Regeling van werkzaamheden

De voorzitter:

Ik stel voor, toe te voegen aan de stemmingslijst van aanstaande donderdag:

• - de voordracht ter vervulling van een vacature in de Hoge Raad (31092);

• - het Voorstel van wet van de leden Depla en Blok houdende wijziging van de Wet inkomstenbelasting 2001 en van enige andere wetten inzake fiscale facilitering banksparen ten behoeve van pensioenopbouw of aflossing eigenwoningschuld (30432).

Ik stel voor, toe te voegen aan de stemmingslijst Voorzittervan aanstaande donderdag:

• - de brief van het Presidium over een verzoek aan het CPB en het MNP inzake een doorrekening van de gevolgen van het burgerinitiatief "Stop fout vlees";

• - de brief van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties over een onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar ICT binnen de rijksoverheid;

• - de brief van de Commissie Parlementair Onderzoek Onderwijsvernieuwingen over een onderzoek van de Algemene Rekenkamer naar de financiering van onderwijsvernieuwingen.

Ik stel voor, toe te voegen aan de stemmingslijst van aanstaande donderdag:

• - de motie-Ouwehand over een evaluatie van de openstellingsregeling voor landgoederen (29893, nr. 48);

• - de motie-Ouwehand over een overzicht van alle hekken en rasters binnen de ehs (29893, nr. 49);

• - de motie-Roemer c.s. over het onderzoeken van mogelijke alternatieve routes tussen Antwerpen en het Roergebied (27737, nr. 20).

Ik stel voor, de stemmingen over de moties over het jaarverslag Defensie aan te houden tot aanstaande donderdag.

Overeenkomstig de voorstellen van de voorzitter wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Jansen.

De heer Jansen (SP):

Voorzitter. De SP-fractie verzoekt, het verslag van het algemeen overleg over de evaluatie van Elektriciteitswet, Gaswet en Splitsingswet op de plenaire agenda te plaatsen.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit VAO toe te voegen aan de agenda van donderdag.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Griffith.

Mevrouw Griffith (VVD):

Voorzitter. Begin mei heb ik schriftelijke vragen gesteld aan de minister van Binnenlandse Zaken over de criminaliteitscijfers van Roermond. De datum is verstreken. Ik heb geen uitstelbericht gekregen. Ik verzoek u om te rappelleren.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet, in het bijzonder de minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Bosma.

De heer Bosma (PVV):

Voorzitter. De gemeente Amsterdam opent de frontale aanval op de vrijheid van onderwijs. In dit geval is dat de vrijheid om de beste school voor je kinderen te kiezen. Amsterdam vervangt die door de postcodeterreur in het kader van plannen tegen de witte school. Ik wil hierover een spoeddebat.

De heer Jan Jacob Van Dijk (CDA):

Hoort dit onderwerp wel op onze agenda thuis? Het gaat namelijk om een convenant tussen de scholen, de schoolbesturen en de gemeente Amsterdam. Deze problematiek moet met name in de gemeente besproken worden. Wat is de aanleiding om dit in de Tweede Kamer te bespreken?

Mevrouw Kraneveldt-van der Veen (PvdA):

Mijn fractie heeft geen behoefte aan een spoeddebat. Deze gemeente krijgt 92% van de scholen achter zich. Wij moeten dit een kans geven.

De heer Bosma (PVV):

Mijn antwoord in de richting van collega Van Dijk zou zijn dat het gaat om de vrijheid van onderwijs die hierdoor in de hoofdstad van het Koninkrijk wordt aangetast. Als het in Amsterdam kan, kan het straks overal, dus vinden wij het een zaak van nationale importantie en die dient hier te worden besproken.

De voorzitter:

Ik stel vast, dat er onvoldoende steun is voor een spoeddebat.

Het woord is aan mevrouw Thieme.

Mevrouw Thieme (PvdD):

Voorzitter. Wij willen graag een VAO aanvragen over het mestbeleid morgen na de Landbouwraad, dus als het kan in de namiddag.

De voorzitter:

Ik stel voor om het VAO toe te voegen aan de agenda van donderdag.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Teeven.

