rammelen. Dit moet gebeuren, omdat daar ons hele toekomstige mestbeleid op gestoeld is.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de EU-Commissarissen van Landbouw (Ciolos), Klimaatbescherming (Hedegaard) en Biodiversiteit (Potočnik) zijn overeengekomen om het gemeenschappelijk landbouwbeleid te vergroenen op het gebied van biodiversiteit, klimaat en milieu;

overwegende dat in het overkoepelend kader Europees grondstoffenbeleid en stimulering van bronefficiëntie een essentiële rol spelen en een kringloopgedachte wordt voorgestaan in plaats van een "end of pipe"-oplossing;

verzoekt de regering, de Europese Commissie te bewegen goedkeuring te verlenen aan mineralenconcentraten (digestaat) als kunstmestvervanger per 2013 als permanente voorziening,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door de leden Snijder-Hazelhoff en Koopmans. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 174 (33000-XIII).

Mevrouw Van Veldhoven (D66):

Voorzitter. Tijdens het algemeen overleg toezeggingen zijn twee toezeggingen die de staatssecretaris aan mijn partij heeft gedaan, niet aan de orde gekomen. Ik zal hem vandaag niet vragen om het hele antwoord te geven, maar alleen te zeggen wanneer we er wat over horen. Het gaat over de toezegging om de overgang naar biologisch boeren gemakkelijker te maken. Het gaat voorts om de toezegging om te onderzoeken of de rode diesel technologieneutraal kan worden gemaakt. Het is fijn als de staatssecretaris kan aangeven wanneer hij met die informatie komt.

Ik heb ten slotte nog een motie over het Ganzen 7-akkoord, in het bijzonder het richtsnoer voor dodingsmethoden.

Motie

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende dat de Kamer via de moties-Van Veldhoven c.s. (32372, nr. 80) en (32372, nr. 86) de regering verzocht heeft met urgentie te zorgen voor een integrale uitvoering van het Ganzen-7-akkoord;

overwegende dat voor de uitvoering van het akkoord het vaststellen van het door de Kamer gevraagde richtsnoer voor dodingsmethoden op basis van dierenwelzijn onmisbaar is;

constaterende dat de regering aangeeft op dit moment pas medio 2013 te willen komen met een uitwerking van het richtsnoer;

verzoekt de regering, zo snel mogelijk, maar in ieder geval nog voor het einde van dit jaar, het richtsnoer vast te stellen en dit te betrekken bij de voorbereidingen van de Wet natuur,

en gaat over tot de orde van de dag.

De voorzitter:

Deze motie is voorgesteld door het lid Van Veldhoven. Naar mij blijkt, wordt de indiening ervan voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 175 (33000-XIII).

De vergadering wordt enkele ogenblikken geschorst.

Staatssecretaris Bleker:

Voorzitter. Mevrouw Hazekamp heeft gevraagd wat ik bedoelde met mijn uitspraak over de aanpak van de ganzen rondom Schiphol. Zij vroeg zich af of ik de wet wilde overtreden. Dat laatste is niet het geval. Wel willen collega Atsma en ik alle mogelijkheden die de wet biedt om de ganzenproblematiek rondom Schiphol aan te pakken, actief en volop benutten. Daar waar er mogelijkheden ontbreken, willen wij die zo snel mogelijk wettelijk creëren. Dat is de situatie. Verder heb ik er niets over te melden.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Een van de vragen ging inderdaad over Schiphol. De andere ging over een uitspraak van de Raad van State inzake nijlganzen. Daaruit bleek dat de schade slecht onderbouwd was en dat de aantallen ganzen volgens de Raad van State geen enkele relatie hebben met de verwachte schade. De staatssecretaris verwees naar die uitspraak toen hij zei: wij zijn wel eens klaar met rechters en juristen; de hand moet aan de ploeg.

