Aan de orde zijn de stemmingen in verband met het wetsvoorstel Vaststelling van de begrotingsstaat van het ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (XIV) voor het jaar 2004 (29200 XIV).

(Zie vergadering van 30 oktober 2003.)

De voorzitter:

Ik deel mee, dat het lid Snijder-Hazelhoff haar amendement op stuk nr. 18 intrekt, dat het lid Van den Brand zijn amendement op stuk nr. 20 intrekt, dat het lid Kruijsen haar amendement op stuk nr. 23 intrekt en dat het lid Van der Ham zijn amendement op stuk nr. 21 intrekt.

De artikelen 1 t/m 6 en artikel 01 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-Van der Ham (29200-XIV, nr. 22, I).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66 en het CDA voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is aangenomen.

Ik stel vast dat door de aanneming van dit amendement het andere op stuk nr. 22 voorkomende amendement als aangenomen kan worden beschouwd.

Artikel 02, zoals het is gewijzigd door de aanneming van de amendementen-Van der Ham (29200-XIV, nr. 22, I en II), wordt zonder stemming aangenomen.

De artikelen 03 t/m 10 worden zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het amendement-De Wit (29200-XIV, nr. 9).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP en GroenLinks voor dit amendement hebben gestemd en die van de overige fracties ertegen, zodat het is verworpen.

Artikel 11 wordt zonder stemming aangenomen.

De begrotingsstaten worden zonder stemming aangenomen.

De beweegreden wordt zonder stemming aangenomen.

In stemming komt het wetsvoorstel.

De voorzitter:

Ik constateer dat dit wetsvoorstel met algemene stemmen is aangenomen.

Naar boven