De heer Teeven (VVD):

Voorzitter. Op 13 juni jongstleden hebben mevrouw Van Velzen, de heer De Wit en ondergetekende vragen gesteld aan de minister van Justitie over de topambtenaren en de schijn van beïnvloeding. Die vragen zijn tot op heden niet beantwoord. Aangezien het zomerreces eraan komt, zouden onze fracties er prijs op stellen als u het stenogram van dit gedeelte van de vergadering wilt doorgeleiden naar de minister van Justitie.

De voorzitter:

Ik neem aan dat u de antwoorden ook voor het zomerreces wilt hebben. Ik stel dan ook voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Karabulut.

Mevrouw Karabulut (SP):

Voorzitter. Op 15 mei hebben collega Irrgang en ik vragen gesteld aan de ministers van Financiën en van Justitie over groene beleggingsfondsen. Op 5 juni kregen wij een briefje met het verzoek om uitstel van de beantwoording. Het is nu 3 juli, maar wij wachten nog steeds op de antwoorden, die wij dan ook graag nog deze week zouden willen ontvangen.

Op 6 juni hebben collega De Wit en ik vragen gesteld aan de ministers van Justitie en van Sociale Zaken over schulden en incassokosten, maar ook deze antwoorden hebben wij nog niet ontvangen. Ook deze zouden wij graag nog deze week ontvangen.

De voorzitter:

Het zijn twee rappelleringen en ik stel dan ook voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Velzen.

Mevrouw Van Velzen (SP):

Voorzitter. Ik zou wel eens willen weten hoe het precies zit met Nederlandse bedrijven die gifgasbestanddelen hebben geleverd aan Irak. Op 10 mei jongstleden heb ik geprobeerd, daar via schriftelijke vragen opheldering over te verkrijgen, maar de antwoorden heb ik tot op vandaag niet ontvangen. Ik zou ze graag nog vandaag willen ontvangen. Behalve dat mij dit mijn recht lijkt, hebben wij morgen nog een debat over wapenexport op de agenda staan.

Mijn tweede verzoek is om minister Hirsch Ballin te vragen om zich aan zijn belofte te houden, namelijk dat informatie over de drie WOB-verzoeken inzake hetzelfde onderwerp – Irak en chemicaliën – aan de Kamer zal worden gestuurd. Als het enigszins kan, zouden wij die antwoorden ook graag krijgen voor het debat over wapenexport dat morgen op de agenda staat.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Roemer.

De heer Roemer (SP):

Voorzitter. Ik zou graag een spoeddebat willen aanvragen met de minister van Financiën en de staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat inzake de verkoop van aandelen in Connexxion.

De heer De Krom (VVD):

Voorzitter. De VVD-fractie steunt dat verzoek, ook in het licht van de brief die wij zojuist van de minister van Financiën hebben ontvangen waaruit blijkt dat de groeikansen van Connexxion worden geschaad als de openbare aanbesteding in de grote steden achterwege blijft. Dat heeft dan weer een drukkend effect op de waarde. In die zin zien wij ook graag een spoeddebat waarin wij dit met de minister kunnen bespreken.

De voorzitter:

Wij hebben afgesproken dat wij alleen maar steun of geen steun uitspreken.

De heer Omtzigt (CDA):

Waarom een spoeddebat? De Kamer heeft de minister van Financiën toestemming gegeven om tot verkoop over te gaan. Dat mag hij overigens ook al op basis van de Comptabiliteitswet. Wat is dan die nieuwe ontwikkeling waardoor er op dit moment een spoeddebat zou moeten komen?

De heer Roemer (SP):

Het voorstel ligt op dit moment voor bij de ondernemingsraad en zal daarna aan de minister worden gestuurd. Het is de laatste week voor het reces. Veel partijen in de Kamer hebben aangegeven dat ze daarover met de minister in debat willen treden voor het besluit wordt genomen. Dat is zelfs ook nog bij motie gevraagd. Sommige feiten, bijvoorbeeld in relatie tot de verkoop van aandelen aan Connexxion, komen niet overeen met uitlatingen van de minister. Er is dus alle reden om daar met de minister een debat over te voeren.

De voorzitter:

Wij voeren dat debat niet nu. Meer dan 30 leden steunen het verzoek dus er wordt een spoeddebat gehouden met spreektijden van twee minuten.