Staatssecretaris Bleker:

Ik heb het verslag nu niet bij mij maar ik denk dat uit mijn mond nog nooit de uitspraak is gekomen dat ik klaar zou zijn met rechters. Ik heb potverdorie jarenlang aan de juridische faculteit gewerkt. Ik ben nooit klaar met rechters. In dit land zijn wij trouwens nooit klaar met rechters. Het wil wel zeggen dat er twee mogelijkheden zijn na een rechterlijke uitspraak. De eerste mogelijkheid is dat je zorgt voor een betere motivering, want veel uitspraken van de Raad van State hebben betrekking op een gebrek aan motivering. Als overheid moet je dan als de wiedeweerga ervoor zorgen dat de motivering op orde is. De tweede mogelijkheid is dat je de wetgeving aanpast, waardoor er een legale basis is om handelingen te doen. Wij moeten ons in ons beleid natuurlijk niet laten leiden door rechterlijke uitspraken. Wij moeten ze respecteren. Als de rechterlijke uitspraken terecht zijn, moeten wij ervoor zorgen dat er een wettelijke basis komt om te handelen zoals de overheid dat nodig acht.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Ik heb het verslag toevallig wel paraat. De staatssecretaris zegt daarin dat het nu wel een keer voorbij is met mooie praatjes en met rechters en juristen en dat het de hand aan de ploeg is.

Staatssecretaris Bleker:

Dat is ook zo. Op dit punt vind ik inderdaad dat je de wettelijke mogelijkheden dan moet creëren. Daar ben ik heel duidelijk in. De rechter heeft de plicht om te toetsen aan de wet. Als wij daarin te zeer worden beperkt, moeten wij als de wiedeweerga ervoor zorgen dat er wel wettelijke mogelijkheden komen. Dat is mijn invalshoek; punt. Daar is geen woord Frans bij. Voor de rest respecteer ik alle rechterlijke uitspraken, ook die van vandaag waarin de rechter het Rijk in het gelijk stelt ten opzichte van de provincie Flevoland inzake het OostvaardersWold, net zoals de Raad van State twee weken geleden. Dus ja, wat heb ik te klagen?

Voorzitter. Pilot rode diesel technologieneutraal: najaar 2012 informatie naar de Tweede Kamer. Overgang biologisch: vroege najaar 2012 naar de Tweede Kamer.

Ik kom bij de motie-Hazekamp op stuk nr. 173. Ik ontraad deze motie. Er ligt een wetsvoorstel natuur waarin sprake is van gecontroleerde en op beheer gerichte jacht. Er zijn diverse bepalingen over opgenomen. Er is een lijst van bejaagbare wildsoorten. Dieren kunnen ook tijdelijk van die lijst worden afgehaald. Wij kunnen dit geheel in harmonie brengen met de schadebestrijding die de G7 wil. Het is dus een overbodige, voortijdige motie. Daarbij komt dat mevrouw Hazekamp heeft verwezen naar de plezierjacht. Ik heb recentelijk een enthousiast jager gesproken die zei dat zijn plezierjacht in de haven ligt.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Ik ken de motie vrij goed en volgens mij staat het woord "plezierjacht" er niet in. De staatssecretaris zegt dat het gecontroleerd zal gebeuren. Hoe wil hij dat vormgeven? De lijst met wildsoorten of bejaagbare soorten of hoe die lijst ook zal heten, houdt toch in dat je, los van schadebestrijding en beheer, dieren kunt doden in een daarvoor geopend seizoen?

Staatssecretaris Bleker:

Ik mag niet te veel zeggen over het wetsvoorstel dat nu bij de Raad van State ligt, maar het wetsvoorstel gaat juist uit van veel meer planmatige jacht in plaats van, zoals u dat noemt, vrije jacht. Daar is ook een discussie over geweest.

Mevrouw Hazekamp (PvdD):

Ik ben daardoor absoluut niet overtuigd. Wij hebben het wetsvoorstel in de consultatieronde kunnen inzien. Het stelt mij in het geheel niet gerust, want het wetsvoorstel biedt alle ruimte om binnen de afschotperiode, het jachtseizoen, onbeperkt dieren te doden op je eigen jachtveld. Jacht is dus mogelijk, of je dat nu hobbymatige jacht, plezierjacht, wildbeheer of gewoon jacht noemt.

Staatssecretaris Bleker:

Er ligt een wetsvoorstel bij de Raad van State dat mevrouw Hazekamp in het ongelijk zal stellen. Verder zeg ik er niets meer over.

De motie op stuk nr. 174 laat ik over aan het oordeel van de Kamer. De motie op stuk nr. 175 beschouw ik als ondersteuning van het beleid.

De beraadslaging wordt gesloten.

De voorzitter:

Over de moties zal komende dinsdag worden gestemd.

De vergadering wordt van 19.12 uur tot 19.30 uur geschorst.

Naar boven