Aan de orde zijn de stemmingen over moties, ingediend bij het debat over de Kaderrichtlijn Water,

te weten:

- de motie-Jansen/Vermeij over expliciete doelstellingen voor integratie in de waterketen (27625, nr. 89);

- de motie-Jansen/Vermeij over een regeling voor een mest- en bestrijdingsmiddelenvrije strook langs waterranden (27625, nr. 90);

- de motie-Jansen c.s. over een proef met een hevelvistrap (27625, nr. 91);

- de motie-Van der Vlies c.s. over het niet doorvoeren van nieuwe extra lastenstijgingen voor de agrarische sector (27625, nr. 92);

- de motie-De Krom c.s. over een Europees bronbeleid (27625, nr. 93);

- de motie-De Krom/Van der Vlies over uitvoering van de Kaderrichtlijn Water in het buitenland (27625, nr. 94);

- de motie-De Krom over het inzetten op doelverlaging (27625, nr. 95);

- de motie-De Krom/Koppejan over een jaarlijkse besparing in de waterketen van 2% (27625, nr. 96).

(Zie vergadering van 28 juni 2007.)

De voorzitter:

De motie-De Krom-Van der Vlies in die zin gewijzigd dat zij thans luidt:

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat de kwaliteit van het oppervlaktewater in de bovenstroomse gebieden in Nederland voor een groot deel wordt bepaald door de aanvoer van vervuiling vanuit het buitenland;

overwegende dat er nog grote onduidelijkheid bestaat over de implementatie van de Kaderrichtlijn Water in de ons omringende stroomgebieden in het buitenland;

overwegende dat het gewenst is dat Nederland op dezelfde wijze uitvoering geeft aan de Kaderrichtlijn Water als andere landen in Europa, in het bijzonder de ons omringende stroomgebieden;

verzoekt de regering,

  • - bij de Decembernota 2007 als uitgangspunt van beleid te nemen dat de wijze van uitvoering in Nederland niet afwijkt van die in het buitenland, meer specifiek van die van de ons omringende stroomgebieden;

  • - de Kamer specifiek te informeren over de wijze van uitvoering in het buitenland en de mogelijke gevolgen daarvan voor Nederland;

  • - daarbij aan te geven in hoeverre uitvoering in Nederland afwijkt van die in de rest van Europa en welke gevolgen dit heeft,

en gaat over tot de orde van de dag.

Deze motie is voorgesteld door de leden De Krom, Van der Vlies en Koppejan. Naar mij blijkt, wordt zij voldoende ondersteund.

Zij krijgt nr. 97 (27625).

Ik stel vast dat wij hierover nu kunnen stemmen.

In stemming komt de motie-Jansen/Vermeij (27625, nr. 89).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks, D66, de PvdD en de VVD voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Jansen/Vermeij (27625, nr. 90).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, de PvdA, GroenLinks en D66 voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-Jansen c.s. (27625, nr. 91).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PVV tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-Van der Vlies c.s. (27625, nr. 92).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Krom c.s. (27625, nr. 93).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, D66, de VVD, de ChristenUnie, de SGP en het CDA voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de gewijzigde motie-De Krom c.s. (27625, nr. 97).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de ChristenUnie, de SGP, het CDA en de PVV voor deze gewijzigde motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is aangenomen.

In stemming komt de motie-De Krom (27625, nr. 95).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de VVD, de SGP en de PVV voor deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat zij is verworpen.

In stemming komt de motie-De Krom/Koppejan (27625, nr. 96).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fractie van de PvdD tegen deze motie hebben gestemd en die van de overige fracties ervoor, zodat zij is aangenomen.

Naar boven