De heer Roemer (SP):

Ik kan heel snel praten en ik kan proberen om het kort te houden maar twee minuten voor zo'n belangrijk onderwerp is wel heel kort. Wellicht kan daarvan drie minuten worden gemaakt? Dan hebben wij net iets meer tijd.

De voorzitter:

Ik begrijp dat u dit verzoek doet, maar ik kan het gelet op het aantal spoeddebatten niet honoreren. De spreektijd wordt gehandhaafd op twee minuten.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Kant.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Vorig jaar stond ik hier rond dezelfde tijd met het verzoek om een debat over precies hetzelfde onderwerp als waarover ik nu om een spoeddebat vraag: de invoering van een klantenstop in de thuiszorg. Het gaat om het deel van de thuiszorg dat valt onder de AWBZ. Het heeft tot en met december vorig jaar geduurd voordat eindelijk een punt kon worden gezet achter die discussies en het probleem zou worden opgelost. Helaas blijkt dat nu niet het geval te zijn, want gisteravond en vanochtend bereikten mij opnieuw berichten van de thuiszorg dat een klantenstop moet worden ingevoerd.

De voorzitter:

Wat is uw voorstel mevrouw Kant?

Mevrouw Kant (SP):

In Friesland stopt vanaf 15 juli de ondersteunende begeleiding en voor persoonlijke verzorging is al een stop ingevoerd. Ik ben niet van plan om de zomer in te gaan zonder dit punt opgehelderd te hebben. Ik wil daarom deze week nog een spoeddebat hierover.

Mevrouw Agema (PVV):

Voorzitter. Dit is het zoveelste voorbeeld op rij van de grote problemen in de zorg. De Partij voor de Vrijheid steunt daarom het verzoek om een spoeddebat.

De heer Jan de Vries (CDA):

Voorzitter. Ik sta een beetje perplex. Er heeft net een mondeling vragenuur plaatsgevonden – misschien was mevrouw Kant even niet in de zaal – waarin vragen zijn gesteld over deze zaak. De staatssecretaris heeft een aantal toezeggingen gedaan waaronder de toezegging om met de betrokken aanbieder in gesprek te gaan. De Kamer wordt daar uitgebreid over geïnformeerd, zoals vorige week ook is toegezegd in het overleg. Het lijkt mij daarom een beetje overbodig om onze kostbare tijd, zeker in deze week, te besteden aan een spoeddebat.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Voorzitter. In navolging van de heer De Vries zeg ik dat ik over dreigende wachtlijsten en cliëntenstops in de AWBZ graag een spoeddebat voer. Over problemen in de thuiszorg in relatie tot de Wmo hebben wij vandaag al voldoende gesproken.

De heer Van der Veen (PvdA):

Voorzitter. Mijn fractie vindt een spoeddebat niet noodzakelijk.

Mevrouw Kant (SP):

Voorzitter. Ik geloof dat de heer De Vries net even niet in de zaal was. In het vragenuur ging het namelijk over de Wmo en de huishoudelijke zorg die de thuiszorg biedt. Mijn verzoek betreft de AWBZ-gelden van de thuiszorg, de ondersteuning, de verzorging en de verpleging. Daarvoor is nu al een klantenstop ingevoerd. Degenen die een debat onnodig vinden, herinner ik eraan dat ik hier vorig jaar ook stond. Toen vond niemand een debat nodig, maar vervolgens kregen ouderen in de zomer geen zorg. Ik wens dat niet nog een keer mee te maken en ik handhaaf daarom mijn verzoek om deze week hierover een spoeddebat te voeren.

De voorzitter:

Uw verzoek wordt gesteund door minimaal 30 leden dus ik kan dat verzoek inwilligen. De spreektijden in dat spoeddebat stel ik vast op twee minuten.

Daartoe wordt besloten.

De heer De Wit (SP):

Voorzitter. Op 2 mei heb ik vragen gesteld over de terroristenafdeling van de gevangenis in Vught. Ik vraag de staatssecretaris om voor het begin van het reces de antwoorden naar de Kamer te sturen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Verdonk.

