Aan de orde is een stemming over een motie, ingediend bij het debat over heroïneverstrekking, te weten:

- motie-Van der Ham c.s. over voortzetting van experimenten met heroïneverstrekking (24077, nr. 106).

(Zie vergadering van 27 juni 2002.)

De voorzitter:

Ik geef gelegenheid tot het afleggen van stemverklaringen vooraf.

Mevrouw Van Blerck-Woerdman (VVD):

Voorzitter. Heroïneverstrekking op medisch voorschrift is een van de methoden gebleken om in de grote steden de verslavingszorg te organiseren, niet meer en niet minder. In de motie-Van der Ham wordt niet alleen om voortzetting van het experiment gevraagd, waar de VVD voor is, maar ook om een substantiële uitbreiding, waarvoor geen dekking is aangegeven. Mijn fractie is dus niet tegen heroïneverstrekking, zoals een van de medeondertekenaars van de motie nogal verrassend in het algemeen overleg heeft gezegd, maar zij geeft er de voorkeur aan om in de komende periode prioriteiten te stellen. Wij zijn dus tegen de motie-Van der Ham, omdat deze beide elementen omvat.

De heer Jense (LN):

Voorzitter. In de motie van D66 wordt gevraagd om uitbreiding van het experiment, maar daarvoor is geen dekking aangegeven. Daarnaast is er bij uitbreiding van het experiment geen sprake van verplicht afkicken van de heroïneverslaving. In de wetenschap dat de experimenten op zich door kunnen gaan, stemt mijn fractie tegen de motie.

In stemming komt de motie-Van der Ham c.s. (24077, nr.106).

De voorzitter:

Ik constateer dat de aanwezige leden van de fracties van de SP, GroenLinks, de PvdA, D66 en de LPF voor deze motie hebben gestemd. Dit lijkt een stemverhouding van 75-75 in de nieuw samengestelde Kamer. Omdat de uitslag van de stemming niet duidelijk is, gaan wij over tot hoofdelijke stemming.

Vóór stemmen de leden: K.G. de Vries, Wiersma, De Wit, Wolfsen, Zeroual, Adelmund, Albayrak, Alblas, Arib, Van As, Azough, Bakker, Benschop, Bijlhout, Van Bommel, Bonke, Bos, Van den Brand, Van den Brink, Bussemaker, Crone, Dekker, Dijksma, Dittrich, Duivesteijn, Duyvendak, Eberhard, Eerdmans, Van Geen, Van Gent, Gerkens, Th.C. de Graaf, T. de Graaf, Groenink, Halsema, Van der Ham, Hamer, Van Heemst, Herfkens, Hoogendijk, De Jong, Kalsbeek, Kant, Karimi, Koenders, Lambrechts, Lazrak, Melkert, Van Nieuwenhoven, Noorman-den Uyl, Palm, Rosenmöller, De Ruiter, Schonewille, Smolders, Smulders, Stuger, Tichelaar, Timmermans, Tonkens, Varela, Van Velzen, Vendrik, Vergeer-Mudde, Vermeend en Vos.

Tegen stemmen de leden: Van Vroonhoven-de Kok, Weisglas, Wijn, Van Winsen, Van Aartsen, Aasted-Madsen-van Stiphout, Van Ardenne-van der Hoeven, Atsma, Balkenende, Van Beek, Van Blerck-Woerdman, Van Bochove, Bruls, Buijs, Van de Camp, Cornielje, Çörüz, Van Dijke, Dijkstal, Eurlings, Ferrier, Van Geel, De Grave, De Haan, Van Haersma Buma, Hermans, Hessels, Van der Hoeven, Hofstra, Van Hoof, Hoogervorst, Ten Hoopen, Huizinga-Heringa, Jager, Jense, Joldersma, Jorritsma-Lebbink, Van der Knaap, Koopmans, Kortenhorst, Van Lith, Mastwijk, Meijer, Mosterd, De Nerée tot Babberich, Nicolaï, Van Oerle-van der Horst, Ormel, De Pater-van der Meer, Rambocus, Remkes, Rietkerk, Rijpstra, Ross-van Dorp, Rouvoet, Schreijer-Pierik, Spies, Van der Staaij, Sterk, Teeven, Te Veldhuis, Veling, Verburg, Verhagen, Vietsch, Van der Vlies, Voûte-Droste, B.M. de Vries, G.M. de Vries, J.M. de Vries (CDA) en J.M. de Vries (VVD).

De voorzitter:

Ik constateer dat de motie met 66 tegen 71 stemmen is verworpen.

Naar boven