Mevrouw Verdonk (VVD):

Voorzitter. In het laatste wetgevingsdebat is gesproken met de staatssecretaris van OCW over de SIBA-scholen in Amsterdam. Dat zijn islamitische scholen die zo slecht functioneerden dat de staatssecretaris de financiering stopzette. De ouders van de leerlingen van die scholen willen hun kinderen nu naar de As Siddieq-school in Amsterdam brengen. Die school staat echter ook onder toezicht van de inspectie.

De voorzitter:

Wat stelt u voor?

Mevrouw Verdonk (VVD):

De school staat onder toezicht omdat deze onvoldoende zorg draagt voor de overdracht van burgerschap en Nederlandse waarden en normen. De staatssecretaris heeft gezegd dat zij daarvoor zou gaan liggen.

De voorzitter:

Wat stelt u voor, mevrouw Verdonk?

Mevrouw Verdonk (VVD):

Vanmorgen staat in de Volkskrant echter dat de kinderen toch naar die school mogen. Ik wil graag opheldering van de staatssecretaris in een spoeddebat.

De heer Bosma (PVV):

Goed plan.

De heer Dibi (GroenLinks):

Voorzitter. De GroenLinksfractie steunt het voorstel van harte.

De heer Slob (ChristenUnie):

Ik zou hierover gewoon een brief willen krijgen van de staatssecretaris. Ik dacht dat wij op die manier communiceerden met het kabinet, namelijk dat wij schriftelijk kennisnemen van het oordeel van de staatssecretaris over de situatie. Overigens heb ik vorige week voorspeld dat deze situatie zou ontstaan.

Mevrouw Kraneveldt-van der Veen (PvdA):

Ik sluit mij aan bij de woorden van de heer Slob.

De heer Jan Jacob Van Dijk (CDA):

Dat doe ik namens de CDA-fractie ook.

De voorzitter:

Ik heb het gehoord. Ik stel echter vast dat 30 leden een spoeddebat willen, dus dat gaan wij gewoon doen. Ik stel voor, daarbij spreektijden van twee minuten te hanteren.

Daartoe wordt besloten.

De heer Jan Jacob Van Dijk (CDA):

Zouden wij de brief kunnen krijgen voordat het spoeddebat plaatsvindt? Dan ligt de informatie helder op tafel zodat wij de discussie daarna op een goede manier kunnen voeren.

Mevrouw Verdonk (VVD):

Ik heb geen behoefte aan een brief. De staatssecretaris is zeer helder geweest: dit zou niet gaan gebeuren. Nu gebeurt het wel, dus graag een spoeddebat.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet. De staatssecretaris heeft dan alle gelegenheid om een brief te zenden, zodat wij het spoeddebat kunnen houden.

Daartoe wordt besloten.

Mevrouw Verdonk (VVD):

Voorzitter, dan komt die brief toch na het zomerreces? Ik neem aan dat de brief voor morgen 12.00 uur komt.

De voorzitter:

Wanneer een gedeelte van het stenogram wordt doorgeleid, is het gebruikelijk dat daarin een tijd wordt genoemd. Dat doen wij ook met alle rappellen. Er is nu een tijd genoemd. Ik neem aan dat de staatssecretaris er dan voor zorgt dat de brief voor het debat aanwezig is.

Het woord is aan mevrouw Arib.

Mevrouw Arib (PvdA):

Voorzitter. Vorige week donderdag kondigde ik aan, een spoeddebat te willen aanvragen over het schietincident in Alkmaar. Voorafgaande aan dat verzoek heb ik schriftelijke vragen gesteld, waarbij ik verzocht om die voor dinsdag te beantwoorden zodat ik aan de hand daarvan het spoeddebat kon aanvragen. De schriftelijke vragen zijn nog steeds niet beantwoord, maar mijn verzoek om een spoeddebat wil ik graag opnieuw indienen.

De heer Jan Jacob Van Dijk (CDA):

Ik steun dit voorstel.

De voorzitter:

Ik stel voor, over dit onderwerp een spoeddebat te houden en daarbij spreektijden van twee minuten te hanteren.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Halsema.

Mevrouw Halsema (GroenLinks):

Voorzitter. Enige tijd geleden heb ik gevraagd om een brief om de embargoregeling in ere te herstellen, zodat de Kamer zich op enige termijn kan voorbereiden op de algemene politieke beschouwingen. Die brief is gearriveerd: de regering gunt ons voorbereiding vanaf de ochtend van Prinsjesdag. Ik vind dat de behoefte van parlement en Presidium, ook indachtig de motie-Bos/Rouvoet, niet serieus wordt genomen. Ik vind het een tikje gênant, maar ik verzoek toch om een kort spoeddebat voor het reces met de minister-president. Om u gerust te stellen: wij hebben meer dan genoeg aan twee minuten.

De heer Van Beek (VVD):

Wij steunen dit verzoek.

De heer Dijsselbloem (PvdA):

Wij steunen het verzoek ook.

Mevrouw Kant (SP):

En wij ook.

De voorzitter:

Ik stel voor, over dit onderwerp op zo kort mogelijke termijn een spoeddebat te houden.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Neppérus.

Mevrouw Neppérus (VVD):

Voorzitter. In het NOS-journaal van gisteren was te zien dat de minister van VROM in Utrecht de eerste milieuzone opende. Dat heeft mijn fractie zeer verbaasd, want er ligt net een uitspraak van de Europese rechter dat Nederland niet vooruit kan lopen met het verplicht stellen van zulke roetfilters. Dat doen wij met zo'n milieuzone. Laat ik u geruststellen, voorzitter: ik vraag niet om een spoeddebat. Wat ik graag zou zien, is een brief van de minister van VROM, afgestemd met de minister van Verkeer en Waterstaat, over de vraag waarom de Europese rechtspraak over roetfilters wordt genegeerd door de instelling van een milieuzone, waarom zij bij deze bijeenkomst aanwezig was en tot slot waarom een groep van ondernemers en kleine zelfstandigen met zulke lastenverzwaringen wordt geconfronteerd. Ik zou die brief graag binnen een week ontvangen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan mevrouw Van Miltenburg.

Mevrouw Van Miltenburg (VVD):

Voorzitter. Ik wil u vragen om het VAO over de zorgzwaartefinanciering toe te voegen aan de plenaire agenda.

De voorzitter:

Ik stel voor, dit VAO toe te voegen aan de agenda van deze week, waarschijnlijk die van donderdag.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Vendrik.

De heer Vendrik (GroenLinks):

Voorzitter. Ik vraag geen spoeddebat aan maar wel een VAO. Het betreft het algemeen overleg Wmo van vorige week.

De voorzitter:

Ik stel voor, het VAO toe te voegen aan de agenda van deze week.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Wilders.

De heer Wilders (PVV):

Voorzitter. Ik heb de afgelopen maanden vijf keer gevraagd om een kabinetsreactie op het WRR-rapport over islamitisch activisme. Vorige week is er een persbericht verschenen van de ministerraad – ik zie dat u het heeft – maar de Kamer heeft nog geen brief ontvangen. Ten eerste vraag ik of wij die brief per ommegaande kunnen krijgen. Ten tweede breng ik in herinnering dat is besloten dat het onderwerp meteen wordt geagendeerd wanneer die brief er is. Ik snap echter dat dit deze week niet meer zal gaan. Daarom verzoek ik u om het onderwerp de eerste week na het zomerreces op de plenaire agenda te zetten en ruime spreektijden toe te kennen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet en te voldoen aan het verzoek van de heer Wilders.

Daartoe wordt besloten.

De voorzitter:

Het woord is aan de heer Poppe.

De heer Poppe (SP):

Voorzitter. Vorige week heb ik bij de regeling van werkzaamheden gevraagd om een brief van de minister van VROM naar aanleiding van een persbericht dat er een kenniscentrum was ingesteld in verband met elektromagnetische straling en volksgezondheid. Vorige week was het al drie weken geleden dat ik vragen had gesteld over hetzelfde onderwerp. Ik heb nog geen brief met antwoorden ontvangen op mijn schriftelijke vragen die inmiddels vier weken oud zijn. Dat vind ik knap vervelend. Daarom vraag ik om de brief en de antwoorden voor morgen 12.00 uur te kunnen krijgen.

De voorzitter:

Ik stel voor, het stenogram van dit gedeelte van de vergadering door te geleiden naar het kabinet.

Daartoe wordt besloten.